Moet ik nog meer uitleg geven om te begrijpen waarover ik het nu eens wil hebben?
Zoals Bart Peeters het tot vervelens toe zingt: over konijneten of groenvoer.
In meer beschaafde taal spreken we over : sla, salade, rauwkost, crudités, slaatjes...
In mijn theorieboeken over de keuken staat bij het hoofdstuk "Salade" als eerste punt:
Salades worden ingedeeld naargelang de samenstelling;
- Enkelvoudige salade
- Samengestelde salades.
Deze laatste, de samengestelde salade, is de laatste jaren geëvolueerd tot een apart gerecht waaraan meutes jonge (en minder jonge dames) zich te goed doen in de hoop daardoor een beetje gewicht kwijt te spelen... Doorgaans ijdele hoop... Om duidelijk te zijn; deze laatste zinnen staan niet in het boek...
Het woord salade is afgeleid van het Latijn "sal" wat zout betekent. In het Italiaans ; "Salata" en in het Provençaals ; salada en beide woorden betekenen gezouten of "salée" in het Frans!
Daaruit kan met eveneens afleiden dat de eerste salades gegeten werden met zout en azijn want ook het woord "acetaria" is bij de Romeinen te vinden voor de eerste salades en dat betekent dat er azijn bij gebruikt wordt! De Romeinen kenden reeds salade en daarom is het niet verwonderlijk dat heel veel slasoorten oorspronkelijk afkomstig zijn uit Italië. Uit het noorden van Italië, de provincie Venetië.
Nu, anno 2015 is het echt niet moeilijk om meer dan twintig soorten sla te vinden in de handel... Op de (kilometers lange) foto van hiernaast zijn reeds 17 soorten afgebeeld... en dat lijstje is echt niet volledig!
Toch zijn deze soorten allemaal kweek- en kruisingsproducten van slechts twee basisplanten.
Als eerste de botersla of gewone kropsla (Lactuca sativa) die als ongekweekte vorm nog geen krop vormde is de stamvader of moeder van alle niet bitter smakende salades zoals kropsla, de groene en rode lollo's, de ijsbergsla, de Romeinse sla, de eikenbladsla, snijsla en nog een paar meer. De rode tinten die soms voorkomen in deze slasoorten zijn het gevolg van anthocyanen, een natuurlijke rode kleurstof die alleen in planten voor komt..
De andere vormen van sla hebben als stamvorm de wilde cichorei. (Cichorum intybus) Ook een mediterrane plant die men in de zuiderse landen in het wild ziet groeien langs de wegen en die bloeit met mooie blauwe bloempjes. Wat het meest opvalt aan deze cichoreisoorten is hun min of meer bittere smaak. Deze vorm is dan nog eens onderverdeeld in twee groepen, de soorten met gladde bladeren (Cichorum intybus var foliosum) en de soorten met ingesneden en/of gekrulde bladeren. (Cichorum intybus var sativum)
De gladde soort omvat onder andere; witloof, andijvie, roodloof en radicchio in al zijn vormen.
De gekrulde vorm omvat de friséesla met veel verschijningsvormen en de molsla, dat zijn de gebleekte bladeren van de wilde cichorei. Beter gekend onder de volksnaam; pisbloem... of beschaafder; paardenbloem. (Dandelion in het Engels; dent de lion...)
Bij de lactuca sativum, zien we het woord 'sativum' dat verdovend of slaapverwekkend betekent. Het woordje 'lactuca' duidt op het witte melksap dat uit de afgesneden bladeren van de sla vloeit. Kijk maar goed, die witte druppeltjes, zie je duidelijk vrij komen als je een blad van een krop sla snijdt. Zo vertelde men vroeger dat je veel sla aan rumoerige kinderen moest geven, dan zouden ze snel en diep in slaap vallen.
Tot daar het deel plantkunde!
Om terug te komen op het theorieboek; de enkelvoudige salade, daar valt eigenlijk weinig over te vertellen. Dat is een salade die, zoals de term het reeds zegt, samengesteld is uit één element. Evenwel kan dit element zowel rauw als gekookt zijn. Meestal gaat het om één of andere soort groene of rode sla die rauw gebruikt wordt maar het kan dus ook gaan over gekookte groente, vlees, vis, en dergelijke.
Het is vooral de afwerking die telt bij deze simpele enkelvoudige salades.
Deze afwerking bestaat doorgaans uit een vinaigrette of (godbetert) mayonaise...! Daar gaat de lijn...! Maar er worden ook afwerkingen vermeld zoals afwerkingen met mosterd en room, en uitgebakken spekjes waarbij de salade ook verwarmd wordt.
Als je in de Verenigde Staten een salade bestelt krijg je onmiddellijk de vraag welke "dressing" je erbij wenst?
"French dressing"? Dat is de eenvoudige dressing van olie azijn en kruiderij. (Op zijn Amerikaans )
"Roquefort dressing" of "green cheese dressing", dat verklaart zichzelf en zeer populair is de :
"Thousand Island dressing". Een sausje op mayonaisebasis die verder doet denken aan sterk verslapte cocktailsaus.
Om een goede salade te bereiden heeft men vier personen nodig, zo zegt een oud Frans gezegde :
- een gierigaard voor de azijn
- een wijze voor het zout
- een dwaas voor de peper en
- een verkwister voor de olie.
In sommige landelijke eetgelegenheden in Frankrijk (goedkope, wordt bedoeld), vindt men nu nog oliënazijnstelletjes op de tafeltjes. De olie en azijn zitten in een houder samen met de peper en het zout. De pot met mosterd is nooit ver uit de buurt of is opgenomen in hetzelfde oliestel. De bedoeling hiervan is om zelf zijn salade op smaak te brengen. Aangeraden wordt om de sla eerst aan te maken met de olie en pas nadien de andere ingrediënten toe te voegen. Zo kan men beletten dat de salade voortijdig slap wordt... (Waar heb ik nog zoiets gelezen ?...)
Volgens een oude Franse traditie, die de jonge Fransoozen van nu zelfs niet meer kennen, wordt de salade gemengd door de oudste (liefst huwbare) dochter en dat mengen moet gebeuren met haar lieftallige vingertjes... de zachts mogelijke behandeling. Wat het meisje dan doet heet, "fatiguer la salade". Ook een zegswijze die de jonge Fransen nog amper kennen. Letterlijk betekent het de "salade vermoeien"... wat ook een beetje slaat op het verslappen van de salade na het menging met de olie en zijn of de gepaste saus.... (en die jonge deerne haar vingers hangen daarna vol mayonaise)
Daarom lees je ook altijd in recepten dat de saus, de vinaigrette pas op het allerlaatste moment mag bijgevoegd worden.
De zogenoemde samengestelde salades, daar kan men alle kanten mee uit. Tegenwoordig zit daar dikwijls zelfs geen sla meer in maar wel allerlei rare graansoorten en superfoods die alleen in duistere winkeltjes verkocht worden. Als afwerking wordt bio-yoghurt of sojayoghurt gebruikt en olie die je alleen kan kopen in dezelfde winkeltjes als waar die rare granen verkrijgbaar zijn. Azijn is ook uit den boze, "edik" moet je nemen of het sap van zure vruchten... Als olie gebruik je uitsluitende Griekse olijfolie, zo worden die arme Grieken weer gered van de ondergang.
Klassieke salades zijn de "Luikse salade", inderdaad zeer populair in Wallonië. Een salade bestaande uit schijfjes gekookte aardappel, spekjes en groene boontjes. De salade wordt lichtjes verwarmd samen met het uitgebakken spek en geblust met (wijn)azijn...
De "salade Niçoise". De standaardversie bestaat uit gekookte groene boontjes, schijfjes nieuwe aardappelen en kwartjes tomaat. Ansjovis, kappertjes en soms tonijn op olie zijn toevoegingen naar eigen keuze. Hard gekookt ei zie je er ook dikwijls bij en als je even zoekt naar een recept op het internet vindt je duizenden recepten, allemaal verschillend... Sommige maken er een compleet koud buffet van.
Uit klassieke oude doos komt de "Salade Bagration". In feite is het een gekende Russische salade ; Salat Oliv'ye (Salade Olivier) maar met pasta in plaats van met aardappelen. Genoemd naar Catherine Skavronskaya, de echtgenote van generaal prins Pyotr Bagration. Door dat huwelijk werd zij prinses Bagration. Zij was bekend voor haar schoonheid, liefdeshistories en extravagante levenswijze. Tijdens haar verblijf in Wenen had zij de fameuze Antonin Carême, als chef-kok in haar keuken. Over haar levensloop, haar liefdesverhalen en andere buitenissigheden kan gemakkelijk een goed gevulde best-seller geschreven worden!
Een pastasalade wordt naar haar genoemd, bestaande uit gekookte macaroni, de dooiers van hardgekookte eieren, gekookte kip, ham, lente-ui, olijven en een julienne van appels. Alles gemengd met mayonaise. De hardgekookte dooiers van de eieren worden door een zeef geduwd en over de salade gestrooid. (Het wit mag je zelf opeten..)
Ten slotte is er nog de historie van de "The fashionable saladmaker".
Het maken van vinaigrette, de smaakgever voor een salade op zijn Frans, werd een echte rage in de Engelstalige landen tijdens de 18e eeuw. Een zekere 'Chevalier d'Albignac', een berooid Frans politiek asielzoeker, maakte fortuin in Londen door zijn diensten te verhuren als "fashionable saladmaker".
Hij ging van huis tot huis in een koets, een sjees, en droeg een mahoniehouten koffer mee waarin hij flacons met olie en azijn, aromaten, kaviaar, truffels en zo meer bewaarde… Hij werd door de dames des huizes, die het chic vonden staan, uitgenodigd om hem een mooie salade met de echte 'French dressing' te laten maken in hun mooiste slakom.... De salade aangemaakt met olie en azijn heet hierdoor nog steeds een "French dressing" in de Angelsaksische wereld.
d' Albignac liet zijn mahoniehouten koffer, het "salad nécessaire", namaken en verkocht er, gevuld met de ingrediënten, wel vijfhonderd stuks van voor vijf guineas per stuk, prix fixe! .
Toen hij terugkeerde naar zijn thuisland kocht hij een kasteel in de Limousin en leefde er nog lang en gelukkig in vrede en zonder geldnood...
Voor zij die het nog nooit gehoord hebben: Konijneneten van Bart Peeters.(Met Jeroen Meus)
https://www.youtube.com/watch?v=4XTTJVuQSCg
|