Het gaat over een verstandig en een dwaas man. Beiden bouwden zij een huis, de een op de rots, de ander op zand.
Een huis bouwen op het zand daar moet je inderdaad wel een dwaas voor zijn ! Het heeft geen ondergrond, geen goed fundament.
Die andere man, over wie Jezus vertelt, die heeft het beter bekeken! Die bouwde op een rots. Dat is verstandig! Dat huis heeft steun, een goed fundament.
Tegen de Palestijnse achtergrond gezien was het huis van de eerste slecht, dat van de tweede goed gefundeerd.
De ene man wordt wijs genoemd en de ander dwaas. Het fundament waarop de twee mannen bouwden is ook verschillend. De één bouwt op een stevig fundament, de ander op een zwak fundament. Wij zien dat bij de één zijn levensbouwwerkin elkaar stort, en bij de blijft het levensbouwwerk overeind.
Wat betekent dit voor ons? Het gaat erom dat we Jezus woorden in de praktijk brengen. Niet alleen horen, maar ook doen wat Hij zegt! Dat is de centrale vraag die wij ons keer op keer moeten stellen om er achter te komen of wij nog wijs aan het bouwen zijn.
Iemands huisis iemands leven. Verstandig mag iemand heten, die oog heeft op gene waarop het in ons leven op aankomt. Doen is het vanzelfsprekende vervolg van het horen. Doen is waarmaken, gestalte- geven, in praktijkbrengend. Niet in de sfeer van: moeten: de Bergrede is geen nieuwe wet die ons in de gebiedende wijs wordt opgelegd: zo moet ieder handelen die Jezus Christus volgeling wil zijn. Neen, in de bergrede gaat het om een mogen: wie in geloof met Jezus Christusverbonden is , mag zo handelen als Hijin de bergrede uitspreekt
Luisteren en doen zijn twee zaken. De woorden van Jezus kunnen ons mensen even raken. Maar ook weer heel snel uit ons verdwijnen. Dan raaktZijnboodschap niet werkelijk ons hart. Er is ook zoveel dat de aandacht vraagt, we hebben het ook zo druk. Wanneer later de aanvechtingen, teleurstelling komen. Hoe is het dan met onze fundering is hij stevig verankerd op de rotsgrond Jezus Christus? Of wordt het één bouwval?
Jezus Christus wil graag mensen die zijn woorden wegen; serieus in hun hart op nemen. Er wijs mee zijn. Zeggen: déze Heiland heb ik nu nodig. Ik bouw mijn geloofshuis op dat fundament;Jezus Christus. Dan zullen stormen en teleurstellingen in ons leven geen grip op ons krijgen.
Het is opmerkelijk hoe in de Bergrede het accent wordt gelegd op de verantwoordelijkheid van ons allen. Wij moeten toezien hoe wij bouwen maar ook waarop wij bouwen: op het zand van de uiterlijke dingen of op het Woord van God, en op zijn gemeenschap.
Wie goede werken doet uit dankbaarheid voor Gods genade en voor zijn redding, legt een stevige basis onder zijn bestaan. Met horen alleen redden wij het niet.
Nee, de weg van Jezus is niet de gemakkelijkste. Bouwen op het zand is veel gemakkelijker dan ergens hoog op een rots. De weg van Jezus is niet de weg van de minste weerstand. Integendeel. Maar wie die weg wil gaan, wie bouwt op de rots, Jezus Christus, wie de liefde van God in praktijk brengt, die zal vrucht dragen tot in het eeuwige leven. Dat kunnen we geloven. Rotsvast.
De rotsgrond: Geloof en vertrouwen, die de invloed der tijden weerstaat, zij het fundament om op te bouwen een woning die nimmer vergaat.
Eeen mens is een mens en een dier een dier. Maar lichaam is lichaam, adem is adem, leven is leven. Dezelfde aarde voedt je. Dezelfde hemel die je overstelpt. Je deelt in een en hetzelfde geheim.
Veel dat je scheidt. Veel, zoveel meer dat je verbindt. Zonder je niet af, verhef je niet. Je vereenzaamt, steeds killer wordt het om je heen.
Leef, leef met hart en ziel. Wees je bewust van het leven, dat je zelf belichaamt. Zo intens en omvattend, dat je je ook betrokken voelt bij ander leven. Zo arm als je kunt zijn, zo rijk, zo eindeloos rijk ook.
Onstilbare tonen, zwijgende woorden mogen hier klinken. De mond die ze zingt, het hart dat ontvangt zij gezegend.
Zoals een landschap meer ruimte is dan te zien is en zoenen meer zijn dan perfecte vorm van de lippen, zo roepen wij uit wirwar tevoorschuijn een weg, een lichtgestalte uit dromen en schaduw van dood.