Was het nu 1977 of 1978 toen ik Jan voor het eerst ontmoette? Geen idee. Hij bleek van bij de geboorte helemaal doof, maar wilde toch bij onze horende (alle leden!) club - VBC - volleyballen. En ik ving hem dan maar op. Nu noemt hij mij zijn volleyvader, ik ben amper 8 jaar ouder dan hem. Ik ben ontroerd.
Een tijdje later stapte ik over naar Sente, de buurploeg. Na een jaar volgde Jan. Van die tijd dateert ook de eerste wedstrijd van de Belgische nationale herenploeg doven tegen, jawel, onze ploeg Sente.
Ons contact werd steeds maar beter. Jan kan uitstekend liplezen én spreken, ik trachtte mij aan te passen, hem aankijken en duidelijk articuleren, ABN praten in plaats van dialect. Het lukte. Ik dacht op dat moment dan ook dat doof zijn niet zo erg was.
Na 3 jaar Sente en terug 1 jaar VBC stichtten wij een nieuwe ploeg, Toetsie. En uiteraard met Jan. Op het einde van een seizoen vroeg hij mij om een tornooi mee te spelen met de recreatieve dovenploeg van Spokrido Brugge. Blijkbaar waren zijn vrienden tevreden over mij: ik werd gevraagd om vanaf het volgende seizoen ook deel uit te maken van hun recreatieve dovenploeg, ik hapte toe.
3 seizoenen lang, toen stopte ik met volleyballen (ook bij mijn horende ploeg). 3 seizoenen speelde ik als enige horende bij een dove ploeg, alle andere ploegen waren horend. Drie mooie jaren, met veel plezier ook, waarin ik tot het besef kwam dat doofheid toch moeilijker is dan ik vroeger dacht. De doven klagen over een gebrek aan sociaal contact met de horenden in onze maatschappij. Het klopt, dat heb ik zelf ook ondervonden. Niet zozeer op het terrein, maar daarna bij het naspel in de cafetaria. Het was telkens hopen en wachten tot iemand van hen mij aansprak, en dan telkens de bedenkingen: zal ik hen begrijpen, zal ik mij kunnen verstaanbaar maken, ik kende immers geen - en nog steeds niet, verwend zoals ik ben door Jan - gebarentaal.
In 1985 hebben Jan en ik dan in onze woonplaats een doveninterland België - Nederland georganiseerd voor zowel dames als heren. En 2 jaar later zetten wij, samen met de kernbestuursleden van de plaatselijke sportraad, Jan's schoonvader en André, nog een zeer goede vriend van Jan, een eerste vierlandentornooi Duitsland - Frankrijk - Nederland - België eveneens voor dames en heren op poten, opnieuw in onze stad.
Daarna speelden Jan en ik nog een tijdje recreatief bij Toetsie. In 2006 sprak hij mij dan aan om deel uit te maken van het organisatiecomité voor het 7th European Deaf Volley Championschip in De Lange Munte in Kortrijk in mei 2007. Ik voelde me gevleid. Jammer dat ik wegens ziekte enkele maanden voor het tornooi, na de groepsloting, diende af te haken. Ik heb enkel de openingsceremonie en de openingswedstrijd België - Turkije heren gezien. Ik heb een echt feest gemist, helaas.
In mei 2008 won de doven herenploeg voor het eerst een tornooi, het vierlandentornooi België - Frankrijk - Slowakije - Tsjechië in Bratislava. Ondanks een voor de spelers en ons vermoeiende lange busreis. Een jonge Belgische ploeg met toekomst dus.
Kortrijk bijna volledig gemist, maar niet geklaagd, 4 jaar later lukte het wel. Enkele maanden na Kortrijk beloofde ik Jan dat ik hem, hij was ondertussen Technical Officer Volleyball EDSO (European Deaf Sport Organisation) geworden, zou vergezellen naar het 8th European Deaf Volleyball Championschip in Antalya, Turkije, in 2011. Begin juni 2010 vroeg hij mij hem te helpen met het organisatieschema. Vanaf dan werkten wij regelmatig samen hieraan. En dus 'beleefde' ik samen met Jan en zijn vrouw Marina het tornooi 'mee' van 12 tot en met 21 mei.
Een fantastische ervaring, maar dat zal je wel de volgende dagen ontdekken.
05-06-2011 om 00:00
geschreven door pat
Categorie:EK volleybal 2011
|