1981 12 mei : C.V.P.-Voorzitter Leo
Tindemans te Leest
In de parochiezaal te Leest kwam
CVP-Voorzitter Leo Tindemans op uitnodiging
van de plaatselijke CVP-afdeling
spreken over de actuele politieke toestand.
Velen hebben er tot op het
laatste ogenblik aan getwijfeld of we het wel zouden
aankunnen zo een man naar Leest te
krijgen. Maar Tindemans kwam.
Hij hield een gloedvol betoog over
de toestand in de wereld en in ons land.
Na zijn rede bleef hij nog hangen
in de zaal en tussen pot en pint werd nog over
tal van onderwerpen o.a. San
Salvador met de aanwezigen gesproken.
Verder hadden wij ons jaarlijks
teerfeest. Nog nooit namen er zoveel leden aan deel,
en de nieuwe formules kenden een
groot succes : voor het bal van Mieke en groot
orkest liep de parochiezaal
stampvol....
(Periodiek CVP-Info, afdeling Mechelen, sektie Leest, december 1981.)
Leo Tindemans werd op 16 april 1922
te Zwijndrecht geboren. Hij was eerste minister
van twee regeringen en behaalde het
grootste aantal voorkeurstemmen in de
Belgische geschiedenis ooit. Dit
gebeurde bij de Europese verkiezingen van 1979.
Thans is hij Minister van Staat.
1981 Donderdag 14 mei : Kaas- en
Wijnavond van SVV
Om 20 uur ging de kaas- en
wijnavond van de S.V.V.afdeling Leest door in de
zaal St.-Cecilia. Alle liefhebbers
konden gratis proeven van Belgische kazen en
wijnen.
1981 14 mei Gazet van Mechelen :
Het
rooilijn- en onteigeningsplan Molenstraat te Leest
Bij
besluit van het Mechels schepenkollege dd. 20 oktober 1980 werd het voorgeschreven
openbaar onderzoek ingesteld lopend van 1 tot 30 november 1980 m.b.t. de
definitieve vaststelling van het ontwerp van het rooilijn- en onteigeningsplan
van de Molenstraat te Leest.
Tijdens
het onderzoek werden 7 mondelinge en 2 schriftelijke bewaren door bewoners van
deze straat ingediend.
Voorgesteld
werd het door het aangeduide studiebureau opgemaakte plan definitief vast te
stellen, mits verwerping van een aantal nominatieve bezwaren.
CVP-raadslid
August Emmeregs betreurde dat zoveel bezwaarschriften zijn binnengekomen welke
de uitvoering van de werken zouden kunnen in de weg staan.
Hij
hoopte evenwel dat het plan zal worden goedgekeurd.
Wat
na de bespreking ook gebeurde.
Schepen
voor openbare werken Albert Stiers zei dat achter deze werken spoed zal worden
gezet. Hoe dan ook, voor 31 december van dit jaar moet de openbare aanbesteding
doorgaan. Anders loopt de stad het gevaar geen subsidies voor deze werken te
krijgen of een groot gedeelte ervan te verspelen.
(...)
1981 22 mei : Schoolreis naar eiland
Walcheren.
De leerlingen van het derde, vierde,
vijfde en zesde leerjaar van de Vrije Kleuter- en Basisschool maakten een tocht
op het eiland Walcheren in Nederland. Het weer was barslecht maar de reis was
mooi. (schoolkrant)
1981 Zaterdag 23 mei : Eerste Grote
Prijs Jef Vloeberghen
De Leestse Sportvrienden SP
richtten de Eerste Grote Prijs Jef Vloeberghen in,
een wielerwedstrijd voor nationale
amateurs.
(Voor Allen,8/5/81)
1981 Zondag 24 mei : Jaarlijks
Vevoc Volleybaltoernooi
In de Leestse meisjesschool namen
12 ploegen deel aan het jaarlijks volleybaltoernooi
van Vevoc.
ABB-Mandarijn en DNA uit
Kapelle-o/d-Bos speelden de finale.
De ploeg De Blokkers eveneens uit
Kapelle maakte met een derde plaats het
Kapelse succes nog groter.
De Fillosuit Londerzeel behaalden
de vierde plaats voor de Old Amigos uit
Heffen, voor de plaatselijke
A-ploeg, de ploeg t Schuur uit Breendonk, de
Dennenvrienden uit Willebroek,
ploeg 2 van Leest, Juno Kapelle-op-den-Bos,
de KWB van Kapelle-op-den-Bos en
Milac eveneens uit Kapelle-op-den-Bos.
(GvM, 27/5/1981)
1981 24 mei : Zwemnamiddag te
Mechelen van Chiro-jongens
1981 25 mei : De kleuters van de de
Vrije Kleuter- en Basisschooltrokken er
op uit naar de kinderboerderij en de speeltuin te Bornem. (schoolkrant)
1981 Zondag 12 april : Palmzondagconcert
te Leest
De
Kon. Fanfare St.-Cecilia uit Leest kende verleden zondag heel wat succes bij
het organiseren van haar jaarlijkse palmzondagconcert. De zaal St.-Cecilia was
weer heel wat te klein om de bezoekers goed en comfortabel te herbergen. Aan
dit concert nam, buiten de fanfare ook nog de drumband o.l.v. Walter van de
Venne deel, terwijl de algemene leiding in handen rustte van J.P. Leveugle.
Het
concert werd ingezet door de fanfare.
Rik
De Bruyn (Rik van t kot) en Louis Verschueren (de Witte van den Do) zijn
beiden reeds meer dan 60 jaar muzikant. Zij hebben ieder een kleinzoon die ook
in de fanfare speelt. Als dank voor al wat ze voor hun kleinzoons gedaan hebben
op muziekgebied speelden beide kleinzoons, nl. Johan De Win en Luc Vertommen,
drie duetten, die door het talrijk opgekomen publiek verdiend geaplaudisseerd
werden.
De
presentatie van deze avond was in handen van mej. Lucia Van Roy.
Jef
Lauwers dankte iedereen en vooral de muzikanten die voor meer dan 86% aanwezig
zijn op de herhalingen en het publiek kreeg nog een applaus van de muzikanten
voor hun aandachtig meevolgen.
Er
waren lentebloemen voor Lucia Van Roy en voor de dirigenten Walter van de
Ven,Edward De Maeyer en J.P. Leveugle,
de laatste die steeds hoger en verder wil met de muziekmaatschappij uit Leest.
Als
slot van dit geslaagd concert waren er ook nog bloemen voor Adrienne, de moeder
van de jeugdige muzikanten genaamd. Zij is steeds bereid tot hulp om het de
jeugdigen steeds naar hun zin te maken.
(GvM, 14/4/1981)
1981 15 tot 25 april : Tentoonstelling
en Verkoop Kunst uit Bali
Dans en demonstratie houtsnijwerk
door de Balinezen Kardi en Ida Bagus
Sumartha, dit alles in de
Parochiale Feestzaal, Kouter Leest.
De opbrengst ging naar de missionarissen
van Leest : pater René De Laet,
en de zusters Dominika De Wit,
Marieke Verbruggen en Jeanne De Boeck.
De 57-jarige pater René De Laet was
sinds januari belast met een nieuwe
opdracht in de missie van het voormalige
Kilo-Moto.
De 70-jarige zuster Dominika De Wit
was werkzaam bij de melaatsen te
Mbandaka, de 58-jarige zuster
Marieke Verbruggen sinds 1952 in Zaïre en
de 52-jarige Jeanne De Boeck in
Chili-Conception.
De toegang was gratis.
Op Pasen en Paasmaandag stelde de
kunstkring Voetspoor tentoon in de
Stedelijke Basisschool,
Scheerstraat Leest. Dit met medewerking van het
stadsbestuur en de generale staf
van de landmacht die tentoonstellingspanelen
ter beschikking stelde en tevens
een expo hield voor de humanitaire actie
Fonds Generaal P. Roman.
Tony Baarendse, Friede Willems,
Karel Soors en Georges Herregods toonden
een 65-tal eigen creaties.
Volgende leerlingen toonden hun
keraiekwerkjes :
Ilse Diddens, Goedele Duran,
Ingeborg Duran, Lisbeth Hellemans, Griet en Jan
Soors, Karin Van Sweevelt en Marc
Ceulemans.
Isle Verbruggen toonde haar
glasraampjes.
1981 23 april: Jean Geerts in goeden doen.
De
Leestse amateur Jean Geerts heeft reeds vroeg de goede vorm te pakken. Dat
onderstreepte hij overduidelijk tijdens de wedstrijden van de voorbije
weekeinden. In de laatste vier wedstrijden kon hij zich telkens in de
beslissende ontsnapping mengen en beslag leggen op een eervolle plaats. Jean is
uiteraard best tevreden met deze gang van zaken :
Ik
heb enorm veel geoefend en het is wellicht daardoor veel beter dan vorig jaar
in deze periode. Alleen in de eindspurt moet ik nog enkele snellere benen laten
voorgaan. Maar in het koersverloop kan ik even goed mijn man staan als alle
anderen.Indien deze vorm blijft aanhouden kan een overwinning niet lang meer op
zich laten wachten. Dan moet ik in staat zijn alleen weg te komen of
spurtwinnaar van een kleinere kopgroep te worden. In de komende weken komen er
steeds meer en meer koersen zodat ook het aantal deelnemers per koers
vermindert en er met minder zegekandidaten moet rekening gehouden worden.
Alhoewel ik zeker niet de gemakkelijkste koersen uitkies is dit toch een
belangrijk voordeel. Nu met soms meer dan 200 deelnemers moet men van bij de
start attent zijn om niet verrast te worden. (GvM, 23/4/1981)
1981 Zaterdag 24 april : Oud-Papier-Inzameling
Chiro
1981 3 mei : Naar het Mechels
Miniatuur Theater met het Davidsfonds
1981 Zaterdag 4 en zondag 5 april : Rust
Roest met het Slangennest in zaal
St.-Cecilia.
Voor
de tweede maal bracht Rust Roest een werk van Frans Cools voor het voetlicht.
Na In geweten niet belast enkele jaren geleden, vertolkten zij dit jaar Het
Slangennest.
Norbert
Elslander (Werner De Nijn) gaat hertrouwen. Het stuk begint met het
verlovingsfeest. Zijn schoonzuster (Paula Haeck alias Renild Polfliet) zuster
van zijn overleden vrouw woont bij hem. Het stuk is een aaneenschakeling van
dialogen en geheimzinnige toestanden. Is Flora Haeck een natuurlijke dood
gestorven ? Vanwaar komen de geschenken en brieven van haar hand ? Wat komt
John Sanders (Marcel Verwerft) daar doen, door haar uitgenodigd en in de
puntjes met het huis bekend ? Flora Haeck zelf is uiteraard niet te zien
vermits ze dood is, maar in feite domineert haar persoon het hele stuk. Volgt
intrige op intrige. Men weet niet meer wie wat is. Deze macabere grap krijgt
haar ontknoping op het einde : Sanders is in feite politieinspecteur, gevraagd
door Paula die Norbert en zijn secretaresse Eveline er van verdacht haar zuster
vermoord te hebben. Wat is feite ook gebleken is.
Luc
Verschueren, die pas zijn moeder verloor, liet zich vervangen door regisseur
Guido Hellemans in de rol van Alexander de huisknecht.
Nicole
Van Ginderen speelde het dienstmeisje Nicole.
Mensen
die naar de opvoering gingen kijken om eens lekker kippevel te krijgen, kwamen
echter niet aan hun trekken. Het was eerder, zoals steeds bij Cools, een
verwikkeling van psychologische intriges en situaties. Een stuk waar de
vertolker zich volop in het karakter van zijn personage kon inleven.
Rust
Roest viert in de maand november van dit jaar zijn 60 jarig lustrum. Een hele
term.
(D.B. in De Band van april 1981.)
In
de zaal St.-Cecilia aan de Dorpsstraat te Leest, voerde de toneelkring Rust
Roest het toneelstuk Het Slangennest door Frans Cools op.
Deze
zwarte komedie, een dramatisch gegeven, wordt doorweven met kolder en humor.
Door
regisseur Guido Hellemans werden, eens te meer, de rollen aan de juiste
personages toevertrouwd. Vooreerst Flora Haeck in de rol van het levend lijk,
die voor heel wat emoties en dolle situaties zorgt.
De
zakenman Norbert Elslander, echtgenoot van Flora, werd sterk getypeerd door
Werner De Nijn.
Rita Boon speelde op knappe manier de rol van Eveline Martens, secretaresse en
verloofde van Norbert. Ook Renilde Polfliet vond in de rol van Paula Haeck een
kluifje naar haar hand.
Nicole
Van Gindertaelen speelde uitstekend de rol van dienstmeisje Conny.
De
regisseur zelf vertolkte als invaller voor Luc Verschueren de rol van de
huisknecht Alexander.
De
alles behalve gemakkelijke rol van de ongenode gast John Sanders was in goede
handen van Marcel Verwerft.
Jan Emmeregs fungeerde als voorzegger, de grime was in handen van Jean Albert.
Karel Mertens stond in voor het klankbeeld en Fik Diddens voor belichting en
techniek.
Tony Baarendse, Fik Diddens, Toni Peeter en Marcel Spoelders zorgden voor een
podium in de zaal. Miloe Van Stijvoort zorgde voor de kostuums.
Zondag werd de tweede voorstelling gegeven voor heel wat meer toneelliefhebbers
dan zaterdag het geval was.
De Leestse toneelkring brengt Het Slangennest op donderdag 9 april e.k. te
19u30 voor het voetlicht in het St.-Norbertusziekenhuis te Duffel.
(GvM, 8 april 1981)
1981 Vrijdag 10 april : Avondje uit
met DE SNAAR.
Georganiseerd door Vevoc en Chiro
in de parochiezaal om 20u30.
De
Snaar startte in 1970 als vijfmansformatie , sinds 1973 zijn ze met zn
drieën. De groep bespeelt volgende
instrumenten : accordeon, flageolet,
hobo, viool en gitaar.
Zij brengen vooralvolksliederen, zeemans- en meiliederen en
eigen nummers.
Alles in een vlotte presentatie met
veel humor. (Advertentie De Band,
maart 1981)
Uit deze Snaar groeide in 1982 De
Nieuwe Snaar waaraan Hugo Matthysen een belangrijke bijdrage leverde aan het
repertoire. De groep bestond uit de broers Jan en Kris De Smet, Geert Vermeulen
en Walter Poppeliers.
Op 3 maart 2011 kondigden de groepsleden
het einde van hun gezelschap aan. Hun afscheidstournee duurt tot 2014 en dan
valt definitief het doek over De Nieuwe Snaar.
Christine
De Laet, zuster Melanie, tekening van Georges Herregods.
Vervolg Christine De Laet
- mensen
van Leest, ik kan soms vanop mijn heuvel van Heverlee monkelend in mijn handen
wrijven als ik aan U denk en k zeg dan wel eens in mijn eigen Jabbedabbedie,
ons mannen ginder zijn geen knudde : ze weren zich. Merci De Band, dat alles
weet ik door U. Maar, we gaan naar Kerstmis en Nieuwjaar toe. Dus, rap nu maar
op de proppen met mijn wenskoek voor die dagen. Geven ze te Leest nog, lijk in
mijn jonge tijd, pontkoeken gegarneerd met krakende zoetigheid en
suikerfiguurtjes erop ? Soms kwam Mie-sjef uit de Alemstraat dan naar ons en
tapisseerde ons hele huis eerst met hagelblanke lakens waarop ze dan straks een
blinkende sprookjeswereld van pontkoeken toverde, die maar al te spoedig
echter op tournee gingen naar al de peters en pijten (zo noemden we de
meters) van de doopkinderen. Die pontkoekweelde in ons huis : dat was een
pracht van een paradijs om er een leven lang van te dromen
Men vierde dit jaar (noot 1975) mijn
diamanten, zegge diamanten ! jubilee. Dat was hier nogal eens een daver en
een tralala, want stel U voor- we met met 28 gouden en twee diamanten
jubilarissen. En een maand later kwam daar nog een zwik van een 20-tal zilveren
bij. .. Ik heb me nog van heel mijn leven geen minuut verveeld : er is altijd
te veel te bidden en te werken en te plezieren, ook al eens een uurtje tijd te
verprutsen. Maar buiten dat wordt er hier hard gewerkt, van vijf verdiepingen
hoog tot in t lang en breed al de kelderdomeinen.
Qua
bevolking is ons huis een Leest int dik en dubbel. De schoolbevolking was in
1975 zoiets als 3.840, maar de demografische explosie gaat natuurlijk nog
crescendo naar een piek, als men daarbij al de zusters en leerkrachten en
bedienden en werkvolk en vliegende brigade bijtelt
Af
en toe wordt er voor de nodige ontspanning gezorgd. En wie eens een portieke
plezier wil beleven aan een film, heeft daar wel kans toe : gevoelige zielen kunnen
dan eens naar een tranentrekker gaan of naar een thriller die op een siebot het
bloed in of uit de kaken kan jagen of zuigen. Soms is het cultureel wat
zinvoller : onze Retorica speelde Molières Zeer geleerde Dames, Julien
Schoenaerts trad op met Socrates en deze week trad een Engelse toneelgroep
op. Af en toe is er ook een muziekavond met al de zangkoren van de gemeente
Heverlee. Het verleden Kerstconcert waren daar 250 uitvoerders bij met
instrumenten.
En
dit jaar gingen natuurlijk, of reden of vlogen sommigen naar Rome. Een andere
categorie roetsjte voor enige dagen naar Wenen tijdens de vakantie, enz..(4/12/1975)
-Uit Bladzijden uit een Familiekroniek(1978):
We
hadden het thuis niet breed, en onze ouders waren nogal streng, maar ongelukkig
waren we niet, integendeel. Een onbezorgde jeugd heeft geen van ons gekend.
Ieder moest van jongs af aan het werk.
Zo
hebben we harde jaren gekend, toen de melk naar Mechelen moest. Doorgaans
Melanie (soms Soo) bracht dan de melk naar het Heike, voor de vroege trein; dat
betekent ook in de winter als het nog donker was, door alle weer en wind. Als
enige beschutting hadden we dan een oliejekker aan, en het ging per hondenkar
!
Dan
hadden Soo en Melanie reeds de stal gedaan. Soo steeds de eerste op, ook s
winters in de kou. Later werd de melk afgehaald aan de steenweg nabij ons huis,
voor de melkerij van Blaasveld. Dan konden ook de oudsten wat langer slapen.
Zonder
electriciteit zoals destijds alles moest gaan, was het leven corvee. Nu wordt
in een mum van tijd, simpel met een knop induwen, heel wat werk verzet. Toen
was alles met de hand te doen : wassen, bakken, melken, de schoonmaak (geen
plastic toen, maar met zware ijzeren emmers sleuren, enz.) en bovendien het
onderhoud van de kachel, lampen en lantarens en noem maar op. En dan nog niet
over de veldarbeid gesproken. Destijds nog niets van de moderne techniek en
automatisatie !...O jéékes, het eiste allemaal zeer veel van ons. En nooit eens
een dagje vrijaf om wat op adem te komen, behalve zondags en dan nog
Maar
al moesten we hard werken, er kwam ook leute bij te pas en hetzij bij plezier
of ruzie, we maakten nogal eens leven en trammelant. Vader moest dan wel eens
tussenkomen : kinderen spreekt toch wat stilder : t is of ge tegen een bos
zijt grootgebracht ! En we woonden toen naast een bos, of omtrent dan toch !
t Bos is thans verdwenen.
Bij
speciale uitzonderingen, kwam er tussendoor toch een stukje kermis. Als de
aardappelen uit waren bv. we trachtten daarmee klaar te zijn tegen 20 september,
verjaardag van mijn jongste broer- vierden we feest s avonds. Soms werd daar
iemand van buitenshuis bij uitgenodigd, of iemand die bij t werkgeholpen had. Dan verschenen er pannenkoeken
en haalden we ons hart op aan vermakelijkheden, zoals zaklopen wedstrijd in
de maneschijn. Of we gingen, lollig verkleed, met kabaal en tralala, allerlei
spokerijen uithalen bij de buren.
Uniek
kostelijk !
Nam
het werk een zeer belangrijke plaats in thuis, een ruim zo essentiële plaats
was ook aan het gebed toegewezen. Het was schering en inslag van elke avond en
zelfs een deel van de dag. Elke avond het mocht zijn wat het wilde- werd het
rozenhoedje gebeden en dit met voor elke Weesgegroet, een vers ter verwijzing
naar een deel van het mysterie. Dit werd zo trouw gedaan dat ik, na 70 jaar die
150 citaten nog uit het hoofd ken.
Moeder
leefde geheel voor God en haar kinderen. Ze kon wel streng zijn, ze eiste
gehoorzaamheid, maar ze was zo, zo goed !Als ze te wille van haar handicap niet gaan kon en ze geen bijwerkje te
doen had, bad ze steeds haar rozenkrans of las in haar Navolging.
s
Zondags bad ze de misgebeden in een kerkboek (want radio en TV waren er nog
niet), dan mocht niemand haar storen. Biecht en communie alle eerste vrijdagen.
Dan werd ons Heer aan huis gebracht en werd het huis versierd.
Als
we voor een stille bezigheid bijeen waren in huis, bij regenweer, baden we
nogal eens luidop ook, Soo vlocht manden of deed een ander werk, wij stopten
kousen of breiden, we schilden aardappelen, of moesten patatten kesen,
scheuten afdoen. Het gebeurde weleens dat er in de stal, onder t melken en ook
op t veld onder het wieden, gebeden werd, behalve als er in dit laatste geval,
een helper van buitenshuis bij was. De vastengebeden, voorgeschreven voor ontslag
van de vasten, werden samen gebeden, en de toch reeds lange avondgebeden,
werden dan nog een stuk langer. Wie voorbarig indutte onder het gebed, werd
maar niet immer- wakker gesprenkend. Ja, zo was het : dat bidden altijd en
overal, hing me als kind meer dan eens de keel uit. Ik had liever met mijn pop
gespeeld of mij op enigerwijze anders geamuseerd. Als kind besefte ik niet de
zin en de waarde van dit alles.
Thuis
trachtte men mij soms in de week naar de kerk te laten gaan. Dat gebeurde wel
af en toe, in de zomer, maar veelvuldig ging ik niet. Ik moest soms al werken.
Bovendien met dat verplicht nuchter zijn voor de Communie was dat moeilijk. De
mis was vroeg : te 6 u. en te 6.30 u. in de zomer, te 6 u.30 en 7 u. in de
winter. We woonden een eind van de kerk en we moesten er te voet naartoe : de
jongsten hadden immers geen fiets
Bij
het afsterven van moeder had ik weer eens aan den lijve ervaren wie en wat Soo
voor ons betekende. Zoals hij zich toonde in die omstandigheden, was hij over
heel de lijn.
Toen
ik twaalf jaar oud was en vroeg om te mogen voortstuderen, stond het gezin voor
een moeilijke vraag : het impliceerde immers een werker minder, nieuwe
financiële uitgaven en dit in omstandigheden die zorgwekkend waren : keer op
keer tegenspoed in de stal, daarbij een zieke moeder, een oude vader, al
gebroken door reuma Toch mocht ik op pensionaat. Voor ik vertrok wilde men mij
echter met paardenkracht iets op het hart drukken. Ik kreeg een hele oremus te
incasseren : dat ik nu niet de juffrouw moest gaan spelen, die haar fijne
handjes naar geen werk meer zou willen uitsteken, die de grote jan zou
uithangen en bovendien mocht ik ook nog een hele slimslam van een zedenpreek
aanhoren over goed gedrag men kon immers nooit weten !
De
brieven die ik in Heverlee ontving, doorgaans van Melanie, waren meer dan
nieuws- of praatbrieven : immer was er een stichtend en goed woordje bij.
Vooral als Soo schreef, stuurde hij wat langere, schone brieven roerend van
directheid. t Waren brieven die, zou men zeggen, vleugelvaardigheid wekten !
Ze waren in hun simpelheid, rijk aan geestelijke inhoud, echte documenten,
gedragen door verantwoordelijkheidsbesef.
Soo
was nogal hevig van temperament, maar hij was edelmoedig, hij was in zijn
geheel een edel mens. We hebben, vooral naderhand, ingezien op welk zeldzaam
hoog niveau die oudere broer van ons stond. Moeder werd gaandeweg
sukkelachtiger. Soo droeg haar s avonds na het gezamelijke gebed waarbij ze
toch wilde aanwezig zijn- in zijn armen nar bed, heel voorzichtigjes, om haar
toch maar geen zeer te doen !
Toen
ik vroeg naar t klooster te gaan, was het weer vanzelfsprekend dat Soo geen
stokken in de wielen zo steken, al zou het leven dubbel zwaar worden voortaan.
Hoe zou trouwens die oorlog aflopen ? Dat viel ook nog af te wachten !
Hoe
het kwam dat ik op zulke jeugdige leeftijd naar t klooster ging :
-er
was de lagere school van Leest die bepaald gunstig geweest is, t.w. eerst de
invloed van juf Mathilde Hellemans, dan die van Caroline Nees vooral, die toen
we al groter werden, ons steunde tot gebloofdbezinning en beleving.
-Er
was de hele atmosfeer waarin ik thuis van kleinsaf aan, gedrenkt was geweest.
-Er
was dichterbij, het voorbeeld van jongste broer.
-Er
was mijn klastitularis van Heverlee, Zr. Paula, een ingoed, edelmoedig,
opgeruimd mens, die iedereen graag zag en liefde tot O.L.Heer uitstraalde. Ze
sprak ons niet over roeping, maar heel haar zijn was aanstekelijk. In het
moederhuis en in de bijhuizen, dankten haar verscheidene zusters hun roeping
voor Heverlee; ik was de eerste van twaalf.
Melanie
had moeder beloofd toen deze op haar sterfbed lag, dat ze mij zouden laten
gaan, wanneer ik oud genoeg zou zijn. Nu gelden mogelijk andere normen.
Maar zijn die beter ?
Geeft
men zich ooit te vroeg aan O.L.Heer ?
Soo
heeft misschien te veel geëist van zijn gestel. Er was wel die fameuze griep
van 1918 die talloze slachtoffers maakte in een tijd toen er nog geen
penicilline en andere middelen waren om de koorts dadelijk af te remmen. t Is
echter een feit dat Soo zich nooit ontzag. Hij werkte en zwoegde, hielp bij
gelegenheid nog bij buren in nood, sloofde zich af, zijn inzet kende geen maat.
Maar een mens is tenslotte niet van ijzer. Waarom had hij af en toe klieren aan
de
hals
? Moest men hem dwingen naar de dokter te gaan ervoor ? Hij kloeg nooit. Is het
niet roerend hoe hij, na zijn jongste broer te hebben afgestaan, ook nu zijn
kleinste zus aan de Heer schonk en zich nadien offerde als bemiddelaar voor de
roeping van grote zus ? En dan, betrouwend op de Voorzienigheid, nam hij bij
zijn huwelijk, ook vader onder zijn bescherming.
De
Heer vroeg hem nog een ultiem offer. Hij zou sterven zonder broer en zussen
hier op aarde nog eens weer te zien. Maar, zoals het bij ons luidde wanneer er
een supplementje offer gevraagd werd : Dat kan er nog bij.
O.L.Heer
zou vader niet alleen achterlaten. Tien dagen later nam hij, na Soo, genadig
ook vader op zijn Hemelwoon.
Soo
was een van die vele stille groten die geen koppen halen in de kranten.
-Dit
jaar weerom een zware tol gevraagd aan mijn relaties : mijn broer Fr. Romain
(Karel De Laet) heb ik niet meer teruggezien. Canada eiste hem op als haar
eigen zoon waar hij Christus in trouwe dienst gedurende 55 jaar heeft gediend.
Om het stukje grond te Huberdeau, waar hij begraven ligt thans, blijft dit land
mij dierbaar en zal ook Leest hem ook niet vergeten. Ik ben er blij om, dat hij
ginder heeft willen sterven : op het eigen veld van zijn apostolaat, nog een
geloofsgetuigenis tot het einde ! (december
1978)
-1941
: Feest van het Goddelijk Moederschap van O.L.Vrouw. Mevrouw Van Aken (Marie
Van den Brande) uit de Bist, brengt haar Marcella naar t klooster van het H.
Hart Heverlee.Ik weet niet wie, op die zaterdag 11 oktober, God het aangenaamst
moet geweest zijn : of het kind dat zich zo totaal en onherroepelijk aan Hem
geeft, of de moeder, die in algeheel zelfvergeten, Hem dit kind terugschenkt :
want die moeder brengt haar enig kind en ze is weduwe.
Haar
echtgenoot, Kamiel Van Aken, werd haar vroegtijdig door de dood ontrukt. Twee
harer kinderen ontvielen haar : Maria, een wichtje nog, daarna en vooral de
veertienjarige Julia, een meisje van veel verwachting. Na het afsteren van haar
zuster Monika, nam Mevrouw Van Akenhet
verweesd achterblijvend neefje, Albert Denys, bij zich op. Ze zwoegde en wroete
op de hoeve voor de kinderen en voor haar bejaarde ouders, tot deze laatsten
tot de eeuwige vergelding werden geroepen. Uitgeput van de haar krachten te
boven gaande arbeid, en onder de klamp van reumatisme, stortte moeder zelf
ineen en werd voor weken aan een ziekbed gekluisterd, terwijl Marcella en Albert
deden wat ze konden. Ook familie en geburen sprongen behulpzaam bij. Zodra
moeder echter passabel hersteld is, staat ze alweer koen aan haar taak.
Maanden
verliepen nu. Albert had inmiddels kennis aangeknoopt met een Leuvens meisje
dat reeds een vaste positie had : hij scheen dus spoedig aan tantes zorgen te
kunnen ontgroeien.
Marcella,
op de Normaalschool te Heverlee, was een spiegel voor haar gezellinnen en een
klepper ook : steeds primus van de klas. Wat beleefde moeder een vreugde aan
dat kind. Nog een paar jaartjes en Marcella zou in t onderwijs staan, terwijl
moeder rustig op de hoeve haar dagen zou slijten. Moeder droomt haar schone
droom tot plots in dit volmaakt huiselijk geluk, als een voltreffer de vraag
klinkt : moeder, mag ik naar t klooster gaan ?
Mevrouw
Van Aken staat als verwezen aan de grond genageld. Wie die het niet heeft
ondervonden, bevroedt er, wat in zulke omstandigheden een moederhart lijden
kan Wat moet er van haar geworden ?...
1941
: Wat zal het verder verloop zijn van de wereldramp ? Honderden jongens worden
dagelijks naar Duitsland gevoerd. Morgen zou ook Albert volgen En Marcella ook
nog zo jong ampertjes zestien jaar : ze had immers nog tijd genoeg voor een
beslissing. Maar toch zon ernst boven haar jaren in dit kind Moeder zegt niet
neen : ze wacht, ze onderzoekt, ze bidt ze verlangt, wat ook van haar gevraagd
worde, in offergave en overgave, vaardig te staan voor Gods wil.
Een
half jaar verder. Op een avond komen ze met hun beitjes, moeder en Albert, hier
dapper aanzeilen om de schikkingen mee te delen : Albert zal huwen en bij t
gezin van zijn vrouw komen inwonen. Moeder, uit liefde tot haar aangenomen
kind, dat ze met al haar zorgen en toewijding wil omringen zolang ze kan, komt
mee. Zij die met al de vezels van haar wezen had wortel geschoten in de goede
boerendoening te Leest, wordt nu, zo oud ze reeds is, naar de stad verplant :
een veldbloem onder een stolp gebracht, een boom van te lande, die niets liever
doet dan weelderig groeien in de gezonde buitenlucht, waar hij onbelemmerd vrij
naar oost en west zijn forse armen kan uitslaan, nu ingemuurd en als de adem
afgesneden
De
hoeve wordt verkocht Realiseren we, wat dit feit betekende in 1941 ? Verhuizen
naar de stad waar iedereen uit wegvluchtte toen, wijl elkeen er verhongerde.
..De boerderij te Leest, het ouderlijk erfstuk, dat heilig pand waar alle
dierbare herinneringen mee verbonden zijn, en waar het hart als het ware, zich
met al zijn grijpvermogen wil blijven aan vastklampen, wordt afgestaan.
Roekeloosheid en hoogste wijsheid. Moeder spreekt haar fiat uit over haar
ganse toekomst. Ze geeft haar kind, en in een elan van Godsvertrouwen, waagt ze
de sprong in het duistere onbekende. Het is hard doch heerlijk met volle
overgave in het leven te staan, met Newmans bede op de lippen : Heer, ik
vraag U niet de verre weg te zien, ik vraag U slechts licht voor één stap.
Moeder
zette haar zwoegen voort. Bonnemama zaliger, vergde op het einde veel zorgen,
en hoe teder mild ontving ze die. Er is een oude oom, er zijn de kinderen
vooral : Godelieve, Magda, Elly komen achtereenvolgens het gezin vergroten.
Tante en Pekke is in de weer, zonder verpozen, van s morgens tot s
avonds, voor elk en elkeen. Ze is waarschijnlijk de ziel van het gezin. Het
moge weer zijn of geen, te 6u. s morgens ziet men haar schaduw langs de huizen
glijden, en verdwijnen in de kloosterkapel van de Sint-Martensstraat. De
dagelijke H.Mis en communie zijn de kern en krachtcentrale van moeders leven,
het geheim van haar onverstoorbaar christelijk optimisme. En voor en na,
schuiven de kralen van haar paternoster door de knoestige werkvingers, voor
levenden en overledenen, voor al de belangen van Gods kerk.
Nacht
11-12 mei 1944 : een vreselijk bombardement zaait dood en vernieling over de
weerloze stad. Bij dageraad komen hier de vluchtelingen toe : bleke bange
mensjes, met holle verdwaasde blik. En daar is plots moeder ook : zulk weerzien
na zulk een nacht !
Een
van-kelder-voorziene klas wordt in een bijgebouw klaargemaakt. Het huisraad
wordt overgebracht. Moeder en gezin blijven, met vele anderen, enkele maanden
te gast bij ons, tot de achteruitrukkende Duitse legers, op de voet gevolgd door
de Engelsen, hier binnenvallen met tweeduizend bedden en t commando : alles
leeg en weg, voor de inrichting van een algemeen hospitaal. De vluchtelingen
sukkelen terug naar huis. Moeder gaat heen, als gisteren, als immer, met
moedig, eerbiedafdwingend betrouwen de heilige en heiligende wil van God
aanklevend. Het leven kent geen ontgoochelingen voor grote zielen.
Mevrouw
Van Aken leeft stellig intens van geesteswaarden. Van cinema en al dat modern
(en dikwijls aangebrand) goedje, vermoedt ze ternauwernood het bestaan. In
augustus, als de anderen naar zee of elders uitvliegen, neemt ze haar
ontspanning : dan komt ze nog eens weer naar de lieve heimat te Leest, naar de
oude trouwe geburen van voorheen, en nog een scheutje verden dan ook, naar
Kapelle, naar Louise, haar zus, en Georges en zijn gezin, en brengt ze
eventueel mee naar Heverlee, want driemaal s jaars op onze bezoekdag, komt ze
naar hier. De deur gaat open. Moeder, telkens wat ouder, wat strammer, wat
gehavender door de last der jaren, doch gewaarmerkt met de vredige glimlach van
een edele ongebogen ziel. Verzusterd als ik ben met zuster Albert Marie, haar
geliefd kind, in eenzelfde roeping en religieuze gemeenschap, is ze werkelijk
onze moeder geworden. Haar warme greep omklemt ons beider hand in één impuls
van hartelijkheid. En dan gaat moedertje aan t vertellen, met de rake
pittigheid en sappige kleurigheid van de malse Leestse volkstaal. Mevrouw Van
Aken heeft een radde tong : een andersdenkende zou er deerlijk bij van zijn
pluimen laten, want ze heeft, in dienst harer christelijke overtuiging, een
verbluffend combatieve durf en vaardigheid. Ons dierbaar Leest leeft
sprankelend in haar voort. Een woord van paus Pius XI wordt in haar schone
werkelijkheid ook afgeslagen stukken gouderts bevatten goud. (DB, nr.3 1955)
De lans die ze hier brak was voor de
moeder van Marcella Van Aken (°05/03/1925, +13/08/2006) die ze meestal moeder
of Mevrouw Van Aken noemde. Vooraan in dit artikel gaf ze haar meisjesnaam
mee : Marie Van den Brande. In een brief naar De Band van 1974 noemde ze de
moeder van haar vriendin Marie Alewaters : ik
lees nog veel, de wijze raad indachtig : dat houdt de mot uit de benen. Die
pittige spreuk is van iemand van jullie, die vol volkse geestigheid zat tot in haar
tenen : Marie Alewaters : we zeiden Marie Van Aken. (ik heb jaren geleden eens
een artikel over haar geschreven voor De Band, weet je
nog
?). Ze is de moeder van onze zuster Albert-Marie, Marcella Van Aken, uit de
Bist, die in de zomer ook wel eens even
naar Leest komt doorgaans. Ze is schoolhoofd in ons bijhuis te Hamme-Mille, en
al geef ik dit hier als een achteraanbengelend berichtje, ze doet het ginds
prima. Petje af voor Marcella, ze is een hele piet!
Marcella Van Aken was verre familie van
de familie De Laet. Zij trad binnen bij de zusters annuntiaten te Heverlee in
1941 en legde haar geloften af in 1943 en 1946.
Ondertussen was ze er onderwijzeres
gediplomeerd (Franse taalrol, 1945 met daarbij het getuigschrift van grondige
kennis van het Nederlands). Van dan af gaf ze les in Franstalige scholen van de
congregatie. Zo in Schaarbeek (1945-1952), Nodebais en Hamme-Mille (1956-1986)
waar ze bovendien chef décole (of schoolhoofd) was. Tussen haar twee
verblijven in Nodebais in, werkte ze ook een poos in Heverlee.
Na haar pensioen was ze nog werkzaam in
Woluwé-Saint-Pierre en verbleef (sinds 1998) in huize Bethanië te Heverlee.
Ze overleed te Heverlee op 13 augustus
2006 en is aldaar begraven.
(De Sint-Niklaasparochie in Leest,
2009 - Wilfried Hellemans)
1981 2 april : Overlijden van
Christine De Laet, zuster Melanie
Ze
was te Leest geboren op 12 mei 1901. Af en toe kregen we van zuster Melanie een
artikeltje voor De Band. Ze was zelf een trouwe lezeres van ons blad.
Naar het klooster getrokken, meer dan 50 jaar geleden, bleef zij vol interesse
voor haar dorp en dorpsgenoten. Zij was zeer fijnbegaafd.
Ze
glimlacht en opeens begrijp ik hoe zelfs in het midden van de winter rozen met
diepwarme kleuren kunnen bloeien : zuster Melanie.
Hard
heb je gewerkt zoals mensen als jij dat konden : taai en vastberaden als bomen
met heel diepe wortels, die aan de Kern hun kracht en levensmoed putten.
Zuster
L.R. (DB, april 81)
Deze
zus van broeder Romain en van Melanie, eveneens kloosterzuster, trad erg jong
in bij de annuntiaten te Heverlee (1915) en werd zuster Melanie.
Daar
ook legde ze haar tijdelijke (1918) en haar eeuwige geloften af (1922).
Christine
behaalde aan de normaalschool haar diploma als onderwijzeres (1920) en werd dr.
In de wijsbegeerte en letteren (Germaanse filologie, K.U.L. 1924). Zo was ze te
Leuven een van de allereerste vrouwelijke gediplomeerden. Daar voegde ze nog
twee diplomas aan toe m.b.t. de Engelse taal (Brussel, 1947 en 1949). En zo
onderwees ze aan de normalisten in Heverlee Nederlands en Engels.
In
1976 vierden de zusters er haar diamanten jubileum. Als gepensioneerde verbleef
ze in huize Rozenberg. Ze verzette nog flink wat werk in het kloosterarchief
en als mederedactrice van het jaarboek Ancilla Domini van de
oud-leerlingenbond.
Geregeld
ook schreef ze naar De Band.
Op
2 april 1981 overleed ze te Heverlee waar ze begraven werd.
(De Sint-Niklaasparochie in Leest
2009 van Wilfried Hellemans)
In de reeks Uit eigen Haard
(schoolboeken voor het Middelbaar onderwijs) verschenen o.m. van haar hand
Regenboog (Leuven 1935) en Jong Leven (Turnhout 1945). (DB, augustus 1957)
De ouders van Christine, Victor De Laet
(1850-1918) en Adelia Selleslagh (°Leest 30/06/1857, +Leest 03/07/1914) hadden
nog drie andere kinderen : Frans (Soo), geboren in 1887 en gehuwd met Sidonie
Diddens, hij werd in 1918 slachtoffer van de griepepidemie. Tien dagen later
zou zijn vader overlijden. Melanie (1891-1968), zij kwam in het klooster bij de
Annunciaden als zuster Victoria in 1917 en bleef missionaris in Kongo van 1931
tot 1957.
Karel (1896-1978), alias Broeder
Romain was vijfenvijftig jaar lang missionaris in Canada.
(zie foto)
Het gezin woonde in het Wiphuis op de
Rennekouter, de vroegere Jezuïetenhoeve.
(zie Toponiemen)
Passages uit haar briefwisseling naar
De Band :
-t
Begin van de eerste oorlog en de vlucht heb ik nog meegemaakt. Vader heeft na
de doortocht van de eerste patrouilles een reuzefiets-motocyclette
splinternieuw uitgehaald van onder de mesthoop. Maar de Belgische soldaten
hebben ons twee dagen later dat merkwaardige ding als trofee ontnomen. Zeer
interessant volgens mij was na de vlucht de koeienhistorie. De Belgen hadden
alle koeien eerst weggehaald. t Leger had die te Antwerpen in hangars
ondergebracht en geraakte er niet mee weg. De Duitsers sloegen die aan.Na de vlucht waren er geen koeibeesten meer
tenzij hier en daar één die in t wild liep, en gauw een eigenaar had. Mijn
zuster zei : ik moet een koe hebben, ze hebben onze koeien afgepakt, ik ga
naar Antwerpen naar de Duitsers een koe halen. Ze schuift aan in de rij om een
bewijsschrift te bekomen en toelating om met haar koe naar Leest te mogen.
Overrompeld als die kommandant was door die grote menigte, schrijft hij een
bewijs. En zus ging met dat papierke naar die hangars, waar de controleur
vraagt : welke is uw koe ?
Zuster
Viktoria kiest er de beste en schoonste uit en roept : die meneer ! De kerel
laat begaan. Ze huurt een beestenwagen, en s avonds te kwart voor tien komt ze
daarmee in Leest binnen in triomf en alle mensen kwamen zien naar dat fenomeen.
In
1913 was hier in Heverlee de eerste grote Boerinnendag. Leest was present en
ons Melanie was er ook bij. s Avonds kwamen die van Leest in autos t dorp
binnengereden al zingend en al vertellend. t Gevolg : ik mocht 23 september
naar Heverlee komen tot 1 augustus 1914 : de oorlog en de vlucht.
Ik
had moeten wachten tot ik 14 jaar was om in het klooster te komen. Op 24 mei
was ons Melanie naar Heverlee komen horen, en op 29 mei trad ik binnen in t
noviciaat in Heverlee en ik ben nooit buiten Heverlee in functie geweest. Eén
keer heb ik Leest teruggezien : in 1931, bij t vertrek van zuster Viktoria
naar de missies. Met Pinksteren gingen we natuurlijk allen mee in de processie.
Wij waren ijveraarsters van Averbodes Weekblad en bezorgden het elke week
thuis. Jaarlijks ging zus mee te voet naar Scherpenheuvel. Ons Soo reed mee
naar de paardenomgang te Hakendover.
t
Rozenhoedje werd dagelijks gebeden in familie en waar een lijk was ging men s
avonds t rozenhoedje bidden. (DB,
nr. 1, 1955)
In1957 zou Christine totaal onverwacht Leest terugzien : wat
een krieuweling van blijdschap er door mij heen huppelde, toen onze Overste mij
meldde dat ik mee naar huis mocht met zuster Victoria
Zaterdagavond
22 september zijn we aangeland. Op afstand verwelkomde ons reeds de goedige
kerktoren, waar een veel groter stuk van uw ziel aan vastzit. Dadelijk worden
we te Leest opgenomen in een sfeer van warme innigheid : het Dorp. Van daaruit
vinden we gemakkelijk weer de vertrouwde straten : de Kouter, de
Scheerstraat We herkennen nog uithangborden uit vroeger dagen. Maar daarnaast
ook, wat al verandering ! Prachtige autostraden als die van de Juniorslaan,
nieuwe huizen en kapellen, wijzen op de groeiende welvaart doch ook op de gaaf
gebleven godsdienstzin onzer vriendelijke dorpsgenotenn wier dialect we in zijn
kleurige sappigheid met genoegen beluisteren. Woorden, sedert jaren en dagen
spoorloos uit ons geheugen verdwenen, duiken lustig weer op : karlees,
schramoeillie en een ogenblik struikelt onze strubbelige tong over al die
schatten schoonheid (DB, nr.2,
1957)
Vervolgt
Fotos :
-Familie
De Laet. Van links naar rechts : Karel (broeder Romain), Frans (Soo), vader
Victor De Laet, moeder Adelia Selleslagh, Melanie (zuster Victoria) en
Christine (zuster Melanie).
1981 Zaterdag 14 maart : Recollectie
KWB en uitslag Kaartkampioenschap
Na twaalf avonden van sportieve
strijd mochten de kaartliefhebbers
hun prijs in ontvangst nemen.
Traditiegetrouw ging deze prijsuitreiking door
tijdens de jaarlijkse recollectie.
Voor meer dan 80 deelnemers hield
pastoor Coosemans een korte bezinning
en Walter Tourné een toespraak.
Volgde het etentje en de dansavond.
Tussendoor werd de uitslag van het
kaartkampioenschap 1980-1981 afgeroepen.
Winnaar werd Jozef Vloeberghen voor
Maurits De Grijse en Eduard Diddens.
Er waren 66 deelnemers.
1981 Zaterdag 14 maart : Ken uw
stad...wees er fier op.
In het kader van bovenstaande
spreuk en ook als bestuurslid van de plaatselijke
Sp-afdeling nodigde dezelfde Jozef
Vloeberghen de Leestenaars uit voor een
gezamelijk bezoek aan de
St.Katelijnekerk en de St.Romboutskathedraal te Mechelen.
Vertrek om 14u15 op de Dorpsplaats.
1981 24 maart Het Laatste Nieuws :
(zie foto)
PAS GETOUWD !
Deze
foto namen we te Leest. Het pas gehuwd koppeltje zal wel verbaasdhebben opgekeken toen de grap van enkele
vrienden duidelijk werd. Opmerkelijkis
dat de nachtelijke lolbroeken in plaats van juist getrouwdjuist getouwd hebben geschreven.
Misschien
slaat die zogenaamde fout op de echtverbintenis of op de touwenconstructie
die
de olijkerds aan de gevel aanbrachten. (L.D.N.)
1981 25 maart : Overlijden van Juul
Teughels (foto)
Amper
55 jaar overleed hij in het Academisch Ziekenhuis van Jette.
Geboren
en getogen Leestenaar (broer van onze medewerker Frans), was hij een gekende en
geliefde figuur in Kapelle-op-den-Bos. Als onderwijzer en later als schoolhoofd
heeft hij jarenlang de Kapelse jeugd gevormd. Opvoeden was zijn levensroeping.
Rechtschapen als hij was, moet hij de laatste jaren erg geleden hebben onder
het onrecht hem door kleinzielige politiek aangedaan. (DB, april 81)
Juul Forentijn Teughels was te Leest
geboren op 22 januari 1925.
Een
goed en edel mens is van ons heengegaan. Opgegroeid in een gezin van bekommerd
zijn voor anderen heeft hij deze eigenschap gans zijn leven in daden omgezet.
In het hart van zijn vrouw Jeanne, met wie hij wel en wee van dit leven deelde,
zal hij verder leven als een goede echtgenoot; zijn kinderen zullen het beeld
in zich dragen van een liefdevolle en zorgzame vader; zijn vele vrienden zullen
het hoofd schudden en niet begrijpen
Opvoeden
was zijn levenstaak en levensroeping. Als toegewijd meester stelde hij niet
alleen belang in schoolresultaten, maar probeerde hij ook zich het leefmilieu
van zijn jongens eigen te maken om hen des te beter kunnen helpen om schone
mensen te worden. Daarom ging zijn aandacht naar niet-schoolse activiteiten.
Toewijding,
zachtheid en rechtschapenheid sierden het leven van Juul en maakte hem tot
vriend van velen in hetverenigingsleven.
Omwille
van die fijngevoeligheid was hij ook kwetsbaarder : hij leed sterk onder
onrechtvaardigheden ;zij bezorgden Juul
een diepe woede en in die woede groeide de dood.
Meer
dan lofwoorden of wat ook kunnen zeggen, zal hij verder leven in de herinnering
van hen met wie hij in liefde verbonden leefde, zal hij vereremerkt verder
leven in de harten van de vele jongens die hem gekend hebben en zich aan zijn
levensvoorbeeld spiegelen.
Juul
heeft de levensstrijd gestreden, het geloof bewaard, nu is de kroon der
gerechtigheid zijn deel. (warme
woorden uit zijn doodsprentje)
1981 1 maart : Vanaf deze dag begon de
volkstelling te Leest.
(GvM,6/12/80)
1981 Zondag 1 maart : Breugheliaanse
eetdag door KLJ in de parochiezaal
(DB, februari 81)
1981 4 maart : Dirk Van Dam :
bevredigende start
Voor
de Leestse amateur Dirk Van Dam is de kennismaking met de categorie van de
amateurs naar wens verlopen : Wegens een begrafenisplechtigheid in de familie
kon ik zaterdag wel niet zoals gepland was starten in de openingsrit te
Malderen. Daardoor kon ik wel te Hombeek van start gaan. Gelukkig raakte ik
niet betrokken bij de valpartij die de wedstrijd een beslissende wending gaf,
maar hierdoor waren de koplopers vertrokken. In de achtervolgende groep heb ik
naar het einde toe nog actief kunnen zijn zodat ik uiteindelijk op een 25ste
plaats kon beslag leggen. Voor een eerste rit met meer dan honderd deelnemers
vind ik dat een behoorlijk resultaat. Daar ik voorlopig geen twee opeenvolgende
dagen aan competitie mag deelnemen probeer ik, in zo verre mijn taak dit
toelaat, ook in een midweekwedstrijd aan te zetten. Hierdoor hoop ik vlugger
aan het competitieritme te wennen.
Jan
Geerts : pech.
Voor
de andere Leestse amateur Jean Geerts verliep de seizoenstart niet zo naar
wens. In Brussel-Opwijk had hij halverwege de rit af te rekenen met bandenpech.
De rest van de kilometers werd wel afgelegd maar meer als oefening opgenomen,
omdat met zoveel vertrekkers de prijzenpot al lang verdeeld was.
(GvM,4/3/1981)
1981 Donderdag 5 maart : MMT te
Leest
Het Mechels Miniatuur Theater
bracht in de zaal St.-Cecilia het gekende
stuk Het Machtig Reservoirmet in
de hoofdrollen Mandus De Vos en
René Verreth.
Toegangsprijs : 100 frank.
1981 8 maart : K.V.L.V.-vergadering
Thema : werken : moeten of mogen.
Er werden tevens twee Lourdesreizen
verloot.
1981 9 maart : Bedevaart naar
Sint-Jozef Leuven
Vertrek aan de kerk om 08u50.
1981 14 maart : Overlijden van
Gerard Somers (zie fotos)
Op
14 maart 1981 overleed te Mechelen in het Sint-Jozefsziekenhuis Gerad Somers.
Hij was alhier geboren op 16 mei 1898.
Gerard van Heinke Somers was door iedereen gekend en geliefd. Eenvoudig en
volks als hij was, bleef hij zichzelf en de goeie ouwe tijd getrouw. Als oudste
cafébaas uit de omtrek bestond zijn cliënteel de laatste jaren uit de Leestse
jongeren die zich bij hem thuis voelden. Zijn laatste maanden als banneling
zullen hem zwaar hebben gewogen. (DB,april
81)
In 1979 (enkel jaartal gekend)
publiceerde Gazet van Mechelen :
Mechelens
oudste cafébaas woont in Leest.
Als
men vanuit Mechelen naar Leest rijdt, ziet men op de hoek van de Molenstraat en
de Mechelbaan (noot : thans Pastoor
De Heuckstraat) een oud cafeetje staan :
Op t Hoekske
(noot : thans Drij Gapers).
Deze
drankgelegenheid wordt uitgebaat door Gerard Somers, ook wel Gerard van Nanke
Somers of Gerard van Tiste Moors (zijn grootvader noemde Tist De Maeyer
genoemd, hij werd te Leest geboren op de Rennekouter). Gerard werd te Leest
geboren op 16 mei 1898 als tweede oudste van tien kinderen. Zijn oudste broer
wisselde het tijdelijke met het eeuwige toen hij slechts twee jaar oud was en
zijn jongste zuster stierf toen ze amper elf maanden oud was.
In
1902 kreeg de familie Somers een tweeling. Biezonder is wel dat Tor geboren
werd op 1 augustus (23u45) en Pauline op 2 augustus om OOu10 te voorschijn
kwam.
Toen
Gerard nog een Gerardske was noemde zijn vader hem steeds Pierke en de rest
van de familie noemde hem steeds Jef. Waarom dit gebeurde is voor Gerard nog
steeds een raadsel.
Vanaf
Pasen (toen hij elf jaar oud was) moest hij thuisblijven uit de school, om
thuis op de kinderen te passen als zijn ouders naar het veld waren. Doch
stilaan werd hij ingeschakeld in het landbouwbedrijf en moest hij vanaf zn 12de
met het paard rijden, om alzo drie jaar later volledig ingeschakeld te zijn in
het familiebedrijf. Tijdens de oorlogsjaren volgde Gerard s avonds nog
landbouwlessen om de stiel onder de knie te krijgen.
Zoals
iedereen, keek ook Gerard eens naar de meisjes, en de danskunst erfde hij van
zijn vader. Dat dit bij de meisjes indruk maakte, hoeft geen betoog en op
21-jarige leeftijd kreeg Gerard de kans om te huwen. Doch Gerard heeft het toen
(zonder ruzie te maken) afgemaakt. Elf jaar later (op 32-jarige leeftijd) vond
Gerard het echter tijd en op 30 oktober 1930 trouwde hij te Leestmet Sofie Van den Heuvel. Sofie was geboren
in café Belle Vue en kwam ook uit een gezin van tien kinderen. Aangezien
Sofies oudste zuster jong gestorven was, moest Sofie ook vlug de school
verlaten om thuis te helpen.
Haar
oudste broer gaf in de streek van Dilbeek les en alzo moest ook Sofie naar
Dilbeek om voor haar broer te zorgen. Zo werd ze volgens Gerard een reizende
passante. Bij Sofie thuis was er café en daar haar moeder alleen thuis was,
gingen Sofie en Gerard bij haar inwonen.
Sofies
moeder is café blijven houden tot enkele maanden voor haar dood (enkele maanden
voor haar 94ste verjaardag).
Om
te horen dat er iemand binnenkwam, zette men indertijd de koterhaak voor de
deur en deze maakte lawaai genoeg om te verwittigen dat iemand binnenkwam. Deze
koterhaak bestaat nog, doch doet geen dienst meer voor voornoemd gebruik.
Terwijl
Sofies moeder instond voor het café en het huishouden, zorgden Sofie en Gerard
voor de koeien, varkens, groenten, enz.
Toen
beiden een drietal maanden gehuwd waren, trok Gerard op zekere avond het dorp
in en bleef er gewild plakken, dit om zijn kersverse bruid te plagen. Bij
zijn thuiskomst werd er natuurlijk gevraagd vanwaar hij kwam. Gerard zei hierop
van buiten naar binnen, dit is volgens Gerard de enige keer dat zoiets
gebeurde omdat ze beiden steeds water bij de wijn konden doen.
Toen
Sofie op 11 maart 1977 stierf, dacht Gerard er aan zijn café te sluiten, doch
op aanraden van de dokter is hij op zijn stappen teruggekeerd en is hij nu de
oudste cafébaas van de omtrek en misschien wel de oudste cafébaas van de
provincie.
Het
café dat hij bewoont is men in 1900 beginnen te bouwen en drie jaar later was
het af. In de jaren 1938-39 werd de zaal St.-Cecilia omgebouwd tot schuur. De
tapkast en enkele kleine veranderingen gebeurden tot nog toe op t hoekske.
Tegenwoordig verspreidt zich het gerucht dat Gerard zou sluiten. Doch Gerard
weet nog steeds niet wanneer hij zal stoppen.
De
plaatselijke Chirojongens helpen Gerard zoveel ze kunnen, en hiervoor is hij ze
heel dankbaar. Doch Gerard is en blijft een plantrekker. Elke morgen is hij
beneden om 06u30. Na het ontbijt schilt hij zijn patatten voor s middags.
Hierna maakt hij het café in orde (spoelbak reinigen, pinten spoelen, vloer
keren, enz.) zodat alles in orde is tegen dat de verletters komen (de
afgevers zijn dan al gekomen). Zelfs als het café tot 2 uur s nachts
openblijft (wat soms wel eens gebeurd) is hij ook om 06u30 beneden.
Tijdens
zijn vrije tijd overdag, zorgt Gerard nog voor zijn kippen en verzorgd hij ook
nog zijn groenten. Gerard zei ook nog : mijn kiekens kennen mij, en ik ken
mijn kiekens.
Als
gevolg van een operatie krijgt Gerard om de vier weken nog het bezoek van een
dokter, doch Sofie zei vroeger steeds : Gerard is nog van een dor volk. Eten
kan hij nog steeds goed en als hij tien minuten in bed ligt, rijdt hij al heel
ver.
De
klanten van vroeger dronken meer, maar het bier van vroeger was eten en
drinken en dat van nu is poeder.
Een
wekelijkse rustdag heeft Gerard niet nodig. Om terug op asem te komen heeft
hij geen dag nodig, daarvoor is de nacht nog lang genoeg.
Gerard Petrus Frans Somers was te Leest
geboren op 16 mei 1898 en overleed in het Sint-Jozefziekenhuis te Mechelen op
14 maart 1981.
Zijn echtgenote Sofia Sofie Constantia
Van den Heuvel was eveneens te Leest geboren op 20 maart 1895 en ze overleed er
op 11 maart 1977.
Bijgevoegd :
-Mandus
De Vos. (Uit het Jubelboek, 35 jaar
MMT).
-Gerard
Somers in 1915 met Juul. Samen hielpen
ze bij de aanleg van het vliegveld dat de Duitsers in de eerste wereldoorlog in
de Winkelstraat aanlegden. Hij was toen 17.
Schepen Carlier reikte prijzen
uit aan laureaten 55ste nationale
tentoonstelling
De Luxeduif
Naar jaarlijkse gewoonte had
zondagnamiddag in het lokaal Antverpia aan de
Graanmarkt te Mechelen, de
plechtige prijsuitreiking plaats aan de laureaten
van de 55ste nationale
tentoonstelling door de Mechelse sierduivenklub
De Luxeduif. De tentoonstelling
was op 20 en 21 december georganiseerd
in de stedelijke feestzaal aan de
Fred. De Merodestraat..
Leestenaar en ere-voorzitter Alfons
Hellemans mocht meehelpen aan de
overhandiging van de prijzen.
1981 Zaterdag 31 januari : Dansavond
Vrije Kleuter- en Basisschool
De Vrije Kleuter- en Basisschool
van Leest nodigde ten dans met D.J. Lion John
inde Parochiezaal, Kouter, vanaf 20 uur.
Toegang : 70 frank. (folder)
1981 Februarinummer De Band: Oproep medewerkers film over Leest
Een
paar mensen hier ter plaatse willen een film maken super acht color over Leest.
Leestenaars die interesse hebben om
aan deze realisatie mede te werken
(samenstellen van film,
voorbespreking, scenario, hulp bij opname, enz.)
Kunnen contact opnemen met : Pierre
De Wit, Molenstraat 14 Leestof met
Robert Verbruggen van De Band.
1981 8 februari : Kindertoneel
Organisatie Davidsfonds Leest :
het Heists Kamertoneel met Boembatjoek
een kindertoneel voor kinderen van
de lagere school.
1981 Zaterdag 14 en zondag 15 februari
: Dag zonder Afwas
De koninklijke fanfare St.-Cecilia
organiseerde haar jaarlijkse dag zonder
koken en zonder afwas in de
gelijknamige zaal.
De opbrengst van dit eetfestijn was
bestemdvoor nieuwe uniformen voor de
leden van fanfare en drumband.
(GvM,12/2/1981)
1981 16 februari : Davidsfonds
gespreksavond
Leven en Geloven met Ward
Bruyninckx.
1981 Zondag 22 februari : VTB-VAB
wandelde te Leest
De VTB-VAB-afdeling Mechelen
organiseerde een 12 km lange wandeling
in Leest.
Vertrek aan de kerk om 14u15. Wandelleider
was Roger Saels.
Deelname was kosteloos.
1981 Vrijdag 27 februari : Jaarlijke
kaartavond voor de leden vande
Landelijke Gilde.
Inzet 50 franken er was een kip per tafel te winnen.
(DB,februari 81)
1981 27 februari : Het Laatste Nieuws
Jean Geerts : gespaard blijven van ziekten
Liefst
drie ingezetenen van de Mechelse deelgemeente Leest zullen tijdens het nieuwe
wielerseizoen trachten hun plaats in de wielerpelotons op te eisen.
Voor
de man van de Heide, Jean Geerts, die in vorige seizoenen reeds bewees in de
liefhebbersrangen zijn man te kunnen staan, is de voornaamste bekommernis : ik
hoop uiteraard gespaard te blijven van ziekten want dat tast het moreel bij mij
te sterk aan en dan kom ik niet tot mijn normaal rendement. Ik hoop een
regelmatiger seizoen te maken dan vorig jaar waarin ik zes bloemtuilen kon
bemachtigen.
Voor
Dirk Van Dam die voor het eerst zal kennismaken met de liefhebbersrangen liggen
de zaken wel anders. Vooral in de eerste weken zal ik nog veel trachten te
leren van de gevestigde waarden. Trouwens mijn trainingsschema, opgesteld door
de heer Willockx, voorziet een eerder trage seizoeninzet.
Geert
De Bruyn uit de Dorpsstraat fietste vorig seizoen reeds enkele maanden bij de
nieuwelingen en maakte daar reeds enkele behoorlijke uitslagen. Normaal
gesproken moet in het nieuwe seizoen daar de bevestiging van komen. Ik heb de
beste vooruitzichten omdat ik op alle domeinen zowat mijn man kan staan. Maar
het afwerken van mijn studies krijgt uiteraard voorrang.
1981 Maart : Johan Vandeputte stelde K.V.G. voor.
1981 werd door een U.N.O.-conferentie
uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Gehandicapten.
In het maart-nummer van De Band maakte
Johan Vandeputte van deze gelegenheid gebruik om K.V.G.-Zennevallei voor te
stellen.
Mag
ik in dit specifieke jaar de K.V.G (Katholieke Vereniging voor Gehandicapten)
even voorstellen :
De
KVG is een vereniging opgericht in 1945 door een groep gehandicapten. Iedereen
is welkom in ons midden. Ons streefdoel is in de eerste plaats de bekommernis
van onze mindervalide zelf; hen ergens mee begeleiden in het economisch,
sociale en culturele leven van onze maatschappij. Het wegwij maken in de
administratieve rompslomp die je vanuit je gehandicapt-zijn kan meemaken. Denk
aan de verschillende ministeries die, de een wat meer, de ander wat minder, te
maken heeft met gehandicaptenzorg. Ook als vereniging moeten wij onze rechten
laten gelden, zij het soms om louter materiële noodzaak.
Anderzijds, maar zeker niet onbelangrijk, is om samen met onze vereniging, de
minder-valide uit onze streek, te helpen naar een eigen zelfstandigheid, en een
volledige integratie in onze gemeente. Integratie is misschien een moedewoord
geworden. Maar in hoeverre zijn minder-validen in onze maatschappij echt
aanvaard en beschouwd als evenwaardige deelnemer ?
Is
het niet in de eerste plaats aan de minder-valide zelf om uit zijn schelp te
komen ? Om zich niet alleen te voelen, in het zetten van de eerste stap, is er
een vereniging als de onze nodig.
Daarom
wil ik duidelijk stellen dat integratie niet is, doen zoals anderen, maar
eerder zich met al zijn mogelijkheden inschakelen in het maatschappelijk (is
ook gemeentelijk) leven, maar goed bewust zijn van onze eigen beperkingen.
Zo,
als minder-valide dit harmonisch evenwicht vinden is niet gemakkelijk de dag
van heden, in een maatschappij waarvan de toekomst maar een somber beeld
aangeeft.
Laat
je me toe even onze eigen K.V.G.-Zennevallei aan u kenbaar te maken.
KVG-Zennevallei
vierde vorig jaar haar 10-jarig bestaan. Deze viering droeg in zich de fierheid
van het gepresteerdemaar zij maakte ons tevens stil voor de grijze haren en
de rimpels die we in ons spiegelbeeld herkenden, het zegt ons je ziet er ouder
uit ! Wat dat spiegelbeeld ons niet vertelde is dat je voor ons mooier was
geworden. Ja onze vereniging groeit en bloeit.
Als
vaste waarden in ons Jaarprogrammahebben wij onze jaarlijkse reis, paasviering, kerstfeest en de laatste
zondag van augustus onze eetdag.
Daar
waar wij kunnen, spelen wij mee in, met activiteiten van andere verenigingen ;
denk aan de dorpskwis, de viering van de honderdjarige Stanne Van den Broeck.
Langs
deze weg willen wij u, de vrienden van de KVG, uitnodigen om in de mate van het
mogelijke deel te nemen aan onze activiteiten.
Voor
1981 staan al volgende activiteiten op het programma :
Zondag
9 augustus onze reis, waarschijnlijk trekken we naar het mooie Limburg.
Onze jaarlijkse eetdag gaat door op zondag 30 augustus in de parochiezaal te
Leest.
Zaterdag
17 oktober een gezellig samenzijn te Leest en op zondag20 december kerstfeest te Hombeek.
Naast
deze activiteiten kan je naar het sociaal dienstbetoon elke vrijdagmiddag
tussen 14 en 15 uur (behalve tijdens de vacantiemaanden) terecht bij Johan Vandeputte, Vinkstraat 44
te Leest. Nieuwe leden zijn steeds welkom.
Moge deze bijdrage u een bredere kijk hebben gegeven over onze vereniging.
Misschien kwamen wij in het verleden te weinig naar buiten, maar laat 1981, het
internationaal jaar van de gehandicapten openstaan voor iedereen. Beschouw de
minder-validen als gelijk-validen. Wie heeft het recht om mensen met een
handicap als minder te aanzien ?
Mag
ik om te besluiten de redactie van De Band te bedanken, om de kans die ons
werd gegeven om dit artikel te schrijven, en het te publiceren voor al de
lezers van dit tijdschrift.
Oprechte groeten namens K.V.G.-Zennevallei.
Voorzitter bleef Jeroom Verbruggen,
Alfons Hellemans bleef ere-voorzitter.
Maria Dons-Lamberts bleef ondervoorzitter, Martin Mollemans secretaris, Aloïs
Hendrickx penningmeester en Marleen De Prins, pastoor Lornoy, Mia Van
Sweevelt-Dewit en Marleen Verschueren actieve bestuursleden. (DB, januari
81)
1981 - Vlaamse raad zitting 1980- 81
bulletin van vragen en antwoorden 3 februari 81
vau 5 januari 1981
van de heer J. SOMERS
Zennedijk te Leest - Verstevigingswerken
Ten gevolge van de recente overstromingen worden momenteel in het
Mechelse practisch alle dijken van rivieren behorend tot het Scheldebekken
versterkt.
Tot onze spijt moeten wij hierbij opmerken dat deze verstevigingswerken
meestal gepaard gaan met onherroepelijke ingrepen in het plaatselijk
leefmilieu. De prachtige oude bomenrijen die meestal de dijken sierden worden
opgeofferd voor asfalt en beton ; de oevers worden glad gemaakt en met keien
bedekt. Alhoewel het allicht moeilijk is een middenweg te vinden tussen
veiligheid enerzijds en natuurbehoud anderzijds, lijkt het mij toch technisch
realiseerbaar op enkele plaatsen de prachtige bomenlanen voor het nageslacht te bewaren. Een van de weinige plaatsen in Vlaanderen waar
dit nog kan is de Zennedijk tussen Leest stroomopwaarts naar Hombeek. Tussen de
Zennebrug te Leest en de Spoorwegbrug te Hombeek alleen al staan 228
Amerikaanse eiken, 33 Zomereiken, 4 Essen, 35 Zwarte noten, 20 Lorken, 6 Veldolmen, 27 Robinias, 10
Platanen, 5 Esdoorns en 1 Spar.
Dienaangaande moge ik aan de geachte Minister vragen welke maatregelen
hij zal treffen om de verbeteringswerken aan de Zennedijk te verzoenen met het behoud
van de natuur, zodat dit uniek en waardevol landschap-toch nog bewaard zou
kunnen worden.
Antwoord
De werken die door het geachte lid worden opgesomd vallen volledig
onder de bevoegdheid van de Minister van Openbare Werken.
Vlaamse Raad - Vragen en Antwoorden - Nr. 4 - 3 februari 1981 59
Zij vormen een onderdeel van het Sigmaplan dat in 1977 werd opgesteld
teneinde de bevolking beter te beschermen tegen watersnood. In de schoot van
het departement van Openbare Werken werd eveneens in 1977 een Ecologische Commissie
opgericht. Ze is belast met het onderzoek van de gevolgen die de
infrastructuurwerken zullen hebben op het leefmilieu. De belangen van het
natuurbehoud zijn er sterk vertegenwoordigd.
1. of de geachte Minister beschikt over gegevens omtrent de
stortplaatsen in België en eventueel op de hoogte is van de ligging van de
stortplaatsen, die een bedreiging voor de gezondheid kunnen betekenen ;
2. of, in negatief geval, de geachte Minister het niet opportuun zou
vinden om dringend initiatieven ter zake te nemen?
Antwoord
Aspecten van het Sigmaplan werden reeds besproken Ik heb de eer aan het
geachte lid het volgende mede te delen. Meer bepaald werd op 21 cecember 1979
de verhoging van de dijken van de Schelde en bijrivieren besproken en grote
aandacht ging naar de beplanting van de dijken. Er werd beweerd dat het behoud
van hoogstammige bomen de dijken kan beschadigen.
( )
1981 9 januari : Bericht aan de
bevolking.
Van
harte bieden wij U allen onze oprechte wensen van geluk en voorspoed voor het
jaar 1981. Het is onze gewoonte U bij deze gelegenheid onze werking en
realisaties van 1980 even in herinnering te brengen en tevens U te informeren
over wat wij in 1981 voor U willen verwezenlijken.
Het C.V.P.-bestuur van Leest, ons gemeenteraadslid Gust Emmeregs en ons
O.C.M.W.-lid Louis Vloebergh zullen zich ook in 1981, VOOR IEDEREEN en
onafgezien zijn overtuiging, onverdroten inzetten.
Verkozen
worden of een belangrijke functie waarnemen is in de eerste plaats een
verplichting. Daar zijn wij ons tenvolle van bewust en daarom zullen wij, ook
in 1981 het algemeen belang van Leest en dit van iedere inwoner in het
bijzonder, volledig en naar best vermogen behartigen.
Namens
het C.V.P.-bestuur van Leest !
H. Deneve, secretarisK.Duysburgh, voorzitter.
Algemene
werking CVP-Leest 1980
Tijdens
het jaar 1980 hebben wij te Mechelen de Leestse belangen door dik en dun
verdedigd. Het CVP-bestuur Leest is dikwijls bij Burgemeester en Schepenen
tussengekomen en dit zowel voor persoonlijke als algemene belangen. De
eerlijkheid gebiedt ons te zeggen dat wij bij hen het nodige begrip en steun
kregen die wij wensten. Daarvoor onze dank.
-Ons
bestuurslid Louis Vloebergh, werd in 1980 aangesteld tot lid van het OCMW
Mechelen.
-Bestuursleden
en/of mandatarissen zullen U kortelings bezoeken om uw lidmaatschap te
hernieuwen of om U, volledig vrijblijvend, lid te worden van de CVP en dit voor
slechts 200 fr.
-De
verkoop van fiets- en andere taksplaten zal, ingevolge de herhaalde
tussenkomsten van Gust Emmeregs opnieuw te Leest gebeuren.
-Tussenkomst
i.v.m. utbreiding van aansluiting op aardgas : op dit opgenblik zijn werken in
uitvoering voor aansluiting van Dorp, Dorpstraat, Scheerstraat en Vinkstraat.
Louis
Neefs, ter nagedachtenis (zie
foto)
Louis
Neefs was een jongen van de buiten. Daarom kwam hij ook graag naar Leest. Hij
hield van de natuur en meer nog van de gewone buitenmens. Met zijn warme,diepe stem bezong hij de poëzie van de gewone
alledaagse dingen. Louis bracht schoonheid.
Wij
zullen ons blijven herinneren hoe Louis op de laatste Volksfeesten de vele
zangers voorstelde. Met wat een tact en fijngevoeligheid hij iedereen op het
podium geruststelde en hoe hij nadien voor elke kandidaat ook voor diegenen
die minder goed zongen- nog een woord van waardering over had.
Louis was een schoon mens.
Openbare
werken te Leest
-Wegverzakking
Juniorslaan ter hoogte Molenbeek : volledig hersteld na interpellatie van Gust
Emmeregs.
-De
graskanten werden regelmatig afgemaaid en de grachten onderhouden.
-Vernieuwing
Winkelstraat. De werken werden toegewezen aan de firma Terraco uit Hever voor
de som van 4.330.948 fr.
-Vernieuwing
Elleboogstraat Tiendeschuurstraat Rennekouter. Op ons initiatief werd het
rooilijn- en onteigeningsplan voor deze straten tijdens een publieke
vergadering deskundig en uitvoerig toegelicht.
-Opmaken
rooilijn- en onteigeningsplannen voor Tisseltbaan
-Verbreding
Vinkstraat : er werden 19 bezwaarschriften ingediend
(Samenvatting van de C.V.P.-brochure van
9/1/81)
1981 10 januari : Kindernamiddag
Chiro, Vevoc en Kvlv organiseerden een
Kindernamiddag in de parochiezaal.
Het marionettentheater Houtekop met
steun van het Bestuur voor Jeugdvorming, voerde na een welkomwoordje van Louis
Vloebergh, De Gelaarsde Kat op.
Jongens en meisjes tussen 9 en 11 voerden
De Keizer in zijn Hemd op, werk van Hans Christian Andersen.
Die namiddag werd er ook gedanst en
gezongen onder leiding van Hilda Silverans, er werd gesmuld van pannenkoeken en
iedereen kon meedingen in een kleurwedstrijd.
De namiddag werd belosten met een
dankwoordje van Roza De Smet die ook nog geschenkjes meehad voor alle
toneelspelertjes.
Bijgevoegd :
-Dankbare
herinnering aan een touwe vriend die wij nooit zullen vergeten. (Foto uit de CVP-brochure van 9/1/81)
-Aan
de kindernamiddag was ook een kleurwedstrijd voor de jeugd verbonden.
1980 Zaterdag 6 december :Sint-Niklaasbal van KWB
In de parochiezaal, Kouter met het
orkest The Ribanas.
Deuren 20 uur. Inkom : 70fr, voorverkoop 60 fr.
1980 6 december : Sinterklaas in de
meisjesschool.
Kijk
eens Piet, een brief uit Leest ! Dat dorpje ligt in België, geloof ik. Hm eens
zien wat erin staat. Hm, jaja, zozo.
Wat
is er baas ? vraagt Piet.
Wel
de meisjesschool vraagt of we volgende week vrijdag eens kunnen binnenwippen.
Gaat dat Piet ?
Ja
Sint, we moeten toch die kant op.
Zullen we daar dan eens een kijkje nemen ?
Wel
ja, dat is goed.
Maak
al een zak snoepgoed klaar voor die school en doe er ook een paar boeken bij.
In
de klas van juffrouw Paula zitten de kinderen (zoals altijd) ijverig te werken.
Kinderen,
breekt juf Paula de stilte, Ik moet van Sinterklaas zeggen dat hij morgen
komt.
Jééééé
roept heel de klas. Sinterklaas komt, jippiejee !
Stil,
doe terug voort aan jullie werk. En je moet geen dierengeluiden in de klas meer
maken hoor ! roept de juffrouw uit.
Ja,
ter gelegenheid van Sinterklaas wordt er een feest gehouden. Je kunt
volksdansen, knutselen, koken of poppenkast kijken. Je mag twee dingen kiezen.
Op
de speelplaats wordt natuurlijk over het feest gepraat.
Iedereen
kijkt verlangend naar de feestdag uit. Eindelijk is het dan zover.
De schoolbel luidt. De kinderen gaan gauw in hun rij staan. Ze komen samen in
de klas van juffrouw Rosette. Daar worden de Sinterklaasliedjes gerepeteerd. In
die klas worden we ook in groepjes verdeeld. Nadat dit gebeurd is ga ik mee met
juffrouw Kris en met de andere kinderen van het volksdansgroepje. We doen de
Waterdans.
Water,
water, water, maar wij drinken bier, zingen we. Dat liedje doet juffrouw Kris
wel even opkijken. Er komen ook nog nieuwe dansen bij. Tot onze spijt zijn de
volksdansen vlug gedaan. Nu hebben we vijf minuten pauze.
Tingelingeling,
daar gaat de bel. Ik loop gauw naar de knutselklas en op de tafel zie ik
verschillende knutselideetjes liggen. Ik kies een papieren hartje, knip de vijf
nodige stroken uit
en
ga ermee naar juffrouw Mia. De stroken worden aaneengeniet en het resultaat is
erg mooi. Nu ben ik aan een kerstbol bezig. Zo, nu nog aan elkaar lijmen en t
is klaar. Ik maak het een na het ander. Na afloop van het knutselen ruim ik de
pareltjes op. Ik doe ze in de daarvoor bestemde doos.
De
Sint is er, de Sint is er ! galmt het door de gang. Gauw laat ik de pareltjes
voor wat ze zijn en loop de klas van juffrouw Rosette binnen. Ik zing de
Sinterklaasliedjes mee terwijl Zwarte Piet snoep uitdeelt. Ik zeg beleefd : dank
u, als ik snoep krijg.
Stt Sinterklaas zegt wat over onze juffrouw.
Juffrouw
Paula, ge moogt de kinderen niet zoveel huiswerk geven.
Ja
Sinterklaas, ik zal t niet meer doen, Sint.
Dus
begrepen hé juffrouw, gaat Sinterklaas verder.
Ja
Sinterklaas, zegt de juffrouw, ik heb het begrepen.
We
schieten in de lach om het gekke gezicht dat ze erbij trekt.
De feestdag loopt ten einde. Mooie liedjes duren niet lang, denk ik.
Ik
kijk naar mijn spiegelbeeld in het venster. Wel, zeg ik, vond jij het tof
vandaag ?
Ja!
Wel, ik ook, knipoog ik naar mn spiegelbeeld.
Dag
spiegelbeeld, dag Sint. (Een
leerlinge van de meisjesschool -DB, december 80)
1980 6 december Gazet van Mechelen :
Straatnamen en
huisnummering in nieuwe verkaveling Leest
Tijdens
de jongste gemeenteraadszitting vroeg CVP-raadslid Gust Emmeregs wanneer voor
de nieuwe wijk te Leest straatnamen en huisnummers zullen aangebracht worden.
De postbedeling onder vindt hier heel wat moeilijkheden.
Schepen
Vanstappen antwoordde dat het hele dossier overgemaakt is aan de provinciale
commissievoor straatnamen, het gaat in
casu om de nieuwe verkaveling aan de Vinkstraat.
Hij
vreest evenwel dat de zaak nog een paar maanden zal aanslepen vooraleer deze
commissie haar zegen geeft.
Wat
de huisnummers van de panden aangaat, waar men inderdaad dringend aan toe is,
heeft het college beslist deze door te voeren. Doch gewacht wordt op de
volkstelling welke op 1 maart 1981 aangevangen wordt. Om deze telling niet te
bemoeilijken zal met de hernummering niet worden aangevangen tot na de
volkstelling.
Deze
beslissing werd genomen uit overweging van het feit dat, om slechts bij het
voorbeeld van de identiteitskaarten te blijven, deze identiteitsbewijzen kunnen
opgemaakt worden tegelijkertijd met de definitieve aanduiding van de
straatnamen. Zodoende moeten de betrokkenen zich slechts eenmaal naar het
stadhuis verplaatsen. (GvM,6/12/80)
1980 Zondag 7 december : Duivenmelkers Grote Kampioenenviering
Programma :
-10 uur : opening tentoonstelling met
nadien huldiging der kampioenen voor een afgevaardigde van het gemeentebestuur.
-Tussen 12 en 13u30 : middagpauze met
gratis belegde broodjes voor iedereen.
-Na de pauze : prijsuitreiking gevolgd
door verkoop der beschonken bons voor
duiven of eieren 1981, en trekking
van de tombola.
Deze Grote
Kampioenendag ging door in zaal Sint Cecilia.
KAMPIOENEN
Snelle Vlucht Leest-Heide
Oude duiven : 1.Teughels Arnold,
2.Peeters Paul, 3. Verbeeck Frans.
Jaarse : 1. Publie Gustaaf en zoon, 2.
Boey-Van den Brande, 3. Verbeeck Frans.
Jonge : 1. Boey-Van den Brande, 2.
Publie Gustaaf en zoon, 3. Van Camp Frans.
1980 13 december : Brief uit Heverlee
van Christine De Laet(zuster Melanie)
Tot De Band (gepubliceerd in
het januariarinummer 1981)
Beste
Leestenaars, mijn dierbare dorpsgenoten van in de tijd,
Van
harte verenig ik mij met de bestuursequipe van DE BAND om U mijn beste wensen
aan te bieden van vroom en vreugdevol Kerstfeest en een genadenrijk en zeer
gelukkig 1981.
DE
BAND is weerom boeiend geweest van a tot z. Daarvoor heeft niet alleen zijn
redactieploeg gezorgd. Daar heeft blijkbaar heel Leest toe bijgedragen : groot
en klein, elkeen en allen saam, getuige o.m. die grandioze inzet voor de
viering van de honderdjarige Stanne, wat een topprestatie was van heel de
goegemeente met samenspel van al haar talenten en schone mogelijkheden. Iets
unieks ! Ons Leest op zijn best !
Dat
had ik, in andere omstandigheden, nog graag willen meemaken.
Via
DE BAND echter beleef ik toch dankbaar een beetje allerlei gebeurtenissen van
Leest mee, zo recente als vroegere en verjong ik er daarbij een poosje telkens,
vooral als hier en daar bepaalde reminiscenties heel de atmosfeer van destijds
weerom oproepen.
Daar
beleef ik dan bijzonder veel deugd aan als in de Leestse figuurkens van
Anselmus Jedrie, waar onder meer smakelijke herinneringen opduiken in verband
met mijn eigen familie. Wat daar gezegd word over Leirke dat blijkt onze
nonkel Fons te zijn, mijn eigen peter nog wel ! en t is alles zo leuk en
lollig verteld over die waterkiekens in t juninummer
DE
BAND vangt eveneens welkome echos op uit het leven van onze Leestenaars ver
van honk en heimat : zijn miliciens, zijn missionarissen. Ze blijven allen,
dank zij hem, in voeling en in vriendschap innig verbonden met elkaar. Door
zijn sympathieke en bemoedigende belangstelling blijft zo DE BAND een echte en
hechte band, een stevige, een doeltreffende en daarwerkelijke steun voo alle
Leestenaars.
Hier
in Heverlee draait de carroussel van ons scholencomplex steeds in volle zwier .
Op
4 oktober ll. oud-leerlingendag, werden diegenen gevierd die in Heverlee
gediplomeerd werden, 25, 50 en 60 jaar geleden. Onder de jubilarissen waren
vier Leestenaars : Mathilde Verbruggen, Madeleine Verbruggen, Mariette De Prins
waren zilver en één was diamant Wie dat was weet u wel : ja, raptim transit :
ik ben reeds bijna op t eind van mijn rolletje Hoe rap toch gaat alles voorbij
!
Ik
hoop intussen toch evenwel dat DE BAND nog lang zijn lezers kleine randvreugden
zal bezorgen die t leven altijd zo veraangenamen, maar dat hij ook, zoals hij
het trouwens doet, voor elkeen gezonde, stevige kost zal blijven geven om de
harde weg van de plicht moedig en rechtlijnig verder te gaan.
Beste
BAND, dierbare dorpsgenoten, mijn hartelijkste groeten aan u allemaal, en zoals
het Vlaamse versje vroom zegt :
Een
zalig einde, een goed begin, dat gunne u God, jaar uit jaar in !
1980 19 december : Poppenfilm De
grote prijs van Smöreberg voor de kinderen van de Vrije Kleuter- en
Basisschool. Tijdens de pauze smulden ze van de overheerlijke pannenkoeken
waarvoor het schoolcomité had gezorgd. (schoolkrant)
1980 26 december Gazet van Mechelen
:
Alle bomen op Zennedijk te Leest
weg ?
Via
een parlementaire tussenkomst bij de minister van Openbare Werken en bij
de minister van de Vlaamse
Gemeenschap vraagt volksvertegenwoordiger Joos
Somers welke maatregelen men zal
treffen om de verbeteringswerken aan de
Zennedijk te verzoenen met het
behoud van de bomen die er bijdragen tot
uitzonderlijk natuurschoon.
Ten gevolge van de recente
overstromingen worden momenteel dijken van de
rivieren behorend tot het
Scheldebekken in het Mechelse verstevigd.
De prachtige bomenrijen die de
dijken sieren zouden plaats moeten ruimen voor
steen en beton.
Kamerlid Joos Somers drukt zijn bezorgdheid
uit over het onherroepelijk
ingrijpen in het plaatselijk
leefmilieu dat door deze verstevigingswerken word tot
stand gebracht. Hij is ervan
overtuigd dat het technisch mogelijk is deze
noodzakelijk uit te voeren werken
te realiseren en daarbij de prachtige
bomenlanen toch te sparen. Tussen
de Zennebrug te Leest en de spoorwegbrug te
Hombeek alleen al staan 228
Amerikaanse eiken, 33 zomereiken, 4 essen, 35
De dijkbreuk te Leest vond ruim een
jaar geleden plaats (november 79) waarna
enkele weken later de Rupeldijk te
Heffen het begaf. Het gevolg : grote materiële
schade.
Intussen was er aan de
dijkversterking in het Mechelse reeds heel wat gedaan.
Volgens ingenieur Wijnants van de
Dienst Zeeschelde Antwerpen was de
verwijdering van de bomen
noodzakelijk. Een voorafgaand maandenlang
studiewerk was formeel. Een
mogelijkheid was om een gans nieuwe dijk achter de
bestaande oude dijk te leggen en de
bomen te laten staan, maar de bomen
stonden hooguit 2 meter van elkaar
met een waaier van takken.
En indien er ooit nog iets zou
gebeuren of er dienden onderhoudswerken
uitgevoerd te worden, dan was het
voor de aannemer een onmogelijke opdracht
om zijn materieel op de kruin van
de dijk te krijgen.
Fotos uit een ons onbekende krant
van 14 januari 1981 :
-Honderden
oude bomen die op de kruin van de Zennedijk stonden moesten gerooid worden.
-Eén
van de vele sluisjes in de dijken, veelal oorzaak van wateroverlast door
verstopping. Ook zij werden verwijderd.
-De
dijken te Leest : vroeger kon men er nauwelijks met een fiets oprijden. Nu is
de dijk op bepaalde plaatsen 8 meter breed en binnenkort krijgt hij een
asfaltbedekking.
-Een
kraanman vult de schanskorven met steenslag op de bouwwerf.
-Arbeiders
maken de schanskorven dicht, in afwachting dat een platboot ze ter bestemming
brengt.
1980 Eind november werd de Volksdansgroep Korneel gesticht.
De naam was afkomstig van de
parochieheilige St.-Cornelius. Eigenlijk had Korneel zijn ontstaan te danken
aan een voetbalploeg en het folklorefestival te Mechelen. Tijdens dat
folklorefestival zorgde V.V. Leest steeds voor de herberging in Leest van een
buitenlandse groep, en zo ontstond de idee om met een eigen Leestse groep te
starten.
In september 1980 nam Gust Emmeregs
contact op met Mon De Clopper van V.V.K.B in Antwerpen en weldra verscheen in
het parochieblad een uitnodiging voor alle belangstellenden om een vergadering
bij te wonen in het chalet van V.V. Leest.
Enkele weken later werd de Leestse
Volksdansgroep opgericht, onder de voorlopige leiding van de Mechelaar Jos
Meel.
Via de media werd gesoliceerd naar
belangstellenden en de eerste repetitie vond plaats in de parochiezaal van
Leest op vrijdag 28 november.
Vrij snel werd Jos Meel opgevolgd door
Leonie De Laet-Windelen als voorzitter-groepsleider en Elvire Claes als
verantwoordelijke dans. Gust Emmeregs werd secretaris en de overigebestuursleden waren Maria De
Hertogh, Frieda Diddens, Bertha Smulders, Emilie Verbruggen en Lena Vervloet.
V.V.Leest nam het eerste jaar de
lidgelden (jaar 1981) alsmede de huur van zaal voor haar rekening. Als
tegenprestatie verleende de volksdansgroep haar medewerking aan de
Leestse Volksfeesten 1981.
Een tijdje later werd de voorlopige naam
Leestse Volksdansgroep vervangen door Korneel, een vondst van de familie
Soors.
Hun eerste officiële optreden vond
plaats op vrijdag 29 mei 1981 tijdens de 11de Leestse Volksfeesten
en op 4 december 1981 werd een groot pannenkoekenfeest gegeven ter gelegenheid
van het éénjarig bestaan en het feit dat de vereniging honderd leden telde.
Elke vrijdagavond werd er geoefend en
beginners kregen extra bijlessen.
Er werd een eigen orkest opgericht
bestaande uit 15 leden en de jongste muzikanten hielden wekelijks een
oefenstonde onder leiding van Jan Casteels.
De kinderen tot 10-11 jaar werden
opgesplitst in twee groepen, dat was eveneens het geval voor de grootste groep
: de jeugd.
Daarnaast vormden ook de volwassenen een
eigen groep, zij kregen dansles van Elvire Soors-Claes. De kinderen kregen les
van dansleider Jos, van Martel, Kathleen en Christel.
Elk jaar met Posse Leest en met de
Guldensporenviering was de dansgroep present.
Soms met een extraatje zoals in 1982
toen ze verse zeevis op grootmoeders wijze, gebakken door de vissers van
Knokke Heist, serveerden.
Onderwijl werd er gedanst door hun
verschillende groepen.
Datzelfde jaar werd er ook al opgetreden
in Middelkerke en in het Mechelse Tivolipark ter gelegenheid van de inhuldiging
van het monument van Louis Neefs.
De optredens volgden elkaar snel op. De
Korneel-jongeren trokken naar de jeugddag in Schoten, dansten in de Hanswijkprocessie,
namen deel aan de Leestse Volksfeesten, luisterden te Weerde het schoolfeest op
met dans en kantklossen.
De volksdansgroep zorgde er in 1983 voor
dat een Nieuw-Zeelandse groep Maoris onderdak vond bij Leestse gezinnen.
Op Paasmaandag 1984 trad de dansgroep
voor de eerste maal op in haar nieuweklederdracht : groenbeige broek en zwarte vest.
Eén van de hoogtepunten was de
jaarlijkse deelname aan de Europeade. In 1983 ging deze door te Wenen en daar
werd al zingend en dansend door een 15-tal leden verbroederd met de volkeren
van gans Europa.
In 1984 was Rennes aan de beurt. De
Europeade 1985 vond plaats in Turijn. Korneel was vertegenwoordigd met 36
leden.
In 1986 vertegenwoordige Korneel de
Mechelse regio en Vlaanderen samen metgroepen uit Antwerpen en Pulle
tijdens de XXIIIe Europeade voor Volkscultuur in Fugueira da Foz Portugal. Datzelfde
jaar sloot Korneel opnieuw aan bij een oude traditie : pannenkoekenbak op
Lichtmis. Voor een luttele 60 fr konden de Leestenaars in de parochiezaal
genieten van een kopje koffie en lekkere pannenkoeken onder het motto : Op
lichtmis is geen vrouwken zo arm, of het maakt de koekepanne warm.
Andere vermeldenswaardige hoogtepunten
waren de deelname aan de Mechelse dagen in Middelkerke (verschillende
malen in de jaren 80), optreden t.g.v. de
Koningsfeesten (1991), deelname aan de
demonstratiedag van de Vlaamse Volkskunst Gemeenschap, federatie waartoe
Korneel behoorde (1996 in Westerlo, 1997 in Dadizele, 1998 in de Antwerpse
Zoo).
De Volksdansgroep engageerde zich ook
voor het goede doel. In 1984 deden ze met de Leestse Chiro een huis aan huis
omhaling voor Polen.
Voor Afrika werd meegewerkt aan de
Operatie Overleven.
In 1985 werd het 5-jarig bestaan gevierd
met kinderanimatie en een lustrumbal.
Bij die gelegenheid reikte nationaal
VVKB-voorzitter Mon De Clopper goudenerepenningen uit aan initiatiefnemer-stichter Gust Emmeregs, aan Leonie
De Laet, toen reeds 5 jaar voorzitster; aan Elvire Soors-Claes dansleidster,
aan Emilia Smets (verantwoordelijke voor muziek en secretariaat) en aan de
kassierster van de vereniging Bertha Verbruggen. Korneel telde toen zon 130
leden.
In 1990 werd n.a.v. het tienjarig
bestaan een mini-folklorefestival georganiseerd en vijf jaar later een
volksbal.
Het hele jaar 2000 vierde Korneel feest
om de 20ste verjaardag te vieren. Dat jubileum begon met het
optreden voor Posse Leest op zondag 23 april, waarvoor een gastgroep werd
uitgenodigd : Batkivska Nyva uit Kiev (Oekraïne), waarmee de leden s avonds
verbroederden. Op hetzelfde moment liep er in zaal Ter Coose te Leest ook een
overzichtstentoonstelling van 20 jaar Korneel.
In september ging de ganse groep op
week-end en werd het startschot gegeven voorde slotmanifestatie van dat jubileumjaar, het totaalspektakel
Herinneringen uit het dagboek van een matroos. Tijdens het weekend van 18 en
19 november werd dit geheel van dans, zang en toneel tweemaal uitgevoerd,
telkens voor een uitverkochte zaal.
Een video-opname van dit gebeuren werd
voor 7,5 euro te koop aangeboden.
Binnen Korneel vormden de dansers de
grootste groep. Ze waren onderverdeeld in vijf leeftijdscategorieën, die
wekelijks samenkwamen (uitgenomen schoolvacanties) :
Korneeltjes I (1e-3e
Leerjaar), Korneeltjes II (4de-6de leeerjaa), Kornuiten (12
tot 18 jaar), Korneel I (18-35 jaar) en Korneel II (+35 jaar).
In 2003 sloop de vendelmicrobe in de
aders van enkele dansers en werd een oude traditie terug opgenomen.
In 2003 zag het bestuur van de
volksdansgroep er als volgt uit :
Voorzitster : Leonie Windelen.
Secretaris : An Smets. Financiën : Hilde
Smets.
Overige bestuursleden : An De Rooster,
Emilia Verbruggen, Griet Soors, Melissa Duran, Sandra Cammaerts, Tine Reyntiens
en Veerle Soors.
Dansleiding
Kinderleiding : An De Rooster, An Smets,
Griet Soors en Tom Van Houcke.
Thans is de dansgroep onderverdeeld in
twee leeftijdscategorieën die wekelijks, behalve tijdens schoolvacanties,samenkomen in de turnzaal van Basisschool De
Spiegel (Ten Moortele 2).
Jong Korneel (doelgroep 16-45 jaar) en
Korneel (doelgroep +40 jaar).
Algemeen Secretariaat Korneel Leest : Familie Smets, Kouter Leest.
1980 Zaterdag 15 en zondag 16 november
: Hobbytentoonstelling
In zaal St.-Cecilia, Dorpstraat,
organiseerde de S.V.V. afdeling Mechelen een eerste
hobbytentoonstelling waarvoor heel
wat belangstelling was.
De opening had plaats in
aanwezigheid van enkele Mechelse gemeenteraadsleden.
(zie foto)
1980 16 november : Rust Roest
bracht Mijnheer Pirroen.
De
Leestse toneelvereniging Rust Roest zette haar zestigste speeljaar in met de
opvoering van het schouwburgspel Mijnheer
Pirroen van Felix Timmermans
en Eduard Veterman.
Dit stuk is geen zelfstandig
toneelwerk, maar is gebaseerd op de roman Anne
Marie.Het boek dat ontstaan is naar aanleiding van
een oude foto en een lied
door een leurder of straatventer,
ontving bijval en afwijzende kritiek.
Het is een weemoedige roman waarin
zich een klein drama van verlangen en
ontgoochelingafspeelt in een provinciestadje uit
voorgaande eeuw.
Rust Roest brengt dit stuk ook op
zaterdag 22 november voor het voetlicht in de
parochiezaal om 20 uur in de
gemeente.
De medewerkers zijn Marcel
Verwerft, Jan Emmeregs, Luc Verschueren, Geert De
Laet, Werner De Nijn, Dirk De Smet,
Rita Boon, Imelda Van der Hasselt, Nicole
Van Gindertaelen, Renild Polfliet,
Toni Verbeeck en Guido Hellemans.
(L.D.N. in Het Laatste Nieuws van
20 november 1980)
In De Band van oktober werd het stuk als volgt aangekondigd
:
Ook
onze voorgangers hebben als zovele anderen- veel van Felix Timmermans en zijn
werk gehouden, want Rust Roest heeft reeds meerdere toneelwerken van de Lierse
Fé gespeeld.
In
de archieven zoekend vinden wij : En waar de ster bleef stille staan, werd 9
x opgevoerd, de eerste maal op 20 november 1927 bij Teughels, de negende maal
op 20 december 1959 in de Parochiezaal.
Leontientje
werd 3 x opgevoerd, de eerste maal op 25 maart 1962 in de Parochiezaal.
Het
toneelwerk dat Rust Roest nu in november gaat spelen is Mijnheer Pirroen,
naar de roman Anna Marie. Dit is dus het vierde toneelwerk van Felix
Timmermans dat wij gaan spelen.
Op
zondag 16 en zaterdag 22 november ek, telkens te 20 uur, spelen wij met liefde
en enthousiasme terug een werk van Timmermans : Mijnheer Pirroen een volks
spel in vier bedrijven. Wij zullen trachten de geest van zijn werk door te
geven tot grote vreugde van kijkers en werkers, want onszelf zullen wij er
allen in terugvinden.
En dezelfde periodiek in november 1980 :
Rust
Roest bracht ditmaal Felix Timmermans onder onze mensen. Grote kleinkunst ! Nog
steeds kunnen we van de Fé genieten. Een mengeling van het vroese, het vrome
en het amoureuze. Diep, soms tot het aangrijpende toe, maar steeds spiritueel.
Dat behoedt hem van alle smartlapperij en valse tragiek.
Een
verhaal van alledag : Mijnheer Pirroen, notaris en ouwe jonkman, pallietert
door het leven met zijn gezellen de Dolfijnen : enkele snob-artiesten die
leven van zangen en verzen, maar vooral van gloeiende wijn, vochtige zoenen en
een heerlijk festijn. Er is echter een maar : het eeuwige thema van de twee
koningskinderen die bij elkaar niet konden komen : Pirroen is verliefd, maar
daar komt niets van, want zijn Cesarinneke is van adel. Geen spek dus voor
zijn burgerlijke bek. Pirroen kan echter wachten , twintig jaren als het moet :
hij zal ze hebben en hij moet ze hebben. En zeker als hij is van zijn spel,
verwed hij er een soepeetje op, dat hij tenslotte zal verdienen. De spanning
stijgt tot als het gordijn valt.
Regie
en verbindingstekst : Guido Hellemans.
Acteurs
: Marcel Verwerft, Jan Emmeregs, Luc Verschueren, Geert De Laet, Werner De
Nijn, Dirk De Smet, Rita Boon, Imelda Van der Hasselt, Nicole Van Gindertaelen,
Renild Polfiet, Toni Verbeeck.
Gaven
verder hun medewerking : Nicole Gielis (voorzegster), Jean Albert (grime), Wim
Jacobs (sonorisatie), Hilda Silverans en Dirk De Smet (muzikale begeleiding),
Karel Mertens (geluidsband), Tony Baarendse (decorschildering), Marcel
Spoelders, Stefan Vloeberg, Fik Diddens en Tony Baarendse (decorbouw), Nicole
Van Stijvoort (kostuums) en Fik Diddens (belichting).
1980 25 november : Kinderarts Dhondt
praatte over psychologische moeilijkheden bij
kinderen, die zich uiten in
lichamelijke klachten. Ouders praatten na met de
leerkrachten.(Schoolkrant Vrije Kleuter- en Basisschool)
1980 26 november : Brief voor het
College van Burgemeester en Schepenen van Mechelen
Op
vraag van de K.V.G.-afdeling Zennevallei (Hombeek, Leest, Heffen) richt ik mij
tot U.
Onze
gehandicapten gaan ook geregeld naar één van onze gemeentehuizen om een bepaald
formulier of andere inlichtingen. Zoals men weet, zijn alle gemeentehuizen te
betreden langs trappen die zij in de meeste gevallen niet alleen kunnen opgaan.
Om
dit probleempje op te lossen doen zij volgende voorstellen :
-Het
plaatsen van een bereikbare bel aan bepaalde gemeentehuizen zou in vele
gevallen reeds een oplossing brengen, daar bedoelde mensen zo hun aanwezigheid
kunnen melden en dan is een helpende hand van een aanwezige beambte een voor de
hand liggende oplossing.
-Tevens
zou het aanbrengen van een degelijke trapleuning er heelwat toe bijdragen om
gemakkelijker de trappen te kunnen betreden voor gehandicapten en oudere
mensen.
Hopend
in de nabije toekomst een gunstig gevolg te mogen verkrijgen, verblijf ik
inmiddels
De
achterkant van de Vrije Kleuter- en Basisschool in 1979. De foto is genomen
vanuit de Scheerstraat (Ten Moortele).
1980 Vervolg november
Ook de Vrije Kleuter- en Basisschool uit de Dorpsstraat had een
eigen schoolkrantje.
Daarin vonden we volgende gegevens :
Bestuur
:
Schoolcomité
Kristuskoning.
Voorzitter
: Frans Lornoy, pastoor.
Leerkrachten
Kleuterschool
:
-Gerda
Rodet-Van Hoof (Putte)
-Amanda
Van Opstal-Verbergt (Hombeek)
-Fransin Franckx-Miroux
(Hombeek)
Basisschool :
-Lief
De Smet (Leest)
-Rosette
Serdongs-Verschueren (Mechelen)
-Mia
Van Sweevelt-De Wit (Mechelen)
-Paula
Verbruggen-Bradt schoolhoofd (Leest)
Onderhoudspersoneel :
-Hilda
Van den Bergh-Diddens (Leest)
Voor- en nabewaking :
-Dora
Coulier- Verwilghen (Leest)
Tien
goede redenen om Onze Kleuter- en Basisschool te kiezen
1.Een
katholieke opvoedingsgemeenschap.
2.Een
school waar alle kinderen zich thuis kunnen voelen.
3.
Iedereen kent iedereen.
4.Zowel
het lerend als het spelend kind komt aan zijn trekken.
5.
Een school die zich inspant voor de totale opvoeding van het kind.
6.Luchtige,
ruime lokalen.
7.Vernieuwde
sanitaire voorzieningen.
8.Twee
grote speelplaatsen.
9.Veel
bomen, veel gras en een grote zandbak.
10.Mogelijkheid
om in een goed uitgeruste turnzaal te turnen.
Onze
school
Wij
vinden onze school heel fijn, vooral omdat wij twee ruime speelplaatsen hebben
met bomen, bloemen, planten en gras.
In
de herfst mogen wij ook van de fruitbomen appels en peren plukken en opeten. Ze
zijn op onze speelplaats ook kerselaars komen planten, maar die zijn nog te
jong om kersen te dragen.
In
sommige scholen hebben ze het geluk niet van zon fijne speelplaats te hebben.
Volgend
jaar krijgen wij nieuwe borden. Zo kunnen wij nog beter leren.
Wij vinden het ook fijn dat wij in onze klas een eigen bibliotheek hebben, want
lezen is leerrijk en prettig.
Wij
denken ook dat als een kind iets misdoet, het niet direct moet gestraft worden,
iedereen doet wel eens iets fout.
Verder
is het heel plezant in onze school. Op schoolreis gaan, daar houden wij van.
Een leerlinge.
1980 Zondag 9 november : Chirofamiliefeest
1980
In samenhang met het nieuwe
jaarthema Zie je t al gebeuren, stelden twee
harlekijnen de stukjes voor. Ze
waren hun kleuren verloren en alle groepen
zetten hun beste beentje voor om ze
terug te bezorgen.
Sommige letterlijk met een dansje,
anderen met toneel.
Na de koffietafel gaf de pater een
diamontage over het voorbije bivak te Neerpelt
en stelde de hele chirofamilie zich
voor op het podium met een lied.
Na
weken voorbereiding van leden en leiding, konden we weer alle chiro-ouders
uitnodigen om ons jaarlijks chiro- en familiefeest mee te beleven. En inderdaad
er viel iets te beleven : in samenhang met ons nieuw jaarthema zie je t al
gebeuren, waren het 2 harlekijnen die de stukjes voorstelden. Ze waren hun kleurtjes
verloren en alle groepen moesten hun best doen om deze terug te winnen. De ene
groep deed het met een dansje : een cowboydans, sloefendans of zelfs een hele
evolutie van dansen. Anderen zochten het in toneel : van sprookjes en scetchen
tot zelfs thrillers.
De
aspi-jongens gingen eerder op de ernstige toer. Zij toonden de tegenstelling
aan van goed en slecht in de wereld.
Ook
de oud-leiding was van de partij met een belevenis uit hun chiroleven en de
mogelijke gevolgen hiervan, afgewisselt met reclamespots.
Na
een heerlijke koffietafel gaf de pater een diamontage van het voorbije bivak in
Neerpelt.
Na
dankbetuigingen aan het oudercomité en de pater, kwam de hele chirogroep vol
enthousiasme op het podium. Elke groep stelde zich voor met een liedje, om
daarna met de hele groep te besluiten met het jaarthemaliedje.
Vol
nieuwe inzet, chiromoed en geestdrift, kunnen we nu definitief beginnen aan ons
nieuw chirojaar met 106 chiromeisjes :
-Onze
jongsten de prutskes voelen zich al goed thuis bij hun vriendjes en hun
leidsters Chris De Smet, Veerle Van Assche en Els DeMaeyer. Naast de moeilijke
activiteiten die ze op school moeten presteren, kunnen ze zich hier amuseren
met eenvoudige spelletjes, kleine handwerkjes, dansjes en verhaaltjes.
-De
acht- en negenjarige speelklubbers kunnen zich goed uitleven in allerhande
spelen die Bea Lamberts en Ingrid Vets voor hen uitzoeken. De speelklub wil
voor vele kinderen een kans zijn om mee te komen spelen. Geen gesloten kliekje
dus, geen eilandje, maar een plaats waar iedereen welkom is.
-Lief
Lamberts, An Polfliet en Kris De Smet zorgen voor de activiteiten van de kwiks,
die zich nog kunnen inleven in een sprookjeswereld, maar ook al graag dingen
van de groteren doen.
-De
tippers die twaalf en dertien jaar zijn, vormen met hun 24 een hele bende.
Vraag dat maar aan Renild Segers, Krista De Prins en Mia Lamberts, die hun
handen vol hebben om telkens met een boeiend speld aan te komen.
-De
tiptiens die zelf boordevolideeën
zitten, kunnen best nog een steuntje gebruiken van Vera en Frie De Prins, om
deze te realiseren.
-De
aspis kunnen nog heel wat beleven binnen hun groep, maar moeten ook reeds
verantwoordelijkheid kunnen opnemen voor een afdeling, samen met Lus Van Roy
(tevens hoofdleidster), Rita De Maeyer (teven hulphoofdleidster) en Mie
Lefever.
Alhoewel
leden en leiding hun uiterste best doen, zouden we het niet kunnen redden
zonder de hulp van onze pater. Met zijn vele jaren ervaring kent hij al de
noden en hij zorgt er wel voor dat er niets aan onze aandacht ontsnapt.
Met al deze mensen willen we er samen een tof jaar van maken, want chiro is
temidden van deze soms ontmoedigende wereld, iets waar nog van alles te beleven
is : prinsheerlijke momenten, boeiende spelen, fantasie en creativiteit, iets
belangloos doen, genieten van het samenzijn, soms ook slechte momenten of
ruzies, maar waar je toch steeds het gevoel hebt, dat je er bijhoort en dat je
er iets kunt van maken samen met de anderen. En dit niet alleen in
chiroverband, maar ook thuis, op school, in de maatschappij en in de toekomst.
Dit is nog een lange weg, maar we willen stilaan onze dromen waarmaken. Zie
je t al gebeuren ?
1980 November : Uit de eerste
schoolkrant van de Stedelijke Lagere School :
Tip
aan de ouders
Ouders
en leerkrachten hebben eigenlijk dezelfde taak, nl. kinderen helpen bij hun
ontwikkeling tot volwassenen.
Helpen
betekent echter niet ALLES IN HUN PLAATS DOEN.
Maak
daarom nooit de huistaken van uw kinderen in hun plaats, zoek zelf nooit de
prentjes op die de meester heeft gevraagd. U bewijst de kinderen daar helemaal
geen dienst mee want ze leren er niets mee. De bedoeling van dat opzoekingswerk
is eigenlijk een ontdekkingstocht. Zo kunnen kinderen de gevonden documentatie
koppelen aan de geziene leerstof. Aldus kunnen de leerlingen talrijke verbanden
leggen wat het inzichtelijk leren fel bevordert.
DUS
: geef wel kleine aanwijziginen of zeg
dat je vermoedt dat bepaalde documentatie DAAR te vinden zal zijn. Ze worden
er alleen maar zelfstandiger door!
In hetzelfde nummer vonden we
volgende weetjes :
NIEUWS
UIT DE VIERDE KLAS Wist U dat :
-Steven
De Borger een ongelukkige val deed en hierbij de arm brak,
-deze
arm ondertussen al volledig hersteld is,
-wij
op de beplaasterde arm allemaal onze handtekening mochten plaatsen.
-Geert
Selleslagh voor de gezellige bewoners van ons aquarium zorgde (paling,
zonnebaars, karpertjes en voorn).
-Johan
Hellemans en Paul Muysoms prachtig winnaar werden van hun reeks in de prestatieloop
op S.C. Mechelen.
-Michel
Debroey onze visjes van de dood redde toen hij geneesmiddelen in het water
druppelde.
-Zes
van de zeventien leerlingen een fiets hebben die niet in orde is. De Mechelse
politie stelde dit vast bij haar controle.
-Tijdens
een voetbalwedstrijd met de schoolploeg trapte Werner Huys (5de
klas) een hoekschop rechtstreeks in doel. Vele spelers van K.V. Mechelen (en
ook van R.C. Mechelen) benijden hem nu om zijn fantastische traptechniek.
-Conny
De Schouwer is wel het enige meisje uit de hoogste klas maar ze laat zich toch
niet doen door de 28 jongens. Haar schriftjes zijn het best verzorgd en dat zal
elke jongen toch moeten toegeven. Misschien zal haar broer dat niet doen als
hij zijn schriften met die van haar vergelijkt.
-En
wat te denken van Luc Verschuren van de 6de klas. Hij is nu de
doelman van de schoolploeg en hij doet dat uitstekend. Ook is zijn schoolwerk
flink verbeterd tegenover vorig jaar. Komt dat door te voetballen ? Of komt dat
omdat hij vreest niet meer onder de lat te mogen staan als hij in de klas niet
meer zijn best doet ?
Ook de personeelssamenstelling van de
school :
Klastitularissen
1ste
klas : Monique De Winter (echtgenote Muyldermans)
2de
klas : Jan Teughels
3de
klas : Aloïs Hendrickx
4de
klas : Guido Slachmuylders
5de
en 6de klas : Stan Gobien. (tevens schoolhoofd)
Bijzondere
leermeesters & leermeesteressen
Katholieke
godsdienst : Frans Sablain en zuster Josée Booten
Zedenleer
: Rita Van den Eynde (echtgenote De Buck)
Taaklerares
: Denise Lauwers (echtgenote De Block)
Lichamelijke
opvoeding : Linda Van Quathem
Muziek
: Marleen Van Mossevelde (echtgenote Wellens)
Onderhoudspersoneel
Rosalie
Hermans (echtgenote Vloeberghen).
En in het Informatieblad Stedelijke
Scholen uit dezelfde periode :
LEEST
Scheerstraat 2 :
-Een
nieuw schoolgebouw, modern, sober en vol licht ! Alles werd voorzien :
wastafeltjes in de klaslokalen en in de gangen, een prachtig uitgeruste
gymzaal, hygiënische sanitaire installaties, een fietsenbergplaats, een keuken
en een eetzaal. Elke leerling heeft er zijn stoel en bank volgens
lichaamsgrootte.
-Geen
enkele leerling verliet vorig jaar de school voor t beëindigen van de 6de
klas. Dit betekent dat alle leerkrachten het vertrouwen genieten van de ouders.
-Dit
voortijdig verlaten van de school is ook niet nodig gezien de resultaten die de
oud-leerlingen behalen in de eerste klas van het secundair onderwijs !
Door
middel van bijkomende oefeningen (stencils) worden de leerlingen op het
secundair onderwijs voorbereid !
-In
de meeste scholen daalt het aantal leerlingen als gevolg van het dalend
geboortecijfer. In onze school kwam er vorig schooljaar een klastitularis bij !
-Er
is morgen- en avondbewaking !
-Koffiebedeling
!
-De
Stedelijke Lagere School van Leest is een sportieve school !
STEDELIJKE
LAGERE SCHOOL LEEST SPORTIEVE SCHOOL 1980
De
Sted. Lagere School van Leest werd uitgeroepen samen met een aantal andere
Vlaamse scholen tot Sportieve School 1980. Deze titel werd door het
B.L.O.S.O. toegekend aan die scholen die zich werkelijk inspannen voor de
bewegingsopvoeding van hun leerlingen.
De
leerlingen krijgen de mogelijkheid om aan sport te doen op de
woensdagnamiddagen.
De Sportclub kende zon groot succes dat de groep in tweeën moest gesplitst
worden.
Tijdens
het voorbije schooljaar werd er aan volgende competities meegedaan :
-Voetbaltornooi
Don Bosco Willebroek.
-Voetbaltornooien
van de fusiegemeenten.
-Schoolsportdag
op 9 mei 1980.
-Atletiekwedstrijd
in Aartselaar.
-Zwemwedstrijden
in Mechelen.
Op
al deze sportwedstrijden kregen onze leerlingen onderscheidingen en medailles.
Sommige wedstrijden werden gewonnen, zowel in ploegverband als individueel.
Op
school is er eveneens een uitrusting voor mini-voetbal, basketbal, handbal en
volleybal.
Tevens beschikken we over een moderne en prachtig uitgeruste gymzaal !
Naast
sport is er ook nog spel en gymnastiek, natuurlijk !!
Voor
onze school was 1980-1981 zoals op de affiche van het BLOSO staat : EEN GOED
SCHOOLJAAR IS EEN SCHOOLSPORTJAAR !!!
Ook
voor het schooljaar 1980-1981 zal dat zo zijn !!!
EEN
GEZONDE GEEST IN EEN GEZOND LICHAAM !
Het
P.M.S.-CENTRUM
De
stad beschikt over een eigen P.M.S.-Centrum met gespecialiseerd personeel om de
leerlingen te onderzoeken naar hun mogelijkheden en intelligentie.
Nu
het V.S.O. (Vernieuwd Secundair Onderwijs) in het Mechelse volledig werd
ingevoerd, komt de klemtoon van het onderzoek te liggen bij de leerlingen van
de eerste klassen.
Het
P.M.S.-Centrum geeft hulp bij het ganse opvoedingsproces en begeleidt de
leerlingen. De leerkrachten krijgen alle informatie hoe ze die bepaalde
leerling in de gunstigste zin kunnen opvoeden. Speciale aandacht gaat naar de
leerlingen van de aanpassingsklas. In de nabije toekomst zal het P.M.S.-Centrum
nog een grotere rol gaan spelen als meerdere scholen tot het V.L.O. (Vernieuwd
Lager Onderwijs) toetreden !
GELUKKIGE
KINDEREN die door deze dienst optimaal begeleid worden !
TEVREDEN
OUDERS die weten dat aan hun kinderen de maximale zorg wordt besteed !
De
Zeeklassen
Sinds
de fusie van de gemeenten gaan ook de leerlingen van de 3de graad
uit de stedelijke scholen van Heffen, Leest en Walem voor een periode van twee
weken naar zee. Het succes van deze zeeklassen overtreft elke keer alle
verwachtingen en zowel de leerlingen als de leerkrachten zijn opgetogen over
hun verblijf aan zee.
Elke
klas beschikt er over een afzonderlijk studielokaal en dat er flink gewerkt
wordt blijkt uit de oefeningen in de werkbundel Zeeklassen ! Tijdens de
leerzame wandelingen genieten de kinderen van het heilzame zeeklimaat en dan
blijft er nog tijd over om op het strand en in de duinen te stoeien. Met
autocars en tram wordt de ganse Belgische kust verkend. Sport en spel staan ook
elke dag op het programma.
GELUKKIGE KINDEREN die in dergelijke omstandigheden aan zee kunnen vertoeven !
TEVREDEN
OUDERS omdat ze weten dat hun kinderen in veilige handen zijn.
GEEN
ONOVERKOMELIJKE FINANCIELE INSPANNINGEN wegens de gunstige prijs.
1980 Zaterdag 11 oktober : Jaarlijks
Teerfeest KWB
Programma : 16u30
eucharistieviering in de parochiekerk gevolgd door feestmaal,
muziek en dans.
Op het menu : gebakken forel,
tomatenroomsoep, hoofdschotel met vlees en
groenten, dessert : fruit.
Prijs per persoon : 325 frank.
1980 13 oktober : De hele Vrije
Kleuter- en Basisschool van Leestging
op wandel
In het Mechelse Tivoli domein. (schoolkrant)
1980 15 oktober :Beste
Leestenaars,
Met
de feestvieringen van onze 100-jarige Stanne van 27 en 28 september is er
bewezen dat men in geval men samenwerkt en zich eensgezind achter eenzelfde
doel schaart, men iets groots kan verwezenlijken.
Gans
onze Leestse gemeenschap en omliggende gemeenten hebben genoten van de
prachtige stoet en dorpsviering waarvoor iedereen zijn uiterste best heeft
gedaan.
Alle verenigingen zonder uitzondering hebben in de perfectie gedaan wat van hun
werd gevraagd ; gans Leest mag fier zijn over deze geleverde prestaties.
De weermaker was ook van de partij en heeft er mee voor gezorgd dat duizenden
belangstellenden naar Leest zijn gekomen.
Laten
wij hopen dat Stanne nog verschillende jaren onder ons mag zijn en dat hij de
oudste inwoner van België wordt, dan doen wij opnieuw beroep op gans Leest om
er iets denderends van te maken.
Van de diareportage van de feestelijkheden worden er fotos gemaakt die ten
toon worden gelegd bij Apers (brug Leest) en waarvan iedereen aan een zeer
voordelige prijs fotos kan laten bijmaken zoveel men maar wenst.
Ik
stel het op prijs, als voorzitter van het feestcomité, in naam van Stanne, zijn
familie, de geburen, het feestcomité en al de verenigingen, iedereen te danken
die er heeft toe bijgedragen om van deze viering een feit te maken waar nog
lang zal over gesproken worden en dat als UNIEK de geschiedenis zal ingaan.
Beste
groeten namens het feestcomité Louis Vloebergh (voorzitter)
(De Band, oktober 1980)
1980 Van vrijdag 17 oktober tot zondag
26 oktober : Tentoonstelling Voetspoor
In de Raiffeisenkas, Dorpsplaats te
Leest stelden Tony Baarendse, Georges
Herregods, Karel Soors en Friede
Willems van de Leestse kunstkring Voetspoor
tentoon.
Bijgevoegd onderaan : werk van Tony
Baarendse.
1980 Zaterdag 25 oktober : Film- en
Diavoorstelling
Om 14u30 werd voor de tweede maal
de film- en diareeks vertoond van de viering
honderd jaar Stanne Van den Broeck.
Dit ging door in het parochiehuis.
(Parochieblad 23/10/80)
1980 27 oktober : Gemeenteraad
Mechelen nieuwe straatnamen.
Door de Mechelse gemeenteraad werd het
voorstel van het schepencollege omNieuwe straatnamen te geven in de
fusiegemeenten Leest, Muizen en Walem goedgekeurd.
Te Leest, verkaveling De Maal werden
voor vijf nieuwe wegen namen van vogelsaangewend, aangezien de Vinkstraat
grenst aan deze verkaveling en tevens om in denaamgeving de eenvormigheid te
behouden. Vandaar volgende straatnamen :Hopstraat, Roekstraat, Keepstraat,
Gorzenstraat en Kolibriestraat.
(GvM,28/10/80)
In november deelde de Kon. Kommissie van
Advies voor Plaatsnaamgeving volgendbindend advies mee : de Mechelbaan wordt gewijzigd in Pastoor De
Heuckstraat, de Bist wordt gedeeltelijk gewijzigd in Witveld en gedeeltelijk in
Bistseveldenstraat.
(GvM,4/11/80)
Bijgevoegd :
-Kerk
en Pastorij (achterkant) : werk van Tony Baarendse.
1980 Van 3 tot 10 oktober : Speciale
Treinbedevaart naar Rome
Door Boerenbond, KVLV en KLJ werd een
speciale treinbedevaart naar Rome ingericht.
Nadruk werd gelegd op het
bedevaartkarakter met o.a. plechtigheden in de grote Romeinse basilieken, een
begeleid bezoek aan al wat de grootheid van Rome uitmaakt en natuurlijk ook het
Vaticaan.
Het hoogtepunt werd de audiëntie bij de Paus.
Inschrijvingen gebeurden op de pastorie van Leest. (folder)
1980 Zaterdag 4 oktober : Groot
Sport-Bal van S.K. Leest
Begin 21 uur, in de zaal
Sinte-Cecilia, Dorpsstraat 6 Leest met het orkest
1980 5 oktober : 8ste
Chiro-Vevoc Massajeugdcross
Dit jaar voor het eerst met enkele
nevenactiviteiten zoals op zaterdag een cross-instuif(TD) in de tenten op het
crossterrein. Deze fuif was een initiatief van de jongeren van Chiro en Vevoc
en niettegenstaande dat ze doorging in tenten en het tamelijk fris was, kende
ze een grote belangstelling.
De zonnige herstnamiddag zorgde voor een
talrijke opkomst zowel aan deelnemers als aan publieke interesse. Onder de
supporters ook eeuweling Stanne Van den Broeck die zich bekloeg dat hij niet
mocht deelnemen, daarbij alluderend op de affiches (bijgevoegd) waarop de
maximum leeftijd gelimiteerd was op 99 jaar De inrichters hebben hem dan buiten
reeks, uit handen van burgemeester Vanroy,een beker aangeboden van de minister van Nederlandse Cultuur De Backer.
Verdeeld over de 15 wedstrijden mochten
een 880-tal inschrijvingen genoteerdworden.
De eerste start werd om 14 uur gegeven,
de laatste reeks ging van start om 17u15.
De af te leggen afstanden schommelden
tussen 400 m voor de jongsten en 2800 m voor de seniores mannen en het parcours
was zeer selectief tussen de parochiezaal en de Zennedijk.
Voor de Chirogroepen werden weer
groepsklassementen opgesteld en er waren weer een massa prijzen bijeengegaard.
Ik
hou van wandelen, vertelde Stanne in
het feestnummer van De Band, En hoe
langer de wandeling hoe beter ik me voel. Wanneer ik met mijn dochter Maria aan
zee ben, maak ik nog wel es een wandeling van 7 km. En ik heb nog geen ene keer
gezegd als ik aan t wandelen ben, nu zou ik toch graag thuis willen zijn. Nu,
in Leest is t voor mij te gevaarlijk geworden om te wandelen, daarom blijf ik
daar maar liever in mijn tuin Ik heb het hier zo goed ; ge weet wel, ik heb al
47 jaar mn pensioen. Wa wel spijtig is da ik niet lang nemeer van dat pensioen
kan genieten. Ne goeie raad die ik wel kan geven om zolang te leven is : wandel
rond zo voel je je gezond. Ik ben 9 jaar achter elkaar te voet naar
Scherpenheuvel geweest. Onze Frans en onze Ivo zijn wel 50 keer meegeweest naar
Scherpenheuvel. Als ik in menne zetel zit dan voel ik de stijfigheid en doet
het soms overal pijn. Ik voel me pas goed als ik te been ben en zou dat zo nog
lang willen houden .
Mijn
ouders waren arme boerkes. Ze moesten van s morgens vroeg zwoegen en zweten
in en op de Leestse bodem om ons gezin he meest noodzakelijke te geven. Ik als
oudste van zeven moest natuurlijk van kleinsaf meehelpen. Eerst en vooral op de
kleintjes passen, zorgen voor tafel en op tijd het huis uitkuisen. Later zou ik
mee op t veld werken. Alles moest bij ons met de kruiwagen gebeuren. En de
wegen in dien tijd ! Altijd natte voeten eer da je aan kerk of school waart. In
de Koeistraat en Winkelstraat stonden maar enkele hoeven zoals het Hof van
Haelen en de Batushoeve en de huizen die er toen stonden waren nog opgetrokken
met stro en leem. Op het land wonnen we koren, vlas en Deinze patatten : rode,
blauwe en bleekblauwe patatten, die kostten toen 5 frank voor 100 kg.
In
die tijd moest het bemesten en bewerken van het veld met de handen gebeuren.
Eggen werden door vader of moeder en de hond getrokken. Ze hadden een klein
stukje land in huur of moesten bij de boer paardenarbeid doen. Bij het
uitkomen was er bijna geen werk. Ze gingen dan met de schup graven bij de rijke
boer om han pacht te betalen. Bij het afdoen van de oogst was de
vijfentwintigste hoop voor hen. Vanaf acht, negen jaar mosten de kinderen
helpen bij de oogst. Veel kinderen betekende meer armoe, maar meer hulp als ze
groot waren. Meer hulp betekende dan een dagwant bij om op te werken. Het was
de tijd dat als de boer afesloofd thuis kwam en zn broek op bed smeet, de
vrouw in verwachting was.
Ik
ging maar halven tijd naar school. Er waren in dien tijd maar 2 klassen. Van
menne schooltijd weet ik nie veel meer. Wel weet ik dat k bij meester Dumont
zat. We hadden veel respect voor de meester, maar nog meer schrik voor zn
koterhaak, want die moest niet alleen dienen om het vuur aan te wakkeren in de
stoof, maar ook om degene die niet horen wilde te doen voelen dat de meester de
baas was en dat hij het meende. Meester Dumont had ook kiekens en biekes.
Waneer de biekes aan t zwermen waren mochten wij op de speelplaats spelen naar
hartelust.
Toen
ik 12 jaar was deed ik mn plechtige communie. Vijf dagen later was t voorgoed
gedaan met de school. k Moest hard werken : mesten, kruiwagens trekken, enz.
Bij Sooike Leemans ging ik helpen bij het hooien en ook bij het binnenhalen van
de oogst. Dat was een harde maar een goeie tijd. De mensen hielpen mekaar en
waren vriendelijk voor elkaar. We hadden nog de tijd om de anderen te helpen
In
1900 werd ik opgeroepen om mijn militaire dienst te volbrengen 3e
Regiment de Ligne.
Le
12 juin 1900 incorperé comme milicien de 1900 privince dAnvers, 10e
Canton, commune de Leest, nr.61 du tirage. Die lottrekking gebeurde in
Willebroek. Om 9 uur werden we verwacht op t gemeentehuis, Jan Seymons, Jules
Selleslagh, ik en nog 6 anderen. De burgemeester van Leest, Bernaerts, was er
ook bij. Uit een mand moesten we een koker trekken en die koker moesten we
afgeven aan de Champetter. Die riep uw naam af. Ik was als laatste aan de beurt
: soixante et un, hoorde ik. Ik dacht t zijn drie woorden, ik ben er zeker
niet bij, ik heb er mij uitgetrokken. Maar toen klonk het éénenzestig en wist
ik dat ik er ingeloot was. Ik kreeg dan het nummer mee naar huis. Soms kon men
een remplacant vinden mits te betalen. De ouders van een soldaat trokken per
maand 10 frank, terwijl een soldaat zelf een soldij had van 15 centen. Ik moest
28 maanden dienstplicht kloppen, bij meestal Franstalige oversten.
Na
mijn dienstplicht moest ik gelijk de anderen elk jaar in revue. Dan moest ik
naar Hombeek. Op t gemeentehuis controleerden de gendarmen het uniform, het
livrei van de soldaten. Men sprak in die tijd van oorlog. We geloofden het niet
en we dachten t Is weeral es om ons bijeen te hebben.
In
1908 trouwde ik met Amelia Vleminckx. Haar ouderhuis stond in de Koeistraat
waar nu de Verbruggens wonen. In die tijd was da een staminee In de Kantien.
Ons Amelie werkte bij een zekere Cnops, een rijke boer die al zen velden kon
bezaaien. Het is die Cnops die met een karreke (sjees) ons naar de kerk bracht.
In t eerste huis bij de ouders van Amelie ging het feest door. In die tijd was
dat een beetje beter eten dan gewoonlijk. Je kunt dat niet vergelijken met nu.
Sinds 1834 was Mechelen het centrum van
de spoorweg geworden. En bij dit centrum hoorde de spil : een eerste grote
spoorwegwerkplaats Het Arsenaal. Het was een nieuwe werkgelegenheid die velen
interesseerden, onder hen Stanne en na zijn legerdienst trok hij in 1913 naar
dit Arsenaal. Hij begon er als lijnlegger. Bestond er in Mechelen iets als
spoorwegfierheid, in Leest werden de mannen die naar de stad gingen vies
bekenen en soms uitgelachen.
In 1919 was het spoorwegpersoneel zo uitgedund
door het sneuvelen van honderden leden en door een aanwervingsstop van vijf
jaar. Stanne kwam opnieuw in dienst op t Arsenaal. Eerst als maneuver in de
ijzergieterij, later slaagde hij in een examen als schilder.
Je
wet wel de wagens van de trein moesten geschilderd worden. Da was er genen dien
verf kon maken als ikke. Duizenden kilos verf heb ik gemaakt. Ge wet wel roeren
en roeren in een grote pot verf tot je het juiste mengsel hebt. In heel België
werden de wagons geschilderd met mijn verf.
Stanne en de 1ste
wereldoorlog
De
oorlog was voor ons een verrassing. Toen ik opgeroepen werd dacht ik : tis
maar veur veertien dagen, om weer es bijeen te zijn maar t was veur vier jaar
en half. Ik was van de voorlaatste klas die opgeroepen werd. Terwijl we tracés
aanlegden en pinnekensdraag opspanden tegen dat den Duits zou binnenkomen
vochten d anderen reeds te Namen aan t front. Toen Antwerpen gevallen was
moesten we weg. Tien dagen mars naar Frankrijk. Amaai mijn voeten toen we in
Ouderlich aankwamen ! Velen van ons hadden onderweg alles wat hinderde
weggesmeten, zelfs hun geweer. Dat was de aftrek en de soldaten waren meester
over zichzelf. Al wa we nog hadden moesten we afgeven in Frankrijk. De jonge
soldaten kregen onze uitrusting en moesten naar t front. Ik hem daar met
klompen gelopen en met windels rond men voeten. Ne jas van die en een broek van
een andere.
De
9de december 1914, na drie weken Frankrijk, stapten we naar t front
aan de IJzer. Da hem ik overal gezeten omdat ik bij de travailleurs was. We
moesten buiten t geschut van de vijand blijven, want we hadden geen wapens.
Dag en nacht werkten we aan de tracés : da was t herstellen van wegen en
nieuwe wegen trekken, bomkraters dichtgooien en bruggen leggen. Te Wulpen na
een bombardement werden de wegen zo zwaar beschaidgd dat den Engelsman niet
door kon. We moesten zo vlug mogelijk die putten vullen om de weg vrij te maken
voor de versterkingen. Terwijl schrapnels en obussen insloegen rondom ons
moesten wij voortwerken. Soms liep t bloed van mijn handen van mij altijd te
laten vallen. t Gebeurde dat we om 8 uur s avonds opgeroepen werden om 1 uur
waren we pas terplaatse om ons werk te doen. s Nachts verminderde het
oorlogsgeweld en s morgens kwamen de vliegers met hun mitrailleurs en maar
goed dat we onder een brug konden springen.
In
t begin hadden de Duitsers enkel verkenningsvliegtuigen, en ze observeerden
onze stellingen van hoog uit de lucht, maar in 1916 waren die toestellen al
echte jagers met bommen en mitrailleurs. En als we die zagen aankomen dachten
we : oei wa gaan we nu krijgen. Ik ben eens gewest dak twee camions lijken
moest lossen.
Wij
stonden voor alles in. Ne keer, ik weet niet meer waar t was, moesten we een
tracé door t land trekken, omdat t dorp kapot gebombardeerd was. Door een
stuk terf zweetten en zwoegden we aan de weg. Een obus sloeg 40 meter van ons
in. Op t nippertje aan de dood ontsnapt, want we kregen t zand in plaats van
t ijzer. We zaten in verschillende sectoren : Belgen, Engelsen, Amerikanen en Fransen,
elk in zijn eigen sector. Wa ik da allemaal gezien hem !En ge moogt weten, hoe meer sterren , hoe
erger ze waren. Wanneer we na 4 dagen en nachten werk afgelost werden moesten
we in repos (rust). Toen zag ik er Fiel Van Hoof en Jan Huys, soldaten van
Leest. De Jan sneuvelde op t leste van de oorlig en ligt begraven bij moeder
Lambik op t soldatenkerkhof.
Op
11 november 1918 werd er gezeid dat t wapenstilstand was. Toen zijn we uit de
compagnie geroepen en we moesten bijeen komen in Adinkerke.
Toen de Duitsers terugtrokken werden de
mannen van de Staat, waaronder Stanne, naar Adinkerke gestuurd. De soldaten
uit de bevrijdee gebieden mochten huiswaarts keren, behalve de
spoorwegarbeiders, zij moesten nog maanden, ook na de wapelstilstand, blijven
werken. De reden : het gesanctioneerde Duitsland diende locomotieven naar
Adinkerke over te brengen en als schilder in t Arsenaal bij de Spoorwegen werd
Stanne weerhouden om zijn werk ter plaatse verder te zetten, dit tot februari
t jaar nadien.
Twee dagen minder dan vier jaar en half
is hij van huis weggeweest.
Gegijzeld in de Tweede Wereldoorlog
In
mei 1940 bij het begin van de tweede grote oorlog was ik er bijna geweest.
Zatte Duitsers kwamen over de Kouter van Hombeek naar Leest. Onder het mom van
burgers hebben op ons geschoten namen ze gijzelaars terwijl ze in de lucht
schoten. Nieuwsgierig ging ik kijken wat er gebeurdeen werd met nog 51 anderen opgepakt en in de
school tegen de muur gezet. Onder hen pastoor Beuckelaers en meester De Leers.
Een Duits officier vroeg naar De Knip, dat nu Juniorslaan heet. We moesten
meegaan met twee soldaten die het geweer in aanslag hielden. De Duitsers
zochten een wei voor hun 12O paarden. Eerst gingen we naar de Wijk de Knip waar
de houten meulen gestaan had, die wei was te klein. Ze wisten da bij Piër Prins
een grote wei was en die was vlug goedgekeurd. Ondertussen moesten al de
gijzelaars tegen de muur staan tot wij terug waren. De Duitsers moesten nog
stro hebben voor 120 man te slapen te leggen. Bij Van Praet kregen we twee
botten in in t Seel was stro genoeg.
Stan
van Busschot kwam daar juist ook met een kar stro aangereden en alles werd
aangeslagen en toen mochten we naar huis. De anderen zijn tot s anderendaags
gegijzeld gebleven op gevaar van gefusilleerd te worden. Pastoor Beuckelaers
die vooraan stond zei nog tegen Victor Van Kolettes : komde gij maar voor mij staan Vic, maar
Victor zei : As t tege ga zijn we allemaal doeët meneer pastoer. En hij
bleef staan.
We
woonden in dien tijd al in de Scheerstraat. De Duitsers hadden in mennen hof
touwen gespannen van de ene perelaar naar de andere en daaraan hun paarden
vastgebonden. We bleven voor alle veiligheid maar binnen.
Fotos :
-Stanne
als soldaat in de oorlog van 1914-18.
-Met
dochter Marieke totaal onder de confetti tijdens zijn feestelijke tocht.
In september 81 en 82 werd er telkens
op zijn verjaardag gefeest maar de geplande viering voor zijn 103de
verjaardag werd door het buurtcomité van Leest afgelast omwille van de
gezondheidstoestand van Stanne.
104 zou hij niet worden, Stanne overleed
te Leest op 20 februari 1984 in de leeftijd van 103 jaar en 5 maand. Niet in
een onpersoonlijk ziekenhuisbed maar thuis, omringd door de goede zorgen van
zijn 72-jarige dochter Maria ons Marieke, die niet van zijn zijde week.
Tijdens de begrafenismis gewaagde
pastoor Lornoy niet te onrechte van een koninklijke begrafenis, want in een
afgeladen volle dorpskerk en in een zee van bloemen werd Stanne op zijn laatste
wandeling door familie, vrienden en de ganse Leestse bevolking begeleid naar
zijn laatste rustplaats.
In de herinnering van velen zal Stanne
blijven leven als een man met een gouden hart die tot op het laatst erg lucide
bleef en steeds klaar stond met een of andere kwinkslag.
In de eerste echte schoolkrant van
deStedelijke Lagere School uit de
Scheerstraat (november 1980) stond een gedicht van Frank Daelemans, een leerling
uit de 6de klas. Die krant werd persoonlijk door de jongen aan de
honderdjarige bezorgd, passend omdat Stanne zelf oud-leerling was van deze
school.
Stanne
is honderd jaar
en
nu loopt hij daar !
Hij is nog fit en gezond
en
maakt iedere dag zijn toertje rond !
De
belleman opent de stoet.
Die
kent Stanne goed !
Daar
komen de ruiters
met
daarachter een paar rare snuiters.
Hij
is geboren in 1880.
Dat
vond Stanne machtig.
Vervolgens
Dumont met zijn bende :
en
of Stanne die kende !
Toen
hij van school af was, moest hij werken.
Dat
hij dat niet graag deed, liet hij niet merken.
Toen
hij twintig was,
droeg
hij zijn beste das.
Hij moest gaan loten in Willebroek
maar
het lot zat niet in de goede hoek.
Toen
Stanne en Amelie elkaar ontmoetten,
kreeg
hij van zijn vader onder zijn voeten.
Toen de storm begon te luwen,
ging
Stanne met Amelie huwen.
Hij moest vechten aan de IJzer.
Toen
hij terugkwam, was hij heel wat wijzer.
Hij werkte dan in het Arsenaal;
de
stielen kende Stenne allemaal.
Die wereldoorlog twee
viel
voor Stanne niet mee.
Hij was een gijzelaar
en
dat vond hij heel erg naar.
Tijdens
zijn pensioen
had
hij niet veel te doen.
Wandelen
deed hij het meest
door
heel de gemeente Leest.
Tot besluit van deze stoet
rijdt
Stanne met de auto, maar zonder hoed.
Zijn
familie rijdt met de trein :
dat
vinden ze allen fijn.
Jullie
zullen zien
Stanne wordt HONDERD TIEN !
DE FEESTSTOET
I.Opening
Heden vieren
we feest Stanne wordt 100 jaar in Leest.
Belleman
Ruiters
Gij allen die
mij hoort blijft staan en gaat niet voort.
Hier wordt vertoond een zeer getrouwe in een stoet die u niet zal berouwen
Het
honderdjarige leven van Stanne dat heel wat beduidt in ons Leestse bestaan.
Hoort en ziet
dus t al met goede moed tot stichting en voorbeeld hoe het moet.
II.Geboorte
1880
De ooievaar
had het bekeken, Stanne werd geboren zonder gebreken.
III.Jeugd
De meester
was zeer streng, op straat noemden wij hem een kreng.
IV.Plechtige
Communie 1892
Toetreding
tot de Heer onze God, zijt dus goed en volgt Zijn gebod.
V.Werk na
school
Arm en gezond
en in de beurs geen pond.
VI.De
Loteling 1900
Nr. 61 werd
er ingelot, Stanne was soldaat begot.
VII.
Huwelijk 1908
In de
Kantien, mocht Stanne er bij zn Amelieke in.
VIII.Eerste
Wereldoorlog 1914
Stanne werd
heel wat wijzer, tussen de bommen aan den IJzer.
IX.
Beroepsleven
In het
Arsenaal met heel wat alaam, werkte hij voor vrouw en kinderen te saam.
X. Hobby
Een pintje
drinken en wat kaarten en de vogeltjes wat zout op hun staarten.
XI. Tweede
Wereldoorlog 1940
Stanne was er
weer bij, als gijzelaar in de rij.
XII.
Pensioen
Stanne al 47
jaar op pensioen, een hele toer om t na te doen.
XIII. Slot
Het verhaal
van Stanne zijn leven, door het Leestse verenigingsleven.
Het hart
blijft jong en wordt niet oud, wanneer t zich fris en open houdt,
Om wat
menselijk is te voelen, te voelen wat een kind verblijdt.
Werkten mee aan de feeststoet :
Boerenfront, B.S.P., Chiro-jongens en
meisjes, C.V.P., Davidsfonds, De Band, Geburen van Stanne, Gepensioneerden,
K.L.J., K.V.G., K.V.L.V., K.W.B., Landelijke Gilde, Koninklijke Fanfare
St.-Cecilia, Leefmilieu Leest, Oudstrijders, Gemeentelijke Lagere School, Vrije
Lagere School, Toneelkring Rust Roest, Ruiters, S.K. Leest, Kunstkring Voetspoor,
Vevoc en V.V. Leest voor Leest. Buiten Leest : Harmonie Arsenaal.
Grime : Albert Jean.
Kostuumadvies : Milou Van Stijvoort.
Ontwerp en realisatie : Karel Soors en
Guido Hellemans.