Meester Markey was mijn onderwijzer.Hij woonde in het huis nevens de klas,hij kon van zijn huis in de klas,bij middel van een deur.De meester had een vrouw,maar geen kinderen.Hij was een strenge meester en deed de kinderen leren;De kinderen waren benauwd voor hem,want hij kon al eens zijn hand rond je oren slaan als je iets mispeuterd had.De meester mocht gerust minutenlang binnen in zijn huis gaan,toch riskeerde geen jongen het om te kijken of te babbelen in de klas. Ik kon de kerktorenklok zien wanneer ik een weinig mijn hoofd naar rechts draaide.Eens riep hij naar mij Morlion je moet je nek niet draaien!.
Schoonschrift:Bij t schrijven moest de wijsvinger een ronde vorm behouden,en de steel van de pen moest naar de schouder wijzen.Jongens uit de 4de moesten dan de 3des surveileren en kwamen op ons af met hun lineaal om te meten of de pennesteel wel in het verlengde was van de schouder.
Kaarten van belgië tekenen en kleuren,was ook een specialiteit,en mooie drukletters tekenen.De beste tekeningen werden vooraan in de klas uitgestald.
Inkt maken:gebeurde ook regelmatig samen met de meester.Ik denk dat hij warm water haalde in zijn huis en dat vermengde met blauwe poeder voor blauwe en rode poeder voor rode inkt.Wij moesten dan in de rij staan met onze inktpot om hem te laten vullen.
Zang en muziek: Soms marcheerden we de klas rond bij het zingen van O Dierbaar België,o heilig land der vadren of als we in onze bank bleven zitten om te zingen, dan moesten we de maat slaan met onze wijsvinger op de bank.Onze meester was vroeger koster geweest zegde men,en hij kon goed piano spelen.
De meester had een specaal beloning- en strafsysteem:ik geloof dat ieder van ons een schrift in de bank had met een aantal modelbrieven erin.Wij hadden een briefje op de lessenaar liggen en daarop moesten we zelf in een kolom onze goede brieven optekenen en in de andere kolom de slechte brieven.Had je goede brieven tekort dan moest je als straf een aantal brieven schrijven. Hoe kon je nu goede brieven bekomen? Wel,onder andere,s middags ging je vlug naar huis eten ,en vlug terug naar school.Je ging langsachter bij meesters keukenvenster en je riep:Meester,Joris Morlion, twintig na twaalf en dan wist je wel je werk in zijn hof.Als de les begon kon je dan je aantal goede brieven bijschrijven.
Er was werk in de meester zijn hof: Ijzeren paaltjes met een hamer recht slaan op een houten blok.Deze paaltjes moesten met 4 stuks rond de bloemhutten geplaatst worden en dan verbonden worden met 3 onder elkaar geplaatste afsluitkoorden.
Slakken moesten gezocht en verwijderd worden. Eenmaal per jaar,in de Lente,werd gans de klas gemobiliseerd en trokken we in rang,vergezeld van de meester,en elke jongen een oude emmer in de hand,naar de veearts Courtens die veel schapen had.Die emmers werden gevuld met schapenkeutels,en de rang vertrok terug naar den hof van de meester. Daar werd de mest zorgvuldig verdeeld rond al de planten en het groeien kon beginnen!
Soms wanneer het speeltijd was zette de meester zijn fiets en de fiets van zijn vrouw onder het afdak en iedere jongen kreeg een vod in de hand en weldra blonken die fietsen als nieuw.
Misschien om gezondheidsredenen gorgelde de meester iedere dag azijn.Hij stond aan de boord van zijn hof,hethoofd omhoog,na enkele tijd spoog hij de azijn uit op de grond.
sMorgens moest ik soms een kom melk halen bij boer Boussyop de plaats.Het geld lag op het deksel, waar ronde openingen in waren.Eens kwam ik terug met die melk bij de meester,maar er was een geldstuk in de melk gevallen.Van de meester kreeg ik daar een schop in mijn achterste met de melk nog in mijn hand.
Mijn grootvader, Aimé Morlion was schepen van onderwijs in de gemeente,en de meester deed het nog goed met hem.Eens hoorde ik de meester tegen mijn grootvader zeggen,over mij sprekende: Aimé,We zullen daar een burgemeester van maken,maar zo ver is het niet gekomen! Meester Markey heeft het geluk gehad van lang te mogen leven.
Om op die goede en slechte brieven terug te komen: zo kon je de meester soms horen roepen,wanneer iemand iets mispeuterde in de klas,hij wees dan naar de schuldige: Pette e brief ,dan moest je stante pede die brief aftrekken van je goede brieven indien je er nog had.
Gilbert Ampe had iets mispeuterd in klas en hij kreeg een draai rond zijn oren. Gilbert liet het hoofd op de lessenaar zakken en was buiten bewustzijn.De meester zat er erg mee in en riep enkele keren zijn naam en het kwam gelukkiglijk weer goed.
Zo ook eens mijn kozijn Willy.Hij moest zijn open schrijfboek gaan tonen naar de lessenaar van de meester,daar gekomen legde hij zijn schrift boven op een schrift van de meester,waarvan de inkt nog niet droog was. Daarop volgde de uitbarsting; de meester sprong recht en Willy sprong achteruit met zijn achterhoofd tegen de hoek van een kast. Er vloeide bloed;een ongeluk.Nadien heeft Willys vader tegen de meester komen opspelen in heftige bewoordingen. Resultaat: mij kozijns gingen voortaan naar het college van Poperinge.