Inhoud blog
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Kronieken van Leest
    bij Mechelen
    21-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 29 mei : Met o.a. 6.515 fr afkomstig van een dia-vertoning, vertrok zuster Jeanne De

                 Boeck opnieuw naar Chili na een welverdiend verlof in haar geboorteland.

                Gazet van Mechelen : 

      

                Groeten van overzee : Jeanne De Boeck

                “Enkele uren voor ze opnieuw (na een korte vacantie thuis) naar haar missiepost

                in Chili Conception vertrok, schreef zuster Jeanne De Boeck (Ursuline van O.L.

                Vrouw Waver) ons een kaartje dat o.m. het volgende vermeldt :

                “Ik vertrok op 19 december 1953 voor de eerste maal naar Kongo en verbleef er

                tot juli 1962. Door de omstandigheden werd ik genoodzaakt terug te keren.

                Sedert 1 maart 1969 werk ik in Chili in een Chileens werk “Hogar de Christo”,

                een werk dat reeds wereldberoemd is daar het vanuit Chili is uitgezaaid in een

                zestal landen van Zuid-Amerika en acht landen in Azië.

                Ik ben zeer blij om het initiatief dat de Gazet van Mechelen nam om ons werk

                kenbaar te maken, niet om de eer voor ons zelf maar om de positieve weerslag

                die dat op onze Vlaamse mensen mag hebben.

                Er is steeds zoveel droevig nieuws te melden dat de mensen de smaak van

                schoonheid en goedheid verliezen.

                Ik schrijf deze woorden voor mijn afscheid en mijn vertrek naar Chili, een land

                en een volk waar het aangenaam is en de moeite waard om voor te werken

                ondanks alle ongunstige berichtgeving daarover.

                Blij weer in dienst te mogen staan van de armen der armen, van de daklozen,

                de zieken en de oudjes groet ik u allenlijk.

                             Zuster Jeanne De Boeck.”

     

     

    “Geboren in de Winkelstraat trad Jeanne in bij de zusters ursulinen van O.L.Vrouw-Waver (1947) en werd er regentes wiskunde-wetenschappen (1948). Twee jaar later volgde haar professie als zuster Aleydis.

    Ze studeerde verder en behaalde het ‘Diploma Tropische Geneeskunde’ aan het Tropisch Instituut te Antwerpen (1952) en dat van ‘koloniaal verpleegster’ te Leuven (1953). In hetzelfde jaar vertrok ze naar de missies, i.c. naar Belgisch Congo (Democratische Republiek Congo).

    In de oostprovincie in de Uele te Titule werkte ze bij de melaatsen : in de ziekenzorg (van 1953 tot 1960) en na de onafhankelijkheid (tot 1962) als leerkracht. Die twee jaren waren bijzonder moeilijk en ze kwam naar België.

    Terwijl ze in Mechelen onderwees (ursulineninstituut, 1962-1965) leerde ze Spaans aan het COPAL (Collegium pro America Latina) te Leuven. Ze specialiseerde zich verder te Duffel en behaalde een A1-diploma verpleegkunde voor de centrale jury (1967). Daarop  verwierf ze een getuigschrift van de Dienst voor Ontwikkelingssamenwerking te Brussel (1968).

    Het jaar nadien vertrok ze naar het Chileense Concepcion. Daar werkte ze in de Hogar de Cristo als madre Juanita in het opvangtehuis, de polykliniek, het ouderlingengesticht of de ‘hogar de ancianos’ en in de huizen voor verlaten meisjes.

    Ze leerde er met de computer werken en werd meer dan eens voor haar inzet en werk

    geëerd : zo ontving ze in Chili diploma’s voor jeugdzorg, drugbestrijding, gedragsverandering, bestrijding van HIV en vooral werd ze ereburger van Concepcion (1984) ; bij ons ridder in de Orde van Leopold II.

    In 1962, 1976, 1978, 1980, 1982 en 1984 was ze op verlof in België.

    Na haar opruststelling kwam ze voorgoed naar ons land terug (eind 1992) maar zat er evenmin stil. Een hele tijd (tot 2000) hielp ze nog in de school in de Mechelse Hoogstraat en werd hulparchivaris van de congregatie in O.L.Vrouw-Waver. Ook was ze (van 1992 tot 2003) één dag in de week te vinden als ‘verkoopster’ in de ‘Trefzaal’ van het ‘Pastoraal Centrum’ te Mechelen.

    (Wilfried Hellemans : “De Sint-Niklaasparochie in Leest”,  2009)

     

    Jeanne De Boeck was te Leest geboren op 3 maart 1928 als dochter van Alfons en Henriette De Prins (een zus van burgemeester Pieter De Prins).

    Met ‘De Band’ onderhield ze een intensieve briefwisseling en de meeste van haar brieven, die ze steevast ondertekende met Juanita De Boeck,  verschenen in het ‘heimatblad’. Over haar werk in Hogar de Christo schreef ‘De Band :

    “In Hogar de Christo waar zuster Juanita werkt is er vooreerst een ‘tehuis’ waar de mensen zonder dak kunnen komen slapen. Ze betalen er een kleinigheid opdat ze de indruk niet zouden hebben dat ze alles voor niets krijgen.

    Dan is er de Polykliniek waar iedereen kan verzorgd worden. Er wordt hen niet gevraagd : ‘Waar woont gij ?’ De mensen kunnen er terecht voor algemene geneeskunde, kinderziekten, vrouwenziekten en tandheelkunde. Zuster Juanita doet de consultatie in de voormiddag, terwijl studenten in de geneeskunde ’s middags komen inspringen. Van daar uit kunnen de mensen doorgestuurd worden naar het groot hospitaal of naar een oogarts (die zijn zeer zeldzaam). Er is ook reeds een klein laboratorium ter beschikking.

    Verder is er nog een Ouderlingentehuis  ‘Hogar de Ancianos’ voor de oudjes die van de straat worden opgeraapt en ook nog een wijkkapel  (La Capilla El Carmen) die afhankelijk is van de grote parochie : elke zondag komt de kapelaan, een Chileense Jezuiet, er de mis opdragen.

    Met 7 catechisten bereid zuster Juanita de mensen voor op de eerste communie, het vormsel, het huwelijk en het doopsel. De zondagsmis wordt speciaal verzorgd met zang, gitaar en castagnetten en er ook een zangkoor actief.” 

     

    Foto’s :

    -1946 : Jeanne De Boeck (18 jaar) nam afscheid van haar familie en vertrok naar het klooster.

    Van links naar rechts :  tante Julie Brion-De Prins (een zus van haar moeder), vader Fons De Boeck, Pastoor Coosemans, Jeanne, burgemeester De Prins, moeder Henriette (Jette) De Prins,  grootnonkel Karel De Boeck (een ongehuwde oom van haar  vader die deel uitmaakte van het gezin) en tante Marie De Prins, een andere zus van haar moeder.

    -Jeanne De Boeck in Kongo.

    -‘Madre Juanita’ in Chili.







    21-10-2012 om 09:52 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 7 mei : Hoevewandeling

                De derde Leestse wandelroute n.a.v het “jaar van het dorp” werd samengesteld

                door de Landelijke Gilde van Leest en kreeg de benaming “Hoevewandeling”

                mee.

                Ze werd ingewandeld op zondag 7 mei en nam een aanvang in de Bist.

                Met deze route wou de Landelijke Gilde waardering en begrip inwinnen voor het

                landelijke.

                De totale afstand bedroeg ongeveer 5 km.

                De deelnemers konden zich, voor 10 frank, een speciale ontworpen brochure

                aanschaffen, waarin naast onderrichtingen en situatieschetsen ook

                bezienswaardigheden werden beschreven. 

     

    “Om de wandeling aan te vangen vertrekken we in de Bist. Deze is gelegen op de verbindingsweg Leest-Kapelle-op-den-Bos. Teneinde U een richtlijn te geven stellen we voor de serren langs de baan als vertrekplaats te beschouwen. Even verder vinden we een parkeerplaats, zodat diegene die per wagen komen deze hier kunnen achterlaten.

    We vangen onze wandeling aan en volgen de betonbaan richting Leest. Voorbij het huis nr. 25 verlaten we de betonbaan en gaan rechtsaf op ‘De Renderbeekhoeve’. Hier steken we de binnenkoer over en gaan rechts de lange veldweg op. Aan de enkele bomen die er achterbleven herkennen we de mooie dreef die hier was en die deze hoeve verbond met het in de verte zichtbare ‘Hof ten Olsen’. De brede beek die we oversteken is plaatselijk best bekend als Molenbeek of Aa-beek. We volgen het kleine stromende veldbeekje tot we even verder aan de spoorlijn komen Mechelen-St.Niklaas.

    We kijken even langs de spoorlijn en zien heel ver de brug van het kanaal te Willebroek.

    Voor ons krijgen we een mooi panorama van het dorp Leest, met links de Heide en verderop de watertoren. Verborgen kunnen we de kerktoren van Leest bemerken. Om onze wandeling verder te zetten gan we nog even langs de spoorlijn en stappen erover aan de onbewaakte overweg, rechts is een kronkelende asfaltweg die we zullen volgen tot even op Hombeek.

    Wanneer we terug over de spoorweg de asfaltbaan volgen, komen we even voor de andere spoorlijn aan de ‘Withoeve’. Deze spoorlijn mogen we in geen geval oversteken. We zullen een vijftigtal meter ervoor rechts afslaan en de veldweg om de Withoeve volgen tot het einde. Dan gaan we linksaf, terug naar de spoorweg en volgen de weg tot aan de historische waardevolle Stenenmolenhoeve. Nu is het opletten geblazen ! We slaan de veldweg rechts in, docht onmiddellijk achter de hoeve zullen we links de weg tussen de weide nemen.

    We stappen recht op het ‘Kasteel de Mot’ af.

    Onderweg ondervinden we wel wat moeilijkheden want de veldweg is plots verdwenen. Met wat goede wil bereiken we echter de meer links gelegen weg en komen zo naast een hoeve op de betonbaan, die we even links opgaan. De eerste weg rechts leidt naar het kasteel. Hebben we geen schrik van prikkeldraad, dan kunnen we links om het kasteel gaan en vinden we langs de achterzijde nog een mooi stukje natuur. We raden anderen aan om vanaf het kasteel de betonbaan rechts te volgen tot de plaats vanwaar we vertrokken.”  

     

    1978 – Zondag 21 mei : Chiro-bedevaart en Chiro-familiereis.

     

    1978 – Zondag 28 mei : ‘Vierde Grote Fietszoektocht Vevoc

                 Inschrijvingen en vertrek : parochiezaal Leest van 11 tot 14 uur.

                 Deelneming en prijzen : individueel vanaf 10 jaar en per gezin (min. 3 personen)

                 Afstand : 20 km.

                 Deelname : 50 fr. per persoon, 100 fr. per gezin.

                 Prijzen in natura ter waarde van 12.000 fr.

                 Voor de eetlustigen : pannenkoeken. Voor dorstigen : drank (ook op controleposten)    

     

    In totaal namen er 31 gezinnen deel en 151 losse deelnemers.

    In familieverband was Jeroom Verbruggen met de zijnen onklopbaar. Tweede werd de familie van Frans Standaert, voor de familie Potoms-Verschueren, familie Bertha Verbruggen en familie Tuyaerts.

    Individueel trok Machteld Verbruggen aan het langste eind. Voor respectievelijk Jan Van den Heuvel, Koen Verbruggen, Jeroom Verbruggen, Marc Muysoms, Robert Verbruggen, Lilian Van den Heuvel, Mia Lamberts, Tony Verbeeck en Geert Robijns die tiende eindigde.

     

    Bijgevoegd :

    -Plannetje van de Hoevewandeling.

    -De Rendelbeekhoeve.

    -Hof ten Holse (1981).

    - De mooiste prijzen gingen naar afgevaardigden van de vijf eerste families.

     









    21-10-2012 om 09:34 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – Zondag 30 april : Volksspelen te Leest

                Bij het drieledig jubileum van Chiro-Leest, werden door de Chiro en Vevoc

                volksspelen ingericht op de Chiroterreinen aan de Kouter.

                Leest werd verdeeld in 6 groepen (gehuchten) in in verschillende

                leeftijdscategorieën. Elk gehucht kreeg zijn eigen kapitein.

                Om voorbereid te zijn op aprilse grillen werden tenten voorzien.

                De leeftijdsgroepen werden als volgt ingedeeld : 10-11 jaar, 12-14 jaar, 15-17 jaar,

                 18-30 jaar, 30-40 jaar en 40 + jaar…

     

    “Om aan dit gebeuren een volks karakter te geven werden oude volksspelen in ere hersteld. De gemeente was verdeeld geworden in 6 gehuchten : Zennedal, Bleukens, Hogen Berg, Knip, Deurpelput en ’t Hoogveld, waarbij de deelnemers in 6 verschillende leeftijdsgroepen onververdeeld zijn. Als leidraad werd het principe “Spel zonder grenzen” gehuldigd.

    De Kon. Fanfare St.-Cecilia van Leest opende te 14 u de manifestatie. De ploegen met hun respectievelijke kapiteins werden voorgesteld.

    De ‘Knip’ met Louis Schillemans als kapitein, kwam als beste pyramidenbouwer uit de bus.

    Na het spel werd ook een tussenspel (fil-rouge) gespeeld. De ploeg van Herman De Neve ‘Zennedal’ werd in het tweede spel, het spel met de repen, winnaar en door het inzetten van hun ‘joker’ kregen ze voor deze prestatie dubbele punten..

    Het volgende spel was werkelijk een parel voor toeschouwersogen. De spelers moesten namelijk een paling overbrengen met een dubbel personen-kruiwagen, waarna het levend dier door een dame in de hand overgedragen wordt. Dat dit spel voor de toeschouwers werkelijk in de smaak viel was te zien en te horen. Dat dit gladde dier wel enkele malen met de grond in aanraking kwam, kan ieder zich wel inbeelden. Voor Zennedal werd dit de tweede opeenvolgende overwinning.

    Het 4de spel, de klokkenroof, was een spel waarbij de spelers (bijgestaan door een zegger) met een vislijn klokken moesten opvissen achter de kerktoren. De ‘Bleukens’ met Jef Lauwers als kapitein, toonden zich de behendigste vissers.

    Bij het plank-lopen (duizendpoot) werden de 3 overige jokers ingezet.. De deelnemers van Hogen Berg, met Georges De Laet, toonden zich hier de snelsten.

    De deelnemers van Deurpelput, waarvan Dolf Peeters als kapitein fungeerde, vonden de meeste snoepjes en kregen het hoogste aantal punten in dit spel.

    Als laatste spel kwam het apotheose spel aan de beurt. Hier toonden de ‘Bleukens’ zich nogmaals de besten.

    Met de punten van het mastklimmen (fil-rouge) erbij werd ‘Zennedal’ overwinnaar met 37 punten, gevolgd door de ‘Knip’ met 35 punten. Den Hogen Berg werd 3de met 34 punten onmiddellijk gevolgd door Bleukens met 33 en ’t Hoogveld met 32 punten. Deurpelput sloot de rij met 27 punten.

    De leden van de ploeg van ’t Hoogveld, met Jos De Smet als kapitein, mochten, ondanks hun vele inspanningen geen overwinning in de wacht slepen.

    De juryleden Miel Dons en Miel Polfliet en de vele medewerkers hebben hun taak tot een goed einde gebracht. De deelnemers ontvingen allen een mooi bordje, geschilderd door aalmoezenier Herregods.

    Hiermee heeft de Leestse Chiro, in samenwerking met Vevoc, bewezen dat een hechte gemeenschap blijft, ook al is Leest gefusioneerd met Mechelen.

    Deze volksfeesten werden een zeer geslaagd initiatief om het ‘Jaar van het Dorp’ meer luister bij te zetten en vormden slechts een onderdeel van het Leests chirojubileum dat half november besloten wordt met een chirofamiliefeest.” (Krantenbericht, krant onbekend)

     

    Zennedal bestond uit bewoners van de Kouterwijk en het voorste gedeelte van de Kouter met als kapitein Herman De Neve.

    De Knip : Juniorslaan, Tisseltbaan, Rennekouter, Blaasveldstraat, Lindelaan en Hertstraat met kapitein Louis Schillemans.

    Den Hogen Berg : Dorp, Molenstraat, Mechelbaan, Scheerstraat en Vinkstraat. Kapitein Georges De Laet.

    De Bleukens : Kouter, Larestraat en Dorpstraat. Kapitein : Jef lauwers.

    ’t Hoogveld : Alemstraat, Kleine Heide, Bist en Kapellebaan. Kapitein : Jos De Smet.

    Deurpelput : Tiendeschuurstraat, Elleboog- en Winkelstraat. Kapitein : Frans Huysmans.  (DB)

     

    Bijgevoegd :

    -Chiro-Vevoc Volksspelen : de openingsparade.

    -De verschillende spelen…

       





    20-10-2012 om 19:02 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1978 – Vrijdag 14 april : Vevoc- Kwisavond

     

    1978 – 16 april : Tweede wandeling en wandelroute n.a.v. “jaar van het dorp”.

                Deze wandeling werd ingericht door de werkgroep van het leefmilieu.

                Ze wou de aandacht trekken op een prachtig stukje natuurschoon van Leest :

                de  Zennevallei.

                De wandeling, 3 km lang, ging door de beemden en bossen van de “Bleukens”

                en  men kon er kennis maken met een gevarieerde dieren- en plantenwereld,

                zoals de gele lis, de moerasspiree, bereklauw, koekoeksbloem, pinksterbloem,

                wespenorchies, vossenstaart, fluitekruid, duizendblad en andere planten en ook

                de koekoeken, vlaamse gaaien, torenvalken, kraaien, blauwe reigers enz.

     

    “We vertrekken op het dorpsplein waar we er tussen de huizen, rechts langs de kerk, naar het chiro speelplein gaan. Hier begint de oude Kerkenblokweg. Vandaar hebben we een goed zicht op de St.Niklaaskerk. Deze onderging in de loop der tijden heel wat veranderingen. Aleen in de toren en in het priesterkoor merken we nog trekken van de oorspronkelijke Romaanse bouwtrant. We zien ook de achtergevel van de pastorij uit 1776.

    We volgen de Kerkenblokweg en komen aan de ‘nieuwe wijk’. Op ’t eind van deze wijkweg zie je links “ ’t Hof Van den Broeck” of wat er nog van overblijft van dit dorpshof uit de 13de eeuw. Tegen de grote Zennebocht die rond 1900 werd recht getrokken lag dit omwaterd hof met boerderij. Rond 1321 was Jan Van den Broeck heer van het hof. Voorname families van Mechelen werden later eigenaar van de heerlijkheid Van den Broeck. In 1873 werden de resten van de vroegere gebouwen afgebroken en de vijvers gevuld. Een overblijfsel van de vroegere omwalling, een vijvertje, is nu nog een toevluchtsoord voor de padden en kikkers uit de omtrek. Een rustige plaats voor een eenzame reiziger. Hier is ook de woonplaats van de muskusrat. Het jachtgebied van ransuil en kerkuil. Als we geluk hebben kunnen we door de draadversperring heen het goed van ‘Van den Berg’ binnengaan. Daar liep vroeger de weg door de Bleukens. In het andere geval moeten we de gevaarlijke Kouter op.

    Driehonderd meter verder, voorbij het bos, links afdalen naar de Bleukens. Het bos is een veilig toevluchtsoord voor fazanten en koekoeken. Bij de oude knot hebben we een panorama van dit gebied. Links een moerassig bos en verder de lage hooiweiden ingesloten door dijken. Wilde eenden, vlaamse gaai, torenvalk en kraai zijn hier algemeen.

    We wandelen nu door beemden en velden tot aan een serrebedrijf en slaan wat verder links af naar de Zenne toe. We zijn hier op een plaats die eertijds ‘Leliëndael’ heette. De Bleukens op de grens met Hombeek en Leest verbergt de grondvesten van een vrouwenklooster ‘De Premonstreit van Leliëndael’. Het klooster kreeg zijn ontstaan in het begin van de 13de eeuw, dank zij een pastoor van Hombeek een zekere Lambertus. Dit klooster bezat het visrecht op de Zenne. Op 18 april 1580 werd het door de Geuzen verwoest en verbrand. Toen gingen de kloosterzusters zich in de stad vestigen. Met het puin werden de grondvesten gelegd van de eerste pastorij van Leest. Een kapelletje voor een meidoornstruik herinnert aan dit klooster. De grote knotwilgen langs de beek knakken af onder het gewicht van hun zware takken.

    Aan ’t kapelletje nemen we een paadje en beklimmen de Zennedijk. Volgens oude landbouwers zou hier een heirbaan door de Zenne lopen. Deze werd lange tijd geleden nog gebruikt om met gespan de Zenne over te steken naar Stuivenberg en Mechelen.

    Op de Zennedijk heb je een mooi zicht op Stuivenberg en Hombeek. Het fluitekruid groeit hier ’s zomers overvloedig. Wij gaan verder langs de Zenne.

    Het bos en de weiden worden doorsneden met talrijke sloten. Hier komt de vlier veel voor. Merk je ook de sluizen, die werden vroeger opengedraaid bij hoge waterstand zodat de vloeibeemden blank stonden. De sluizen zijn nu onklaar en de beemden worden niet meer bevloeid omdat het Zennewater te vuil is.

    Over de dijk gaan we verder en we krijgen nu een prachtig zicht op de Zennevallei met op de achtergrond het Romaans torentje van de St.Niklaaskerk. In dit beemdengebied vind je zeldzame plantensoorten zoals de gele lis, de moeresspiree, bereklauw, koekoeksbloem, pinksterbloem, wespenorchies e.a. Vrij algemeen vinden we hier vossestaart, fluitekruid en duizendblad. Heb je de verbllijfplaats van de torenvalk gevonden ?

    Hier hoor je ook de groene specht en de acrobatische kievit. Andere vogels zoals de boomvalk, de houtduiven en de blauwe reiger komen hier ook voor. De laatste visarend werd hier in 1956 neergeknald.

    We wandelen verder tot aan het Brughuis en de Zennebrug. We gaan weer links. Langs de pastorij zijn we vlug aan de kerk en het dorpsplein.

    Tijdens de wandeling hebt u kunnen kennis maken met een stukje natuurschoon van Leest. Heb je je ook geërgerd aan de opvallende natuurschendingen, het vuile Zennewater, de clandestiene stortplaatsen ? Doe er iets aan. Wees milieubewust.”

    (Uit de wandelgids van het Jaar van het Dorp)

     

     

    1978 – Maandag 17 april : Vergadering werkgroep “Jaar van het dorp”.

                Punten die Leest op tafel gooide waren :

                1. De uitbreiding van het kerkhof.

                2. Verfraaiing van het dorpsplein.

                3. Oprichting van een dorpsraad.

                4. Een algemeen groenplan van Leest.

                5. Het klasseren van hoeven, landschappen, pastorij en omgeving.

                6. De woonuitbreiding achter Voet.

                Volgens Mechelen was de uitbreiding van het kerkhof noodzakelijk omdat er

                teveel  Mechelaars te Leest wilden begraven worden.

                De woonuitbreiding achter Voet met een honderdtal woningen zou zich

                opdringen. Waren er wel zoveel woningen nodig te Leest ? Hoeveel aanvragen

                waren er ?

                (De Band, april 1978)

     

     

    20-10-2012 om 18:54 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 8 en 9 april :  Voetbaltornooi Oud-Chiro en Chiro-omliggende

     

    1978 – 9 april : Inwandeling Kapellekenspad

                Naar aanleiding van het “jaar van het dorp” werden er ook drie wandelingen

                samengesteld in de fusiegemeente Leest.

                De eerste wandel- of fietsroute  werd ingericht en opgesteld door de Leestse

                Chiro en werd ingewandeld op zondag 9 april 1978.

                De route bestond uit twee trajecten, waarbij het vertrek voorzien was aan de

                Sint-Annakapel.

                Het eerste traject was 4 km lang en het bijkomende 6 km.

                Deze route liep langs vele Leestse kapelletjes, zoals o.a.de Sint Appoloniakapel,

                het kapelletje van de boerinnengilde, ’t kapelleke van O.L.V. van Fatima, de

                Sint-Jozefskapel...

     

    “Deze wandel- of fietsenroute bestaat uit twee trajecten, vertrekt voor beide routes aan de Sint-Annakapel, gelegen aan de grenslijn van Mechelen en Leest, langs de rechteroever van de Zenne, langsheen de Leestsesteenweg – Mechelbaan.

    Het eerste traject, dat zowel te voet als per fiets kan afgelegd worden, is ongeveer 4 km lang. Het bijkomende traject is nog eens 6 km.

    Vertrek aan de St.Annakapel aan de Mechelbaan bij de Zenne. Hier is echter geen parkeergelegenheid. In 1913 werd op deze plaats een nieuwe kapel gebouwd. Tot voor drie jaar stond hier een wondermooi houten St.Annabeeldje in typisch Mechelse stijl 16de eeuw. Het werd echter laffelijk gestolen en is thans vervangen door een Keramiekbeeld van de hand van aalmoezenier Herregods. Dit kapelleke was de vertrekplaats voor de bedevaart naar Scherpenheuvel. Voor de gevel staat een prachtige linde. Het wapenschild van Mechelen staat op het brugge-gewelf over de St.Annakerk.

    Langs de Mechelbaan togen we de Zenne over. We volgen echter onze weg voorbij het ‘Brughuis’, een oude dorpsherberg en stamcafé van veiling- en groentenboeren.

    We trekken voorbij de pastorij. De westergevel laat de ouderdom van dit gebouw aan belangstellenden kennen. Aan de herberg “ ’t Hoekske” draaien we de kasseibaan rechts in (de Molenstraat). Langsheen de vloeibeemden van de Zenne bereiken we de St.Appolonia kapel. Deze kapel werd door bereidwillige handen gerestaureerd in 1977. De keramiek (Herregods) geeft de legende weer van Sint Appolonia.
    Vervolgens wandelen we links de Vinkstraat in. Ter hoogte van de Scheerstraat moet vroeger het ‘Hof ter Moortele’ – een hofstee- gestaan hebben. Bewonder ondertussen, rechts van u de vallei van de Molenbeek. Aan het huisnummer 49 slaan we naast een boerderij rechts een veldweg in. Deze weg loopt naar de Molenbeek. In deze omgeving werd eertijds in diepe greppels vlas geroot. We volgen de weg verder langsheen het canadabos, naar het hoger gelegen ‘Hertsveld’. Hier treft men echte zandgrond aan waarop voor 50 jaar vlas en graan op verbouwd werd. Door bemesting en structuurverbetering wordt hier nu veelvuldig aan tuinbouw gedaan. Het ‘Hertsveld’ ligt 7 tot 9 m boven de zeespiegel. De naam ‘Hertsveld’ komt van ‘Herdgang’ en ‘Herdschap’, beide woorden duiden op een gebied van woeste grond (met bos, open vlakten, heide maar verwilderd gebied).

    We volgen de aardeweg tot aan het kruispunt (9 m hoogtepunt). Van op dit punt kan men de kerk van Heffen, de kanaalbruggen van Willebroek, Tisselt en Kapelle-op-den-Bos waarnemen, achter u is de watertoren van Leest. Hier kan men de keuze maken : ofwel de korte wandelweg (links) nemen, ofwel de grote route volgen rechtdoor.

    Voor de korte Kapellekensweg, gaan we de weg links om op de Juniorslaan terecht te komen bij het kapelleken van de Boerinnengilde. De verdere weg wordt straks beschreven (traject 1).

    Aan voormeld punt (9 m) begeven wij ons verder tot op een asfaltweg de ‘Hertstraat’ genaamd. Deze weg moeten we links inslaan. Aan het einde van deze weg draaien we rechts de Blaasveldstraat in. Aan de driesprong gaan we rechtdoor. Rechts van ons ligt de hoeve van de familie Bernaerts die het jaartal 1864 draagt. Zo bereiken we de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Bijstand. Deze kapel werd in 1901 opgericht door de familie Bernaerts. Merkwaardig is wel dat de kruisweg in deze kapel in drie talen is opgesteld (Engels, Spaans en Frans). Het klokzeel wordt nog steeds getrokken bij het overlijden van een der buren.

    Aan de kapel vervolgen we de weg links, een aardeweg die uitloopt op de Blaasveldstraat en die we even links opvolgen. Deze omgeving wordt ‘Zuurbos’ genoemd, vanwege de zure grond in de laagten en beemden. Op onze rechterkant merken we een dreef die we dan ook inslaan. Eertijds liep deze dreef vanuit Blaasveld-Broek langs de ‘Rendelbeekhoeve’ naar het ‘Ekspoelkasteel’ in Hombeek. Jammer genoeg is er op de dreef een huis gebouwd, bij voornoemde kapel. Deze dreef bevat een mengeling van bomen en planten, meestal eik, braam, els, berk, zelfs brem. Wie oog heeft voor de grondsoort merkt dat die hier heel wat zwaarder is dan op het zandig ‘Hertsveldgebied’. De dreef loopt uit op een baantje. Hier kan men een keuze maken : ofwel de dreef blijven volgen, ofwel het betonbaantje volgen. Straks komen beiden terug samen. Wanneer we de dreef volgen tot het einde kunnen we rechts een weg volgen die uitkomt op de betonbaan.

    We bevinden ons nu in het gebied ‘Geuzenhoek’ genaamd, officieel ‘Grote Heide’. We gaan een 100 m rechts het betonbaantje op, waar we dan links het veld ingaan. De veldweg loopt over de Zwarte beek en buigt om naar de grote baan voor Tisselt die we links in de richting van het dorp opgaan. Op de linkerkant ontmoeten we het kapelleke van “ ’t Hofland”. De oudste gegevens hierover dateren van 1774. Daar is sprake van ‘O.L.Vrouw van ’t Hofland” in een kapelleke dat aan een boom hing.

    We volgen dan de Juniorslaan, richting dorp, tot voor de spoorweg, waar we rechts indraaien in de Lindelaan : na een kleine bocht in de baan zien we rechts een ‘oud gebouw’. Dit is een resterend gedeelte van de ‘Augustijnenhoeve’, die toebehoorde aan de Orde er Augustijnen en verpacht werd.

    In de verte zien we de ‘Rendelbeekhoeve’. We gaan links de spoorweg over en vervolgens de weg. We bevinden ons hier op het gebied ‘Rennekouter’ , een hoger gelegen plaats die vroeger zandig en onvruchtbaar was. Op de veldweg nemen we de splitsing links om langs een ‘Lugustrum-haag’ de Juniorslaan te bereiken. We volgen deze laan tot aan het kapelleke van de Boerinnengilde, dat in 1936 werd opgericht bij gelegenheid van hun 25-jarig bestaan.

    De kapel draagt de spreuk : ‘Langs deze weg zet gene voet, of zegt Maria Wees Gegroet.’

    Hier zijn we dan terug bij het aanknopingspunt van Traject 1, over het ‘Hertsveld’.

    (Wie enkel traject 2 wil doen, vertrekt best van hier en gaat zo het ‘Hertsveld’ op, het asfaltbaantje ongeveer tegenover dit kapelleken in N.-O. richting)     

    Rechts van de kapel volgen wij de Tisseltbaan. We gaan terug over de Molenbeek. Plaatselijke bijnamen doen er aan herinneren dat eertijds het getij langs de Zenne ook hier waarneembaar was. Voorbij de beek vervolgen we de weg op een betere asfaltbaan die rechts afdraait. We komen op de Rennekouter. Rechts van ons staat een langgerekt gebouw : de ‘Jezuietenhoeve’, wat eveneens een pachthof was. Voor 50 jaar was hier een herberg ‘De Wip’ genaamd. We nemen de eerste veldweg links die in de Elleboogstraat komt en naar het Hof van Halen leidt. Dit was vroeger een ‘leenhoeve’. De oudste documenten hieromtrent dateren van 1360, in het Leenregister van het Leenhof van Brabant, onder Hertogin Joanna.

    Wanneer we verder gaan komen we aan een kruispunt, waar het mooi onderhouden kapelleke van O.L. Vrouw van Fatima prijkt (1945).

    De asfaltbaan rechts van het kruispunt draagt de naam ‘Tiendeschuurstraat’. De gebruiker van een dergelijke hoeve moest 1/10de van de oogst afstaan aan de eigenaar van het pachthof. We volgen echter de Kouterweg links. We volgen dit baantje en volgen links de doornhaag. Een kasseiweg brengt ons tot bij de Sint-Jozefkapel aan de Dorpstraat. Deze kapel is wellicht de oudste van Leest, nl. van 1701. Deze werd ook in 1977 heropgeknapt.

    We kunnen nu de Dorpsstraat volgen om het centrum en de kerk te bereiken. Het Dorpsplein is omgeven door een stoere Romaanse kerktoren en een hoog-opgetrokken ‘gemeentehuis’ van Leest.
    Een pintje of frisdrank in het dorpscafé is nu wel zeer genietbaar.”

               

     

    Bijgevoegd :

    --De wandelgids die uitgegeven werd n.a.v. het Jaar van het Dorp.

    -De Kappelekensroute.

    -De kapel O.L.Vrouw van Bijstand ligt op Blaasveld.

    -De kruisweg is in drie talen opgesteld : Engels, Spaans en Frans.

    -Het kapelleke van ’t Hofland op grondgebied Tisselt.











    20-10-2012 om 18:45 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    In de editie van 26 maart 1978 vervolgde Gazet van Mechelen :

     

    Achtergrond tussen Leestse Kouterwijk en de Zenne wordt bouwvrij gehouden

     

    “CVP-raadslid Gust Emmeregs uit de fusiegemeente Leest...heeft donderdagavond jl. kloek en robuust ten aanzien van de ganse goegemeente het onomstootbaar en klinkend bewijs geleverd dat de verwijten aan zijn persoon onverdiend waren.

    (...)

    Raadslid Emmeregs drukte het besluit van zijn betoog zeer kernachtig uit. Al te best kan hij zich voorstellen dat het schepencollege zeker niet opgetogen was toen het “dit erfgeschenk” in de schoot kreeg. Hij stelde zijn volle vertrouwen in de wijsheid waarmee het schepencollege aan het probleem een oplossing zal geven.

    Doch hij wenste resoluut en uitdrukkelijk te stellen dat deze oplossing te vinden is in een eerbiediging van de bestemming opgelegd door het gewestplan. Wat neerkomt op een uitsluiting van elke verdere woningbouw.

    (...)

    Raadslid Emmeregs gaf vooraf een breedvoerige uiteenzetting van de feiten : ten oosten van de Kouter op de Weg naar Hombeek, in de dorpskom van Leest, bevindt zich een wijk van 62 sociale woningen gebouwd door de maatschappij “het Gelukkig Gezin”. En tot grote beroering van een aanzienlijk gedeelte van de bewoners worden aanstalten gemaakt om 41 nieuwe woningen te bouwen.

    (...)

    BSP-raadslid Willem Carté verdedigde daarop, als beheerder van het “Gelukkig Gezin” het standpunt van deze bouwmaatschappij.

    (...)

    Volgens de burgemeester krijgt het probleem van de Kouter te Leest een begin van oplossing.

    Ingevolge het gewestplan werd de kouter omgevormd tot agrarisch gebied en boszone. Wordt de vraag voor een nieuwe bouwvergunning ingediend, dan zal het schepencollege gehouden zijn dit ongunstig te adviseren.

    Nochtans mag  “het Gelukkig Gezin” geen schade lijden. Een schadedossier moet ingediend worden bij de minister. Ook de voorziene kredieten mogen niet verloren gaan en zo vlug mogelijk moeten andere gronden gevonden worden.

    Volgens de besprekingen door de stad gevoerd met Streekeconomie zou de aankoop van de betrokken gronden door de staat gebeuren die het terrein tot een boomkwekerij zou omvormen waardoor deze ganse aangelegenheid tot ieders bevrediging een oplossing zou krijgen.”   

     

    1978 – Zaterdag 11 maart : Jaarlijkse Recolecte KWB

                Een tachtigtal deelnemers luisterden naar gastspreker Georges Herregods waarna

                voorzitter Alfons Geerts het feest opende.

                Op het menu : stoofkarbonaden met frietten, iedereen liet het zich smaken.

                Daarna was het de beurt aan discobar-man Janus van Lanus die iedereen op de

                dansvloer kreeg. 

     

    1978 – 26, 27 maart – “Posse Leest” : Gazet van Mechelen :

     

                   Leest feestte in eigen dorp.

    “Ondanks het slechte weer trof men maandag geen enkele treurig of bedroefd gezicht te Leest. Op tweede paasdag kon men in de fusiegemeente weer eens over de koppen lopen. Leest zag weer zwart van het volk, want op deze dag wordt er traditiegetrouw “Posse” Leest gehouden en is iedere huidige (en gewezen) Leestenaar in zijn heimat te vinden.

    In de parochiezaal had voor de achtste maal een tentoonstelling plaats, georganiseerd door de plaatselijke Davidsfondsafdeling.
    Deze tentoonstelling had dit jaar betrekking op “1978, Jaar van het Dorp”.

     

    Al de parochiale en culturele verenigingen van Leest werden samengebracht om een tentoonstelling op te bouwen rond het thema “Het Verenigingsleven in Leest”.

    Evenals de vorige jaren was de opkomst massaal.

    Naast een dia-voorstelling, handelend over alle verenigingen, werden de talrijke aanwezigen vergast op een 12-tal standen die hun geschiedenis en hun werkingen aan het publiek bekendmaakten.
    Zo was er de stand van de chirojongens met een jaarschrift, met als tekst : “Wat de heer De Schutter besloot; wanneer De Decker floot. Toen is voor jongens, ’t chirovuur begonnen”, alsook de standen van de 15 jaar oude chiromeisjesafdeling en van de Vevoc.

    Verder waren er ook de aantrekkelijke standen van de Landelijke Gilde (die 130 leden telt), de KVLV, de KLJ en de Rijvereniging “St-Niklaas”.
    Ook de stand van de KVG kende heel wat belangstelling. Deze jonge vereniging (ontstaan in 1970) telt op dit moment 66 gehandicapten en 69 vrienden – leden.

    Ook de standen van de KWB en de KBG verstrekten heel wat nuttige informatie.

    De K.Fanfare St.-Cecilia, die dit jaar meedingt naar de wereldtitel in het Wereldmuziek

    Concours te Kerkrade op 2 juli a.s. en de toneelkring “Rust Roest” die reeds 88 verschillende toneelwerken op de planken bracht, konden heel wat archiefstukken laten zien.

    Natuurlijk had ook de organizerende vereniging, het Davidsfonds, een stand ingericht.
    Deze vereniging, die haar steentje wil bijdragen tot een meer bewust en gelukkig samenleven van de mensen, heeft dit ook dit jaar bewezen door het organizeren van deze tentoonstelling, die bij de vele bezoekers zeker in de smaak is gevallen.

    In de parochiezaal was een maquette te bezichtigen van de dorpsplaats van Leest omstreeks 1900. De modulering en de schildering van dit prachtexemplaar werd verwezenlijkt door Stefaan De Laet, met de medewerking van F.Keulemans, A. Hendrickx, J. Spoelders, G. en H. De Laet, T. en M. Peeters en G. Herregods.
    De algemene leiding hiervan lag in handen van Frans Teughels.
    Deze maquette was verwezenlijkt als inleiding op het volksboek “Leest geweest”, dat in voorbereiding is.
    Naast de maquette was een landelijke boerderij opgebouwd.
    Onder leiding van aalmoezenier Herregods, met de medewerking van leden van de Landelijke Gilde, de KVLV, de LRV en de KLJ, kwam deze boerderij tot stand.

     

    Voetspoor

    In de gymzaal van de Leestse jongensschool werd op Paasdag en op paasmaandag een tentoonstelling gehouden van de jonge kunstgroep “Voetspoor”.

    Niet minder dan 52 kunstwerken van 7 verschillende kunstenaars (Floriaan Meyers, Karel Soors, Frieda Willems, Stefaan De Laet, Marc De Prins, Georges Herregods en Tony Baarendse) werden tentoongesteld.

    Dank zij de medewerking van het Mechelse stadsbestuur konden de bezoekers ook nog kijken naar dia’s.

    Een groepje Leestse jongeren trok, in aangepaste kledij, al minnezangend het dorp rond.

    Het liedje, volledig aangepast aan “Leest in het Jaar van het Dorp”, heeft als laatste strofe de tekst : “Geeft mij maar mijn dorpken, al is het ook maar klein. We zullen er met ons allen zeer gelukkig zijn, want het is het schoonste plekje dat ik ken, ’t vreedzame dorpken aan de Zen”.

    De zanggroep mocht na elk optreden applaus en bis-geroep in ontvangst nemen.

     

    Begankenis

    Aangezien er zowat 150 jaar geleden in onze streken vele kinderen geplaagd werden door de stuipen, ging men hiertegen de hulp inroepen van de Heilige Cornelius.

    Dit gebeurde indertijd ook in de gemeente Leest, waarna dit uitgegroeid is tot een echte begankenis.

    Te Leest is deze traditie blijven voortleven.
    Zo waren er verleden maandag misvieringen waarin de Heilige Cornelius speciaal werd opgeroepen en in de namiddag waren er lof en zegening van de kinderen.”

     

    Foto’s :

    -De dorpsplaats van Leest omstreeks 1900 op schaal mocht op veel belangstelling rekenen.

    -Leestse minnezangers : “Geef mij maar mijn dorpken, al is het ook maar klein...”

     





    18-10-2012 om 12:22 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 3 en 10 maart : Ping-Pongtornooi Vevoc

     

    1978 – 10 maart – Gazet van Mechelen :

     

                Leestse “Kouter” wil geen verdere woonuitbreiding

                “Gust wordt te Mechelen gesust” zegt men

     

    “Tijdens een vrij emotioneel geladen persbijeenkomst – maar het leek meer op een mini volksvergadering – woensdagavond in het “Klooster” te Leest, is een handjevol bewoners van de Kouterwijk te Leest in onverbloemde termen van leer getrokken tegen de geplande woonuitbreiding van haar wijk.

    Dat protest steunt in eerste instantie op de vrees voor een te hoge woningenconcentratie, het niet voorzien van openbare ruimte en groen, de aantasting van het beschermd landschap de Zennevallei en de ongeschiktheid als bouwzone van een vochtig en onhygiënisch gebied.

    Benadrukt werd woensdagavond dat gans de actie a-politiek wil zijn. Maar toch werd verwezen naar de h. Gust Emmeregs die als CVP-vertegenwoordiger in de Mechelse gemeenteraad zetelt en o.a. tijdens de jongste verkiezingsperiode een actie voerde rond de geplande woonuitbreiding. Maar nu blijkt dat de h. Emmeregs tijdens de bijeenkomsten van de Mechelse gemeenteraad het mondje dicht moet houden.

    “Gust wordt gesust” zeggen de Leestenaren en zij voegen daar informatief aan toe dat het CVP-sectiebestuur de Leestse spreekbuis verbod tot spreken oplegt.

     

    Gans de historie omtrent de geplande woonuitbreiding heeft een voorgeschiedenis van meer dan 4 jaar. Al die tijd reeds ageren de bewoners van de sociale woonwijk “Kouterwijk” te Leest tegen de geplande uitbreiding van die wijk.

    De 28 sociale woningen op de Kouter werden in de periode “66-67” opgetrokken.
    Verscheidene van de nieuwe bewoners kregen de mondelinge belofte, ook van gemeentelijke zijde, dat er beneden de Kerkenblokweg, t.o.v. de bestaande wijk, niet meer zou bijgebouwd worden maar dat er wel gemeenschappelijke speelruimten zouden komen.

    Maar nu blijkt dat het tracé van de Kerkenblokweg – vroeger een landbouwweg – aangelegd wordt op de eigendom van ridder de Fontaine die zijn grond hiervoor gratis afstaat. In ruil nochtans voor een belofte van aankoop van 2 ha gronden aan de Kerkenblokweg. Deze gronden stonden op het gewestplan vermeld als landbouwgrond en werden door de bouwmaatschappij “het Gelukkig Gezin” aangekocht voor vier miljoen, omgerekend 250 fr per m2. 

    De gronden waarop de huidige woningen gebouwd werden, kostten destijds 20 fr per m2.

     

    Actiegroep

    Op 23 juli 1969 werd een bouwvergunning aangevraagd en geweigerd. Men stuurde aan op een privé-verkaveling. Op 15 januari 1973 volgde een ongunstig advies vanwege Stedebouw aan het “Gelukkig Gezin” en gemeentebestuur, o.a. omdat de geplande bouwzone als gedeeltelijk agrarisch gebied bestempeld is, te vochtig is en niet hygiënisch. Daarbij komt nog dat bedoelde gronden te laag gelegen zijn en behoren tot het beemdenlandschap. Bovendien, beklemtoonden woordvoerders van de Kouterwijk, heeft de gemeente nog voldoende andere bouwrijpe gronden die meer geschikt zijn.

    In 1974 vernam de wijk het nieuws over een verkavelingsaanvraag (een nieuwe door “het Gelukkig Gezin”) en start een protestactie. 43 van de 52 toen bewoonde huizen ondertekenden in juli een bezwaarschrift dat op 5 augustus aan de gemeenteraad werd overhandigd.
    Steun kreeg men van de toenmalige CVP-oppositie.

    Inmiddels verscheen het ontwerp van gewestplan en tot grote verbazing werd vastgesteld dat de gronden aan de Kerkenblokweg die in het voorontwerp gewestplan als agrarisch landschappelijk waardevol gebied aangeduid staan, die door Stedebouw als vochtig en ongeschikt voor bouwen werden bevonden, nu plots als bouwgrond staan vermeld.

    Er volgen nieuwe bezwaarschriften, door het actiecomité gericht aan de hh. Poma en Dhoore en aan Mw. De Backer.
    Sraatssecretaris Dhoore komt zich ter plaatse van de situatie vergewissen.

    Wanneer het gewestplan Mechelen bij K.B. definitief wordt worden de gronden als landschappelijk waardevol bosgebied aangeduid.

     

    Bouwvergunning

    Maar op 4 juni ’75 heeft ridder de Fontaine alweer een verkavelingsaanvraag ingediend. De gemeente Leest stuurt na enkele dagen de aanvraag, gunstig geadviseerd, naar stedebouw Antwerpen en op 9 september 1975 levert Leest een verkavelingsvergunning af. Vervolgens gaat alles razendsnel. Het “Gelukkig Gezin” krijgt reeds 24 september gunstig advies op haar bouwaanvraag.

    Het Koutercomité betwist het in orde zijn van deze bouwvergunning.

    Het Gelukkig Gezin zou op de gronden 41 nieuwe sociale woningen oprichten.

    Maar gezien de vergunning slechts voor 1 jaar werd afgeleverd, is de toelating verstreken.

     

    Gevaar voor overstromingen

    Met een aantal overstromingsrampen in een recent verleden, hebben de Kouterbewoners inmiddels een nieuw argument tegen de geplande 41 sociale woningen.

    Zij worden immers opgetrokken dicht bij de Zenne, op percelen onder het vloedpeil, sommige delen zelfs onder het gewone Zennepeil. Andere argumenten als in ’74 worden herhaald : de te grote concentratie van woningen, het niet voorzien van openbare ruimten en groen het beschermde landschap van de Zennevallei en de ongeschiktheid van de gronden als bouwgrond.

    (...)

    “...Tijdens de hoge waterstanden kortgeleden reden van ’s ochtends 5 u. af bestendig politiewagens met luidsprekers door de wijk om de bewoners te waarschuwen. En wij liggen 2 meter hoger...”  

     

    Infrastructuurwerken

    Inmiddels worden op het betwist grondgebied door het “Gelukkig Gezin” een aantal infrastructuurwerken uitgevoerd. Daarop schoot het Koutercomité terug in actie.

    De h. Jos Van Aken, voorzitter van het “Gelukkig Gezin” vertelde recent in een vraaggesprek met een Antwerpse krant dat men de zaak moet bekijken in het algemeen belang en niet enkel uit de visie van de huidige wijkbewoners.

    Een uitlating die te Leest nogal kwaad bloed heeft gezet. Ook omdat men er meent dat de door het comité aangehaalde argumenten precies dat algemeen belang dienen en dat men nergens enig financieel voordeel bij heeft.

    Tijdens een kortgehouden CVP-bijeenkomst te Leest (maart jl.)waarop burgemeester Jos

    Vanroy te gast was, werd de Mechelse burgemeester over de situatie aan de tand gevoeld. De burgemeester zou bij die gelegenheid publiek gezegd hebben dat wanneer nodig, de ganse infrastructuur terug kan opgebroken worden...

    En dan weten de Leestenaren ook nog dat het schepencollege haar vraag inmiddels naar een latere behandelingsdatum verdaagd heeft.

     

    Nieuwe acties

    In een ultieme poging om de geplande wijkuitbreiding tegen te gaan plant het Koutercomité een aantal nieuwe acties. Zo denkt men aan een affichenactie “Hier bouwt het Ongelukkig Gezin”, plakaten met opschrift “Wie maakt zich rijk ten koste van de wijk ?”, een info-stand op tweede paasdagen, een groen-wandeling op 16 april waarop ook het stadsbestuur is uitgenodigd en het organizeren van een wijk-feest.

    Concluderend zegden woordvoerders van het actiecomité dat ze verhopen dat, in het jaar van het dorp, elke mens belangrijk mag zijn, en over dat jaar van het dorp, zoals dat in Mechelen wordt gezien, betreurden zij nog maar eens dat een en ander beperkt dient te blijven tot het organizeren van een kermisje en een fanfare-uitstap, waar het dan toch veeleer in de bedoeling moet liggen een hechte leefgemeenschap uit te bouwen.

                Fons Jacobs”     

     

    Foto’s :

    -Met de infrastructuurwerken werd reeds een aanvang genomen.

    -De sociale woningen op de Kouter te Leest. Uitbreiding kan niet meer, menen de bewoners.

    (foto’s : GvM)





    18-10-2012 om 12:06 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Vervolg Chiro

     

    Ook het bivak kreeg zijn kroniek :

     

    Bivakvespers

    In vijftig, een en tweeënvijftig ging alles op bivak nog zeer vlijtig.

    Veel brave jongens en geen ene schelm bewijzen de drie eerste jaren Velm.

    In drie en vierenvijftig in Baarle-Nassau, juist over de grens bij Keesie en Co.

    Te Warnant in 55 in de Walen, kwestie van niet te veel te betalen.

    Slapen op stro of bij de kiekens, als ’t maar zo goed als van ‘de verniet is’.

    Het opstaan viel echter daar wat tegen, het bed uit en dat nog voor half negen.

    Want bij ht kraaien van de haan, moest de leeuw ten strijde gaan.

    Van Balen-Neet hebben ze kunnen vergaren en ’t karig zweet van 56 hierin bewaren.

    In 57 gingen ze naar de mijnen Hourhalen, ze konden toen nog geen kolen betalen.

    In 58 Kasterlee, met zand en bossen : joepi-jee !

    Het jaar nadien dezelfde streek, zonder kanaal maar met een beek.

    Het was iets korter bij de deur, gelukkig zonder Zennegeur.

    Wie is geweest, die heeft bewaard de bivakdagen van Lichtaart.

    In 60 met veel lawaai en weinig geld, een groots bivak in Overpelt.

    Met jongens op bivak, wat wilt ge, daarom in één en tweeënzestig naar Schilde,

    zwemmen tot voor en na het eten, al de rest is men bijna vergeten.

    Na tweemaal Schilde kwam Wezemaal, met veel strijd en vlijt bij nachtkabaal.

    Lichtaart konden ze niet vergeten, daarom zijn z’er in 64 terug gaan eten.

    Waarom 65 naar Daverdisse ? Dat moet ge voor u zelf maar uitvissen.

    Was’t voor de visvangst op forellen ? Ze hebben er allengs geen kunnen tellen.

    Om van het ruwe Daverdisse te kalmeren, ging men in 66 te Kalmthout kamperen.

    Ze zochten vacantierust in de hechtelse bossen, maar hoorden vooral in 67 militaire schoten lossen.

    Daar hing er ene in een strop, maar was er toch niet van kapot.

    Ne piot was met het geld gaan lopen; de pater heeft het met zijn pluimen moeten bekopen.

    68 was het jaar der alpinisten, van Dracula en andere vieze tisten.

    Te Neuville-bij-Hoei om Frans te leren, bij ne Vlaamsen boer ‘oh la-la’, dames en heren.

    In 1969 het Schilde uit vroeger jaren, een goed bivak met beenbreuk te betalen.

    1970 aan de Meulenberg te Houthalen, bij de barakken van Turken en Grieken;

    met dame ‘Moustafa’ tussen de grieten dat zijn toch geen grappen, Pater.

    1971 in Koersel-Stal dat was gene stal, een school en zaal en kolenberg,

    en graven aan een minimijn, want hier Jimpten de Zennedijkers.

    1972 te Zutendaal in hok en stal, we stonden er in vuur en vlam.

    Olympiade zonder maat, door bossen en door prikkeldraad.

    1973 was nog een vraagteken, ons moeder mocht het nog niet weten.

    ’t Was Bastogne en tenten van ’t leger, geen enkel zon, alleen maar regen.

    Bocholt werd het bivakland, bij boer Maassen was ’t plezant.

    Toen Langdorp met reuzegeest, de meisjes waren er reeds al geweest.

    Het jaar van zon en bossenbrand, een bivakschool, ’t Maasmechelenland.

    Konijnensporen in Poppel-voren, met slijkduivels tot over d’ oren.

    Veel bossen staan dit jaar te wachten, naar Loppem groeit een groot betrachten.”

     

    Meisjesbivakken

    64 Ophasselt                                      71 Koersel-Stal

    65 Mol-Sluis                                       72 Zutendaal

    66 Merksplas                                     73 Langdorp

    67 Hechtel                                         74 Bocholt (nieuwe meisjeslokalen te Leest)

    68 Neuville-bij-Hoei                           75 St.-Joris-Weert

    69 Schilde                                          76 Maasmechelen

    70 Houthalen                                     78 Loppem

     

    Bivakken Vevoc

    76 Geel-Zammel

    77 Poppel.

     

    17-10-2012 om 11:46 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1978 – Zaterdag 28 januari : Chiro Jubileumfeest

                30 jaar chiro-jongens, 15 jaar chiro-meisjes en 5 jaar oud-chiro (Vevoc).

                Programma :

                16 uur : Mis met voor overleden chiro en oud-chiroleden met dialogen en zang.

                17 uur : Receptie voor genodigden o.a. van stadsbestuur en afgevaardigden van de

                parochiale verenigingen in de feestzaal van Mille Van Steen.

                18 uur : Academische zitting.

                Door de chiroleiding en Vevoc werd een toneeltje  in elkaar geknutseld waarin

                de veranderingen van 30-jaar chiro werden belicht.

                Nadien had een panelgesprek plaats tussen de oud- en de nieuwe chiroleiding .

                Voor oud-chiro waren dat Hilda Silverans, Miel Polfliet en Pol Willems.

                Voor de chiro : Lief De Smet, Mille Peeters en  Michel Broothaers.

                Het panel werd voorgezeten door Jan Van den Heuvel.

                Na dit gesprek sprak dhr. Charlier namens het Mechelse stadsbestuur en

                overhandigde een medaille aan groepsleider Jos Lamberts. 

                19 uur : Maaltijd in de parochiezaal bestaande uit koud buffet.

                Na de maaltijd werden de kookmoeders in de bloemetjes gezet waarna zij de

                dans openden met enkele oud-chiroleiders en het feest duurde tot in de

                vroege uurtjes.

     

    Jubileumlied op de zangwijze van Jingle Bells

    “We zijn hier op het feest, de Chiro hier van leest,

    met ons va en moe, dat doet ne mens eens goed.

    Nu met ons dertig jaar, dat is toch al van tel;

    vooruit nu allemaal, we zingen Jingle Bells.

     

    Refrein :

    Jingle Bells Jingle Bells, wie viert met ons mee ?

    Kom zingt mee met Chiro-Leest, want ’t is vandaag ons feest.
    Jingle Bells, Jingle Bells, wie zingt met ons mee ?

    Dertig jaar leeft Chiro-Leest, daarom dit jubelfeest.

     

    Precies voor dertig jaar, stond hier een wiegske klaar

    voor ’t Chiro-avontuur, gestart met heel veel vuur.

    Men voer het kind ten doop, den hoop werd vlug vergroot ;

    van deze Chirokroost, was Schutter d’ eerste proost.

     

    En met De Decker Jan, was ’t vlug in kruik en kan,

    zodat niets liep verkeerd, maar alles flink gesmeerd.

    Men had zo iets in Leest tevoren nooit gezien,

    dat is ’t begin geweest van onze Chiro-team.

     

    Met korte broeken aan en bruine Chirovaan,

    de  mensen keken naar de benen vol met haar.

    De Chirojeugd trok door, met Keulemans vooraan,

    zij trok doorheen de straat, voor God en jeugd paraat.

     

    Een jeugd die hield van strijd, van stappen en van dril,

    dat was de glorietijd van leider Juul en Miel.

    Wie allen samen bond en daar zijn vreugd’ in vond,

    gij allen die het weet : een proost die Stanny heet.

     

    De jaren gingen voort, soms af en toe gestoord,

    ne proost die ons verliet, n’en trouw van Paul en Piet,

    soms op de leiderskring niet altijd goed op tijd,

    maar duifje lief ten spijt, op alles voorbereid.

     

    Zat men soms in de nood, wie er dan hulp bood :

    toen kwamen Paters aan, vooral Clementiaan.

    Want onder zijnen tijd heeft de Louis met pret,

    maar met nog groter vlijt het nieuw lokaal gezet.

     

    Zangwijze : Lily Marleen :

     

    In ’t begin van zestig, met de nieuwejaar

    zijn zij gevestigd in het nieuw lokaal.

    En zij waren zo kontent, ja zo kontent

    de ganse bend, (de ganse Chirobend) bis.

     

    Uit de miserie, ieder in zijn kot,

    dat was verdorie een heel ander sport.

    Zij konden toen van zondagnoen, voor gans de jeugd

    aan  actie doen, (de zondagachternoen) bis.

     

    Nieuwe borstels keren, deuren draaien goed ;

    Vendels die marcheren, met Chiro-jongens-bloed.

    Dat was de tijd van proost Verbist, wie dat niet wist,

    dat was beslist, (de tijd van proost Verbist).

     

    Iemand die veel hield van Schilde en de vriend,

    heeft onze Chiro sympathiek bezield.

    Hij heeft geleid de Chirodans, den Beterams,

    geleid den dans, (de ganse Chirodans) bis.

     

    Vele Chirozorgen door een brede rug

    werden er geborgen zonder ene zucht.

    Ne groten Borger is gelukt in dat exaam,

    wel te verstaan : (op Chiroleidersbaan) bis.

     

    Om eens te proberen aan een nieuw gezin

    richtte hij zo geren onze Speelclub in.

    Een ondervinding bracht dat mee voor de Roger

    om zonder vrees (te leven met kadee’s) bis.

     

    Toen kwam de Mark voor de groep te staan

    bovendien nog Leuven, maar ’t zou verder gaan

    met brede wenkbrauw en vitaal, een stoere taal,

    de  Chiro leeft (met Zennedijkersgeest) bis.  

     

    Het nieuwe uniform, een nieuwe Chiro-taal

    ’t bezorgde de Lamberts zenuwen van staal

    en bovendien kwam er ’t Oudercomitee

    dat bracht wat mee (een nieuwe stuwkracht meer) bis.

     

    Het bruine uniform stevig overal

    dat moest spijtig wijken voor wat tergal

    en in een jeansbroek moest de Miel

    ’t was gene ‘floer’ (voor de Verschueren Miel) bis.

     

    De Chirogroep van heden, anders dan voorheen,

    zij wil blijven streven als het nummer één

    want voor de Jos blijft steeds van tel :

    de jeugd en spel, (de inzet door het spel) bis.

     

    Zennedijkerslied (wijze : My Sarie Marais)

     

    De zondag na één uur, trap ik mij in vlam en vuur,

    mijn fietske vliegt langs de muur.

    Zijn de Mark en Fons er al ? Geef dan vlug aan mij de bal,

    ne goeien dag en roef ne knal.

     

    Ref : O breng ons saam in het Zennedijkershome,

    daar waar de Chiro woon;

    daar onder bij die hoge, bij die stoere lindeboom,

    daar leeft mijn jongensdroom;

    daar onder bij die hoge, bij die stoere lindeboom,

    daar leeft mijn jongensdroom.

     

    Spijtig zonder banier, maar de vlaggemast staat pal

    in ’t open zennedal ;

    ja hier wappert onze strijd en we maken veel plezier,

    de levensvreugd die ons bezield.

    17-10-2012 om 11:42 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 18 februari : Chiro-Jubelbal

                Voor de Chiro van Leest was 1978 een bijzonder jaar. Niet alleen bestond de

                jongensafdeling 30 jaar en kon de meisjeschiro hun 15-jarig bestaan vieren. Ook

                Vevoc had iets te vieren want zij waren vijf jaar geleden gesticht.

                Onder impuls van de leiding en tevens van de proost, pater Karel Van Aken,

                werd  een speciaal feestprogramma op het getouw gezet.

                Op 28 januari werd er een feestavond ingericht voor de oud-leiders en leidsters,

                proosten, kookmoeders en huidige leiding.

                Met Pasen 26 en 27 maart was er een tentoonstelling gepland en op 30 april

                werden grootse volksfeesten georganiseerd.

                Op zondag 21 mei vond een Chirobedevaart en –familiereis plaats en op 10

                september een dorpsspel en kampvuur.

            

                 Chirogeschiedenis (Gazet van Mechelen 24 januari 1978)

                “Vroeger was de Leestse jeugd na haar plechtige communie zowat verplicht

                naar de “catechismus” te komen en tevens het lof bij te wonen.

                Vooraf werd gevoetbald of gespeeld.

                Aangezien in Vlaanderen na de bevrijding de Chiro als een “spelende

                jeugdbeweging” ingang vond, achtte onderpastoor De Schutter het ook geschikt

                in 1948 met de Chiro-jongens van wal te steken.

                De eerste begeleiders waren Jan De Decker en Frans Keulemans.

                Jan De Decker werd de eerste groepsleider.

                De jongens vergaderden toen nog in de huidige meisjeslokalen.

                De grote verhuis naar de nieuwe lokalen gebeurde in 1960, onder groepsleider

                Louis Vloebergh en proost Verbiest.

                Dank zij pastoor Coosemans en E.H. De Decker werd dit Chiroheem opgericht.

                Gegroeid vanuit de “Landelijke Jeugd” kwam in 1963 de officiële start voor

                de meisjes, onder leiding van Hilda Silverans en Reinhilde Verbruggen.

                Met de jaren groeide het aantal leden van beide groepen.

                Vevoc

                Vijf jaren terug werd de  Vereniging voor Oud-Chiroleden gesticht.

                Aanvankelijk gestart met enkele idealistische oud-chiroleiders, is deze vereniging

                uitgegroeid tot 190 leden.

                Bedoeling van Vevoc was en is nog steeds een morele en daadwerkelijke steun

                te geven aan de plaatselijke Chiro-afdelingen.

                Als parochiale vereniging moet Vevoc haar verantwoordelijkheid nemen.

                Getracht wordt enkele aktiviteiten te organiseren, waarbij zoveel mogelijk

                Leestenaren kunnen betrokken worden.”   

     

    Het Pasen-nummer van De Band over het CHIRO-JUBILEUM :

    30 jaar jongens     15 jaar meisjes     5 jaar Vevoc.

     

    “Vermits in Vlaanderen na de oorlog de Chiro als een “spelende Jeugdbeweging” ingang vond, achtte E.H. De Schutter, onderpastoor, het dan ook geschikt om met jongens-chiro te starten in 1948. Hiertoe vond hij medewerking van Jan De Decker als eerste groepsleider.

    Deze chiro-afdeling is ingedeeld in leeftijdsgroepen zoals : Speelclub (7-9 jaar), Rakkers (10-11 jaar), Toppers (12-13 jaar), Kerels (14-15 jaar), Aspiranten (16-17 jaar) en de leiding.

     

    In 1963 startte de meisjes-chiro, gegroeid vanuit de “Landelijke Jeugd”. Dit geschiedde onder E.H. Coosemans, pastoor, en onder leiding van Hilda Silverans, Reinhilde Verbruggen en als eerste groepsleidster Reinhilde Polfliet.

    Onze meisjesgroep is ingedeeld in volgende leeftijdsgroepen : Prutskes (7-8 jaar), Speelclub (9-10 jaar), Kwiks (11-12 jaar), Tippers (13-14 jaar), Tiptiens (15-16 jaar), Aspiranten (17-18 jaar) en de leiding.

     

    Belangstelling voor chiroleven komt er vanuit de activiteiten die kinderen en jonge mensen in hun eigen jong leven aanspreken. Want de chiro en de leiding zorgen elke zondag en ook op 10 dagen jaarlijks bivak, voor de nodige activiteiten, zeer uiteenlopend volgens de leeftijdsgroepen.

    Jongens en meisjes trekken de laatste jaren met 80 tot 85 leden op bivak.

    Het spel blijft in de chiro beschouwd en beoefend als een methode, als een ‘samenleven’, als een opvoedingsmiddel, onder een bepaalde geest, met een bepaald perspectief om mekaar te helpen volwassen en volwaardige mensen te worden. Daarop zinspelen de jaarthema’s en veelzijdige bivakspreuken.”

     

    Bijgevoegd :

    -Folder van het Chiro-Jubelbal

    -De Chiro van Leest begin jaren ’50.





    17-10-2012 om 11:32 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    -Binnenzicht van de Empain-grafkelder met marmeren altaar. (Foto Wilfried Hellemans)

     

    Vervolg grafkelder Empain.

     

    Volgens Wilfried Hellemans zou het grafmonument van de familie Empain dateren van ca. 1880 tijdens het pastoorschap van Joannes Franciscus Vandercruysen. De eerste begraving erin gebeurde in 1887, de jongste in 1971.

    Het monument, in eclectische stijl, werd getekend door architect N.J. Aert.

    “Een frivool gebeuren waarbij  onderpastoor Pingnet (noot :  Petrus Hendrik Pingnet was onderpastoor te Leest van 1895 tot 1915)  betrokken was, is de wijding van het (tweede) jacht van de Battelse Edouard Empain (°1852, +1929). Na de ‘Primavera’, een eerste gekocht in 1901, had Edouard zich in 1906 een groter stoomjacht aangeschaft.

    Het werd gewijd door de pastoor van Battel en de onderpastoors van Heffen en Leest, in casu Pingnet, op zaterdag 10 mei.
    Zoals bekend had de familie Empain haar familiegrafkelder in Leest en uitzonderlijk –namelijk wanneer ze eens kwaad was op de pastoor – woonde ‘madame’ Denis, geboren Louise Empain (°1871, +1971), zelfs de mis bij in Leest met haar pachters !”

    (‘De Sint-Niklaasparochie in Leest’, Wilfried Hellemans, 2009)

     

    1978 – Februari : Papierslag Chiro

                Vond plaats rond het ontspanningsverlof van carnaval.

                Deze papierslag zou voortaan vier maal per jaar gebeuren.

     

    1978 – 1 februari – Gazet van Mechelen : Huisvuilmiserie te Leest-Mechelen

     

                                          “Huisvuil niet opgehaald ? Niet betalen

                Raadslid Emmeregs betoogde dat bij de bewoners van sommige fusiegemeenten

                het aanslagbiljet van 900 fr. met betrekking tot het ophalen van het huisvuil,

                heel wat wrevel heeft opgewekt wegens “de slechte ophaalbeurt”.

                Bij sommige bewoners die bv. “achterin wonen”, is de vuilniswagen niet eens

                te zien. Bestaat de mogelijkheid niet, om tegemoet te komen aan de wensen van

                deze nieuwe Mechelse stedelingen ?

                Schepen Albert Ribbens beantwoordde de vraag van raadslid Emmeregs als

                volgt : er bestond tijdens het fusiejaar 1977 wel enige verwachting omdat precies

                in deze fusiegemeenten de ophaaldienst van het huisvuil door particuliere firma’s

                werd verricht. Feit is evenwel dat vandaag geen beperking wordt opgelegd inzake

                het kwantum van het op te halen huisvuil. Bewoners die evenwel de gelegenheid

                niet hebben gebruik te maken van deze ophaaldienst mogen bij het stadsbestuur

                een klacht indienen. Zij hoeven desgevallend niet te betalen.”

                (DB,februari 1978)

     

    1978 – Woensdag 8 februari : Kinderfilm : “Teresa de jonge chimpansee”

                In de parochiezaal van Leest om 14u30. Inkom : 20 fr.

                Organisatie : Landelijke Gilde Leest. (folder)

    17-10-2012 om 09:04 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    14-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 23 januari : Baron Empain ontvoerd

     

    Nabij zijn woning in Parijs werd de 40-jarige Belgische baron Empain ontvoerd.

    Baron Empain stond aan het hoofd van een industrieel financieel imperium dat 150 bedrijven omvatte en 150.000 mensen tewerkstelde in verschillende landen.

    De ontvoerders vroegen een losgeld van 250 miljoen Belgische franken. 63 dagen later kwam de baron vrij. De ontvoerders werden gesnapt bij de overhandiging van het losgeld en streng veroordeeld.

     

    Op het kerkhof van Leest bevindt zich het indrukwekkende grafmonument van de familie Empain. Het graf ligt er nu verlaten bij : de Empains vergaten Leest, Mechelen en vooral hun jarenlange thuisbasis Battel.

     

    De ontvoerde baron Eduard-Jean Empain werd op 7 oktober 1937 in Boedapest  geboren. Zijn moeder was een sterdanseres van de Ziegfield Folies. Hij was de achterkleinzoon van de beroemde ingenieur Edouard Empain, die voor het familiefortuin had gezorgd.

    Nog vele Mechelaars zullen zich het kasteel in Battel herinneren waar de familie Empain tot in de tweede wereldoorlog verbleef. De kasteelheer bezat ook een  prachtig  stoomjacht, dat soms in de Leuvensevaart vlak voor het kasteel aanmeerde.

    Vandaag is van deze oude glorie niets meer overgebleven. Er rest nog slechts de            “Empainlaan” in Battel en de monumentale grafkelder op het kerkhof van Leest waar de familieleden werden begraven.

    De relaties tussen de bewoners van het kasteel en de pastoors van Battel is altijd erg goed geweest : ze kwamen door de jaren heen veel op het kasteel, niet in het minst om er de goede wijnen te proeven. Een kink in de kabel kwam er toen Madame Denis (geboren Marie Louise Empain, gehuwd met generaal Denis) verbolgen raakte op de Battelse pastoor Spanhogen, omdat deze de bloemenkransen van de Empains, bij het graf van de gesneuvelden, te vlug had weggegooid. Van toen af ging ze naar Leest ter kerke !

    En haar pachters moesten mee. Elke eerste zondag werd de lijst van de overleden    
    parochianen voorgelezen in de hoogmis. Ze verbood de pastoor van Battel nog langer de Empains daarin voor te lezen. Dat moest ook te Leest gebeuren !

    (‘De Mechelse Week’, 16/12/1982)

    Hoe lang deze situatie heeft geduurd is ons niet bekend. Het enige dat de hedendaagse Leestenaar nog met de Empains associeert is de grafkelder op het kerkhof.

    Op 11 maart 1937 bracht de Gemeenteraad gunstig advies uit m.b.t. een verzoek en een gift van Juffrouw Florence Félicité Empain (een zus van Marie-Louise) van 8.000 frank in titels. Ze stelde volgende voorwaarden : “jaarlijks vijf missen moeten worden gezongen tot intentie der familie Empain en het praalgraf diende te worden onderhouden.” Pieter Spruyt stond in voor het onderhoud.

    Mijn grootvader Jan-Baptist Mees (°Leest 23/9/1902, +Leuven 22/9/1979),  vertelde me ooit dat er bij elke Empain die te Leest begraven werd, aan de bevolking na de begrafenismis, grote broden werden uitgedeeld door de pastoor of door de familie van de overledene. Die brooduitdeling was een tijdlang mode maar meestal werden kleine broden bedeeld.   

    In “Victoire Van Nuffel, kampioene en feministe”, gepubliceerd in ’t Ridderke  nr.3 van 2006 beschreef Geert Clerbout de ervaringen van deze wielerkampioene, die nog een tijdje te Leest woonachtig was, met de familie Empain :

    “...Jarenlang heeft ze in Battel arbeid verricht op het buitenverblijf van de familie Empain. Die familie verwierf aanzien aan het eind van de 19e en het begin van de 20ste eeuw door de aanleg van spoorwegen, metro’s en tramlijnen in het  buitenland. Bovendien werd de ‘Banque Empain’ opgericht en stichtte de baron  in Egypte de visionaire stad Heliopolis. Tijdens de Eerste Wereldoorlog riep  Empain het Nationaal Comiteit voor Hulp en Voedingsmiddelen in het leven. Aangezien baron Edouard Empain door al deze projecten meer in het buitenland resideerde dan thuis, woonden voornamelijk zijn moeder en twee zussen op het kasteel. Zeker zijn jongste zus Louise Empain, die getrouwd was met generaal Denis, zwaaide er de plak. Twee keer is Louise Empain, in de volksmond beter bekend als “madame Denis” naar een wielerwedstrijd komen kijken, om  Victoire aan het werk te zien, maar toch was hun relatie allesbehalve goed te noemen. Louise Empain was een echte aristocrate die neerkeek op het  gepeupel en ondanks het feit dat ze in Battel woonde, vasthield aan de Franse taal. Ze verwachtte respect van de Battelse burgers voor haar status en wanneer ze dat niet, of niet voldoende, kreeg, strafte ze de mensen. Arbeiders die weigerden om hun diensten te verlenen aan de Empains werden onmiddellijk uit hun huis gezet.

    Het is door toedoen van deze vrouw dat Victoria Van Nuffel Vlaamsgezind is  geworden. Toen Victoire en Louise ooit een gesprek voerden over de taalproblemen tijdens de Eerste Wereldoorlog, waardoor vele Vlaamse boerenjongens de dood vonden in de Westhoek, stelde mevrouw Empain dat “die plattebokken wel Frans verstonden als ze maar genoeg werden gestraft”.  Op dat ogenblik is er iets in Van Nuffel geknakt. Het is ook in die periode dat  ze haar geloof in de kerk verloor. Empain heeft op zijn eentje de bouw van de kerk van Battel gefinancierd, maar Victoire zag wat er achter de schermen gebeurde. De baron liet de Battelse huizen van zijn werkvolk in groen en wit  schilderen, hij liet het kanaal verbreden om met zijn stoomboot tot aan zijn huis te kunnen varen. Iedereen kon zien hoe rijk de familie Empain was. Stelen van de armen en via de kerk een aalmoes teruggeven. Ze had genoeg van al die hypocrisie.

    Ooit was er een tijd dat ze met de fiets naar Scherpenheuvel reed. Van haar moeder kreeg ze 20 frank mee, om onderweg iets te drinken. Drinken deed ze  echter niet. Ze verkoos door te rijden en al haar centen in Scherpenheuvel in het offerblok te werpen, omdat ze geloofde in wat ze zag. Een geloof dat tijdens haar arbeidsperiode bij de familie Empain stilletjesaan is vervaagd en tenslotte is verdwenen.

    Toen Victoire Van Nuffel naar Parijs verhuisde, kreeg ze van Louise Empain een papier mee dat haar gratis en onbeperkte toegang verleende tot de Parijse  metro. Het was Edouard Empain die de ondergrondse van de Franse hoofdstad  nagenoeg helemaal op zijn eentje heeft bekostigd. Nooit heeft Van Nuffel gebruik gemaakt van het papier, uit principe. Ook op de uitnodiging van ‘madame Denis’  om met haar naar Egypte op vakantie te gaan, is ze nooit ingegaan...”

     

    Het grafmonument van de familie Empain fungeerde in de Eerste Wereldoorlog ook tijdelijk als schuilplaats voor de weerstander en spion August Ph. Jacobs (zie ook 2/2/1955 : “Doodsbedreigingen voor de secretaris’.)

    Anselms Jédrie (J.A. Huysmans) in zijn stukje ‘Onvergetelijks’ (De Band van april 1981)  en in zijn sappig proza : “…In de zomer 1915 vond ons moeder op ’n morgen een onder de deur geschoven open brief van onze vader, waarin zijn foto als convooibegeleider aan het front, en een geheel vol geschreven blad, met aanmoedigingen voor ons allen, en de hoop dat alles weer gauw goed zou zijn…Dat was een ontroerende geruststelling voor ons…Op een avond, wat daarna, werd er op de achterdeur getokt, en daar komt Gust van den Ossenboer (noot: August Jacobs) binnen, ook een ondergedoken stijder, en zegt : ‘Toorke, ik ben het die u daar laatst die brief van uwen Jan gebracht heb, als ge soms iets wil terugschrijven zal ik dat morgen komen afhalen, van af en naar het front, worden hier en daar brieven en foto’s van vaders en zonen, langs Holland overgesmikkeld, maar zorg dat gij mij nergens vernoemt. Gij hebt geluk, want al maanden weten wij reeds dat mijn broer Louis te Londerzeel is gesneuveld…’

    Jaren achter dien oorlog, heeft Gust eens aan moeder verteld dat hij die open brieven door mijn broer Frans en Frans Boonen, ook uit de Kouter, toegespeeld kreeg, langs een geheime inlichtingsdienst, en hij herinnerde lachend haar schrijven naar vader : hoe blij zij was te kunnen melden dat hij een zoontje had bijgekregen : Constant !...en zij ook had gevraagd welke mengeling zij moest bereiden om zelf limonade te fabriceren !...

    Bij het lezen van die brieven zei Gust, wist ik in mijn schuilplaats (noot : de grafkelder van de Empains) mij met de frontmannen en hun thuis wat verbonden. Toen wist nog maar één vriend mij levend begraven, grinnikte Gust, mijn zusters en broer vermoedden ’t zelfs niet…    

    Dore van Vleeskens, ’n buur uit onze straat, hovenier op het kasteel Empain te Battel, en onderhoudsman van hun graftombe alhier, die had mij daarvan een deursleutel bezorgd…

    Op een niet heel duistere avond waag ik mij toch uit den grafkelder, om langs den pastorijtuin, door het achterpoortje het veld te bereiken, en eens naar huis te gaan om wat nieuws…Na genoegzaam uitkijken stap ik buiten, en zag daarginds, toch mij gezien, door pastoor Beukelaers ‘huishoudster, plots buitengekomen uit de sacristie, die even verschrikt stopt, en dan gejaagd naar de pastorij rent…Twee dagen nadien bereik ik, nu ongehinderd, de pastorijtuin, en eensklaps roept de spiedende wat bange juffrouw van achter een heester mij toe : ‘Och Gust, zijt gij het Gust ?...’  - ‘Ssst…stiller,’ vermaan ik en ze fluistert : ‘Kom jongen, onze pastoor is niet thuis, kom iets eten en drinken, ocharme’… en de juffrouw vertelde mij haar sacristie-avontuur : ‘Ik was,’ zei ze, ‘in de kerk nog wat bloemen gaan schikken en toen ik buitenkwam zag ik een man uit dien grafkelder komen, en ik stamelde : och God, och God…en herhaalde dit nog binnenshuis en de pastoor vraagt : ‘Gij hebt toch zeker geen spook gezien ?’ ‘Neen, maar daar kwam een man uit de tombe van Empain, echt gezien !...’ ‘Emma ! Houd dat voor u, en zwijg er ook stillekens over tegen anderen !’ zei de pastoor. Maar ik bedacht, ik wil er meer van weten !...’

    Alzo, zei Gust, ben ik meermaals daar goed onthaald…’ “

     

    August Jacobs hoorde tot de spionagegroep van de uit Heffen afkomstige Arthur Hofmans. Toen deze laatste uit de gevangenis ontsnapt was zocht hij August Jacobs op in Leest en samen hielden ze zich drie dagen schuil in de graftombe van de familie Empain.

    (“Spioneren voor vorst en vaderland,” ‘t Ridderke nr.1 januarie-maart 2009)

     

     

    Foto’s :

    -Op de begraafplaats te Leest bevindt zich het indrukwekkend grafmonument van de Empains. Marie-Louise Empain, weduwe Denis, werd daar als honderdjarige in 1971 egraven.

    -Edouard Empain, de stichter van het imperium.

    -Het kasteel van de familie Empain in Battel. In 1941 werd het verkocht aan Boel-Temse. Daarna kwam het onder sekwester en werd verkocht en samen met de tuinen met de grond gelijk gemaakt.  

    -De stoomboot van baron Edouard Empain. Hij liet de Leuvense vaart ter hoogte van Battel verbreden om met zijn schip tot aan het kasteel te kunnen varen.  

    -Victoire Van Nuffel als kampioene van België.











    14-10-2012 om 12:48 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Vervolg Fons Hellemans – foto’s onderaan.

     

     

                Fons was bevriend met de uit de Rupelstreek afkomstige maar in de

                Winkelstraat wonende auteur Piet Van Aken. Hij leverde er jarenlang brood.

                Ook die schrijver deed zijn duit in het zakje :

     

     

                Geachte familie

     

                Wie ook ons lot moge bestieren, het kent al te vaak een merkwaardig verloop :

                mensen als Alfons zouden niet zo ontijdig van ons mogen worden weggerukt.

                Hij behoorde tot de zeldzamen die hun goedheid niet berekend uitstallen

                maar ze dag aan dag onbewust uitdragen, als een onvervreemdbaar deel van

                zichzelf.

                Ik ben er nog steeds trots op dat hij me toegestaan heeft deze weinige jaren tot

                zijn goede vrienden te mogen behoren.

     

                         Piet Van Aken.

     

    Piet Van Aken (zie ook : 3 mei 1984)

    Was afkomstig uit de Rupelstreek (°Terhagen 15/2/1920, +Antwerpen 3/5/1984) en toen hij in Mechelen school liep kreeg hij les van o.a. Filip De Pillecyn, die zijn schrijfstijl zou beïnvloeden. Van Aken was schrijver van vooral sociaal geëngageerde romans, die hoofdzakelijk gesitueerd  zijn in zijn geboortestreek. Zij bekendste werk is de novelle de" Klinkaart" waarin hij op naturalistische wijze de ontnuchtering en ontluistering van een kinderziel door mensonterende sociale toestanden in een fabriek omschrijft.

    Piet Van Aken woonde een vijftiental jaren te Leest (Winkelstraat, aan de grens met Hombeek) waar hij vier boeken  (‘Dood Getij’, ‘De Hoogtewerkers’, ‘De Blinde Spiegel’ en ‘De Goddemaers’) schreef.

    Aan zijn vriend Fons Hellemans, die hij in de bakkerij ooit hielp, droeg hij ‘in memoriam’ zijn boek ‘Dood Getij’ op.

     

    (Fons Hellemans : zie ook 13/9/1966 bij de officiële opening van zijn hernieuwde bakkerij.)

     

     

    1978 – Zaterdag 14 januari : Tweede Grote Sportdansavond met Disco-Bar

                In zaal Sint Cecilia bij Mille Van Steen ging ten voordele van de wielrenner

                Karel De Prins de “Tweede Grote Sportdansavond” door met

                muzikale begeleiding van de disco-bar Electro Vero’s Drive In Discotheek.

                Karel De Prins was actief bij de liefhebbers.

     

     

    1978 – 18 januari – Gazet van Mechelen :

                            

                                   Ontruiming begraafplaatsen Leest en Walem

     

                “Door het college van burgemeester en schepenen van Mechelen wordt de

                bevolking ter kennis gebracht dat ingevolge een besluit van het college op de

                begraafplaats van Leest zal overgegaan worden tot de ontruiming van graven

                van de personen overleden tussen 1917 en 1953.

                Betreft 26 niet-gekochte gronden waarvan de grafzerken genummerd werden van

                366 tot 399.

                Deze graven worden ontruimd van 6 maart 1978 af.

                De belanghebbenden die dit wensen kunnen de grafzerken geplaatst op deze

                graven afhalen van 23 januari e.k. tot en met 3 maart 1978.

                De zerken welke niet werden afgehaald na 6 maart worden eigendom van de

                stad Mechelen...”

     

    Foto’s :

    -De grafrede werd uitgesproken door César Apers.

    -Piet Van Aken

    -Handgeschreven medeleven van Piet Van Aken.(Origineel Amelie Portael).

     

     







    12-10-2012 om 16:09 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – 12 januari : Bakker Fons Hellemans verongelukt.

                Alfons Maria Jozef Hendrik Hellemans, zoon van meester Alfons Hellemans en

                Alida Scheers en geboren te Mechelen op 24 mei 1929 kwam smartelijk aan zijn

                eind na een ongeluk met een moto.

                Bij het oversteken van de Leuvensesteenweg te Mechelen werd hij omstreeks

                23u25  door een motorrijder gevat.

                Alfons overleed kort na zijn aankomst in de St.-Jozefkliniek.

                De 23-jarige motorrijder Jozef Van Ballaar uit de Frans Van Dijkstraat te Deurne

                werd  met een handkwetsuur naar de kliniek gevoerd.

                Fons Hellemans was zaakvoerder van de gelijknamige bakkerij en ere-voorzitter en
                medestichter 
    van de voetbalclub “Telstar” (het latere SK Rapid Leest).

                Fons was gehuwd met Amelia “Amelie” Maria Portael uit Peulis-Bonheiden.

                Het echtpaar kreeg twee kinderen : Lieven en Goedele.

                Op zijn bidprentje stond het volgende te lezen :

     

                “Het brood komt uit mijn handen, Heer;

                In dorp en stad wordt het geboden.

                Die nacht, waarin ik onverwacht

                begaf, heb Jij mij ’t brood gebroken.

     

                Lieve Fons, we hebben gehuild en waren ontdaan toen men ons dit kort bericht

                kwam melden.

                Toen werden de grenzen verschoven : een nieuwe mens werd jij

                voor ons.

                Jij was de oudste in een groot gezin waar goedheid werd geleerd.

                Dan kwam het werk : je wilde zo graag bakker worden.

                Uw eerste droom werd toen vervuld.

                En dan, dan werd je echtgenoot en vader.

                Samen met je vrouw en beide kinderen kende je geluk en ook verdriet.

                Fons, jij was de bakker van ons dorp.

                Je werd door velen graag gezien : je was ook opgewekt, heel spontaan en

                schijnbaar nooit verslagen.

                Je was een lieve kameraad : elk spel deed je plezier.

                Hard heb je gewerkt en maar weinig ontspanning genomen.

                Fons, er was een zang in jou, die nu voorgoed gaat leven.

                God, bedankt voor deze eenvoudig-goede mens.” 

     

                Doodsbericht

     

                Fons, die nacht waarin jij onverwacht

                begaf, heb ik geweend mijn broer.

                Bedwelmd heb ik het aangehoord

                dit kort bericht van d’overzij.

     

                Jij was de eerste van ons hier :

                de oudste zoon, het jongste kind.

                De lieve maat, de speelse vent

                tot kwam...de nacht van uw bestaan.

     

                Ik heb gehaast, verward mij aangekleed

                en zag jouw huis, een huis van steen.

                Dit kort bericht heb ik dan doorgeseind

                en sloeg de nagels in hun vlees.

     

                Dan zijn wij allen voortgegaan

                op zoek naar u, uw overschot.

                ‘k Heb nooit een mens zo stil gezien

                als daar dit uur, dit stille uur die nacht.

     

                Die nacht, jou eerst en laatst gezoend,

                was jij een baken op mijn weg.

                Een nieuwe mens werd jij voor ons

                waarin een zang die nu voorgoed echt leeft.

     

                Guido Hellemans 4/3/’78.

     

     

     

     

    Foto’s :

    -Een vertrouwd beeld van de joviale bakker.

    -Spelers en bestuursleden van FC Telstar wachtten de lijkwagen op aan de St.Annakapel.

    -Van links naar rechts : Jean Apers, Jean Neutiens, Jan Solie, Francois ‘Swa’ Bekaert.

    Rij rechts : Eddy Apers, Willem Mees, Jef Apers, Fons Janssens, Victor De Lauw.

    -Weduwe Amelie Portael geëscorteerd door haar kinderen Lieven en Goedele.

    -Op de voorgrond links Jean Apers, midden Jef Daelemans, rechts Eddy Apers.

     











    12-10-2012 om 16:02 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    11-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1978 – Leest Geweest

                Vanaf januari 1978 kwamen elke dinsdagavond tussen 20 en 22 uur een tiental

                Leestenaren samen in het oude klooster om er een foto-album van hun “dorp”

                samen  te stellen.

                De bedoeling van dit boek : de mensen en de kinderen van Leest een beeld te

                geven van wat het dorp was, hoe het er vroeger aan toe ging, een leven van hard

                werken, met de rites de passage, geboorten, communies, huwelijken...

                Het moest een familieboek worden, een lees- en kijkboek zonder pretentie, geen

                geschiedkundig werk, maar een boek in mensentaal, doorspekt met talrijke

                anekdotes, volksgedichten, citaten en karikaturen.

                Een gedeelte van de ongeveer 200 foto’s werd eerst gebruikt op een expositie.

                De idee van een boek over Leest was van oud-burgemeester Lauwers die dit

                voorlegde aan Georges Herregods.

                Werkgroep

                In de werkgroep zetelden buiten aalmoezenier Herregods 3 gepensioneerde

                onderwijzers (de meesters Huysmans, Hellemans en Meyers),Jeroom Verbruggen,

                Remi Spoelders, Kamiel De Wit, Antoon Lauwens , F. Verbruggen en Louis Van

                Roey.

                Op zo’n vergadering van die werkgroep wierp de aalmoezenier een foto op tafel

                en  de tongen kwamen los.

                Resultaat

                Nog datzelfde jaar kwam “Leest Geweest” uit. Een keurig verzorgd boek van

                ongeveer 350 blz. waarin de geschiedenis van Leest in woord en beeld werd   

                verteld in zeven hoofdstukken die elke een bepaald facet belichtten.

                Het redactiecomité bestond uit Frans Apers, Stefaan De Laet, Jan De Prins,

                Kamiel De Wit, Alfons Hellemans, Constant Huysmans, Antoon Lauwens,

                Frans Lornoy, Flor Meyers, Remi Spoelders, Louis Van Roey, Alfons Verbruggen

                en Jeroom Verbruggen. Tekst, illustratie en algemene leiding berustte bij Georges

                Herregods.

                “Leest Geweest” kostte 500 frank.

     

    1978 – ‘De Band’ publiceerde een korte beschrijving van de Leestse verenigingen.

     

                Leestse Verenigingen in het “ Jaar van het Dorp”

     

                Chiro

                Vermits in Vlaanderen na de oorlog de Chiro als een “spelende jeugdbeweging”

                ingang  vond, achtte onderpastoor De Schutter het opportuun om met jongens-

                chiro te starten in 1948. Jan De Decker werd de eerste groepsleider.

                In 1963 startte de meisjes-chiro, gegroeid vanuit de “Landelijke Jeugd”.

                Dit geschiedde onder pastoor Coosemans en onder leiding van Hilda Silverans,

                Reinhilde Verbruggen en de eerste groepsleidster Reinhilde Polfliet.

                De chiro en de leiding zorgden elke zondag en op het jaarlijks 10-daags bivak

                voor zeer uiteenlopende activiteiten op maat van de verschillende

                leeftijdsgroepen. De laatste jaren trokken jongens en meisjes met 80 tot 85

                leden op bivak.

                Het spel werd in de chiro beschouwd en beoefend als een methode, een

                perspectief  om mekaar te helpen volwassen en volwaardige mensen te worden.

                Daarop zinspeelden de jaarthema’s en de veelzijdige bivakspreuken.

     

                Vevoc (Vereniging van Oud Chiroleden)

                Gestart in 1973 bij de viering van 25 jaar chiro onder impuls van enkele

                Idealisten-oud-chiroleiders.

                In 1978 uitgegroeid tot een groep van 190 leden.

                Bedoeling van Vevoc : een moreel en daadwerkelijke steun te zijn voor de

                plaatselijke chiro-afdelingen en tevens een blijvende band te vormen voor

                oud-chiroleden, een band die zijn uitdrukking vindt in allerlei sport-activiteiten,

                in ontspanningsavonden, waar chiro-vrienden elkaar kunnen ontmoeten.

     

                Landelijke Gilde

                Was naast haar zusterorganisatie “Bedrijfsgilde” een belangrijk deel van de

                grote Boerenbond.

                De Landelijke Gilde richtte zich vooral plaatselijk tot alle landelijke mannen,

                al dan niet agrarisch gebonden.

                In 1978 telde deze vereniging 130 leden en ze hield zich bezig met godsdienstige

                (gespreksavonden) en culturele vorming (opendeurdagen-film-breughelfeesten),

                sport (voetbal-fietstochten) en ontspanning (eendaagse en tweedaagse reizen,

                jeugdfilm).

     

                K.V.L.V.

                Katholiek Vormingswerk voor Landelijke Vrouwen werd gesticht in 1922.

                Langs vergaderingen, cursussen, lessen, reizen, e.a. kregen de 220 leden een

                waaier van mogelijkheden aangeboden om zich individueel te ontwikkelen tot een

                volwaardige vrouw.

                De “Agra”vrouwen kregen hun eigen activiteiten en alle leden werden

                geïnformeerd via hun maandblad “Bij de Haard”.

     

                K.L.J.

                De K.L.J. was een jeugdbeweging voor jonge volwassenen die eens per maand    

                vergaderde.

                De activiteiten bestonden uit  spelletjes aangepast aan de leeftijd, dropping,

                gesprekken, een jaaruitstap e.a.

     

                Rijvereniging Sint Niklaas Leest.

                Gesticht door afstammelingen van vroegere ruiters.

     

                K.V.G.

                Katholieke Vereniging voor Gehandicapten, afdeling Zennevallei met naast Leest

                de gemeenten Hombeek, Heffen en Heindonk.

                Gesticht in het jaar 1970 te Leest.

                Telde in 1978 66 gehandicapten en 69 vrienden-leden.

                Buiten de hulp van allerlei aard aan haar leden bood de vereniging ook

                ontspanning met als hoogtepunt het jaarlijks kerstfeest te Hombeek (vorig jaar

                150 deelnemers) dat steeds werd opgeluisterd door het “Leestse Zangkoor”.

     

                K.W.B. Katholieke Werknemersbeweging.

                Werd in 1949 gesticht en telde in 1978 103 leden.

                Voornaamste doel van de vereniging : haar leden de nodige informatie

                verschaffen en hun belangen te behartigen.

                Ook het godsdienstige, het sociale pakket en ontspanning kwamen aan bod.

                Enkele traditionele activiteiten :

                kaartprijskamp tijdens de winterperiode, paasrecollectie, K.W.B.-reis in

                september, teerfeest in oktober, rondgang Sint-Niklaas in december gevolgd door

                een Bal, volleybal, verbond K.W.B.-tornooien en voetbal : deelname aan het

                “Sinksentornooi” van SK Leest.

                Verder was er voor de leden het maandblad “Raak”.

     

                K.B.G. Kristelijke Bond van Gepensioneerden

                De K.G.B. afdeling Leest werd gesticht in december 1962 door toedoen van de

                Willebroekse politicus Stan De Clercq.

                De bond vertrok met een felle start en telde bij de eerste ledenwerving 120 leden.

                Werden als bestuursleden verkozen : Constant Buelens als voorzitter, Jozef

                Leemans als secretaris en Jan Lauwens als schatbewaarder. Onderpastoor Verbist

                was proost. Hun lokaal was de parochiezaal.

                De Bond was arrondissementeel aangesloten bij de federatie der kristelijke

                bonden voor gepensioneerden van het arrondissement Mechelen (Onder den

                Toren, 5).

                Doel : belangen leden nagaan en behartigen, zowel op geestelijk als op stoffelijk

                vlak.

     

                Kon.Fanfare St.Cecilia

                Gesticht in 1899. Voornaamste doel was de volksmuziek te laten bloeien in

                Leest. Daartoe organiseerde de vereniging talrijke feestelijkheden.

     

                Rust Roest

                Gesticht in 1921 door 6 personen waarvan er nog 2 in leven waren : Alfons

                Hellemans, ere-voorzitter en Jaak Publie, ere-ondervoorzitter.

                In 1978 hadden ze er 132 vertoningen opzitten waarvan 88 verschillende

                toneelwerken en 15 optredens buiten de gemeente.

     

                Davidsfonds

                Gesticht in 1925. Als plaatselijke afdeling van een grote socio-culturele

                vereniging wou ze haar steentje bijdragen tot een meer bewust en gelukkig

                sameleven van hun mensen.

                Het uitgaveplan gaf haar leden de kans om aan zelfvorming te doen.

                Een rijk gamma aan boeken, platen, film, toneel of kleinkunst maken dit mogelijk.

                Specifiek voor de Leestse afdeling is de jaarlijkse tentoonstelling met Pasen.

                (De Band,1978)   

     

    11-10-2012 om 09:30 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    10-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De Grot  in de Kouter, anno 2012, volgens een leerlinge van het 6de het mooiste plekje van haar dorp.

     

     

    1978 –Jaar van het Dorp

                Nadat vele gemeenten de bittere pil van de “Fusie” hadden doorgeslikt, riep

                de overheid, zeer ironisch, 1978 uit tot “Jaar van het Dorp”.

                Bloemen op de begrafenis van de gemeenten die ophielden te bestaan.

                In elk van de vroegere gemeenten, zo ook te Leest, werd, gestimuleerd door de

                centrumgemeente, een werkgroep “Jaar van het Dorp” opgericht.

                Eind 1977 werd de start van deze werkgroep gegeven met een

                stichtingsvergadering, die plaats vond in de lokalen van de jongensschool.

                In aanwezigheid van de Mechelse schepenen van Cultuur (Van de Sande) en

                Landbouw (Fons Van Stappen) waren alle Leestse verenigingen op de

                vergadering vertegenwoordigd.

                De werkgroep werd opgericht, evenals een “coördinatiecomitee”, dat bestond uit

                twee afgevaardigden per fusiegemeente. Voor de werkgroep van Leest werden

                Frans Teughels en Jeroom Verbruggen verkozen.

                Verschillende vergaderingen resulteerden in diverse initiatieven.

                Er werd een dorpsraad opgericht, er werden drie wandelingen samengesteld en

                via “De Band” werd een oproep gedaan voor medewerkers om mee te

                werken aan de samenstelling en uitgave van een volksboek over Leest.

                “Leest Geweest” kwam er en het werd een begrip.

                Er werd deelgenomen aan de fietsenrally der fusiegemeenten en een teken- en

                opstelwedstrijd  georganiseerd.

                Op de Hemo-jaarbeurs te Mechelen pakte Leest uit met de maquette “het

                Dorpsplein van Leest ten jare 1900”. Een realisatie van Frans Teughels met de

                medewerking  van aalmoezenier Herregods en Stefaan De Laet.

                Het Davidsfonds gaf, in samenwerking met de kunstkring “Voetspoor”,  speciaal

                in het kader van het “Jaar van het Dorp” kunstkaarten uit. Ze omvatten 12

                pentekeningen van de hand van Leestse kunstenaars met zichten van Leest. 

                Een laatste initiatief was de uitwerking van een project tot verfraaiing van  het

                dorpsplein. Hiervoor werden verschillende voorstellen op papier uitgetekend.

                Op zondag 21 januari 1979 werd “het jaar van het dorp” officieel beëindigd met

                een  academische zitting en de prijsuitreiking van de teken- en opstelwedstrijd.

     

    Een leerlinge van het 6de jaar uit de meisjesschool :

     

    Ik hou van mijn dorp.

    “Ik hou van Leest…het dorp waar ik geboren ben. Het is er zo rustig en zo landelijk.

    Typisch voor Leest zijn wel de weiden met hun rood-bonte koeien, of de velden en akkers met spruiten en prei ’s winters en bloemkool ’s zomers. En heerlijk is het om ’s avonds vanop de Kouter de zon als een roodgloeiende vuurbol te zien ondergaan.

    Eén van de mooiste plekjes van Leest is wel de Zennevallei, een toevluchtsoord voor vele dieren zoals de groene specht, de boomvalk, de fazant en de koekoek. Ook enkele houtduiven en een blauwe reiger nestelen zich in het berschermd natuurgebied.

    Een ander kenmerk van Leest zijn de vele kapelletjes. Tot voor kort waren de meeste in zeer slechte staat. De kapelletjes van St.Anna, St.Appolonia en St.Jozef zijn nu prachtig gerestaureerd.

    Dan hebben we nog een prachtig 18de eeuws kerkje met zijn spitse torentje scherp afgetekend tegen de hemel. En bovenaan troont, met zijn neus in de wind het koperen weerhaantje.

    Iets waarom de Leestenaars zeker te benijden zijn is hun verenigingsleven.

    Zoveel organisaties als in Leest vindt men haast nergens. Er is voor ieder was wils : voor de kinderen is er de chiro, voor de volwassenen het Davidsfonds, de landelijke gilde, KWB, de vrouwengilde enz.

    De sportieven gaan het zoeken bij de twee voetbalclubs.

    De soldaten worden door Milac en De Band op de hoogte gehouden van het nieuws thuis.

    Ja, ik heb veel redenen om trots te zijn en ik ben blij dat ik kan zeggen :

    ‘IK HOU VAN MIJN DORP !’ “

     

    En een andere leerlinge :

     

    Het mooiste plekje van mijn dorp…

    Ik vind dat mijn dorp, Leest, veel mooie plekken bezit. Het mooist van al vind ik toch de grot, daar is het altijd fris, soms met enkele kleine maar mooie vlekjes zon op de grond.

    Ook voor onze oudjes is het er zeer aangenaam en rustig om te bidden.

    Meestal gaan de gelovige mensen in de maand mei alle dagen bidden.

    Maar het allermooiste vind ik toch de grot zelf. Het prachtige Mariabeeld, rechts bovenaan, dat verlicht wordt onder de mis en als er gebeden wordt.

    Als de mensen komen bidden steken ze meestal wat geld in het offerblok.

    Nu een beetje over het uitzicht. De grot is gemaakt uit opeengestapelde ruwe stenen. Ongeveer in het midden van de grot is er een soort klein spelonkje, waar de pastoor staat onder de mis.
    Daarom vind ik de grot het mooiste plekje van ons dorp.”
    (zie foto)

     

    10-10-2012 om 11:40 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    09-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Zr M. Liguori – Laure Desmet – 27 dec 1912.

    Zr M.Mechtilde – Caroline Jacobs – 5 jan 1913.

    Zr M. Marguerite – Léonie Desimpel – 17 jan 1914.

    Zr Madeleine – Marie Van Velthoven – 28 juli 1897.

    Zr M. Aloyse – Comtesse Marie de Calonnes Marquise de Courtebourne – 25 aug (onleesbaar)

    (noot : zij was een kleindochter van gravin de Courtebourne, die te Oostakker de grot liet bouwen in haar tuin).

    Zr M.Séraphine – Judith Plasschaert – 10 april 1914.

    Zr Alphonsine – Melanie Scheyns – 22 dec 1909.

    Zr Joseph – Marie Anne Lauwens – 25 juni 1901. (noot : zover wij weten de enige Leestse. Ze was een kind van Frans en Barbara Van San)

    Zr M. Gabrielle – Marie Demeumeruse – 16 okt 1925.

    Zr M. Anne Joseph – Alix Karel – 12 jan 1925.

    Zr M. Christine – Joséphine Dormal – 25 juli 1921.

    Zr Célestine – Adèle De Crackte – 3 dec 1907.

    Zr Francoise – Anna Philips – 18 maart 1900.

    Zr Alphonse – Eugénie Queroy – 9 april 1904.

    Zr M. Clément – Gabrielle Gillis – 27 jan 1929.

    Zr Marthe – Joséphine Van der Beck – 3 sept 1929.

    Zr Véronique – Marie Goossens – 1 okt 1921.

    Zr Brigitte – Céline Haulot – 1 juni 1926.

    Zr Thérèse – Barbe Preudhomme – 15 sept 1927.

    Zr Marie Claire – Maria Albrechts – 18 sept 1931.

    Zr M. Pia – Maria Terwaghe – 26 april 1927.

    Zr M. Thérèse – Marie Castelain – 29 jan 1922.

    Zr Marie Berchmans – Prudence Galle – 7 dec 1931.

    Zr Clément – Hortense Verhagen – 29 mei 1934.

    Zr M. Gabriel – Elodie Strybol – 29 sept 1961.

    Zr Joséphine – Phareïlde De Rey – 23 juli 1964.

    Zr M. Anne Joseph – Flore Faglin – 4 jan 1962.

    Zr Alphonse – Pauline Erkens – 20 maart 1972.

    Zr Michaël – Anna Kalytiak – 3 juni 1974.

    Zr Dominique – Rosalie Van den Hemel – 31 mei 1927.

    Zr M. Francoise – Maria Confin – 6 maart 1930.

    Zr M. Jeanne – Hélène Daman – 26 maart 1913.

    Zr M. Fajelia – Anna Druwé – 23 febr 1937.

    Zr M.  Madeleine – Julia Rademakers – 17 maart 1938.

    Zr M. Augusta – Julia Van Rijmenant – 13 jan 1938.

    Zr M. Raphaël – Marie Van Loo – 26 dec 1932.

    Zr M. Dominique – Marie De Hertoghe – 2 april 1938.

    Zr M. Joseph – Augusta Bléville – 13 jan 194(?).

    Zr M. Lutgarde – Martha De Clerck – 13 dec 1940.

    Zr M. Julienne – Victorine Erneste – 31 mei 1941.

    Zr M. Bernard – Antoinette Roberti – 25 feb 1941.

    Zr M. Aimée – Marguerite Wijnants – 25 jan 1942.

    Zr M. Aloyse – Gabrielle Balette – 28 jan 1942.

    Zr M. Lamberta – Léonie Lamal – 1 maart 1941.

    Zr Raphaël – Angela Bindinger – 1 maart 1941.

    Zr Eligia – Jeanne Joosen – 26 feb 1942.

    Zr M. Alphonse – Marie Van den Abeele – 14 mei 1942.

    Zr M. Gerard – Alida Vets – 8 jan 1943.

    Zr Géraerd – Rosine Van hée – 22 maart 1954.

    Zr Marguerite – Emma Amants – 1 okt 1953.

    Zr Gabriël – Gertrude Kwanten – 19 juni 1953.

    Zr M. Xavier – Felicie Roba – 18 mei 1946.

    Zr M. Jean – Alice Genin – 19 juli 1945.

    Zr M. Stanislas – Louise Wigny – 31 juli 1952.

    Zr M. Agnès – Valérie Francken – 24 juni 1950.

    Ze M. Paul – Ida Cappe – 13 dec 1957.

    Zr M. Liguori – Marie Vervaeke – 28 maart 1958.

    Zr Antoine – Eugénie Bernimoulin – 3 jan 1958.

    Zr M. Michaëla – Victoire De Marré – 28 maart 1961.

    Zr M. Augustin – Jeanne Polanska – 8 sept 1961.

     

    En VAN GRAFSTENEN GESPROKEN :

     

    Bij het van nabij bekijken van het stukje natuurreservaat (lees : vuilhoop) achter de Sint Apolloniakapel, dat door velen als stort wordt gebruikt (quousque tandem, hoelang nog ?),

    ontdekten we tussen de distels, kapotte stellaflesjes en kasseien een interessante grafsteen uit 1556. Ongelooflijk maar toch waar.

    De tekst luidt als volgt :

    ‘(Hi)er leet begrave ioncker (Ja)cop Schoff Heere Jacops (so)ne ridder in zyne tyt  (ed)elman des huys vade heere (va)n Beveren en Guidon van der Benden die sterf opt (…) doch mey an°

    Xv( en Lvi (1556)’.

    Wij hopen deze grafsteen een waardige plaats te kunnen geven tussen de aanplanting rond de Apolloniakapel.

          G.H.”

     

    De orde van de redemptoristinnen is een contemplatieve orde die in 1731 gesticht werd door de heilige Alphonse de Liguori. De bakermat van de orde ligt in Italië, meer bepaald in de stad Scala. In België werd het eerste huis van de redemptoristinnen gesticht te Brugge in 1841 door Eugén Dijon. De kloostergemeenschap groeide snel en in 1855 werden twee nieuwe huizen gesticht, één te Dublin (Ierland) en één te Brussel. Dat laatste klooster verhuisde in 1858 naar Mechelen. De redemptoristinnen droegen een rode habijt met blauw schapulier en werden om die reden ‘rode nonnen’ genoemd.

     

    Foto ‘s :

    -De negentiende-eeuwse grafzerk van de redemptoristinnen langs de zuidkant van het kerkhof.

    -De grafsteen van Ridder Schoff.

     

     







    09-10-2012 om 09:52 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1977 – December : Het hoekje van de Meisjesschool

     

    “Reeds een paar weken vooraf was er in elke hoek van de klas een groepje kinderen lustig aan het voorbereiden op het komende kerstmis van de school. De kleuters hadden al enkele keren gevraagd hoeveel maal ze nog moesten slapen zo nieuwsgierig waren ze. Het kerstfeest kwam naderbij. Zenuwachtig hadden alle kinderen voor de laatste keer hun rol geoefend. Trippelend van ongeduld gingen we twee per twee in de rij naar de parochiezaal. Gelukkig had iedereen een stoel.

    Het werd donker. Zachtjes schoof het gordijn open en daar klonken de eerste kerstliederen van het Leestse kinderkoor door de zaal. Niet alleen het Leestse kinderkoor was er, maar ook de Leestse boeren en natuurlijk waren de boerinnetjes meegekomen. Ze hadden voor ons een mooi volksdansje.

    Het kerstverhaal door de kinderen uit het 2de en 3de leerjaar was echt prachtig. Zo mooi ook was het schimmenspel over Sneeuwitje gespeeld door de leerlingen van het 4de jaar.

    Nu kwam het langverwachte ogenblik. Het optreden van Sloeberke, de sprekende pop. Al de kleuters keken met grote ogen naar die rare pop die kon spreken. Ongeduldig zaten de kinderen op hun stoel te schommelen als de omroeper zei dat het volgende programma binnen een kwartiertje zou volgen met een versnapering tijdens de pauze.

    Na de pauze was het doodstil. Immers de kinderen van de 3de graad speelden de thriller ‘Spoken op het kasteel’.

    Na dit spannende avontuur kwam er iets heel prettigs. Het was een Eurosongfestival.

    Er waren tientallen zangeressen met allerlei mooie liederen zoals Vivi met ‘Daar was laatst een meisje loos’ en nog veel meer zoals : Ilse Michel, Rita Corita, enz..” (De Band)

     

    1977 – Dat jaar (enkel jaartal bekend) publiceerde Georges Herregods in ‘De Band’ :

     

                                                      “Bij een gerestaureerde grafsteen.”

    “Tegen de kerkhofmuur van Leest staat een grafmunument : ‘Rustplaats van de Monialen Redemptoristinnen van het klooster Sint Alfonsius Mechelen”. Wat staat deze grafsteen daar te doen ?

    Deze zusters Redemptoristinnen, in de volksmond beter bekend als ‘de rode nonnen’ omdat ze in het rood gekleed waren, hadden hun klooster te Mechelen. Ze lieten hun dode zusters begraven op het kerkhof van Leest. Zo werden tussen het jaar 1861 en 1974 hier te Leest 94 ‘rode nonnekes’ begraven. Vandaar deze grafsteen. Hij bevatte vroeger de Franse tekst : Sepulture des Religieuses de l’ ordre du T.S. Red. du monastère de St Alphonse à Malines.Rip.

    Deze grafsteen was in verhakkelde toestand. Na overleg tussen de pastoor en de stad Mechelen werd overeengekomen dat deze steen, terug gerestaureerd, zijn plaats zou krijgen tegen de muur van het kerkhof, als een blijvende herinnering aan deze kloosterzusters die hier hun laatste rustplaats kregen. Dat is ondertussen gebeurd.

    Een beetje historiek…

    Rond het midden van voorgaande eeuw had het klooster van de Redemptorinnen te Brugge meer nonnekes dan voorzien door hun heilige regel. De toenmalige kardinaal Sterckx nam in 1854 het voorstel van de bisschop van Brugge aan, om enkele van deze zusters over te nemen die te Brussel een nieuw klooster zouden beginnen. Op 18 april van dat jaar trok Moeder Marie Alphonse met zuster Marie Gabriel als vicares en 12 andere zusters naar de hoofdstad, en namen voorlopig hun intrek in de Josaphatstraat te Schaarbeek.

    Oorspronkelijk wilden ze zich vestigen te Elsene, maar op voorstel van de kardinaal, vertrok de communauteit ten slotte op 6 oktober 1858 naar Mechelen, in de Bleekstraat nr 8.

    Ze verbleven daar tot 1966. In het jaar 1959 reeds had kardinaal Van Roey hen een stuk grond aangewezen te Bonheiden, waar ze een nieuw klooster konden zetten. Het duurde echter nog tot oktober 1966 vooraleer de sleutel op de deur zat.

    Zoals hierboven vermeld werden tot 1974 al hun overleden zusters te Leest begraven.

     

    Lijst der zusters Redemptoristinnen van Mechelen die te Leest begraven zijn, met kloosternaam, ‘in-de-wereld’-naam en datum van overlijden :

    Moeder M. Alphonse – stichteres – Eugenie Dijon  - 23 maart 1869.

    Moeder M. Gabrielle – medestichteres – Marie Victoire Eder - 1 februari 1888.

    Zr Marie Michelle – Charlotte Bicquet - 26 januari 1861.

    Zr Antoinette – Anna Smeets  - 11 juni 1879.

    Zr Joseph – Elisabeth Torfs – 20 maart 1864.

    Zr Scholastique – M. Agathe Peters – 19 april 1882.

    Zr Marthe – Virginie Moerkerke – 20 februari 1866.

    Zr M. Stephanie – Elisabeth ’T Serclaes – 10 januari 1868.

    Zr M. Victoire – Emma de Moerman d’ Harelbeke – 23 juli 1868.

    Zr Joseph – Rose Gillet – 25 mei 1883.

    Zr Marie Agnès – Josephine Dupont – 29 dec 1890.

    Zr Marie Thérèse – Léonie Demaisières-de Wault -16 okt 1879.

    Zr Marie Gonzague – Emma Kaus – 25 jan 1867.

    Zr M. Anne Joseph – Baronne Amelie Van der Straten-Waillet – 8 maart 1895.

    Zr M. Mechtilde – Celine Urbain – 2 nov 1876.

    Zr M. Francoise – Eulalie de Cambray – 10 aug 1867.

    Zr Marie Cécile – Cornelie Peyrot – 12 april 1898.

    Zr Philomène – Henriette Robert – 16 jan 1894.

    Zr Séraphine – Elisa Deschreyvers – 26 dec 1891.

    Zr Jeanne Berchmans – Catherine Van Gompel – 18 juni 1875.

    Zr Alphonse Thérèse – Regina Breidenbeut – 13 mei 1877.

    Zr Augustine – Anna Ramakers – 14 juni 1897.

    Zr Raphaël – Catherina Van Zonhoven – 13 febr 1899.

    Zr M. Gonzague – Elise Gotschalck – 7 sept 1903.

    Zr Mechtilde – Celine Urbain – 2 nov 1876.

    Zr M. Séraphine – Angèle Aubépin – 23 juni 1871.

    Zr M. Paul – Octavie Galband du Fort – 2 nov 1901.

    Zr M. Jeanne – Joséphine Crielars – 31 dec 1898.

    Zr M. Clémentine – Flavie Rowijs – 9 dec 1903.

    Zr Alphonsine – Céline Demarlier – 9 sept 1906.

    Moeder M. Alphonse – Comtesse M. Louise de Villégas de St Pierre – 12 dec 1917.

    Zr Marie Rose – Baronne Maria Coppens – 27 april 1915.

    09-10-2012 om 09:48 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Foto :

    Jan Van Riet naast het kunstwerk dat hij fabriceerde voor de Sint-Elooifeesten van Meise.

     

    Vervolg Jan Van Riet.

     

    Toen hij 80 (1979) was kreeg hij bezoek van een reporter van De Band. Dit interview verscheen in het nummer van mei :

     

    VAN RIET JAN een Leestenaar voor wie smeden een kunstwerk is.

    “Vroeger was smeden het beslaan van het zware Brabantse paard dat op elke boerenwinning te vinden was, of het slagen met de voorhamer van ijzeren werktuigen die nodig waren bij de ambachten.

    Jan Van Riet is 80 jaar geworden en staat sinds zijn 12 jaar in de smidse. Onder zijn kundige handen kan ijzer uitgroeien tot een mooi kunstwerk.

    ‘De Band’ ging bij Jan op bezoek en hij vertelde ons over z’n werk en een beetje over zichzelf.

     

    Jan Van Riet 68 jaar smid en kunstsmid.

    Jan is druk bezig in de smidse van zijn schoonzoon. Even nog een lasapparaat in elkaar schroeven, de werking controleren en dan tijd voor een babbeltje :

    ‘Ik ben van mijn 12 jaar gaan werken als leerjongen in de boeresmederij van Ramsdonk. Het was zware arbeid, want alles gebeurde met de hand : beilen, hakken, staven, enz., moest voorgeslagen worden met de voorhamer. Het hoofdwerk was het beslaan van de zware Brabander, het trekpaard dat je op elke hoeve vond. Tot 1919 bleef ik er werken. Maar in juni deed ik een proef als smid in ‘t Arsenaal van Mechelen en tot 1930 werkte ik er aan de locomotieven. Daarna ging ik naar de middelbare school voor hoefsmederij van Brussel en kreeg zo ’t diploma van meester hoefsmid in mijn bezit. Het zat reeds lang in mijn hoofd om zelf als smid te beginnen, maar omdat ik op het Arsenaal op het studiebureel een plaats kreeg bleef ik er. Het werk bestond erin een studie te maken van ijzerwerken die moesten uitgevoerd worden. In 1943 slaagde ik als brigadier ; zo kreeg ik het toezicht op de werken en de organisatie in de smidse van ’t Arsenaal.

    In 1950 werd ik bevorderd tot eerste meestergast 1ste categorie wegens de goede aanschrijving.
    Op 56-jarige leeftijd moest ik wegens gezondheidsredenen vervroegd pensioen nemen.

    In 1957 werd mijn droom werkelijkheid. Ik richtte een smidse op, op naam van mijn zoon Achiel. Die voelde er niet veel voor om ’t voort te doen. De smidse kwam dan in handen van mijn schoonzoon Louis Clerbout in 1960. Ik werkte goed mee om de smidse op dreef te helpen en stillekesaan kon ik me meer en meer bezig houden met kunstsmeedwerk.

    Allerlei kunstsmeedwerk zoals rozen, kruisen en kruisbeelden, takken enz.

    Het kruis van de Apolloniakapel kennen ze in Leest wel.
    Laatst maakte ik een kruis van 10 kg met rozen en rozentakken, bestemd voor de kapel van Asselberg te Meise. Nu ben ik bezig aan vier kandelaars voor de Sint-Niklaaskerk van

    Kapelle-op-den-Bos. Het is een groot werk, dat nog veel tijd in beslag zal nemen. Als het klaar is moet je eens komen kijken, niet eerder en zeker niet als ik  eraan bezig ben, want ik hou niet van afkijkers.

    Ik heb laatst ook meegedaan met een tentoonstelling in Nieuwenrode – Kapelle-op-den-Bos. Met hoevenagels op vergrote schaal maakte ik een kruis voor de Sint-Elooifeesten (zie foto).

    In deze zin wil ik verder werken als mijn gezondheid het toelaat.’

     

    Als de levenswijze van de mensen verandert, verandert ook de werkwijze van de verschillende technieken bij het smeden. Waren het vroeger hoefsmederijen dan werkt nu de smid aan auto’s, laadbruggen, kranen en aan de verschillende herstellingen van zware voertuigen, zegt Jan.

    Enkele anekdoten wil Jengske Van Riet ook vertellen. Toen ik in ’t Arsenaal werkte was ik wel eens krikkel. Op een keer toen ik zo kort was en er twee stukken aan elkaar te lassen waren, lag de hamer niet op het aambeeld. De smid sloeg met zijn vuist op de te lassen stukken…

    Een andere keer vloog de smid uit tegen z’n helper : ‘hier moet je slaan !’ en hij wees met z’n vinger op de juiste plaats. Z’nnen helper sloeg op zenne vinger…

    Jan vertelt ook dat hij van Leest is  maar meer voeling houdt met Kapelle-op-den-Bos, daar in de uithoek van Leest. Hij doet wel graag mee met tentoonstellingen zoals in Nieuwenrode en Kapelle.

    Z’n vrouw Dorothea, Leontine Huysmans, waarmee hij in 1930 gehuwd is, was van de Tisseltbaan. Op de grens van Kapelle en Leest, aan het Hofland kapelleke stond het woonhuis van de familie Huysmans en Petrus (Pier Jan) Huysmans had daar een herberg.

    Hij was een echte marchant. Daar brachten de boeren uit de omtrek hun gerst, rogge, tarwe en haver samen, dronken een glas en kochten bij Pier een paar nieuwe klompen.

    Jan had vier kinderen, drie meisjes en één jongen. Z’n oudste overleed op 16-jarige leeftijd.
    Over zichzelf vertelt Jan niet veel : ik heb gestudeerd  en gewerkt om hoger te klimmen. Van kleinsafaan heb ik m’n ogen gebruikt en ermee geleerd. Is het daarom misschien dat ik niet kan verdragen dat anderen met hun ogen bij mij komen stelen ?

    Het geeft me wel voldoening te weten dat ik er geraakt ben, dat m’n opzet geslaagd is.

    De Band dankt Jan voor het interview en wenst hem het beste.”

     

    Jan Van Riet was geboren te Ramsdonk op 3 januari 1899.

    Hij was gehuwd met Leontine Huysmans die hem vier kinderen schonk : een dochter die op haar 16de overleed, Mariette, Alice en Achiel.

    In 1957 richtte hij een eigen smidse op, op naam van zijn zoon Achiel.

    Die voelde er niet veel voor om verder te doen en de smidse kwam in 1960 in handen van zijn schoonzoon Louis Clerbout. Jan legde zich toe op het kunstsmeedwerk, rozen, kruisen, kruisbeelden...zo is het kruis van de Sint Appoloniakapel van zijn hand.

    In de kapel van Asselberg te Meise hangt een kruis van Jan Van Riet en voor de Sint-Niklaas kerk van Kapelle-op-den-Bos fabriceerde hij vier kandelaars.

    Jan Van Riet overleed te Mechelen op 21 oktober 1987.

    08-10-2012 om 20:28 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Foto :

    “In het Arsenaal had Jan Van Riet de leiding over de vervaardiging van de 700 kg wegende geleibaan van de kruiskop van de drijfstand van de zware locomotieven.” (foto GvM)

     

    1977 – 14 december – Gazet van Mechelen :

                Jan Van Riet uit Leest : smid in het arsenaal

     

    “Jan Van Riet is van Ramsdonk afkomstig, waar hij op 3 januari 1899 geboren werd.

    Deze krasse 78-jarige bewoont nu, samen met dochter Mariette en schoonzoon Louis,

    een knus huisje aan de Kapellebaan nr. 38 te Leest (op de scheiding met Kapelle-op-den-Bos).

    Jan, beter gekend als Jenske, liep in zijn geboortedorp tot zijn 13 jaar school.

    Op deze jeugdige leeftijd had hem reeds de microbe van de smederij te pakken.

    Op 13-jarige leeftijd ging Jenske werken bij de smederij Verlinden uit Ramsdonk.

    In 1919 verliet hij die smederij en verhuisde naar de werkhuizen van de NMBS (het Arsenaal) te Mechelen.

    Zijn dagtaak bestond erin stukken te fabriceren voor de locomotieven.

    Vanaf 1920 ging Jenske zich, na zijn dagtaak, verder specialiseren in zijn vak.

    Gedurende 2-1/2 jaar volgde hij nog metaalleer aan de nijverheidsschool van TSM. (Technische Scholen Mechelen)

    De atmosfeer waarin Jan indertijd moest werken, stond hem helemaal niet aan en hij overwoog zelfs om drie jaar verlof zonder wedde te nemen, met de bedoeling een eigen smidse te beginnen.

    Gelukkig werd hij in 1930 naar het studiebureel van het arsenaal gestuurd en hier viel het voor hem veel beter mee.

    In de jaren 1925-26 volgde Jenske, steeds bekommerd om zijn werk en zijn stiel, nog de staatsmiddelbare leergangen van de hoefsmederij te Brussel, alwaar hij het diploma van meester-hoefsmid behaalde.

    Juist voor de oorlog slaagde hij in een examen voor brigadier smederij en vier jaar later werd hij zelfs tot meestergast eerste categorie benoemd.

    Hij kreeg dan een 100 a 120-tal gasten onder zijn gezag en zijn manschappen moesten onderdelen smeden voor de locomotieven.

    Jan vertelde ons volgende pittige anekdote : in die tijd werd aan de directeur van de werkhuizen van de NMBS van Mechelen gevraagd om stangen voor de Duitse dieselmotoren, de Malbachmotoren, te vervaardigen. De toenmalige directeur Verbeemen, gaf hierop een ontkennend antwoord, doch ingenieur Titeca zei : ‘Dit zal ik eens aan mijn meestergast vragen’. De meestergast, Jenske, maakte van dit probleem een studie van werkwijze en van tijdsduur en die studie werd naar de directie in Brussel gestuurd voor onderzoek met als gevolg dat die stangen mochten gefabriceerd worden in de centrale werkplaatsen van Mechelen.

    Jan toonde ook een foto van een 700 kilo wegende geleibaan van de kruiskop van de drijfstang van de zware locomotieven ‘type 29’, die onder de bevrijding onder zijn leiding in Mechelen werden gemaakt. In 1946 heeft Jenske ook van dichtbij meegewerkt aan de organisatie en de inrichting van de verhuizing van de oude naar de nieuwe smidse. Van toen af is het zware smeedswerk verhuisd naar het Waalse plaatsje Salzinnes, zodat er op dit ogenblik nog slechts 3 à 4 echte smeden werkzaam zijn. Dit omdat tegenwoordig bijna alles verkregen wordt langs machinale weg, zodoende dat er nog slechts aan plaatbewerking gedaan wordt en niet meer aan het artistieke smeedwerk.  Jenske betreurt het ook dat er geen opleiding meer gegeven wordt in de scholen voor dit mooie beroep, dat gedoemd is tot verdwijning.

    In 1952-53 heeft Jan nog de tijd gevonden om, na zijn werkuren, nog een cursus te geven voor de smeedkunst.

     

    Pensioen

    Na 37 jaar gewerkt te hebben aan het arsenaal te Mechelen is Jenske in 1956 wegens een minder goede gezondheid met vervroegd pensioen gegaan.

    Eens in pensioen hielp hij zijn zoon lanceren in een eigen smederij, een zaak die achteraf werd overgenomen door zijn schoonzoon.

    In zijn vrije tijd hield Jan zich steeds bezig met het vervaardigen van allerlei soorten kunstsmeedwerken, waarvan zijn laatste werk een prachtig kruisbeeld is.

    Dit ongeveer 10 kg wegende waardevol kunstwerk heeft Jan vervaardigd op hoevenagels en dit op aanvraag van Monseigneur Daelemans, directeur-generaal van het vrij onderwijs en oud-burgemeester Van Campenhout van Meise.

    Op donderdag 1 december werd te Meise op de Hasseltberg Sint Elooi gevierd en tijdens de misviering  werd het kunstsmeedwerk geofferd en geschonken door Jan Van Riet, ere-gezel van de vereniging.

    Dat Jenske zich steeds met hart en ziel inzette voor de kunstsmederij weet wellicht iedereen die Jan kent en, in het huis waar Jan woonzaam is, hangen en staan tal van getuigenissen van zijn kunst.

    In 1925 had hij een plan uitgekiend en de werktekeningen gemaakt om het de landbouwers mogelijk te maken de ploeg achteraan met de voet te bedienen om alzo de ploeg dieper  of ondieper in de grond te laten dringen. Met deze plannen en tekeningen trok Jan naar Brussel voor brevettering van zijn plannen.

    Aangezien hij voor het brevet 300 frank moest neertellen (wat in die tijd een hele som was) trok Jan onverrichterzake terug huiswaarts toe.

    Ook op syndicaal gebied heeft Jan het ver gebracht.

    Hij zetelde een bepaalde periode in de Nationale Paritaire Kommissie van Brussel en is gedurende meer dan 50 jaar lid geweest van hetzelfde syndicaat.

    Jens werken zijn steeds producten door zijn technisch kunnen bekomen en van zijn ambachtelijke bekwaamheid.
    Hij maakt zijn kunstwerken steeds in ijzer en maakt voor de vervaardiging van zijn stukken nooit een tekening op voorhand. Zijn inspiratie laat hem dan ook nooit in de steek.

    Hij is ook gedecoreerd met het bronzen, zilveren en gouden ACV-ereteken, alsook met een bronzen, zilveren en gouden burgerlijk ereteken en heeft ook nog een herinneringsmedaille van 1940-45 met 2 gekruiste sabels in zijn bezit.”

     

     

     

     

    08-10-2012 om 20:19 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 18/11-24/11 2024
  • 11/11-17/11 2024
  • 04/11-10/11 2024
  • 21/10-27/10 2024
  • 14/10-20/10 2024
  • 07/10-13/10 2024
  • 30/09-06/10 2024
  • 23/09-29/09 2024
  • 16/09-22/09 2024
  • 09/09-15/09 2024
  • 02/09-08/09 2024
  • 26/08-01/09 2024
  • 19/08-25/08 2024
  • 12/08-18/08 2024
  • 29/07-04/08 2024
  • 22/07-28/07 2024
  • 15/07-21/07 2024
  • 08/07-14/07 2024
  • 01/07-07/07 2024
  • 24/06-30/06 2024
  • 17/06-23/06 2024
  • 10/06-16/06 2024
  • 20/05-26/05 2024
  • 06/05-12/05 2024
  • 29/04-05/05 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 03/10-09/10 2022
  • 26/09-02/10 2022
  • 19/09-25/09 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 15/08-21/08 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 17/08-23/08 2020
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 20/07-26/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 16/12-22/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!