Op het blog van ASG , over koken tijdens de oorlog
vraagt men: wat aten jullie tijdens de
oorlog ?
Wel, ik weet dat niet. Ik was toen nog niet, of toch nog maar
nauwelijks en beetje geboren.
Laat ons zeggen dat mijn verste herinneringen over voeding
terug gaan naar einde de jaren veertig, begin vijftig , van de vorige eeuw. Wat
klinkt dit reeds lang geleden ! Dat is het ook !
Bij navraag aan mijn moeder kwam er niet veel uit bus. Haar
ouders waren boeren, keuterboerkes, zoals zovelen toen, en zij hadden geen
nood.
Eierpoeder kenden ze wel maar ze wilden dat niet eten omdat
hun eigen kippen echte eieren legden. Naar het schijnt werd dit eierpoeder
gratis uitgedeeld aan de bevolking.
Wat aten we toen thuis ?
s Morgens .
Was er steevast een pan gebakken spek, zo van dat zeer vet
rugspek.
De pan kwam zo op tafel !
De boterhammen, handgesneden, werden dan in het vet van de
pan gesopt.
Het overschot van het vet dat vrij kwam tijdens het bakken
werd verzameld in een kommetje en diende later als broodsmeersel. Boterhammen
met spekvet en bruine suiker er op !
Ikzelf heb het nooit lekker gevonden, ik kreeg boter, het
verwende jochie...!
Het zwoerd werd extra hard gebakken en diende als een soort
snoepje. Dat vond ik wel lekker.
( Enkele jaren geleden heb ik in Hasselt nog een slager
gekend die gebakken zwoerdjes verkocht als snack ....!)
Als er eieren waren, werden die ook wel gebakken bij het
spek.
Slappe koffie, wij wisten toen ook niet beter, werd gezet in
zo een geëmailleerde koffiepot met een lange teut. Lekker was het om direct aan
de teut te drinken, liefst als de koffie al wat afgekoeld was, anders
verbrandde je , je eigen teut ...
Koffie werd gemengd met evenveel cichorei , van die blauwe
pakjes van De Beuckelaar.
Dat mengsel deed men in een koffiebeurs die aan een ring in
de koffiekan hing. Hierover werd dan traagjes kokend water gegoten.
De rest van de koffie bleef de ganse dag, in die kan, in de kelder
staan om verder de dorst te lessen van de gegadigden.
Direct drinken aan de teut.... tuit is het juiste woord!
We aten toen, vijf , zes sneden brood, dik gesneden , dat
was het overlevingsrantsoen.
Het brood werd geleverd door de bakker, meestal in de loop
van de voormiddag.
Sommige bakkers hadden reeds een auto, maar één van de grootste
bakkerijbedrijven bracht het nog met paard en kar, een zeer mooie kar trouwens.
Moeder klemde het brood dan tegen haar boezem en sneed met
een broodmes daar dikke sneden van. Vooraleer het brood aangesneden werd maakte
ze het mes een kruisteken op de onderkant van het brood. Tik, tik, tik, tik....
Als dat niet gebeurde ging je waarschijnlijk naar de hel...?
Ja, en dan moest ik naar school.....
s Middags.
Toen was er in school nog een middagpauze tussen twaalf en
twee, een zee van tijd....
Mijn vader was werken, dus alleen moeder en ikzelf aan
tafel.
Dikwijls waren er gebakken aardappeltjes,patatten zegden wij....
Een overschotje van de avond voordien.
Die aardappelen werden gebakken in rundvet, god betere....
Rundervet, samen met zoete lies of smout, voor die van
West Vlaanderen , werd bij de slager verkocht in stevige papieren bakjes.
Rundvet, nu valt men daar op staande voet dood van ! Cholesterol?!
Jongens en meisjes toch , rundvet ....cholesterol !
Wij wisten ook weer niet beter. Maar dat was wel
lekker....echt ...
Een compleet verloren gegane smaak. Bij sommige frietkoten
kan men die geur nog wel eens waarnemen, maar t is zeldzaam.
Die geur is één van de weinige dingen die mij nu nog steeds
doet watertanden...
Terug naar de patatjes.
Tijdens de lente of zomer was er sla , salaad, bij en van
die zwarte rammenas in schijfjes en zeker en vast groene uienpijpjes. Het groen
van de opgroeiende uien. Ajuin, voor de Aalstenaars...
Een lekje mayonaise kon ook wel. Meestal een restje van de
avond voordien.
Tijdens de koude maanden werden de aardappelen, als we ze gebakken
beu gegeten waren, gestoofd.
Simpel, lekker...Ik doe het nu af en toe nog wel eens.
Een gesnipperde ui, eigenlijk gebruikten we alleen sjalotten
toen, aanstoven in wat vetstof.
Geen rundvet nu! Boter, margarine...daar de aardappelen bij
doen en prakken met een vork.
Er mogen zeker nog wat brokjes in zitten. Dan royaal melk
daarover, en nu laten stoven, sudderen, tot de melk gedeeltelijk verdampt is . Natuurlijk wat muskaatnoot er over
raspen. Een dikke smeuïge brij is het eindresultaat.
In noodgevallen werden die aardappelen dan op een snee brood
gesmeerd en zo gegeten.
Naderhand heb ik begrepen dat ze daar in West
Vlaanderen botermelk in plaats van
gewone volle melk voor gebruiken. Dan wordt het taatjespap...
Later, ik bedoel in de tijd, was er bij de kruideniers meer
en meer charcuterie verkrijgbaar.
We kochten dan gekookte hesp,...ham voor de puristen. Maar
ham is nog niet half zo lekker als hesp !
Ook gerookt paardenvlees of wit en zwart wat salami of
meestal boulogne is.
Bloende voor de Gentenaars. Een speciaal soort gedroogde
worst gemaakt van paardenvlees en in een vierkante vorm geperst.
Nu nog moeilijk te vinden.
Ook aten we van die dikke roze boterhamworst. Mij neefje noemde dat soort worst
steeds, zakdoekenvlees , omdat de slager dat altijd aan de kinderen die
ongeduldig stonden te wachten met de mama , als beloning voor het niet agressief
worden, zo een schelleke van die roze worst aanbood...
Thuis
Tijdens de zomermaanden aten we boterhammen met verse aardbeien.
Ja ...!
En bruine suiker daar op...Lekker.
Aardbeien hadden we thuis in de tuin staan natuurlijk. Soms werden
die ook wel eens gekocht aan de groentekar.
De groenteboer deed zijn ronde , met paard en kar, later met
de vrachtwagen, en bracht dan allerlei groenten mee. Wat ik mij nog steeds
herinner is een soort mengsel, alleen in het voorjaar verkrijgbaar, speciaal
voor lentesoep.
Dat was een mengsel van jonge preitjes, ajuintjes, wortel, kervel
en enkele dunne asperges.
Misschien zat er ook wel een takje selderij bij.
Ook tijdens de zomermaanden werden tomaten voor soep
verkocht aan één, één frank per kilogram... Hoeveel is dat nu in euro ? Neem je
rekenmachine...
Verder hadden we thuis pruimenbomen, perzikenbomen ( eentje
toch) , kersen en krieken.
Kriekenspijs...met frikadellen, jongens toch...
Dus voor een middagmaal, geen enkel probleem.
Dan maar weer naar school. Twee maal twee is vier, twee maal
drie is zes, twee maal vier is ...en het nu niet moeilijk maken, hé.
Avondeten!
Vader kwam dan thuis, hij had steevast een snoepje voor ons bij,
niet alleen voor mij. Alles moest gedeeld worden ..!
Aardappelen, gewoon gekookt of liever, af en toe eens
frietjes...Handgesneden frieten. Waar horen we dat nu weer ?
Aardappelen , dat was het basisvoedsel toen.
Als groente waren er dikwijls sperziebonen, of groene kool, slodderkool
of boerenkool een groente die nu in België bijna niet meer te vinden is. Des te
meer in Nederland.
Spinazie, erwtjes in de lente, of gewoon sla met mayonaise,
de aardappelen moesten dan wel gebakken zijn . Een lekkernij, vond ik toch en
zonder schaamrood op de wangen, was de inhoud van een blik groene bonen, die laten
uitlekken en mengen met uiteraard, zelf gemaakte mayonaise. Eén van mijn tantes deed
muskaatnoot in de mayonaise. Probeer eens...
Die Belgen toch , met hun mayonaise...
Ook sluimererwten hadden we af en toe. Maar dat was
gereserveerd voor zondag.
Gewoon gemengd met een witte melksaus, bechamel noemen wij
dat nu.
Al die groenten kwamen meestal gewoon uit de tuin. Iets
kopen ? Soms gebeurde dat wel eens.
En vlees dan ?
Wij waren geen vegetariërs, maar vlees, dat was iets voor de
zondag. Of bij een occasionele gelegenheid.
Normaal was dat dan een stukje, ik zeg wel een klein stukje,
varkenvlees.
Dat kon vlees geweest zijn, vers, van onmiddellijk na de
slacht maar meestal kwam het uit weckbokalen waar stukken vlees in geconserveerd
werden.
In betere tijden mocht ik dan naar de beenhouwer gaan om
daar biefstuk te gaan kopen voor ik weet niet meer hoeveel frank. Belgische
frank. Tijdens bare tijden werd het dan gehakt.
Kalfs- of varkens gehakt.
Rundergehakt, américain zoals wij nu zeggen bestond toen nog niet.
De slager maakte daar ook, terwijl iedereen geduldig stond te
wachten en de laatste roddeltjes vertelden, blinde vinken, sneed biefstukken af
, terwijl vragend of het wel het mooie stukje was dat ze wilden...en of het wat
meer mocht zijn. Ik moest dan voor één briefje van zoveel frank, biefstuk
hebben...
Als je stoofvlees vroeg, deed hij er altijd een stukje vet
bij. Extra, zo maar. Dat gaf uiteindelijk de goede smaak. Dat wist ik toen
natuurlijk nog niet. Ook nu nog zijn er velen die dit niet weten...
Soms ging mijn moeder naar Antwerpen naar de Crieé. Ze
kocht er dan, samen met een tante, niervet om te smelten, en koteletten. Deze korteletten
werden dan gebakken. Ze werden in het
gesmolten varkensvet bewaard. Zoals de confit die nu zo beroemd is.
Na een tijdje kregen die koteletten een rare, speciale
smaak, niet onaangenaam, maar ook weer een smaakje dat nu nergens meer te
vinden is.
Ooit hebben we een paard gehad. Waarschijnlijk heette het ,
Jules, of Max of Pol...
Het beest werd een beetje agressief omdat, zoals nadien bleek,
het een ernstige maagkwaal had.
De lokale slager had het paardje gekocht en de volgende
zondag zouden er dus biefstukken te koop zijn van ons paard....
Wel alle flappies en doggies en poesies ten spijt , t was lekker...
Trouwens we hebben ooit ook eens een poesie op het menu
gehad. Maar dat is iets voor later ...
|