Vrouw vermoordt haar man met een kapmes
In de nacht van woensdag op donderdag heeft er zich een vreselijk drama afgespeeld in Dadizele, onder de volgende omstandigheden:
Omstreeks 4 uur, donderdagochtend, kwam een vrouw, haveloos gekleed en op haar sokken bij de rijkswacht in Ledegem en zegde er dat ze haar man had vermoord. Ziehier het verhaal dat ze aan de rijkswachters gaf:
'Ik heet Justine Merckx, geboren te Wieze, de 14de augustus 1900, echtgenote van H. Nessely, 36 jaar en wonende Ketenstraat te Dadizele.
Woensdagavond omstreeks 21u kwam ik van mijn werk thuis. Mijn man die zich reeds verscheidene dagen aan de drank overgaf, zat dronken in de keuken. Spoedig ontstond er een twist. De woesteling greep een hamer en wilde mij daarmee mishandelen. Ik kon hen ontspringen. Hij nam dan een scheermes en zegde dat hij me het hoofd ging afsnijden. Dood van schrik liep ik langs achter buiten en vluchtte het veld in. Ons huis is een kleine noodwoning die gans alleen staat in het veld.
Omstreeks middernacht kwam ik terug, haalde een kapmes achter in een kot, en verstopte het achter mijn rug. Ik kwam dan terug en klopte op de voordeur. De man deed de deur open. Op hetzelfde ogenblik kreeg hij een geweldige slag op het hoofd en struikelde op de grond. Ik gaf hem nog twee slagen, greep hem dan bij de benen en sleurde hem binnen.
Daar lag hij in zijn bloed te spartelen. Blind van woede sloeg ik toen wel een tiental keren, tot hij geen teken van leven meer gaf. Ik nam dan de vlucht, het wapen meenemende en liet het achter op het gehucht het Peerdeken en ben dan naar hier gekomen.'
De vrouw werd aangehouden en er werd een onderzoek ingesteld. Het slachtoffer lag op de rug voor de stoof in de kleine woonkamer. Het was gans bebloed, vreselijk verminkt en onkennelijk. Het huis was helemaal met bloed besmeurd. Buiten voor de deur was de grond ook met bloed doordrenkt en de deur geverfd. Na het onderzoek heeft de gendarmerie het parket van Kortrijk verwittigd.
-
Uit 'De Poperinghenaar' van 1 juni 1930 www.historischekranten.be
|