De winter is nu definitief voorbij.
Maartse buien, aprilse grillen.
Eindelijk tijd om te planten.
’t Is begin mei.
Zware tractoren rukken uit
en ploegen de vruchtbare aarde om.
De plantmachine wordt volgeladen
met bakjes geurende knolselderij.
Het plantseizoen breekt aan.
’t Is ’t begin van mei.
Met zijn tweeën achterop
glijden de plantjes behoedzaam door ons vingers
in de carrousel van het machien.
Langzaam maar zeker worden rijen geboren.
Het miezert wat regen
en dan weer brandt de zon.
De wind waait het zand in ons aangezicht.
De wolken schuiven,
dagen gaan voorbij.
De vogels fluiten
en wij lachen en praten en zingen
uitbundig en blij.
De akkers vullen zich op.
We leven intens
en helemaal buiten.
Picknick te midden de natuur.
Aarde, water, lucht en vuur.
Ik brand weer van verlangen.
We blijven planten
uur na uur.
De kikkers kwaken onheilspellend
het naderend onweer tegemoet.
Het dondert en het bliksemt.
Het water giet zich vol enthousiasme
gutsend uit.
Het werk is af.
Het is half mei.
De zon doet groeien.
En wij …
voldaan en blij.
Kathleen, mei 2017
|