Verdermet de conferencier-animator Bert Joris, de
zangeres Jetty Ost, de
internationale muzikale fantaisist
Stanny Stijn, Rik Piers de nieuwe Radio en
T.V.-ster en het orkest
Univers.
1964 Oktober De
Band :
Auto
over kop : Twee personenwagens, respectievelijk toebehorend aan
Verbruggen uit Leest en Corbeel uit
St.Kat.Waver kwamen uit een
tegenovergestelde richting en botsten op elkaar op de Grote Baan te
Heffen.
Het
voertuig van laatstgenoemde sloeg over kop en de bestuurder werd hierbij
licht gewond.
Botsing
tegen paal : In de Blaasveldstraat reed E. De Win met zijn wagen
tegen een betonpaal. Het voertuig werd tamelijk erg beschadigd en diende
weggesleept te worden. De bestuurder kwam er met de schrik af.
Tegen
stilstaande auto: In de Dorpstraat reed G. Vloebergh tegen een aldaar
geparkeerde wagen. Enkel materiële schade.
Fietser
tegen bromfietser: In de Winkelstraat had een aanrijding plaats tussen de
fietser Jan Fierens uit Leest en de bromfietser Herman Van Utterbeek uit
O.L.Vr.
Waver. Deze laatste werd licht gewond.
Dwaze
streek : Na het bijwonen van de H.Mis en het opstappen naar huis toe
werd
Mevrouw weduwe Verlinden in de Kouter door een drietal schoolgaande
kinderen omver gereden. Zij liep hierbij een ontwrichting aan de pols op
en kloeg
over
pijnen aan de ledematen. Voor wanneer gaat het eens ophouden met de
dwaze
streken van schoolgaanden, en wanneer zal daartegen eens drastisch
opgetreden worden vermits het anders toch niet schijnt te helpen.
Val
bij turnen: Tijdens de turnoefeningen in het Sint Theresiacollege te
Kapelle-o-d-Bos deed Marc Beterams een val waardoor hij zijn schouder
ontwrichtte en een inwendige kneuzing aan het sleutelbeen opliep.
Na
verzorging door een plaatselijke dokter en na verpleging in een kliniek
kon
hij huiswaarts keren.
Erge
Val : Op de hoek van de Kouter en Dorpstraat viel op een onverklaarbare
wijze mevrouw M. Lauwers ten gronde. Zij kwam met het voorhoofd op de
stenen
terecht en liep een diepe hoofdwonde op. De bijgeroepen geneesheer gaf
haar
de
nodige verzorging.
Nog
een aanrijding : Te Kapelle-o-d-Bos
had er een aanrijding plaats tussen de
drie
gebroeders De Donder uit Leest enerzijds en de autobestuurder F. Croonen.
De
broers werden slechts licht gewond.
1964 4 oktober : Kwaadwillige
beschadiging koetswerk auto
Het koetswerk van de pas
herschilderde Renault Ondine van Louis Selleslagh
(°Kapelle o/d Bos 10/8/1938),
wonende Alemstraat 17, werd aan het café
Verschuren op de Juniorslaan zwaar
beschadigd. Met een scherp voorwerp
werdde ganse rechterkant diep ingekrast en ook
het kofferdeksel was er
erg aan toe.
De schade werd vermoedelijk
toegebracht uit politieke wraak omdat Selleslagh
kandidaat was voor de
gemeenteraadverkiezingen van 11 oktober a.s.
(VVH)
1964 9 oktober : Speciaal
dansfeest in zaal Ste Cecilia
met het orkest Ray Debrae en zijn Romancers.
1964 11 oktober :Gemeenteraadsverkiezingen
1964
Voor deze
verkiezingen waren er in Leest drie kandidatenlijsten. De Sussen veranderden
van naam en werden Gemeentebelangen. In het jaar van deze verkiezingen werd hun
fanfare Arbeid Adelt ontbonden.
De twee traditionele
Leestse partijen kregen het gezelschap van een voor het dorp nieuwe lijst, de
Socialistische Partij. Dit zorgde voor problemen binnen de groep van de Blekken
omdat heel wat socialisten de vorige verkiezingen op hun kandidaten hadden
gestemd.
De verkiezingen
gaven de volgende uitslag.
Voor de
Socialistische Partij (BSP, lijst nr.1) werd Louis Lauwers (Lowieke van
Sanders) verkozen.
Voor de Blekken
(Sinte-Cecilia,lijst nr.2) waren dat Emiel Verschueren, Henri Van den Heuvel,
Frans August Lauwers, Ferdinand De Prins en Juul Geens.
Voor de Sussen (Gemeentebelangen,
lijst nr.3) werden Frans De Prins, Raymond Verhasselt en Alfons Verbruggen
verkozen.
Oud-burgemeester
Emiel Verschueren verliet de politiek na deze verkiezingen en zou in de raad
worden opgevolgd door Frans De Decker. Die overleed echter kort na de
verkiezingen en daardoor kwam Jef Vloeberghen als tweede opvolger in de
gemeenteraad.
Vanaf 1965 werd
Frans August Lauwers burgemeester. Tijdens diens eerste ambtsperiode waren
Henri Van den Heuvel en Ferdinand De Prins de schepenen.
Voorafgaand aan deze
verkiezingen kregen de Leestenaars de beginselverklaring van de B.S.P. in de
bus :
Belgische Socialistische Partij Leest
Aan de kiezeressen, kiezers van Leest
Men noeme het beginselverklaring of rechtzetting
der feiten, wat de B.S.P. met dit kiesmanifest beoogt is het kiezerskorps voor
te lichten waarom zij besloten is bij de aanstaande gemeenteverkiezingen een
zuivere socialistische lijst voor te dragen.
Voor de eerste maal in de politieke geschiedenis van
onze geliefde gemeente zal de BELGISCHE SOCIALISTISCHE PARTIJ bij de
gemeenteraadsverkiezingen van 11 oktober e.k. een afzonderlijke lijst aan de
goedkeuring van het kiezerskorps voordragen.
Op 11 oktober 1964 zal de BSP zij verbergt het niet-
er naar streven de volstrekte meerderheid te halen. Zulks is niet alleenlijk
haar recht, doch ook haar plicht. Een partij die niet streeft naar steviger
posities, ten einde haar programma doeltreffender te kunnen verwezenlijken, zou
geen reden van bestaan meer hebben.
Een moderne gemeente is een levend organisme. De
bevolking die ze bewoont eist van het bestuur der gemeente zeer vele diensten :
veiligheid, opvoeding, ontspanning, wegenbouw, verlichting, waterleiding,
huisvesting. Een bestuur dat van zijn tijd is houdt zich bezig met alles wat de
welvaart van de bevolking kan bevorderen. De ontwikkeling van een gemeente ligt
in de handen van haar bestuur.
De eerste vraag die elke kiezer zich moet stellen is :
wie kan in mijn gemeente het beste werk leveren, wie zou ik in mijn gemeente
het liefst als burgemeester, schepen of gemeenteraadslid aan de arbeid zien ?
Het juiste antwoord geven op die vraag is zéér
gewichtig, want er hangt voor de inwoner zéér véél van af : of zijn gemeente
verfraaid of verwaarloosd zal worden, of er degelijke woningen zullen worden
opgetrokken, of de zieken en bejaarden verzorging en oppas zullen krijgen, hoe
het onderwijs zal worden georganiseerd, of er gelegenheid tot ontspanning zal
zijn, of de belastingen hoog of laag zullen aangeslagen worden, enz enz
NOOIT MEER BELOVEN DAN GE KUNT VERWEZENLIJKEN; Dat is
de gulden regel die wij zullen volgen.
Hier volgt het programma voor de eerstvolgende jaren.
Voor de verwezenlijking ervan staat de BSP borg .
Na hun programma
werden de kandidaten voorgesteld :
1.Lauwers Louis
Albert, staatsbediende.
2.De Schouwer
Alfons, staatswerkman.
3.Fierens Coleta,
fabriekwerkster.
4.De Smedt Albert,
Machinist NMBS.
5.Van der Elst
Marcel, landbouwer.
6.Put Ferdinand,
electrisch lasser.
7.Van Balen Frans,
lasser.
8.Verbist Victor,
paswerker.
9.Verbergt
Jan-Baptist, melkhandelaar.
Ten einde te bewijzen, dat we werkelijk bekwaam zijn
gemeentezaken tot een goed einde te brengen past het er op te wijzen dat wij,
SOCIALISTEN, in de afgelopen periode gezorgd hebben voor het subsidiëren van de
werken tot vernieuwing van de Kouterstraat en voor het bekomen van de toelating
tot bouwen van 28 woningen op de Kouter
Volgde een aantal
copieën van de briefwisseling tussen Louis Lauwers en het Ministerie van
Openbare Werken en enkele bedankbrieven van het gemeentebestuur aan het adres
vantussenpersoon Lauwers.
Op de volgende
gemeenteraadsverkiezing in 1970, de laatste die gehouden werd in het
autonome Leest, zou de lijst van de Sussen : Gemeentebelangen, opgaan in de C.V.P.
Vermits ook de
B.S.P. opkwam waren de Blekken toen de enige dorpspolitieke partij.
Vanaf 1977 zouden de
Blekken ophouden te bestaan als dorpspolitieke partij. De meeste Leestse politici
stapten na de fusie met Mechelen uit de politiek. Een aantal mandatarissen ging
over naar een nationale, grote politieke partij. Met het verloop der jaren
werden de politieke banden van de fanfare St.-Cecilia met haar vroegere
politieke leiders zwakker en zwakker en de fanfare werd een a-politieke
vereniging.
Bijvoegsels:
-Socialistische propaganda.
-De Socialisten zochten ook steun buiten de gemeente.
1964 4 september :
Diefstal van 10 bakken spinazie
Landbouwer Victor Robijns (°Kapelle
op/den Bos 14/9/1895), wonende Leest
Alemstraat nr. 29, zette
gisteravond tien bakken spinazie klaar om door zijn zoon
en groentenhandelaar Jan opgehaald
te worden.
Vanmorgen waren die allemaal
verdwenen.
De spinazie had een marktwaarde van
700 frank en de bakken, eigendom van
Jan Robijns, kostten 30 frank per
stuk.
Volgens de garde was dit de derde
diefstal deze maand van op de straat
geposteerde veldvruchten.
(VVH)
Victor Robijns Torre van de Kets overleed
in de Heergracht te Mechelen op 21
januari 1985 :
zijn
warme harteljkheid, zijn eenvoud, zijn liefdevolle werkkracht, zijn meeleven
met anderen
(uit zijn gedachtenisprentje)
Hij was gehuwd met Maria Ludovica
Alewaters (°Leest 07/01/1897, +Mechelen
28/11/1971) en de grootvader van
o.a. Stan Gobien.
Een interview uit 1984 verscheen in
januari 1985 in Caecilia, het tijdschrift van het
Muziekverbond van België. Een week
nadat het interview was verschenen, overleed
Victor Robijns.
Voor de tweede wereldoorlog was hij
bestuurslid van de fanfare St.-Cecilia en als
dusdanig woordvoerder voor de
muzikanten.
Victor ROBIJNS en de sfeer van toen
Aan de Alemstraat te Leest woont Victor Robijns, in
gans Leest beter bekend als Torre van de Kets, en momenteel (Noot : 1985) het
oudste lid (thans erelid) van de kampioenenfanfare Kon. Fanfare Sint-Cecilia
van Leest-Mechelen.
Toen we daar kwamen, zat hij in een zetel zijn
middagdutje te doen. Hij ontwaakte al toen we de deur openden. Eerst was hij
niet zo te vinden voor een vraaggesprek, maar na een tijdje vertelde hij
vrijuit !
-Hoe ben je bij de Leestse fanfare gekomen ?
-t Was in 1919. Ik trouwde in Leest en daar waren het
Blekken. Ikzelf kom uit Kapelle-op-den-Bos en daar speelde ik bij de fanfare De
Vrije Vlaamse Zonen, de Sussen van Kapelle.
Na mijn huwelijk ben ik dan ook muzikant geworden bij St.-Cecilia
Leest.
-Bracht dat toen geen strubbelingen mee ? We bedoelen Blek
zijn in Leest en Sus zijn in Kapellen-op-den-Bos ?
-Iemand van den Triest (gehucht in Kapellen-op-den-Bos
waar het geboortehuis van Victor staat) zei me toen eens dat hij het niet
serieus vond dat ik muzikant geworden was bij de tegenpartij in Leest. Ik heb
hem toen gewoon gezegd dat ik geen ruzie wilde met mijn vrouw en dat ik nu in
Leest woonde. Daarmee hebben ze er in Kapelle niets meer durven over zeggen.
t Strafste van de zaak was dat ik in Leest meespeelde
op het instrument van de Sussen van Kapelle. Dat was ook iets speciaals met dat
instrument. Vlak voor de oorlog van 1914-18 had ik een nieuw instrument
gekregen. De andere muzikanten moesten in 1914 hun instrument inleveren. Omdat
het mijne een nieuw was, mocht ik het zelf houden. Ik heb het zelfs meegenomen
op de vlucht. Het hing over mijn schouder. Onderweg heb ik er nog dikwijls
muziek mee gemaakt. Na de oorlog waren al de ingeleverde instrumenten naar de
vaantjes.t Mijne niet en zo moest ik
wel in twee fanfares meespelen. In 1922 ben ik ermee gestopt in Kapelle. Ik was
de laatste maanden niet zoveel meer naar de repetitie geweest ginder en toen
kwamen ze vragen of ik nog wel kwam. Ik heb dat instrument toen afgegeven. De
Leestse fanfare heeft voor mij toen een andere bugel gekocht.
-Hoe zag de Leestse fanfare er toen uit ?
-Helemaal anders dan nu ! Er waren zon 20 tot 25
muzikanten, meer niet ! Maar er waren toen wel vijfmaal meer ereleden. Als we
dan opstapten, liepen er zon honderd ereleden achter het muziek aan. Aan
wedstrijden deden we niet mee ! Wel aan festivals. Ik herinner me nog een
festival in Heffen. We waren, toen we moesten optreden, juist geteld met twee
muzikanten, allebei bugelspelers, nl. Ston Busschots en ikzelf. Later is Waar
Lemmens er bijgekomen en dan nog een paar andere muzikanten. Ook in zulke
omstandigheden gaven wij het niet op ! Dat zouden de muzikanten van nu niet
meer durven, geloof ik ! Maar ja, de muziek is ook erg veranderd
-Hoe waren de repetities ?
-Ze hadden plaats in een café. Alles werd opzij
geschoven en dan repeteerden wij. Meestal allemaal danskens, walsen en marsen.
Af en toe een groter stuk, maar dat viel niet zo in de smaak. Wij speelden om
onszelf en om de mensen te amuseren. In de zomer speelden de muzikanten van de
Alemstraat s zondags buiten ! Toen zaten we in de gracht ! Dat was heel
plezant ! De mensen kwamen dan bij ons zitten en luisterden heel de namiddag.
Op de repetities werd heel wat gedronken. Plezier
maken kwam bij ons voor muziek maken. Nu is dat wel anders ! Elke tijd heeft zo
zijn eigenaardigheden !
-Je speelde voor je plezier. Waarom waren er toen
zoveel ereleden in vergelijking met het aantal muzikanten ?
-De mensen waren toen lid om aan de teerfeesten te
kunnen meedoen. De teerfeesten van de Leestse fanfare waren iets speciaals. Ik
was bestuurslid geworden omstreeks 1925. Een paar jaar later moest er in het
bestuur iemand de belangen van de muzikanten behartigen en ik werd daarvoor
uitgekozen.
Een goede week voor de teerfeesten trokken we toen
naar een veehandelaar. We kochten daar dan een koe, een os of een stier. Deze
werd dan in Leest geslacht en met de teerfeesten opgegeten. We kochten ooit
eens in Nieuwenrode een stier van meer dan 800 kg. Die hebben we niet
opgekregen.
-Hoe verliepen de teerfeesten dan ?
-De teerfeesten duurden drie volle dagen. Iedereen
werkte de weken daarvoor zo hard dat die dagen er wel afkonden. We begonnen s
zondags na de hoogmis met ons jaarlijks teerfeest. Toen gingen we kop of
biefstuk eten. Daarna deden we zoveel mogelijk cafés aan. Omstreeks4 uur s namiddags waren we terug en dan
begonnen we te eten. Na t eten was er bal. De boeren (toen het merendeel van
de plattelandsbevolking) moesten echter eerst nog naar huis om de koeien te gaan
melken. Wij hebben er ooit eens een autobusje voor ingelegd. Als we in de stal
gedaan hadden, trokken we terug naar het dorp. Het bal duurde daar tot s
morgens vroeg. Een orkest huurden we niet. We hadden ons eigen orkest en we
speelden onze bals zelf. Er is zelfs een tijd geweest dat we twee orkesten
hadden. Iedereen danste met iedereen. Ouderen met jongeren, bijna tot op de
draad versleten mannen en vrouwen met jonge springers. De ouderen leerden de jongeren
dansen. Wie met de Blekken een jaar had meegeteerd, kon dan ook dansen !
De tweede en de derde dag (maandag en dinsdag) kwamen
ze samen in de Alemstraat omstreeks de noen. Sommigen zaten al in de cafés te
wachten vanaf 10 uur. Dan trokken we zo weer via de Heide naar het Dorp. Er
waren toen minstens 25 cafés ! Dan was er weer een feestmaal en terug een bal.
De derde dag aten we meestal de overschot op of aten
we stoofvlees met aardappelen. Na de derde dag was iedereen het eten moe en zelfs
het drinken. Of toch bijna iedereen
-Als er zoveel cafés waren, liep dan alles wel goed af
?
-t Gebeurde geregeld dat wanneer het grootste deel
van de fanfaremensen al in t Dorp waren er nog muzikanten en ereleden op de Heide
zaten te pintelieren. Die kwamen er dan wel later door. De dirigent en het
bestuur hadden steeds de grootste moeite om iedereen buiten te krijgen uit die
cafés. Met de teerfeesten van toen had iedereen een stuk in de kraag, maar toen
was het ook niet zo gevaarlijk op strat : autos reden er bijna niet.
-Wanneer stopte je als muzikant ?
-Feitelijk bij het begin van de oorlog van 1940-45,
maar mijn laatste jaar als muzikant was 1937, denk ik. Toen mijn oudste zoon,
onze Louis, muzikant geworden is, ben ik ermee gestopt. Ik heb na de oorlog wel
eens geprobeerd, maar t ging niet zo goed meer want tijdens de oorlog hadden
we geen noot meer mogen blazen van de Duitsers.
Ik ben dan erelid geworden en ik ging steeds mee als
er wat te doen was. Nu kan ik dat ook niet meer
-Anekdotes uit de tijd van vroeger ?
-Ja, veel, maar ik vind ze zo direct niet Ik speelde
in 1919 nog in Kapelle-op-den-Bos. Daar speelden echter ook nog andere
Leestenaars mee, onder andere Louis Spoelders. Hij speelde trombone en als hij
in vorm was, liet hij zijn instrument kletteren dat heel Kapelle daverde. Louis
moest eens alleen spelen en hij kon het heel goed. De chef (Andries) zei : Spoelders,
ge blaast koper ! Toen zei Louis kwaad : Chef, ik ben potfer nen Blek !
Tumult natuurlijk, want zo iets durven zeggen op de repetitie van de Sussen was
toen een straffe toer !
Als er bij ons iemand van de fanfare kwam, haalde mijn
vrouw (ons Wis) een fles cognac of elixir dAnvers boven. En die mannen
gingen dan meestal pas verder als de fles leeg was of t scheelde niet veel Met
wat de wijkmeesters van voor de oorlog kwamen vertellen, moest ge dan goed
oppassen. Die gingen in dergelijke omstandigheden van huis tot huis en overal
kregen ze ten minste een goede druppel. Aan het eind van hun rondgang kwam er
dan niet veel serieus meer uit, maar de leden waren wel zo slim de volgende dag
aan elkaar te vragen wat de wijkmeester had verteld en hoe laat het was toen
hij op bezoek kwam. Sommige wijkmeesters deden als het mogeijk was maar één of
twee bezoeken per dag en zo konden ze de hele week of nog langer van huis weg
Rik De Bruyn speelde ook mee in de fanfare. Ik speelde
bugel solo en Rik van t Kot moest 3de bugel spelen van de chef.
Omdat ik wist dat Rik de beste muzikant was van de fanfare kon ik dat niet langer
verdragen. Toen heb ik op de repetitie tegen Nante van den Toebak (de dirigent)
gezegd : Zet die kleine maar naast mij.
Hij speelt ons allemaal onderste boven ! Ik wil dat dat gezever nu gedaan is !
En nog dezelfde repetitie mocht Rik bugel solo spelen.
Met de verhuizingen (eens per maand op zondag een
muzikale wandeling met cafébezoek) kwamen er soms muzikanten bij ons thuis
eten. t Was soms zo erg dat ze de pensen uit de kelder gingen halen. In die
tijd was dat de gewoonste zaak van de wereld. Ons Wis maakte wel veel kabaal
als er zoiets gebeurde, maar tegenhouden deed ze die mannen toch niet. Nu zoudt
ge dat niet meer moeten proberen om uit iemands kelder wat te halen ! In onze
tijd waren we tevreden met wat we hadden. Als er niets meer was, konden we
niets meer verdelen en ook niets meer weggeven.
Hadden we niet zoveel weelde als nu, we hadden wel
meer plezier. De goede oude tijd was meestal wel een harde tijd en misschien
ook niet zo goed : er was meer armoede, er stierven meer kinderen en jonge
mensen. Maar als we werkten, werkten we hard. Als we dronken, dronken we een
serieuze hoeveelheid. Als we plezier maakten, dan was dat echt plezier en
duurde dat tot s morgens vroeg. Nu zijn de tijden veranderd en ook de mensen
De mensen van mijn soort (degenen die geboren zijn voor 1900) zijn zo stilaan
aan t verdwijnen. Met nog een paar schieten we op dit ogenblik in de fanfare
over
t Wordt nooit meer zoals het vroeger is geweest !
Gelukkig voor het een en spijtig voor het ander
Tot daar het gesprek met Victor Robijns, de kranige Torre
van de Kets. Hij deed ons zowaar heimwee krijgen ! Heimwee naar de
solidariteit van vroeger, naar het echt plezier en de echte vreugde, naar de mensen
van toen die elkaar echt hielpen. Misschien komt dit alles nog eens terug ?
1964 5 juni : Overlijden
van Prosper Speir van Busschot(tes) Busschot
Prosper Busschot was
te Leest geboren op 13 juli 1878 en hij overleed in de St Romboutskliniek te
Mechelen op 5 juni 1964.
Hij was vereerd met
de gouden medaille van Leopold II en het Burgerlijk Ereteken 1ste
Klas.
Medestichter van de
Kon.Fanfare St.-Cecilia Leest en (officieus) van het Boerenfront en
Oud-Schepene.
Hij was gehuwd met
Maria Ludovica Daelemans (°Heffen 15/09/1886,+Mechelen 19/08/1961) .
hij was minzaam van karakter en zeer dienstvaardig
voor iedereen. Er was in hem die wij betreuren, een overvloed van goedheid,
liefde en rechtvaardigheid die hem beminnelijk maakte bij alle mensen
Speir
van Busschot(tes)
was een herenboer op de Leest-Heide en woonde aan de
Blaasveldstraat. Hij was net als zijn broer Gaston (Ston of Stonneke) één
van de eerste muzikanten van de fanfare geweest. Vanaf 1921 was hij
gemeenteraadslid en vanaf 1939 tot 1957 was hij schepen van onderwijs en
cultuur.
Hij wordt ook beschouwd als medestichter van het
Boerenfront. Het Leestse Boerenfront dankt zijn ontstaan aan de vroege
patatten van 1936. Er heerste toen een ware crisis. Vooraf was aan de boeren
beloofd dat ze voor 100 kg vroege aardappelen de vastgestelde prijs van 30 fr.
zouden krijgen. Toen het echter zo ver was, kregen ze slechts 5 fr. per honderd
kilo. Tijdens de zomer van 1936 waren Prosper Busschot en zijn knecht vroege
aardappelen aan het rooien. Toen ze na een namiddag van hard labeur berekenden
voor hoeveel geld aardappelen ze met de riek boven de grond hadden gehaald,
stelden ze vast dat ze zich samen voor 20 fr. krom hadden gewerkt. De knecht
ontstak in woede en zei : Dat is geen werk ! Het heeft geen zin voor zon
hongerloon verder te doen ! We gaan staken ! We gaan staken zoals de boeren van
Heist-op-den-Berg ! De knecht trok naar de boeren in de buurt die ook aan de
vroege aardappeloogst bezig naren, naar Stanne Gobien sr., Lodewijk Nuytkens,
Frans Huyghe, Victor Schaerlaekens en naar Jan Maes. Ze lieten de aardappelen
links liggen en trokken met de riek op de schouder naar het station in
Blaasveld waar de aardappelen op de wagons werden geladen. Onderweg, aan t
Zuurbos, kwamen ze Net van Bel, de vrouw van Frans Huyghe tegen. Net vroeg :
Wat gaat gij doen ? Is het terug Boerenkrijg ? De mannen zegden dat ze het
laden van aardappelen gingen stoppen in het station van Blaasveld. Of ze in hun
opzet geslaagd zijn, konden we niet achterhalen. Maar zeker is dat deze
gebeurtenis de aanleiding was tot de oprichting van de Leestse afdeling van het
Boerenfront.
In de weken die daarop volgden, werd in de zaal de
Boerenhandel bij Peerke Van den Eede aan de Juniorslaan, de latere woning van
de familie Duran, het Boerenfront opgericht.
Prosper Busschot oordeelde dat hij niet in het bestuur
kon zetelen omdat hij gemeenteraadslid was maar hij steunde de actie voor meer
dan honderd procent. Het eerste Boerenfrontbestuur bestond uit voorzitter
Victor Schaerlaekens, bijgenaamd den Dockx, Antoon Polspoel, Remy Bradt,
Lodewijk Nuytkens, Constant Daelemans, Constant Gobien sr. en Henri Van den
Heuvel. Bij de Boerenfronters waren er bijzonder veel leden van de fanfare
St.-Cecilia en de banden tussen de beide verenigingen zijn altijd erg nauw
geweest.
Prosper Busschot was een uiterst minzaam man,
bijzonder rustig en correct. Hij heeft veel betekend voor de fanfare en voor de
mensen van de Leest-Heide.
Tussen de personenwagen van Slachmuylders uit Leest en de wielrijder De
Alfons De Bondt uit Hombeek kwam het tot een botsing waarbij deze
laatste
kwetsuren opliep.
Ter
hoogte van het huis nr 38 in de Dorpstraat kwam een bromfietser door
t
ontwijken van een wielrijder, tegen een betonpaal terecht.
Gelukkiglijk zonder erge gevolgen.
1964 Januari De
Band :
Bij
het vervoeren van een partij bieten kantelde de vracht met het gevolg
dat
de genaamde Gustaaf Van der Elst een breuk opliep aan de grote teen..
Dorpsgenoot Henri Verschueren kwam met zijn handkar in aanrijding met
een
vrachtwagen. Dat gebeurde op de Zandpoortvest te Mechelen.
Op de Guido Gezellelaan te Mechelen
gebeurde er een aanrijding tussen
de
personenwagens van Frans Piessens uit Leest en Lissnijder uit Berchem.
Door
een onbekende oorzaak kwam in de Kouter de broodwagen van Alfons
Hellemans bezijden de weg in de gracht.
Gevolg : aanzienlijke schade aan de
wagen.
1964 19 januari : Groots
Bal van het Boerenfront
Locatie : zaal Van den Eede.
1964 29 januari : Aflegging
beloften Burchtknapen en Kerstfeest Chiro
Op
29 januari 1964 werd door de Burchtknapen die de voorbereidingstijd
goed
volbracht hadden, de belofte afgelegd. Het Kerstfeest ging daarna door
en
er was veel leute en kameraadschapsgeest vast te stellen.
1964 Februari De
Band :
Aan het Volksbelang werd onze dorpsgenoot Ernest Nuytkens door een auto
aangereden. De auto hoorde toe aan Neuttiens Maurits uit Hofstade.
Ernest werd gewond en overgebracht naar een Mechels ziekenhuis.
Op
de steenweg naar Battel deed zich een aanrijding voor tussen de
personenwagens van Alfons Verbruggen uit Leest en deze bestuurd door
Antoon
Van
Steen uit Ruisbroek. De echtgenote van deze laatste werd hierbij licht
gewond.
Een
verkeersongeval deed zich voor aan de Brusselpoort te Mechelen tussen de
personenwagen van De Vadder uit Herent en de bestelauto van de
Leestenaar
Paul
Polspoel.
Werkongeval
: Tijdens zijn werk werd Jan Spinnael, werkzaam bij de firma
Comet, ernstig aan de rechterhand verbrand, zodat hem thuis
geneeskundige
zorgen werden verleend.
1964 Februari 1964
- Gazet van Mechelen :
Burgemeester
Emiel Verschueren vierde zijn gouden huwelijksjubileum te Leest
Het is in een kleine gemeente geen alledaagse
gebeurtenis dat men een bruiloftviering meemaakt van een burgemeester.
Dit was echter vorige zaterdag te Leest het geval met
de echtelingen Emiel Verschueren- Catharina Lauwers, wonende op de mooie
boerderij Hof ter Halen in de Elleboogstraat 18. Zij vierden er immers de 50ste
verjaardag van hun huwelijk.
Beiden zijn geboren Leestenaren. Emiel zag er het
levenslicht op 31/1/1889, zijn echtgenote op 10/8/1890.
In de Sint Niklaasparochie werd op 14 februari 1914
hun huwelijk ingezegend door wijlen Z.E.H. Beukelaers. Aan het hoofd van de
gemeente stond toen wijlen burgemeester Bernaerts.
Hun huwelijk werd gezegend met 8 kinderen die thans
allen nog in leven zijn, namelijk 5 meisjes en 3 jongens. Eén van de dochters
werd kloosterzuster.
Verder hebben ze reeds 19 kleinkinderen.
Miel Verschueren heeft samen met zijn geliefde vrouw
hard gewerkt, want benevens de opvoeding van de schone kroost hadden ze 12 ha land
dat diende bewerkt te worden.
Ze hebben echter het wel en wee samen goed weten te
dragen.
(...)
Maar niet alleen voor zijn gezin heeft Miel zich
verdienstelijk gemaakt, zijn goed hart en bekommernis voor de gemeenschap
reikte nog veel verder, zo kwam het dat deze gevierde jubilaris zich in de
gemeentepolitiek ging moeien.
(...)
Tevens was hij een der grondleggers van de Kon.
Fanfare St.-Cecilia waarvan hij heden nog het ere-voorzitterschap waarneemt.
Dat de familieen de burgervader op de handen worden gedragen, werd zaterdag afdoende
bewezen. Rond de woning, in het dorp, langsheen de kerk en op het gemeentehuis
was het een pracht van vlagjes, bloemen en spreuken.
Toen ze met de prachtige autos langs de versierde
straten naar de kerk reden, brachten talrijke inwoners met sympathiek
handgebaar hulde aan het echtpaar.
De jubelmis werd opgedragen door Z.E.H. Bernaerts,
onderpastoor te Ganshoren en neef van de jubilarissen. Aan het altaar werd hij
bijgestaan door pastoor Coosemans en onderpastoor Verbist.
Onder de dankmis hield Z.E.H. Bernaerts een korte maar mooie toespraak waarin
het zeer verdienstelijk leven van het bruiloftspaar in t licht werd gesteld.
Na de dankmis werden zij geluk gewenst door Z.E.H
Coosemans en E.H. Verbist.
Hierna gingen ze in stoet tussen de leerlingen der gemeenteschool die een
erehaag hadden gevormd naar het gemeentehuis. Daar werden ze ontvangen door
schepenen Ferdinand en Frans De Prins in aanwezigheid van de raadsleden,
secretaris Bradt en veldwachter Van Hoof.
Het was Frans De Prins die de taak van de burgemeester moest overnemen, hij
deed dit op zeer treffende wijze, en verklaarde fier te zijn nu zelf eens de
burgemeester en zijn familie in de bloemen te mogen zetten.
Na zijn toespraak kwam de burgemeester met tranen in
de ogen zelf aan het woord, hij vond geen woorden genoeg om in naam van zijn
gezin en familie zijn dank te betuigen voor de grote eer hem en zijn familie
aangedaan.
Hierna werden twee mooie klubzetels, namens de
bevolking overhandigd, en vanwege het gemeentebestuur een prachtige vulpen
aangeboden.
Vervolgens werd de erewijn gedronken en als slot van
deze feestzitting dankte de oudste zoon Cyriel Verschueren het gemeentebestuur
voor de goede ontvangst welke hen was te beurt gevallen.
Hierna begaven de feestelingen zich naar de parochiezaal, waar het feestmaal te
wachten stond.
s Avonds bracht de Kon.Fanf. St.-Cecila zijn ere-voorzitter nog een serenade,
en werd hen als geschenk een 900-dagen klok aangeboden.
Emiel Verschueren
was de zoon van de stichter-voorzitter van de fanfare St.-Cecilia Theofiel
Verschueren. Hij werd te Leest geboren op 31 januari 1889 en overleed er op 1
februari 1975. Door zijn vrienden werd hij Boske genoemd.
In zijn jonge jaren
is hij muzikant geweest vanaf 1907 tot ongeveer 1934. Later werd hij
bestuurslid in de fanfare.
Hij was ook een van
de eerste lokaalhouders van St.-Cecilia en wel van 1914 tot 1931.
In 1931 kocht hij
het Hof ter Haelen en werd er herenboer.
Hij was burgemeester
van Leest van 1939 tot 1944 en van 1959 tot 1965.
Op
de steenweg op Battel deed zich een aanrijding voor tussen Jan De Borger
met
zijn bestelwagen en de fietser Francis Claes uit Mechelen, waarbij deze
laatste licht gewond werd. Of hier van een
aanrijding mag gesproken worden ?
Naar
bekomen inlichtingen zou de fietser door te remmen over zijn stuur gestuikt
zijn, wat begrijpelijk de lichte verwonding uitlegt, zonder in aanraking
te zijn
geweest met de bestelwagen. Het lijkt wel een louter toeval te zijn.
Geets Jan met op de duozitting van zijn bromfiets de genaamde Jeanne
Maes uit
Mechelen, kwam op de steenweg naar Brussel in botsing met de personenwagen
bestuurd door de Mechelaar Jacques Labar. De twee eersten werden gewond.
De
wagen bestuurd door mevrouw Cauwenbergh uit Leest, werd bij het indraaien
van
een aardeweg op de Dorpstraat door een andere wagen aangereden.
De
eerste werd tot tegen een hoekhuis verplaatst, zonder evenwel schade te
berokkenen. Beide autobestuursters kwamen er ongedeerd van af en de
stoffelijke schade schijnt zeer gering te zijn.
(DB,juni 1963)
1963 Zondag 23
juni : Tentoonstelling in de Zusterkensschool
...iedereen
zal kunnen zien wat er zoal gedaan wordt in de zusterkensschool.
Waarmee hun kleintjes zich zoal bezighouden.
Tussen 8 en 12 uur en tussen 14 en 21 uur.
Drank hoef je niet mee te nemen, er wordt voor gezorgd ,ook voor ijsjes
en
Friscos... (DB, mei 1963)
1963 Juli De
Band : Huizenbouw te Leest
Het
is niet de eerste maal dat kritiek werd uitgebracht op het lang uitblijven
van
het bouwen van woningen te Leest.
Kritiek is vanzelfsprekend gemakkelijk ; wie echter weet wat al
administratieve
en
andere moeilijkheden kunnen te voorschijn komen, zullen zich wel onthouden
van
kritiek.
Het
mag gezegd : de huizen komen er.
Wie
belang stelt stelt in een huis kan zich wenden tot de heer schepene Ferdinand De
Prins, Dorpplaats
te Leest, die bereidwillig alle gewenste inlichtingen zal geven.
Men
wendt zich dus niet tot om het even wie buiten bovenvermelde schepene die
daartoe gemachtigd is.
Ferdinand Nante De
Prins, Ere-Schepen van de gemeente Leest en erelid van de Kon. Fanfare
St.-Cecilia was in de Alemstraat te Leest geboren op 6 januari 1908 en hij
overleed er op 5 juli 1995.
Hij was gehuwd met
Alida De Wit (°Leest 28/09/1909, +30/10/1990) die hem vijf kinderen schonk :
Jan, Constant, Marcel, Walter en Maria.
Naast muzikant van
de fanfareSt.-Cecilia was hij er ook wijkverantwoordelijke,
bestuurslid en ondervoorzitter. Vanaf 1946 was hij gemeenteraadslid en schepen
van 1959 tot 1970.
Rond 1930 kocht hij
op het Dorpsplein (Leest-Dorp) de woning van de familie Huysmans die er daar
een limonadefabriekje op nahield. Nante verbouwde de woning tot beenhouwerij
die na zijn opruststelling werd overgenomen door zijn zoon Walter en later door
de familie Cremie.
Fotos :
-Nante en Lida De Prins-De Wit in hun jonge jaren.
-Het limonadefabriekje van de familie
Huysmans. De vroegere woonst ook van burgemeester Mattheus Buelens
(°1830,+1865). Nante bouwde de woning om tot beenhouwerij.
Te Blaasveld botste Alfons Van
Linden met zijn vrachtwagen tegen een fietser.
De fietser, de Blaasveldtenaar Leo
Van Dam werd hierbij licht gewond.
Op de Koning Albertplaats te Mechelen deed zich een aanrijding voor
tussen
de auto bestuurd door Elza De Rooster uit
Leest en een lichte vrachtauto.
Enkel stoffelijke schade.
(DB,juli 1963)
1963 1 juli : Eerste
reis van de Leestse Gepensioneerden
Bestemming : Belgische kust met op
de terugweg een bezoek aan Oostakker.
1963 Tussen 4 en 5 juli 1963 kwam een Diesel met
aanhangwagen, waarop een grote
vergaarbak, gevuld met een gevaarlijk goedje, aan het kuispunt van Vink-
en
Scheerstraat, door de aldaar te nemen bocht in de gracht terecht.
Het
was slechts in de namiddag dat men erin gelukte alles kant en klaar te
brengen.
1963 10 juli : De
Parochiale Vrouwengilde bezocht Nederland.
wij
keken met open ogen naar de huisjes en hoeven die er uitzagen zoals bij
ons
meer veel dichter behangen met kraakheldere gordijnen. Vooral viel ons
op
het onnoemlijk aantal T.V.-antennes.
Iets wat ons vrouwen in die Nederlandse steden opviel en bepaald niet
meeviel,
was het gebrek aan mooie, luxueuse
etalages voor kleding in t algemeen en
voor
dameskleding in t bijzonder. Neen Nederlandse zusteren, in uw winkelstraten
vinden wij onze gading niet. Het is er allemaal te streng en te donker
omlijst
(passages uit het reisverslag in
DB)
1963 15 juli : Noodlanding
te Leest
Op
maandag 15 juli stelden inwoners vast dat een zweefvliegtuig in
moeilijkheden was geraakt en een noodlanding maakte in het
bloemkolenveld
van
A. Emmerechts.
De
bestuurder was een 18-jarige Franse piloot uit Parijs die aldaar was
opgestegen om een vlucht van 300 km te volbrengen met als doel Holland.
Noch
piloot, noch toestel liep schade op.
Er
was een enorme belangstelling vanwege het publiek. Lang duurde het echter
niet, want met de hulp van bereidwillige dorpsbewoners werd het toestel
gedemonteerd en kon het weggebracht worden.(DB,1963)
1963 In de nacht
van 15 op 16 juli kwam de auto bestuurd door Doms van Leest
tegen de omheining terecht van het
huis van Lemmens in de Scheerstraat.
1963 Van 20 tot 30
juli : Bivak Chiro-Jongens
40 jongens brachten hun bivak door
te Wezemaal.
1963 Vreselijk
ongeval
In de nacht van 20 op 21 juli 1963
werden Willy Lauwers en Alb. Nuytkens
het slachtoffer van een vreselijk
ongeval.
Het
deed zich voor te O.L.Vrouw Waver op de wijk Stalen Muur.
Alles was in een handomdraai voorbij, auto over kop geslagen, via een
beek
tegen een boom geslingerd. De inzittenden werden door het autodak
geslingerd
en
bleven als dood ten gronde liggen.
De
gevolgen waren verschrikkelijk, beiden werden in zorgwekkende toestand naar
klinieken overgebracht. Ook de auto werd zeer zwaar beschadigd.
(De Band, augustus 1963)
1963 Leest, 29 juli 1963Beste Dorpsgenoten,
De Heer
Burgemeester en Schepenen van de gemeente Leest verbieden ten
strengste de halten die voorzien zijn, alsmede al de andere halten die
zouden
kunnen gemaakt worden op ons grondgebied, met de schoolbus van
Kapelle-o-d-Bos.
Wij
zelf hebben onze schoolbus die regelmatig zal blijven fungeren, we zouden
niet
graag zien dat er een schoolstrijd zou ontstaan.
De
geestelijke en wereldlijke overheid verzetten zich met kracht tegen de
schoolbus van Kapelle op het grondgebied
van Leest.
Mocht het bestuur van de school van Kapelle toch handelen, moeten wij
verdere
maatregelen treffen.
De Burgemeester (get.) E. Verschueren.
(Afschrift brief tot de inwoners,
gepubliceerd in De Band, augustus 1963)
1963 25 augustus :
Uitstap St.-Cecilia
De Koninklijke Fanfare St.-Cecilia
organiseerde een rondrit in de Ardennen met
als einddoel Durbuy, het kleinste
stadje van België. Daar werd ook een concert
gegeven.
1963 September : Erge
aanrijding
Onze
dorpsgenoot Alfons Huys werd op de steenweg naar Gent te Mechelen,
rijdende op zijn bromfiets, aangereden door een auto bestuurd door R.
Meuleman
uit
Ukkel.
Hij
werd gewond aan het voorhoofd en liep een vingerbreuk op.
(DB, oktober
1963)
De eerste dag van het nieuwe schooljaar werd de genaamde Martin
Mollemans,
die
in gezelschap was van zijn moeder,aan
de Hoogbrug te Mechelen zijdelings
aangereden door een bromfietser. Beiden vielen ten gronde. De jongeling
had
echter, na vaststelling door een dokter, een vingerbreuk
opgelopen.
(DB,augustus
1963)
1963 Zondag 1
september : Tweede Milac-Avond in het parochiehuis.
Hoofdbrok was de fantaisiste Jo
Nell.
1963 12 september
: Muziekonderricht door Kon.Fanfare St.-Cecilia :
Prachtig
Initiatief
Het mag wel een prachtig initiatief genoemd
worden, genomen door de Kon.
Fanfare Sint Cecilia, een begin te hebben gemaakt met het geven van
muziekonderricht.
In
een tijd dat niet zoveel meer rekening gehouden wordt met de bevordering
van
de cultuur, komt het zeker op tijd de jeugd in te schakelen in dat raderwerk.
De
ontwerper(s) zullen ten volle moeten onderschrijven, dat de gedane oproep
goed
beantwoord is geworden , immers een 20-tal jongeren waren aanwezig
op
zaterdag 12 dezer in de gemeentelijke jongensschool, om de eerste les te
volgen.
De
heer Theofiel Fierens is zeker een borg voor de juiste methode die moet
aangewend worden, en er mag hem veel geluk toegewenst worden voor het
volbrengen van deze schone taak.
(DB, november
1963)
1963 12 oktober : DansavondK.Fanf. St.-Cecilia
Een nacht in Venetië meteen buitengewoon orkest.
1963 20 oktober : Overlijden
meester Victor Selleslagh (zie ook 25/01/1917)
Victor-Jozef Selleslagh was op 12
december 1895 geboren. Hij was eerst
onderwijzer geweest te Tisselt en
kwam in 1917 naar Leest in de plaats van
meester Dumont. Hij gaf
ononderbroken les aan het derde en vierde studiejaar.
Meester Selleslagh was gehuwd met
Delphina Francisca De Wit die hem bijna
32 jaar zou overleven. Zij overleed
een maand voor haar 101ste verjaardag.
(°Tisselt 19 augustus 1894, +Leest 13 juli
1995).
Meester Selleslagh was zeer actief
in het Leestse verenigingsleven, vooral in de
culturele sector. Zo was hij o.a.
medestichter van de toneelvereniging Rust Roest
bestuurslid van het Davidsfonds en
erelid van de Bond van het Heilig Hart en van
verscheidene godsvruchtige
broederschappen. Hij was ook een goed zanger en
acteur en als de buren om een vers
verlegen zaten bij één of andere viering wisten ze
hem te vinden. Hierna een
bloemlezing ons bezorgd door zijn dochter Raf :
Alle jaren een nieuw ministerie, dat is verduiveld
grote mizerie.
Maar alle vijfendertig jaar een nieuwe pastoor, dat
kan er nog al door.
Proficiat Z.E.H. Coosemans, bestuur uw schapen menig
jaar
zoals den ouden E.H. Beuckelaer.
(deze tekst was
geplaatst aan zijn woning ter gelegenheid van de aanstelling van pastoor
Coosemans)
Jef van den dries en zijn gezin, Gustje Van Caster en
zijn Josefien,
wensen den E.H. Coosemans met veel plezier en menig
getier,
welkom in ons midden hier.
(tekstje voor buur
Jozef Fierens)
Fientje, haar zeven schakes en hun chef, begroeten
met vreugde E.P. Jef.
Hij nog steeds van Gods wegen vergezeld, in het verre
toekomstige missieveld.
(Bij de stoet en
eremis van de zoon van zijn neef Jozef Selleslagh. Schake was de bijnaam van
meester Selleslagh)
Meester Selleslagh had een andere methode van
straffen : als hij lange tijd met zijn rug naar de klas moest staan om op het
bord te schrijven, duidde hij één van de brave jongens als roeper aan. De
roeper moest de klas in het oog houden en de naam roepen van de klasgenoot die
iets mispeuterde. Die jongens moesten naast elkaar op een rij gaan staan. Als
de meester alles op het bord had gezet, ging hij naar dat rijtje en gaf elke
jongen een schup tegen zijn broek. Daarna mochten ze terug gaan zitten.
Maar er zijn ook leukere herinneringen aan meester
Selleslagh : als hij in e winter moest toezicht houden op de speelplaats,
speelde hij mee tikkertje omdat hij anders ook kou had. Bij meester De Leers
moest je jezelf een pak rammel geven
(Kindertijd in
Leest, eindwerk Hilde Smets 1997)
Bijvoegsels :
-Meester Selleslagh.
-Doodsbrief van meester Selleslagh, op zijn
gedachtenisprentje staat als datum van overlijden 20 oktober, op zijn
doodsbrief 22 oktober.
-De leerkrachten van de meisjesschool in 1962. Van
links naar rechts : Anny Kinnart uit Hakendover. Ze was in de plaats gekomen
van zuster Alberica maar kreeg al snel een plaats te Tienen. Paula Bradt, een
interim-kracht en Francine Miroux uit Hombeek.
Onderaan zusters Annonciate, Maria De Boeck en
schoolhoofd zuster Michelina.
1963 Naar welke
school ?
Beste ouders,
Het einde van het groot verlof nadert stilaan en
weerom gaan we een nieuw schooljaar tegemoet. Pas voor het groot verlof hebt u
gezien met de tentoonstelling wat uw kinderen voortbrachten, dus we mogen wel
zeggen en iedereen heeft gezien dat onze dorpsschool voor geen enkele andere
school moet ten achter staan. Dus, beste ouders, laat u niet overhalen en laat
uw kinderen op uw parochie.
We hopen een nieuwe klas bij te hebben, dus zal dit
heel wat bijdragen, het onderwijs te vergemakkelijken. We zullen bijgevolg zeer
veel winnen op de overbevolkte klassen van Mechelen en elders, waar uw kinderen
soms maar in de klas zijn als ballast.
Waar zal men meer met de leerlingen kunnen bezig zijn,
in een klas van 40 of in een klas van 20 leerlingen ? Oordeelt zelf, beste
ouders !
Dan nog wat de schoonheid en gezelligheid van onze
lokalen betreft, alsook gerei, materiaal en handwerk, denken we op de woorden
die een inspecteur tot ons richtte : Zuster, kom met mij mee en bezoek al de
scholen van Mechelen en omliggende, en u zal zien dat er bitter weinig scholen
ingericht zijn, als de uwe.
Nog een bewijs, beste ouders, dat onze scholen
degelijk zijn.
Wat schoolgerei, handwerk, enz betreft, alles is
kosteloos, dus geef geen nutteloos geld uit in andere scholen. Als uw kinderen
bij ons niet leren zullen ze het evenmin elders kunnen ; en vreemde
leerkrachten laten zich weinig gelegen aan vreemde kinderen, terwijl onze
leerkrachten zich inspannen en toewijden alsof het hun eigen kinderen waren.
WE HOPEN DAT U, BESTE OUDERS, ONS UW VERTROUWEN ZULT
SCHENKEN.
Onze
Meisjesschool L E E S T
1963 Mei : Wegeniswerken Kouter
Met
voldoening kan vastgesteld worden dat sedert een drietal weken de
wegeniswerken in de Kouter aangevangen zijn. Iedereen weet natuurlijk
dat de
gure
winter oorzaak is van de opgelopen vertraging.
Zo
komt Leest binnen onafzienbare tijd gans met macadamwegen, behalve de
fameuze Battelse Bergen, die beslist aan verkeer zullen inboeten.
Anderzijds mag het wel gezegd dat ook de Kouter een nieuwe verlichting
zal
krijgen, net zoals voorzien voor andere straten.
(De Band, juni 1963)
1963 Mei : Aanrijdingen
Aan de brug te Battel kwam het tot
een aanrijding tussen de bromfietser Raphael
Van de Kerkhof uit Duffel en onze
dorpsgenote Maria De Wit.
Allebei werden ze licht gewond.
Op de steenweg naar Hombeek kwam
Jan Van den Heuvel al fietsende in
aanrijding met de personenwagen van
Albert Aerts uit Kapelle-o-d-bos.
De fietser werd licht gewond.
En nog een ongeval : in de
Adegemstraat te Mechelen botste Leestenaar Eduard
DHondt met zijn bestelwagen tegen
de personenwagen van Anderlechtenaar
Albert Mus.
Toen mevrouw Lauwers-Geerts van op een ladder een werkje aan t
opknappen
was,
deed zij tengevolge van een verkeerdelijke beweging een val, met het gevolg
dat
zij een breuk aan de voorarm opliep.
(DB,juni 1963)
1963 Zondag 12 mei
: De Chiro vierde de Meivaart te Rijmenam
De hele jongenschiro van Leest
woonde de Mariahulde in Rijmenam bij.
Kerels en knapen verplaatsen zich
per fiets, de burchtknapen namen de bus.
In de voormiddag kregen de circa
900 jongens activiteiten per afdeling
voorgeschoteld, zo namen de knapen
deel aan een groot sluipspel.
In de namiddag was er een groot
groepsspel verovering van de ruimte
georganiseerd.
Deze schone dag werd besloten met een plechtige slotformatie te 17 h.
(DB)
1963 17 mei : Aanhouding
van landloper
De garde van Leest werd er van
verwittigd dat er al verscheidene dagen een
persoon doelloos rondzwierf in de
omgeving van de Alemstraat. Hij bracht al
verscheidene nachter door in een
schuur aldaar buiten het medeweten van
de eigenaar.
Het betrof Emiel Schaerlaecken,
geboren te Zemst 18/6/1903, een hoeveknecht
en wonende te Wolvertem.
De man vertelde dat hij sinds 22
april ontslagen was uit de
Rijksweldadigheidskolonie van
Wortel en vandaar naar de gevangenis van
Mechelen was overgebracht. Na vier
dagen had hij zich tot de Zusterkens der
Armen gereicht en werk gevonden bij
een hovenier uit St.Katelijne Waver waar
hij in een serre had moeten slapen.
Vorige nacht had hij doorgebracht in een
konijnenhok te Kapellen-op-den-Bos.
(DVV)
1963 22 en 26 mei
: Inentingen tegen Kinderverlamming
Door de zorgen van het
gemeentebestuur en onder bescherming van het
Ministerie van Volksgezondheid en
Gezin werd ook aan de Leestenaars de
gelegenheidgeboden zich te laten inenten tegen de
Polio.
Deze oproep werd zeer gunstig
onthaald en opgevolgd.
Ondertussen hadden er al twee
inentingen plaatsgehad.
De laatsten gingen door op woensdag
22 en zondag 26 mei in de gemeentelijke
jongensschool.
1963 26 mei : Lichte
grondverzakking op de Juniorslaan
Die dag sukkelde een autobus van de
lijn Londerzeel-Mechelen op de Juniorslaan
met haar wielen even over de
buitenkant van de rijbaan wat resulteerde in een
lichte grondverzakking. Nadat alle
reizigers waren uitgestapt kon de bus zich
Aan
de Adegempoort te Mechelen had een aanrijding plaats tussen de
personenwagen van Jozef De Boeck uit Londerzeel en de vrachtwagen
bestuurd
door
Leo Verbruggen uit Leest. Gelukkig beperkt tot slechts materiële schade.
In
de Generaal De Ceuninckstraat te mechelen kwam het tot een botsing tussen
een
vrachtwagen toeheborende aan Jozef Vermeylen uit Schriek en het gespan
van
Jan Verbergt (zie ook 19/01/1973) uit Leest. Enkel stoffelijke schade.
Diefstal
Ten
nadele van de Antwerpse maatschappij belast met het leveren van de
waterleiding werd een aantal asbestbuizen, gelegen op de Mechelbaan te
Leest, ontvreemd. De daders waren onbekend.
(DB, nr.2,1963)
1963 Zondag 10
februari : Jaarlijks Teerfeest Boerenfront
In zaal Van den Eede met als
extraatje het optreden van een goochelaar.
1963 Zondag 10
februari : Oud-onderpastoor De Schutter pastoor benoemd.
De oud-onderpastoor van Leest De
Schutter werd door Monseigneur Daem,
bisschop van Antwerpen, aangesteld
als pastoor van O.L.Vrouw Geboorte te
Hoevenen.
(DB,februari 1963)
1963 Maandag 11
februari : Milac Lachfestival
In het parochiehuis werd de
nieuwste Cabaret-Revue opgevoerd van en met
Johnny Steggerda.
Een drie uur durend spektakel met medewerking van de
sensationele teenager
vedette Linda Carina, de
fantaisiste Sylvia Van Loo, Frank Pola, The Barleys
fantaisie in technicolor, Glissando
& Co muzikale sketchen, De Framatellis en
Bob Poortmans en zijn Ensemble.
Verder met de medewerking van
sigaretten St. Michel en Het Nieuwsblad
Sportwereld.
1963 Zondag 17
februari : Jaarlijks bal van K.F. Sint-Cecilia
Niettegenstaande barre
weersomstandigheden nog een meevaller dankzij het
orkest.
1963 Zondag 31
maart : Kunstconcert van St.-Cecilia
Zeer bevredigende opkomst, met veel
muziekliefhebbers van buiten de gemeente.
Tussendoor zorgde de radio en
tv-ster Maurits Callaerts voor de humoristische
noot.
1963 Zondag 14
april : Chiroknapen legden beloften af
Zondag
14 april PASEN : speciale dagen voor onze knapen.
Op
deze dag hebben onze kwikbeentjes hun belofte afgelegd of hernieuwd,
hun
jongenstrouw aan de Heer beloofd.
Het
waren : Jean De Croes, Hendrik Verschuren, Paul Bradt, Freddy
Walschaerts, Fonny De Laet, Dirk Leemans, Walter Feremans, Alf. Janssens
en
W.
Van Praet.
De
acht weken lange voorbereiding was zeer goed en kende dan ook zijn
bekroning met Pasen zelf. (DB
juni 1963)
1963 28 april : Jubelfeest
van de Kon.Fanf.St.-Cecilia
Louis Alewaters werd gevierd voor
zijn 50-jarige trouwe dienst als muzikant
en Rik De Bruyn voor zijn 25-jarig
muziekbestuurschap.
Vanaf het moment dat Rik De Bruyn
was gevierd, gaf hij herhaalde keren te
kennen dat het bestuur best uitkeek
naar een opvolger. Uiteindelijk zou hij in
1965 een punt zetten achter zijn
dirigentschap. Hij werd terug muzikant en speelde
In die tijd alto. Wel zou hij nog
hulpdirigent blijven. Zijn opvolger was Theo Fierens,
een beroepsmuzikant.
Verder werden volgende personen
vereremerkt :
45 jaar muzikant : G. Potums en E.
Vloeberghen.
35 jaar muzikant : G. DeBruyn, L.
Van den Heuvel, L.Verschuren en R. De
Bruyn.
25 jaar muzikant : A. Robijns, H.
Van den Heuvel, J. De Borger, A. Mollemans,
J. Van der Auwera, J. Baeten en A. De
Schouwer.
Volgende zusterverenigingen
verleenden hun medewerking :
de fanfare Willen is Kunnen uit
Zemst-Laar, de harmonie Concardia uit
Kalfort, de K.F. De Vrolijke Vriendenuit
Hombeek-Heike en de fanfare
Ons Genoegen uit Battel.
De autobus met de leden van
Concordia uit Kalfort kwam op de Juniorslaan
in een gracht terecht. Twee
personen werden licht gewond maar konden toch
deelnemen aan de opluistering van de
jubelviering.
(GvM,12/10/79, DB mei 1963, Leest
in Feest.)
Via oud-burgemeester
Lauwers viel me een brief in handen van Rik De Bruyn, helaas niet gedateerd,
waarin hij zijn ontslag aanbood omdat hij het moeilijk had met de mentaliteit
van sommige muzikanten :
Heer Voorzitter en Heren Bestuursleden,
Met deze bied ik U mijn ontslag aan als muziekleider
onze Koninklijke Fanfare St.-Cecilia Leest.Ik voel mij niet meer bekwaam de muzikanten bijeen te brengen hetzij op
repetities, hetzij op uitstappen. Sinds jaren is mijn enige doel geweest,
onbaatzuchtig, om van onze muziek een machtig korps te maken. Dit schijnt mij
niet meer mogelijkdaar ieder
persoonlijk geschil door sommige muzikanten benut wordt om onze muziek tegen te
werken. Van vooruitgang is er dus geen sprake meer en daardaar kan ik de
avonden, die voor mij zo nuttig
zijn, niet meer besteden aan de Maatschappij.
Ik ben bereid de hangende zaken nog af te handelen,
bijvoorbeeld de concours die in t verschiet ligt. Ik geef U echter de goede
raad zich beter te onthouden en me zo spoedig mogelijk te ontlasten van mijn
taak, daar dit moeilijk werk me te lastig schijnt in zulke voorwaarden.
Bij de ene muzikant begint de repetitie te laat, bij de
andere te vroeg. Bij weer anderen duurt ze te lang. Het is me daarom onmogelijk
de zaak in evenwicht te houden.
Voor een muziekwedstrijd moet de leider uit de
bezetting kunnen halen wat er uit te halen is. Ik kan geen solisten aanduiden
met wettige reden of er komt ongezonde kritiek. Over muziek wordt er wel veel
gesproken, maar te weinig beoefend. Die de meeste tijd hebben, geven doorgaans
het slechtste voorbeeld. We bezitten wel enige goede elementen die het goed
menen, doch dit is onvoldoende om onze Fanfare op een hoger peil te brengen. Ik
kan me dus geen verloren moeite meer opleggen en vraag zo spoedig mogelijk mijn
ontslag om mede de rangen te vervoegen als muzikant, hetgeen voor mij minder
last zal zijn. Ik dank tevens het Bestuur en de muzikanten die onder mijn
leiding gedaan hebben wat mogelijk was, in het bijzonder deze die met mij
hebben samengewerkt om de kunst in de maatschappij te bevorderen.
Daar ik onbevoegd ben nog verder het ambt van leider
te vervullen, hoop ik dat U mijn ontslag zult inwilligen.
De Bruyn
Henri.
Nadat deze brief in
de bestuursvergadering was besproken, werd hij aan de muzikanten op de
repetitie voorgelezen. Er volgde een bespreking en de muzikanten zagen in dat
persoonlijke belangen in de fanfare plaats moesten maken voor het belang van de
vereniging. Alle plooien waren daarmee glad gestreken en het was weer rustig in
de fanfare.
(Stan Gobien)
Zie ook 1965 : afscheidsrede
van burgemeester Lauwers.
Fotos :
-Viering muzikanten en dirigent in 1963. Staand van l.
naar r. :Rik De Bruyn, Albert Robijns,
Henri Van den Heuvel, Guill. De Bruyn, Eugeen Vloeberghen, Louis Van den
Heuvel, Gustaaf Potoms en Louis Alewaeters.
Gehurkt : Jan Baetens, Alfons De Schouwer, August
Mollemans, Frans Van der Auwera, Jan De Borger en Louis Verschuren. (foto : Stan Gobien, Leest in Feest)
-Voorkant van de ontslagbrief van Rik De
Bruyn.
-St.-Cecilia jaren 50.
Boven van l. naar r. : Verbeeck Pieter, Goovaerts
Const.,Robyns Alb.,Peeters Emiel, onbekend, De Prins Jan, Jacobs Frans, Fierens
Frans, Alewaters Louis, De Schouwer Alfons, Verschuren Victor, Vloeberghen
Eugeen.
2de rij : Verschuren Marcel, Van den Heuvel
Henri, Baetens Jan, De Smedt Jean, De Maeyer Frans, Polfliet Louis, Maes Frans,
De Decker Jozef, Lauwens Henri, Van der Auwera Frans, de Ferre Hombeek,
Busschot Constant, Peeters Jozef, Bradt Egied.
3de rij : Busschot Gustaaf, Verbruggen
Frans, Verschuren Frans, Absillis, Spinnael Jan, Lauwens Willem, onbekend,
Lauwens Antoon, Boey Frans, De Prins Albert, Nuytkens Daniel, zoon van de
Ferre, Huybrechts Leopold.
4de rij : Lauwens Jan, De Croes Louis,
Verschuren Louis, De Borger Jan, De Bruyn Willem, Busschot Gaston, Lemmens
Edward, Vloeberghen Juul, Van den Heuvel Jozef, Fierens, Lauwens Jan, Van den
Heuvel Louis, De Prins August, Potoms Gustaaf.
5de rij : Verschuren Victor, De Prins
Frans, De Prins Ferdinand, Croon Marcel, Busschot Prosper, Verschuren Henri,
Piessens Frans, Jacobs Marcel, De Bruyn Hendrik, De Prins Pieter, De Maeyer
Victor, Lauwers Frans, Robijns Frans, De Maeyer Eduard, Polspsoel Benoit, Verwerft
Frans, Geens Juul, Piessens Leopold.
August Gust van Trien
Nuytkens en zijn echtgenote Julia Van Erp in 1936
voor hun huisje in het Pensenstraatje dat ze
toen betrokken.
1963 Passieve
Luchtbescherming
Door het gemeentebestuur werd een
welverdiende hulde gebracht aan leden van
de Passieve Luchtbescherming.
Werden het Brevet van Overheid
toegekend :
Neutiens Frans : Plaatselijke
Overste
Scheurmans Frans Albert :
Ploegleider
Van Paessen Antoon : Adjunct
Ploegleider
Als agent bij de Korpsburgerlijke
bescherming :
Simons Frans, Goovaerts Constant,
Coosemans Desiré, Leemans Karel, De Prins
Jean,Verschuren Theofiel, Van Dijck Jozef,
Vanderauwera Frans, Neutkens
August (zie foto), Van den
Heuvel Constant.
Totale getalsterkte van het Korps
van Leest : 22 manschappen.
Bij Gust in
de Wijk
In de nieuwe wijk op de Kerkenblok woont August
Nuytkens. Gust is van 1910, hij heeft volgend jaar 70 jaar Leestse geschiedenis
achter de rug. We laten hem vertellen :
Mijn vader sproot uit een echt Leests gezin, mijn
grootouders heb ik niet gekend. Mijn vader werkte in Schaarbeek aan t
gouvernement als ijzerbewerker. Mn moeder was een Steenackers uit Ramsdonk.
Zij heeft heel hard moeten werken om de acht kinderen groot te krijgen. Drie
zijn er jong gestorven: ons Fiens als ze twintig was, ons Bertha op haar
dertien en een broer stierf toen hij zes was. Het was een moeilijke tijd : om
half vier s morgens ging ons moeder al helpen patatten steken bij den boer.
Dan moest ze rap terug naar huis om de kinderen naar t school te doen. Ons
vader zagen we bijna niet, voor half zeven was die naar Schaarbeek en nie
vroeger dan acht uur was ie terug.
We hebben twee oorlogen meegemaakt : t was de tijd
dat de boterhammen geteld werden en wie direct van school naar huis koerste kon
de dikste boterham kiezen. De tijd dat we moeten leven van t comité. Iedereen
kreeg t zelfde voor de zegeltjes. De bedeling gebeurde in t schoolhuis en als
we onze zegeltjes moesten inruilen waren de juffrouwen en de paster al weg met
de witte bloem, da moogde gerust weten ! De rijken waren ermee weg, de armen
kregen den overschot. Gijlie weet er niks van wat da was. De weelde is nu te
groot , de jonge mensen verstikken erin. Misschien is terug nen oorlog nodig om
dat in te zien.
Vertel wat
over jezelf Gust.
Daar is weinig over te vertellen. k Ben uit Leest
nie weggeweest. Alleen van 1924 tot 28 in Battel gewoond. Daarvooren daarna woonden we in de Scheerstraat, in het
oud huis van Van den Broeck en in t postgebouw.k Hem zoveel jaren schrijnwerker en
timmerman geweest te Mechelen en te Vilvoorde, k dee mijn werk zo goed als t
moest. Julia Van Erp heb ik leren kennen in Zemst op de kermis en wij zijn getrouwd
in 1932, de 15de oktober.
We kregen vijf kinderen : Daniël, Simone, Jean, Jeanne
en Jozef. Mijn Julia is gestorven in 1971 op 17 juli. Wat er vroeger allemaal
gebeurd is, daaraan denken is onnozel voor mij :
wat voorbij is, is voorbij. Over je jong leven daar
praat je wel over, maar tussen pot en pint.
Wat plezier je zelf gemaakt hebt op de kermissen van
Hombeek, Leest, Zemst, Willebroek, Tisselt, Kapelle of Stuivenberg, da denk je
wel eens aan terug. We gingen in compagnie te voet naar de kermis. We dronken
een goei pint. Ja, ik drink graag een goei pint maar ik ben nooit zat geweest
of heb nooit ruzie gemaakt. Er zijn veel van die mensen die willen vechten als
ze zat zijn, maar das niks waard.
Ik ben in Leest gewonnen en geboren, k zou nooit in
een stad kunnen wonen. Ik ga naar de voetbal of naar het café, als je alleen
bent, wa kun je anders doen om gezelschap te hebben.
Ik tuinier nog een beetje, zet wat vroege patatten, ook sjalotten en selder en
prei in mijn tuintje. Mijn bonen heb ik binnen in potjes geplant en als ze
gekiemd zijn zet ik ze buiten. En nu zet ik u ook buiten want ik zou men spek
willen bakken voor menne middag.
(K.S. in DB,
augustus 1979)
Gust was te Leest
geboren op 21 mei 1910 en hij overleed in het U.Z. Gasthuisberg te Leuven op 8
september 1986. Zijn echtgenote Julia Van Erp was te Hombeek geboren op 25
maart 1910 en zij overleed te Mechelen op 7 juli 1971.
Uit het
gedachtenisprentje van Gust :
bezorgdheid voor de anderen, bereidwillige
hulpvaardigheid voor de evenmens hebben het leven gevuld van deze dierbare. Hij
was een mens om van te houden, een onvermoeibaar werker, een eerlijk en
eenvoudig man, een door en door goed mens
1963 Wachthuisjes
In 1963 plaatste het
gemeentebestuur te Leest op diverse plaatsen wachthuisjes
voor de autobusgebruikers. (DB)
1963 Sportclub
B.J.B.-meisjes
Door
de zorgen van het bestuur der B.J.B.-meisjes werd overgegaan tot het
oprichten van een sportclub, met als doel aan ieder een buitenkansje te
gunnen
tot
het beoefenen van volleyball, dans en atletiek.
Om
de 14 dagen zal er geoefend worden.
(DB,1963)
1963 Programma
Vrouwengilde 1963
Godsdienstig
programma:
De godsdienststudiekring op elke
algemene vergadering.
Gelegenheid tot het bijwonen van
een retraite in februari en retraite per
briefwisseling voor jonge gezinnen.
Plaatselijke bezinningsdag op
zondag 10 maart.
Kapellekenshulde in de meimaand.
Lourdesbedevaart in mei of
september 1963.
Een vergadering voor de moeders van
kinderen die hun doopbeloften hernieuwen.
Een vergadering voor de moeders van
eerste communiecanten.
Bedevaart naar Schepenheuvel en
Leuven op 7 oktober.
Voordrachten:
Zondag 10 februari : Leef gezellig
thuis.
Zondag 28 april : Het gezin, open
de wereld.
Zondag 7 juli : Het gesprek
thuis.
Technische
Vergadering: voor landbouwers-
en tuiniersvrouwen op 18 februari.
Praktische
lessen : woensdag 6 maart : eierbereidingen.
Gezinswerking:
4 februari : Onder-Onsje voor
vaders en moeders met kinderen van 10-18 jaar.
24 februari : Onder-Onsje voor
jonge gezinnen.
22 april : Oudervergadering over :
De toekomst van onze kinderen.
Uitstappen:
Begin juli : zomeruitstap naar
Holland.
Groot verlof : Uitstap voor moeders
met kinderen.
1963 Januari : Ongevallen
Onze
dorpsgenoot Pieter Publie kwam in aanrijding met een bestelauto
toehorende aan een zekere Isidoor Buts uit Mechelen.
Marcel Verschuren kwam met zijn bromfiets in aanraking met een auto,
gelukkig zonder persoonlijk letsel, zijn bromfiets werd wel beschadigd.
Ingevolge de gladheid van de baan kwam Remi Emmerechts uit Leest tegen
de
brugleuning van de zennebrug terecht. Zijn auto werd zwaar beschadigd.
Met genoegen hebben wij kunnen
vaststellen, dat de laatste jaren talrijke inwoners van onze gemeente
toegetreden zijn tot onze socialistische organisaties, zoals ziekenbond,
vakbond, partij, enz..
Herhaalde malen bij
Parlementsverkiezingen werden wij getroffen door het groot aantal Leestenars,
die hun stem hebben uitgebracht op onze lijstenvoor Kamer, Senaat of Provincie.
Teneinde de socialistische
actie en gedachte in onze gemeente nog beter te doen doordringen, werd besloten
een plaatselijke afdeling van de B.S.P. op te richten.
De bestuursleden, en speciaal,
de voorzitter, LAUWERS Louis,
Scheerstraat 34, Leest.
de secretaris, DE SMEDT Albert,
Kouter 30, Leest.
de penningmeester, DE SCHOUWER
Alfons, Juniorslaan 29, Leest,
houden zich ter beschikking van
de bevolking voor alle mogelijk inlichtingen, hulp in sociale gevallen, enz.
Wij vestigen tevens de aandacht
op het feit, dat een Kabinetsattaché van minister A. SPINOY, zittinguur houdt
in onze gemeente, in het café De Zwaan, Dorp, elke derde maandag van de maand
te 19 uur.
Wij drukken er nogmaals op dat
IEDEREEN welkom is, en in de mate van het mogelijke zal geholpen worden.
Het bestuur van de B.S.P. afdeling
LEEST.
(Brief
zonder datum)
1963 Militielichting
1963
De Maeyer Edward, Alemstraat 11.
Diddens Victor, Dorpstraat 41.
Geets Freddy, Kapellebaan 3.
Lauwens Louis, Kouter 6.
Muysoms Jozef, Bist 11.
Nuytkens Jozef, Dorpstraat 33.
Polspoel Francois, Blaasveldstraat.
Silverans Willy, Winkelstraat 26.
Teughels Theodoor, Blaasveldstraat
26.
Van den Heuvel Frans, Juniorslaan
40.
Van de Poel Herman, Kleine Heide
32.
Verbruggen Robert,
Tiendeschuurstraat 6.
Verwerft Marcel, Vinkstraat 2.
Spoelders Jan, Kouter 52.
1963 Plechtige
Communiekanten
Jongens Meisjes
Bradt EricBeullens Rosa
Daelemans JozefCoeckelbergh
Maria
Feremans WalterLefever Maria
Gobien RogerSpruyt
Maria
Lamberts MarcVan den Heuvel Maria
Lauwers JulienVan den Heuvel Rosette
Lauwers TheoVan Ingelghem Maria
Leemans GerardVan Paesschen José
Lefever GuidoVan Praet Leona
Silverans AlfonsVerschueren Irene
Sollie JanVerbeeck Maria
Spoelders RudiLeukemans
Rachel
Teughels Arnold
Van de Camp Willy
Van Ingelghem Franki
Van Kerckhoven Florent
Van Praet Hugo.
48 jongens werd dit jaar het
Vormsel toegediend en32 meisjes.
1963 Stichting van de Chiro voor meisjes
De meisjes-chiro groeide vanuit de
Landelijke Jeugd.
Dit geschiedde onder pastoor
Coosemans en onder leiding van Hilda Silverans,
Micheline Van den Heuvel, Reinhilde
Verbruggen en de eerste groepsleidster
Reinhilde Polfliet.
De opeenvolgende groepsleidsters
waren na R.Polfliet : Els Vloeberghen,
Rosette Verschueren, Marie Louise
Boonen, Mariette Verbeeck, Angele
Verbeeck, Gerd De Prins (1973)
De eerste proost was pastoor
Coosemans.
Hun lokaal was het vroegere heem
van de jongens, het rechtse lokaal van de
oude school (Kouter). De meisjes
speelden op het plein naast de zaal maar
wel afgeschermd van de jongens door
een muur in cementplaten.
Vanaf 1964 gingen ook zij op bivak
: de eerste keer naar Ophasselt.
In de beginperiode kende de
meisjeschiro vier leeftijdsgroepen : sterretjes,
zonnekinderen, kroonmeisjes en
aspiranten.
Bij haar tienjarig bestaan in 1973
telde de groep 70 leden en gingen zon
55 van hen mee op bivak.
Bij het 15-jarig bestaan in 1978
was de groep als volgt ingedeeld :
1962 Op kerstavond
1962 heerste er grote verslagenheid te Leest : de 62-jarige
populaire dokter Stuyck liet die
dag het leven in een verkeersongeval, toen hij te
Heffen een zieke bezocht.
Marcel Stuyck was zijn praktijk te
Leest begonnen in het huis van Mademe Voet
aande St.-Jozefkapel in 1930. Achteraf bouwde hij zn huis een tiental
meter
verder in de Dorpsstraat.
Hij trok ook tanden en draaide zelf
pillen.
Stuyck had het devies zachte heelmeesters
maken stinkende wonden maar hij
was een echte volksdokter.
Tweeëndertig jaar lang zagen de
Leestenaars zijn vertrouwde figuur door het
landschap fietsen, dokter Stuyck
bezocht al zijn patiënten immers per fiets.
Zag hij iemand op het veld staan,
aan wie hij geboden had binnen te blijven, dan
stak hij zijn vuist op.Zijn vrouw rolde zijn sigaretten
Rik Van Beveren (Scheerstraat) vertelde
me ooit dat hij eens met schele tandpijn zat.
Mechelen was veraf en dokter Stuyck
dichtbij. Zonder verdoving begon de laatste
te trekken en te sleuren. Brullend
van de pijn donderde Rik van zijn stoel en tegen
de grond maar Stuyck liet niet af
en gaf geen duimbreed toe. Met zijn knieën op de
borst van zijn patiënt slaagde hij
er uiteindelijk in de slechte kies te verwijderen
Marcel Stuyck werd,
als oudste van 3, geboren te Antwerpen op 11 augustus 1900. Een broer werd
apotheker te Londerzeek en een andere werd pastoor.
Hij studeerde aan
het St. Jan Berchmanscollege te Antwerpen waar hij in 1918 het einddiploma
behaarde van Oudere Humaniora. In 1925 behaalde hij het doctoraat in de
geneeskunde aan de katholieke universiteit te Leuven.
Te Boechout oefende
hij praktijk uit van 1926 tot februari 1932.
In 1931 huwde hij
Maria Magdalena De Bot die hem vijf kinderen schonk : Elza, Hugo, Godelieve,
Greta en Walter.
De Band
publiceerde in het eerste nummer van 1963 een In Memoriam :
Rond Kerstmis en meer bepaald op kerstavond wanneer
reeds bij de mensen van goeden wil de kerstbomen met allerlei zaken versierd
zijn en de verlichting luister bijbrengt, kon overal in onze goede gemeente een
feestelijke stemming waargenomen worden.
(...)
Onze gemeente aan de Zenne werd opgeschrikt door een
droeve mare ;wie zou het kunnen voor
waarheid genomen hebben, ware het niet dat de werkelijkheid geen tegenspraak
dulde ! Dokter Stuyck was niet meer !
Op de baan te Heffen, niet ver van zijn dorp, werd hij
bij het oversteken van de baan door een auto verrast, tegen de grond gesmakt om
zielloos te blijven liggen.
Zijn ziel was ten hemel gegaan op die dag voor
Kerstmis, terwijl ook de zijnen zich aan t voorbereiden waren om Kerstmis te
vieren, om zich in huishoudelijke kring rond die kerstboom te scharen.
De verslagenheid in de gemeente was dan ook algemeen
en spontaan.
Op zaterdag 29 december 1962 werd wijlen Dr. Stuyck
ten grave gedragen.
Voorafgegaan door de Koninklijke Fanfare St.-Cecilia
en onder het spelen van treurmarsen, stappende langs de met sneeuw bedekte en
gladde weg, ging de droevige stoet kerkwaarts. Ook de klokken der dorpskerk
lieten hun droeve klanken horen, want een trouw kind was heengegaan.
Onze Sint-Niklaaskerk was veel te klein om dezen te
bergen die door hun aanwezigheid een bewijs van meevoelen wilden betuigen.
Nadat het In Paradisum was gezongen toog de stoet
naar het gemeentelijke kerkhof, waar door de secretaris der Kon.Fanfare
St.-Cecilia, de heer Lauwers, een laatste afscheidsgroet werd uitgesproken,
gevolgd door de heer Voorzitter van het Geneesherenverbond.
Hieruit citeren wij: de eenvoudige en aangrijpende manier waarop deze eminente spreker de
talrijke menigte toesprak om te zeggen wat en hoe wijlen Dr. Stuyck was.
Collega Stuyck, aldusspreker, was een goed dokter, zonder
grootdoenerij, een trooster voor zijn zieken en waar men hem riep was hij
present, hij hield van zijn zieken, de noodlijdenden. In hem ondergaan we een
groot verlies, een trouwe vriend.
Wij zullen hem niet meer zien, maar hij zal door niemand vergeten worden.
Kon het eenvoudiger ? Kon het meer aangrijpend
uitgedrukt ?
Wij weten het allemaal : er is een tijd van komen en
gaan maar... t is de manier dat zijn heengaan kenmerkte, want vergeten wij
niet, dat hij in dienst van zijn zieken de hoogste tol heeft betaald !
Wij verhopen dat zijn echtgenote en kinderen de nodige
kracht moge gegeven worden zich te troosten ten overstaan van het smartelijk
verlies, en er moge van overtuigd zijn dat hun vader en echtgenoot het
kerstfeest heeft mogen vieren in den Hemel !
Besluiten wij met dezelfde woorden die eens werden
uitgesproken :
Wij zagen ons vader zo gaarne, maar O.L.Heer zal hem
nog liever gezien hebben.
Wijlen dokter Stuyck, weldoener, echt Kristen Vlaming,
rust zacht in de schoot van Moeder Vlaanderen !
L.B.
1962 Zondag 30
december : Chiro Kerstfeest
De
vergadering begon, zoals altijd, met het lof.
Daarna, toen iedereen in het heem was, las groepsleider Karel een
kerstverhaal
voor. Ondertussen was alles klaar gemaakt voor de Beloftenaflegging van
enkele burchtknapen. Samen met onze proost hadden hun leiders Roger en
Hendrik hen op die grote gebeurtenis voorbereid.
Elke
zondag en dat verschillende weken lang- was daar hard aan gewerkt.
En
nu, zo helemaal in de kerstweek, legden diezelfde burchtknapen hun
belofte af en spraken hun trouw aan Kristus uit, de grote Koning van ons
allen.
En
dan kwamenkoffie en koeken en een
verrassingstombola.
Na
een buitenspel op de Zennedijk werd er snoepgoed uitgedeeld en kwam de
bekroning van het feestje : ontspanningsfilmkes gedraaid door L. Van den
Heuvel uit Hombeek. Het lokaal daverde van het lachen.
1962 9 juni : Gouden Bruiloft van het echtpaar Victor De Laet-Julie
Meuldermans.
Victor De Laet, oud-burgemeester van
Leest
Mijn grootvader, Victor
Jozef De Laet, werd te Leest geboren op 16 maart 1887.
Hij groeide op als enig
kind in het gezin van Frans De Laet en Pelagie Bernaerts. Zijn peter en oom was
Victor Bernaerts, pastoor te Zemst.
Victor volgde de
Grieks-Latijnse humaniora in het Klein-Seminarie te Hoogstraten. Na een
voorbereidend jaar geneeskunde aan de K.U.L. moest hij in 1908 noodgedwongen
het landbouwbedrijf van zijn moeder, weduwe geworden, voortzetten.
In 1912 huwde hijJulie Meuldermans, te Hombeek geboren in 1888
(tak van Rettes. Ze woonden in zijn geboortehuis in de Tiendeschuurstraat
waar hun elf kinderen geboren werden.
In 1915 werd Victor de
eerste kassier van de Raiffeisenkas te Leest. In 1919 zou hij medestichter en
de eerste voorzitter van de plaatselijke Boerengilde worden. Ook van de
Boerinnenbond was hij in 1922 medestichter. Drie jaar later richtte hij mee het
Davidsfonds op te Leest. Hij was lid van de hoofdraad van de Belgische
Boerenbond van 10 juli 1925 tot 22 maart 1936. Hij vertegenwoordigde daarin de
arrondissementsbond van de boerengilden van Mechelen.
Zonder aan de
gemeenteraadsverkiezingen van 1926 deelgenomen te hebben werd hij voorgedragen
en benoemd tot burgemeester van Leest. Dat bleef hij tot na de verkiezingen van
1938. Eind jaren 50 werd hij in de Hoge Landbouwraad bij het Ministerie van
Landbouw afgevaardigde van de Provinciale Landbouwkamer van Antwerpen. Van nog
meer landbouwinstanties en ook veekweeksyndicaten was hij voorzitter of lid,
zelfs tot op hoge leeftijd. Hij was ook keurmeester op alle jaarmarkten in de
omtrek. In 1962 mochten Victor en Julie hun 50-jarig huwelijksjubileum vieren.
Acht jaar later, begin 1970, overleed Victor De Laet in zijn slaap. Hij was 83
jaar oud.
Julie stierf in 1984, 96
jaar oud.
(Lieve Huysmans : t Ridderke nr.1 van 2007)
Johannes Frans De Laet, de vader van Victor, werd op 6 augustus 1848
geboren op de Netelhoeve in de Bist. Zijn ouders waren neef en nicht : Jan en
Mie De Laet.
Na zijn huwelijk kwam hij in de Tiendeschuurstraat wonen. Hun dochtertje
Clementine stierf toen het zes jaar was, in 1886. Het jaar daarop werd hun
enige zoon Victor geboren.
Frans De Laet stierf aan de gevolgen van tyfus op 25 juni 1893.
Victor Jozef De Laet werd te Leest geboren op 16 maart 1887 en overleed er
op 17 januari 1970.
Julie Meuldermans was te Hombeek geboren op 24 mei 1888 en overleed te
Leest op 6 augustus 1984.
Haar eenvoud, haar
zachte goedheid, haar bekommernis om anderen verwierf haar veel vrienden. Hoe
dikwijls zei ze niet dat we goed moesten zijn voor elkander.
Zij was sterk in de
beproeving en stelde steeds haar vertrouwen op God, geen dag ging voorbij
zonder gebed. (gedachtenisprentje)
Victor De Laet zie ook : 04/01/1927.
Foto :
-Victor De Laet, Julie
Meuldermans en hun drie eerste kinderen : Pelagie met danskoord, Victor met
hoepel en Jaak met raket. De foto dateert van 1917.
De fiets van Leestenaar Fr. Van
Reeth werd gestolen in de Desiré Boucherystraat
te Mechelen.
Ongeval
Bij het vervullen van zijn dagelijkse taak deed Vic Verschueren zon
ongelukkige
val dat hij meerdere breuken opliep
en een paar maanden bedlegerig zal zijn.
Val met gevolgen
Tijdens de heenreis naar Hombeek
door de Chiro van Leest, ter gelegenheid van
de aldaar geplande Meivaart, kwamen
er twee Chirojongens met mekaar in
aanrijding, met het gevolg dat de
burchtknaap Paul Bradt, zoon van de
gemeentesecretaris, een beenbreuk
opliep.
Aanrijding
Onze dorpsgenoot Geerts Jan, werd op
de steenweg naar Mechelen te Heffen
in een aanrijding met een
personenwagen betrokken en liep hierbij enkele
verwondingen op, ook zijn bromfiets
moest er wat aan geloven.
Gelukkig was alles bij mekaar
genomen niet erg.
Zwaar gewond
Het huisgezin van de
oprustgestelde onderwijzer, de heer Selleslagh, werd
andermaal zwaar getroffen.
Toen de zoon, Hubert Selleslagh,
lid van het Milac-comité, zich naar het
werk begaf, hing het noodlot reeds
boven het hoofd.
In de omgeving van Brussel, indien
we goed ingelicht zijn, werd hij door een voor
ons onbekende oorzaak (men zegt
door een verplichtte bruuske remming) uit
de wagen geslingerd, kwam met het
hoofd op de kasseien terecht en liep hierbij
een schedelbreuk op.
Hij werd overgebracht naar het
hospitaal te Schaarbeek alwaar hij diende te
verblijven ter verpleging.
Het weze ons toegelaten ons
meevoelen aan zijn huisgenoten te betonen en
samen met hen verhopen dat een
spoedige gunstige kering moge intreden.
(DB,nr.5,62)
1962 Zaterdag 5 mei : EenSociety Huwelijk in het dorp.
Die dag trad Chiro-leider
Louis Vloebergh in het huwelijk metB.J.B.-leidster
Hilda Silverans.
In De Band verscheen
daarover volgend verslag :
Zaterdag 5 mei waren de jeugdorganisaties in feest, want zij jubelden
om het
geluk dat twee jeugdfiguren
tegemoet gingen.
Beiden zouden in den echt treden en
begunstigd worden door het weertje.
Tot buiten toe weerklonken de
jubelliederen van de meisjes van de Landelijke
Jeugd en B.J.B.bij de intrede van het jonge paar in de kerk.
De huwelijksmis werd buiten de
meisjes van voornoemde verenigingen ook
bijgewoond door de chirojongens met
vaandels incluis.
Als assistenten van de pastoor aan
het altaar de huidige proost E.H.Verbist en
zijn voorganger E.P. Clementiaan.
Het was een eenvoudige en
aangrijpende plechtigheid.
Toen de twee stralende wezens de
kerk langzaam verlieten als man en vrouw
zagen we menig traantje wegpinken.
Door de B.J.B.-leidster Mariette De
Prins werd een gelegenheidstoespraak
gehouden waaruit, het kon niet
voldoende gezegd worden, de dank, de
genegenheid naar voren kwam. Ook
door een chirojongen, een burchtknaap,
werd een mooie plant aangeboden en
de B.J.B.-meisjes kwamen voor de
pinnen met een zeer schoon
O.L.Vrouwbeeldje.
En dan terwijl de orgeltonen de
blijdschap ondersteunden, vertrokken
onder grote belangstelling en
sympathie twee gelukkige mensen.
Een jongen en een meisje die het
beste van hun krachten gegeven hebben,
jaren lang, om de jeugd op te
voeden, er wat van te maken en of ze iets bereikten !
Twee voorbeelden voor de jeugd.
Louis en Hilda, dank voor wat u
beiden hebt gedaan voor uw Leestse broeders
en zusters, vaart veilig over de
golven der bruisense zee en we wensen u beiden
een goede vaart en behouden
thuiskomst.
1962 Juni : Zware Val
Onze dorpsgenoot Louis Polfliet
deed onlangs bij het naar huis komen
met zijn bromfiets aan de Molenbeek
een zeer ernstige val, en werd zelfs
in ernstige toestand naar een
kliniek te Mechelen overgebracht.
Wanneer eerst gevreesd werd voor
ernstige gevolgen dan mag nu wel
aangenomen worden dat alles zeer
goed afgelopen is en daarvoor wensen
we hem van harte geluk...
Gekwetst
Het gemeenteraadslid Van den
Heuvel kwetste zich bij een werk zo erg dat
hem bijna een vinger werd
afgesneden.
Heinke van Tien of Speleman
Henri Van den
Heuvel werd te Leest geboren in 1916 als jongste in het landbouwersgezin Van
den Heuvel Verdickt. Hij werd leerling-muzikant in 1930 en mocht met de
fanfare meespelen in 1933. Hij bleef muzikant tot 1977 en moest noodgedwongen
het musiceren stopzetten omwille van een ongeval op zijn landbouwbedrijf.
Heinke van Tien
heeft in zijn jonge jaren hard moeten werken omdat zijn vader vrij vlug
overleed. Samen met zijn moeder moest hij het bedrijf rechthouden en hij werkte
zich dan ook de ziel uit het lijf.
In 1936 hielp hij
het Boerenfront oprichten en werd hij er het jongste bestuurslid. Later werd
hij in opvolging van Emiel Maes voorzitter van deze vereniging.
In 1939, op de
vooravond van de tweede wereldoorlog, werd hij gemobiliseerd.
In 1941 trad
Heinke in het huwelijk met Francine De Hertogh.
In 1958 werd hij
door het fanfarebestuur gevraagd zich kandidaat te stellen voor de
gemeenteraadsverkiezingen. Hij werd direct verkozen en was vanaf 1959
gemeenteraadslid. In 1965 werd hij schepen van openbare werken en hij bleef dat
tot de fusie met Mechelen.
Heinke was de
chef de pupiter van de cornetten. Hij werd op de Leest-Heide en zelfs ver
daarbuiten speleman genoemd. Vermoedelijk is hij aan deze bijnaam gekomen
omdat hij vaak s avonds oefende en zijn cornetmuziek liet klinken over het
Hertsveld. Een beetje later begon Frans Van der Auwera dan op zijn bugel te
repeteren en volgden nog andere muzikanten hun voorbeeld. In de vijftiger en
zestiger jaren was de fanfaremuziek op de Heide als het ware niet uit de lucht
Heinke was en
bleef vooral een volksvriend, ook toen hij in de gemeentepolitiek was gestapt.
Hij kon het goed verdragen dat sommige familieleden hem schepen van water en wind
noemden ondanks het feit dat de zorg voor de binnenwegen en de landbouwwegen één
van zijn prioriteiten was, zorgde hij ervoor dat de grachten en de bermen goed
onderhouden werden.
Heinke kon
moeilijk tegen ruzie en tweedracht. Als er wat heibel was, greep hij op een
zachte manier in zodat alles binnen de kortste keren terug in orde kwam. Toen
Constant Van Alsenoy in Leest kwam wonen, werden ze direct goede vrienden. Na
de repetitie, en die duurde toen tot omstreeks halftwaalf, konden ze nog uren
babbelen over het werk op het veld en over de manier waarop de rechten van de
landbouwers en hoveniers beter konden gevrijwaard of verdedigd worden.
Henri Van den Heuvel
was ongetwijfeld een waardig en echt Ceciliaan.
(Stan Gobien : Leest in feest)
Henri Van den Heuvel was te Leest geboren op 8 oktober 1916 en hij
overleed te Bonheiden op 28 april 1987.
Zie ook 18/11/1982 bij zijn viering door het Boerenfront.
1962 - juni : Ongeval
Bij haar dagelijkse rondrit met
melk werd Jozefien Joske Van den Heuvel in haar
auto aangereden door een
bestelwagen. Enkel stoffelijke schade.
Melkboerinneke Joske
was een dochter van Henri Heinke Van den Heuvel.
1962 juni : Ongewenst bezoek
Onbekende(n) brachten een meer dan
ongewenst bezoek bij Jozef Vloeberghen
in de Scheerstraat. Er zou niets
ontvreemd zijn, maar er was wel ernstige schade
veroorzaakt aan zijn meubelen.
(DB,juni 62)
Jefke Vloeberghen is een zoon van de gemeentewerkman Eugeen en van
Rosalie Kerremans. Hij werd geboren op 16 september 1929.
Hij werkte vele jaren als paswerker in de firma Eternit te
Kapelle-op-den-Bos en was gemeenteraadslid.
Fotos :
-Henri Heinke of Speleman Van den Heuvel.
-Josephine Joske Van
den Heuvel.
-Jozef Jefke
Vloeberghen als leerling-paswerker.