De dichtgeslagen wonden tonen enkel de sporen van het verleden De rimpels in mijn hart ontspannen zich, maar zullen nooit verdwijnen Een bagage voor het leven en me steeds herineren aan wat eens de pijn was van een eenzijdige liefde, die me tot de afgrond bracht,zonder besef van het gebuerde De slaafse onderworpenheid sloot mijn ogen en verlamde mijn geest Tastende in de duistenis met uitgestrekte handen riep ik in de woestyn Mijn woorden verdraaiden tot akelig schreeuwen en toch ging ik verder Niemand hoorde mijn bede om liefde De stilte wurgde mijn geest en de eenzaamheid deed me struikelen Knielend aan de slachtbank ,verwoorde ikmijn brandende pijjn mijn hart was een verwoetend vuur,mijn wil, had ikdie nog? Vragen branden op mijn lippen De zin van dit alles , was tegenstrijdig met mijn verlangens Een negatief duplicaat van mijn dromen Wie rijkt mij de hand of ben ikhet offerlam,te slachten voor de godin van het egoisme