Inhoud blog
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Kronieken van Leest
    bij Mechelen
    09-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 2 mei : Overlijden van Piet Van Aken

                Op 2 mei 1984 overleed te Antwerpen, aan de gevolgen van een hersenbloeding,

                de Vlaamse schrijver Piet Van Aken.

                Hij werd onder zeer ruime belangstelling op maandag 7 mei op het kerkhof van

                Terhagen ten grave gedragen, dit overeenkomstig de laatste wil van de

                overledene.

                Piet Van Aken was immers geboren in Terhagen op 15 februari 1920 en hij was

                met die streek als schrijver zodanig verbonden dat men hem betittelde als de

                “schrijver van de Rupelstreek”.

                Naast de vele honderden mensen die hem jarenlang in Terhagen en ook in Leest

                hadden gekend, waren er delegaties van de SP en het ABVV, waar hij tot zijn

                dood werkte als redactiesecretaris van het vakbondsblad “De Werker”.

                De afscheidstoespraak werd gehouden door dhr Derieuw namens de in laatste

                instantie verontschuldigde secretaris-generaal André Van den Broecke.

                De spreker belichtte vooral de mens en de schrijver Van Aken.

                Onder de personaliteiten uit de literaire wereld viel een diep  bedroefde Hubert

                Lampo op, die zijn vriend een laatste groet kwam brengen.

                Ook Julien Weverbergh, directeur van de uitgeverij Manteau was aanwezig met

                een delegatie van het personeel.

                Terwijl de urne met de as werd bijgezet in het columbarium, schoven de mensen

                minutenlang voorbij.

                In zijn realistische romans en novellen had Piet Van Aken de sociale

                onrechtvaardigheid  aan de kaak gesteld : “De duivel vaart in ons” (1946),

                “Klinkaart” (1954), “Slapende Honden” (1965), “De Blinde Spiegel” (1981).

                In 1966 ontving hij de driejaarlijkse Staatsprijs voor Verhalend Proza.

                Op het einde van zijn leven woonde Piet Van Aken in de Winkelstraat te Leest.

                Het was daar dat hij vriendschap sloot met Fons Hellemans van de gelijknamige

                bakkerij. Fons leverde er alle dagen brood, vandaar.

                De auteur droeg “in memoriam” zijn boek “Dood getij” (1979) op aan zijn

                verongelukte vriend en de weduwe van Fons, Amelie Portael, kreeg van de auteur

                volgend eigenhandig neergeschreven briefje van troost : “Geachte familie, wie ook

                ons  lot moge bestieren,  het kent al te vaak een merkwaardig verloop :  mensen als

                Alfons zouden niet zo ontijdig van ons mogen worden weggerukt.

                Hij behoorde tot de zeldzamen die hun goedheid niet berekend uitstallen

                maar ze dag aan dag onbewust uitdragen, als een onvervreemdbaar deel van

                zichzelf.

                Ik ben er nog steeds trots op dat hij me toegestaan heeft deze weinige jaren tot

                zijn goede vrienden te mogen behoren.

                         Piet Van Aken.”

     

                In “De Band” van juni 1984 publiceerde de broer van Fons Hellemans, Guido,

                een In Memoriam :

                Piet Van Aken werd geplant. Piet Van Aken werd geveld.

                In Terhagen geboren groeide hij er op als zoon van een werkmansgezin.

                Vroeg was hij dus vertrouwd met de sociale nood der misdeelden. Dit heeft op hem

                een stempel geslagen voor een heel leven.

                Piet Van Aken was, om het in zijn taal te zeggen “recht voor zijn raap”.

                Dit leverde hem misschien meer vijanden op dan nalopers.

                Maar die laatste wenste hij niet. In zijn boeken zien we een sociale bewogenheid.

                Piet Van Aken gebruikte geen franjes. Zijn stijl is hoekig zoals hijzelf.

                In een vraaggesprek met Maria Rosseels destijds zei hij : “als ik voor de telefoon

                sta word ik stom als een vis”. Hij had moeite om vlot met de mensen op te schieten.

                Er bleef iets wantrouwigs in hem voor “vreemden”.

                In “Aganda van een heidens lezer” (1967) (volgens mij een sleutelboek), schrijft hij,

                alle geuniformeerden te misprijzen. Dit steunt wellicht op een persoonlijke tragische

                ervaring. Hij vond moeilijk de vlotte toonaard en miste soepelheid.

                De enkele keren dat ik met hem gesproken heb ervaarde ik steeds iets ongedurigs

                in zijn wezen. Het was alsof er schimmen konden opduiken. Dit verklaart misschien

                zijn mytische aanleg, wat aan sommige van zijn boeken als bv. “De Goddemaers”

                (1983) een aangrijpend karakter meegeeft.

                In zijn korrespondentie daarentegen was hij des te hartelijker. Zijn vriendschap

                gaf hij ongevraagd, zonder wedervraag. Zo bv. aan mijn broer Fons aan wij hij

                “in memoriam” zijn boek “Dood getij” (1979) opdroeg, en die hij in de bakkerij

                ooit hielp. Ook schonk hij belangloos boeken weg aan wie zijn vertrouwen had.

                Piet Van Aken woonde een vijftiental jaren te Leest, waar hij vier boeken

                (Dood getij, De hoogtewerkers, De blinde spiegel en De Goddemaers) schreef.

                Hij deed dit in stilte en oprecht. Want dit wil ik maar zeggen : “een man was hij

                van top tot teen. Geen flierefluiter of flauwerik, maar een knoestige kerel uit een

                stuk, met een klokhuis waar aan te pakken was.”

                Leest werd door zijn kunst niet opgeschrikt.

                Hij heeft er geleefd aan de zelfkant van zijn bestaan, als belangrijkste artistieke

                figuur hier ooit vertoefd.

                Hij sprak en schreef zoals hij gebekt was “niet alleen de merel heeft het recht te

                zingen” zei hij.

                Toegevingen aan literaire mode of succes deed hij niet, nooit.

                “Groter” auteurs dan hij deden dit wel.

                Dit siert hem. Vandaar zijn beperkte populariteit. Nochtans kent iedereen een aantal

                boeken van hem met “Klinkaart” als uitschieter.

                Zijn evocatief vermogen getuigt in een aantal van zijn boeken van een magische

                kracht. Zijn vakmanschap om een roman op te bouwen is groot.

                Piet Van Aken is gestorven, zijn lichaam zal vergaan, zijn eerlijk mens-zijn werkt

                bewondering, zijn authentiek schrijversschap is onuitwisbaar in ons literair bestek.

                Zijn taalmedium was in volmaakte harmonie met zijn diepste zijn.

                Ik ben blij hem een beetje gekend te hebben.

     

    -Piet Van Aken

    -Het briefje dat de auteur schreef naar Amelie Portael, de weduwe van zijn vriend bakker Fons Hellemans.

    -Zijn woning in de Winkelstraat (2013) waar hij een vijftiental jaar verbleef.

     







    09-08-2013 om 08:06 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – Meinummer ‘De Band’ : Mensen van hier, ver weg.

    “Regelmatig heb je in De Band brieven kunnen lezen van onze missionarissen in Zaïre en Chili. Nu brengt De Band u het verhaal van een Leestenaar die omwille van zijn werk, zijn job, meer dan 3 maand in Tunesië  verbleef.

    Frans SCHAERLAECKENS  is lasser bij Acomal. In opdracht voor Samic, is hij ketel en droogoven gaan oprichten in een steenbakkerij in Beja, 110 km ten zuiden van Tunis. Drie maal was hij weg voor een maand en laatst nog met Pasen was hij er weer om een dringende herstelling uit te voeren.

    Wij gaan hem opzoeken in zijn huis in de Juniorslaan, naast de Stenen Beek. Samen met vrouw, dochter en schoonzoon zit hij te kaarten. De kaarten worden neergelegd, naast elke speler ligt een hoopje frankskens. In de hoek, in een loopren, staat de kleindochter met grote ogen alles aan te staren. De TV staat af. Het huiselijk geluk straalt zo uit het tafereel.

    -Frans, wat heb je ginder eigenlijk moeten doen ?

    -Wel, mijn belangrijkste werk was het lassen van de buisleidingen, het monteren van een stoomgenerator en een thermische olieketel. De stoom was er nodig om de klei te drogen vooraleer de stenen gevormd worden en de hete olie moest de stenen in de droogoven bakken. Mijn kameraad, een jongen van Heist-op-den-Berg, zorgde voor al de elektrische aansluitingen, al de rest t.t.z. buizen, tremies, charpente, enz. was voor mij.

    -En moet ge dat werk dan alleen doen ?

    -Neen, ik had 4 helpers van ginder. Goeie, brave mannen, maar ge moet hen alles zelf leren. Zo had ik altijd 2 meters bij. Ene voor mij en ene voor mijn helpers : als ze een stuk buis moesten halen, dan duidde ik op die tweede meter aan hoeveel centimeters dik die moest zijn, de lengte ging ik dan ook altijd zelf kontroleren, afzagen deden zij wel zelf maar meestal scheef. Maar ja, die jongens hadden nooit school gelopen. In hun jeugd hadden ze wat op de schapen gelet of rondgelopen in de velden met zonnebloemen om met roepen en met slingers er de vogels te verjagen. Maar goeie kerels zijn het, vriendschap dat ge er van krijgt, dan kan ik niet vertellen. Terwijl ik aan ’t werken was kwamen ze voorzichtig mijn zweet afkuisen. Wanneer ik voor de tweede keer terugging, kwam er ene echt rond mijne hals gevlogen en hij kuste mij. Dat kunt ge u hier niet voorstellen dat er ene hier in de fabriek u zo ontvangt.

    En eerlijk, ja echt eerlijk zijn ze : ge kon gerust al uw gerief laten liggen, ook uwe portefeuille, nooit zou er iets weg zijn. Ik had er ene een klein stukje potlood meegegeven om iets af te meten. ’s Anderendaags stond hij mij op te wachten en met veel gestes verontschuldigde hij zich dat hij vergeten was me de avond voordien het potloodje terug te geven.

    -En toch hebben de mensen het ginder niet breed !

    -Armoede, ge moet het gezien hebben. In de steenfabriek, wanneer ze werkt zijn er een 50-tal arbeiders. Die verdienen een halve dinar, dit is ongeveer35 fr. per uur. Als er tenminste geld is. Nu was er geen geld, en de mensen waren al in geen 5 maand betaald.

    -En toch komen ze werken ?

    -Ja, want zij hebben vertrouwen. Als er terug geld is werden ze echt wel betaald. De fabriek is eigendom van een dokter die in de stad Beja woont, maar die wel dikwijls komt zien. Ook de zoon van Boerguiba, de president, heeft iets met de fabriek te maken. Maar wat kunnen de mensen doen : dop, ziekteverzekering, pensioen bestaan er allemaal niet. Ge moet werken wil je iets hebben. Nu werken is ook een groot woord : als ze geen goesting hebben gaan ze ook niet werken en niemand zegt er iets van. Met een man of 20 van hier kunt ge dat fabriek wel doen draaien, ginder hebben ze er 50 nodig. En ge moet ze zien toekomen. De fabriek ligt op een 5 km van het stadje Boja (20.000 inwoners). Voor de autobus hebben ze geen geld, ze komen met de ezel. De ezel is het persoonlijk vervoermiddel zoals onze velo of auto. Ge moet die ezels dan allemaal zien staan, gebonden met een koord van hun poot naar hun hals zodat ze nog van het magere gras kunnen eten, maar niet ver kunnen gaan lopen.

    ’s Middags maken ze hun eten zelf klaar : wat macaroni met tomatensaus in een vuile pot, vuur eronder van wat afval-hout en met drie, vier man eten ze uit dezelfde pot. Zo maken ze ook thee : ze riepen me dikwijls om eens te komen proeven van hun thee, maar ik was er niet scheutig op, proper is anders. Hun huizen zijn gebouwd met zandsteen en leem, in de vorm van een hut, best te vergelijken met de hooihoopers die vroeger hier op de velden stonden.

    Ik ben er nooit binnen geraakt, ik heb het wel dikwijls gevraagd maar nooit lieten ze me er binnen, waarom dat weet ik niet, maar het zal er wel een en ander binnen geweest zijn.

    -En hoe leven die mensen ginder ?

    -De mannen die doen niets, echt niets : die zitten daar urenlang te zitten, in de schaduw van een boom en sommigen zijn nog te lui zich te verzetten als ze in de zon komen te zitten.

    De vrouwen dat zijn de slaven. Ik heb er gezien die van ’s morgens tot ’s avonds in temperaturen van 35 tot 40 graden staan te hakken op het veld in een rij van 20-30 vrouwen. Urenlang staan ze gebukt. Anderzijds ziet gij ze de bergen intrekken om water te halen : op de rug een jerrycan en op de borst een klein kind gebonden. Want water is er het probleem : ik heb een vrouw water zien scheppen met een klein potje uit een plas. Maar als ze niet aan het werken zijn ziet ge daar geen vrouwen buiten. Trouwens, ze dragen nog allemaal de sluier. Enkele keren zijn wij op zondag naar het strand geweest, 70 km ver, de enige vrouw die daar te zien was, was een Duitse.”

    In het nummer van juli/augustus verscheen het vervolg :  

    -En van wat leven die mensen daar ?

    -Ja, daar is daar wel landbouw. Maar de grond is moeilijk te bewerken, hij zit vol rotsen en stenen. Hij wordt daarom ook niet omgeploegd, maar wel met schijven achter traktoren –allemaal merk Ferguson- opengesneden. Daarna komen de vrouwen dan met een hak de grond klein hakken. Ik heb gezien dat nu eind april al gerst geoogst werd. Dat was dan met een pikdorser van Claeys. Die liet nog 50 cm boven de grond staan om de rotsstenen te vermijden. Ook zijn er schapenboeren, hier en daar ziet men grote netten als grote tenten opengespannen, daar gaan tot wel 500 schapen onder schuilen tegen de grote hitte, want warm is het ginder : 37° met Pasen.

    -Frans, ge hebt nog niet veel verteld over u zelf. Hoe leeft ge ginder ?

    -Och, wij trekken goed ons plan. Wij, dat zijn mijn werkmakker en Gunther, een Duitser die bij Samic werkt, dus met drie wonen wij in een gewoon huis. Wij hebben elk een kamertje, slapen doe ik goed, in een short boven op het bed en met alle deuren en vensters open en een ventilator die als een molentje toch voor wat trok zorgt.

    Ons eten koken wij zelf, dat is eigenlijk het werk van Gunther. Wij kopen het eten op de markt zelf. Als mijn vrouw dat zou zien, ze zou in geen veertien dagen eten : zo vuil. Als ge een kieken koopt, dan leeft dat nog en ze doen het dood als ge er bijstaat. Een schaap hangt aan een boom : maag en ingewanden liggen ernaast, de kop hangt er nog aan en het vlees dat ge koopt snijden ze er zo af. Maar de appelsienen en de mandarines zijn er zo lekker; ik heb er verschillende kilo’s van meegebracht. Zo goed vind ge ze hier niet. Ook waren er ginder al volop nieuwe patatten.

    -En hoe werkt ge ginder ? Hoeveel uren doet ge ?

    -Ge zijt eigenlijk uzelf baas. Ik werkte alle dagen zo een 9 uur, ook op zaterdag. ’s Zondags dikwijls ook nog in de voormiddag. Ge moet dat zelf wat zien hoe uw werk te regelen. Op zondagnamiddag trokken wij er dan meestal op uit, de toerist spelen. Zo bezochten wij Kerouwa nog meer naar het zuiden, waar ze tapijten weven.

    ’s Avonds konden wij heel goed BRT3, de Wereldomroep ontvangen en dan brieven schrijven, u wassen en vroeg gaan slapen. Wij zijn ook eens uitgenodigd bij de bedrijfsleider thuis, die had er eigenlijk een feest voor ons van gemaakt : tomatensoep en cous-cous. Maar hoe ik ook wou, ik kon het allemaal niet binnenkrijgen : zo pikant, mijn keel brandde. Daar heb ik ook TV gezien : slechts 1 kanaal en niet anders dan over Bourgiba. Die man staat ook overal met zijn foto op alle pleinen en straten. Verleden jaar zijn er relletjes geweest omdat de broodprijs opsloeg. Dan zijn er veel doden gevallen. Ik was ginder toen niet. Wat ik wel gezien heb dat er in Tunis tanks met soldaten stonden op alle hoeken van de straten. Dat geeft maar een aardig gevoel. Maar verder zijt ge er veilig. Wel is er veel controle van de politie die uw auto tegenhouden. Maar die van Beja kende ons al goed en was zeer vriendelijk en iedere keer handen geven. De mensen zijn blij dat ge hen komt helpen, ge zijt ginder gaarne gezien.

    -Frans, wij horen dat ge ginder gaarne waart.

    -Ja, ik heb altijd gaarne montage gedaan. En ginder kunt ge bewijzen dat ge uw stiel kent. De mensen ginder appreciëren dat : ze noemen u ‘monsieur le spécialiste’ of ‘monsieur Francis’ want zo noemden ze mij. En ge moet ook wat met de mensen kunnen omgaan. Ik heb voor al mijn mannen zo een werkpetje met Samic meegedaan en blij dat ze waren. Ge moet hen ook begrijpen : neem nu de periode van de Ramadam, hunne vasten. Dan mogen ze niet eten of drinken gedurende de ganse dag, ’s avonds na zonsondergang eten ze dan en vieren feest tot stukken in de nacht. Ahwel, dan vroeg ik van mijn helpers wat te werken in de voormiddag, ’s namiddags mochten ze dan naar huis. Met 40° warmte zonder eten of drinken zoudt ge er toch niets van gedaan gekregen hebben.

    -En gaat ge nog terug ?

    -Ze zijn van de fabriek komen vragen om naar Algerië te gaan voor drie maanden. Dat is wel wat lang van huis weg. Wellicht kan dat gesplitst worden in korte periodes. En Algerië schijnt strenger te zijn dan Tuniesië. Of ik ga…

    Frans zegt niets meer. Hij kijkt eens naar zijn vrouw. Want dat hoort ook bij het op-montage-gaan in de vreemde. De man is weg, de vrouw blijft alleen thuis. Ook zij brengt haar offers. Zij is de sterkte van het thuisfront.”

     

    In 2013 bracht ik een bezoek aan Frans op een mooie zomernamiddag. Hij herinnert zich bovenstaand interview voor ‘De Band’ nog goed. Robert Verbruggen en Karel Duysburg hadden hem dat toen afgenomen. Mij interesseert vooral het vervolg.

    Frans werd te Blaasveld geboren op 16 juli 1932 en hij huwde met de Leestse Maria Van den Heuvel die hem twee kinderen schonk : Marie-Louise en Willy. Intussen zijn zij de fiere grootouders van An en Wendy.

    Frans en Maria wonen nog steeds aan de Stenen Beek op de Juniorslaan. In een mooi onderhouden huis met een fraaie tuin. Dat laatste is geen toeval. Frans heeft zijn hart en zijn ziel verpand aan zijn tuin en dat is te merken aan elk detail. Zijn buxussen zijn in de wonderlijkste vormen gesnoeid, zijn taxushaag is perfect gecoupeerd en alles in zijn voor- en achtertuin oogt fleurig en weldadig.

    Negenentwintig jaar geleden hadden mijn voorgangers twee edities van ‘De Band’ nodig om hun gesprek met Frans te publiceren. Niet verwonderlijk. Zo’n extraverte mens met het hart op de tong en op de juiste plaats. Intussen is hij 81 en nog steeds even lucide en zo kwiek als een vijftigjarige.

    “Ik ben op mijn 63ste met pensioen gegaan,” vertelt hij, “Acomal is failliet gegaan in ‘86, maar ik ben nog een jaar blijven werken voor de curators. In Algerië ben ik nooit geraakt maar wel in Ghana –zes weken-, in Nigeria, Libye en Frankrijk : Marseille en Arras. Naar deze laatste stad trok ik met mijn Diana Durkopp Scooter. Een 200 cc, maar daarvoor kreeg ik van mijn werkgever een autovergoeding. Met die Scooter ben ik aan het benzinestation van Battelbrug omvergereden en ik heb hem nadien verkocht en ben bij Garage Candries in Heffen een auto gaan kopen.”

    Het zwarte gat heeft hij nooit gekend. Na zijn oppensioenstelling begon hij tuinen  te onderhouden. Op een bepaald moment wel twaalf tegelijk. Een onvergetelijke klant was Luitenant-generaal Constant Weyns (°Deurne, 25/12/1916, +Bonheiden 25/11/2003) uit Muizen. Daar was hij kind aan huis. Die generaal was niet de eerste de beste. Gewezen chef van het Hoofdbestuur van het Ministerie van Landsverdediging, kabinetschef van de Minister van Landsverdediging, Groot Officier in de Kroonorde, in de Leopoldsorde, Officier in de Nationale Orde van de Verdienste (Frankrijk), Commandeur in de Orde van de Heilige Gregorius de Grote (Vaticaanstad)…

    “Hij woonde aan de Willendries in Muizen en had een kapelletje in zijne hof onder de spoorweg voorbij Planckendael. Elk jaar ging er een stoet uit van aan zijn villa tot aan het kapelletje op de laatste zaterdag van mei. Die stoet werd geëscorteerd door een fanfare uit Sint Lenaerts en nooit gedurende ruim 30 jaar heeft het die dag geregend, nooit…”

    Frans was een fan van V.V. Leest  en voetbalde zelf ook in zijn jeugd. Zo was hij met Acomal actief in het Handelsverbond en speelde toen o.a. tegen ploegen van Lamot en ‘t Arsenaal.

    Nadien speelde hij voor de wasserij van Blaasveld en bij Racing Willebroek tot het failissement.

    “Ik was nogal een harde,” bekent hij, “snel en fysiek sterk.”

    Bij Acomal was hij een uitmuntend lasser en een expert in het ‘Salomo-lassen’. Aluminium aaneensmeden, niet simpel en niet iedereen gegeven. Geen toeval dan ook dat hij voor zijn bedrijf zoveel buitenlandse missies heeft volbracht.

    Met zijn  gezondheid gaat het nu goed maar in 1998 kreeg hij een hartinfarct.

    “Eén derde van mijn hart is afgestorven. Regelmatig ga ik bij mijn dokter om een pikuur met vitamines om een tekort aan te vullen en van mijn hartspecialist kreeg ik een streng dieet voorgeschreven maar ik kan nog een hele dag werken.”  

    Dat is ook te merken aan zijn groententuin. Het aspergeveld ligt nu te rusten, maar de kolen, boontjes, prei, selder, aardappelen zijn bijna klaar om geoogst te worden en liggen er in hun  perceeltjes onberispelijk bij. De meeste vruchten zijn afkomstig van zaad dat hij zelf gekweekt heeft.

    Zijn vrouw Maria is er bijgekomen. Ook zij is een warme praatvaar.

    Tijdens ons afscheid vertelt zij nog een verhaal dat de punctualiteit van haar man, en ook haar goede inborst, illustreert : “Vorige week kwamen hier twee jongens van een jaar of twaalf met het verzoek om onze wagen te mogen wassen. Dat is een Renault Mègane van 12 jaar oud. Het was niet voor een goed doel vertelden ze, maar om wat extra zakgeld te verdienen. Ik weet hoe mijn man zijn auto soigneert en ik heb geweigerd, maar ik heb ze het geld zo meegegeven…”

           Marcel Van Hoof.

     

    -Frans Schaerlaeckens.

    -Frans mag terecht trots zijn op zijn wonderlijke tuin.

    -Ook in zijn achtertuin vind je merkwaardige buxussen.

    -Zijn moestuin ligt er in optima forma bij.

     

     











    03-08-2013 om 22:25 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Directrice Paula Bradt.

     

    1984 – Mei – ‘De Band’ : “Als een dorp geen school meer heeft, gaat het dorp kapot.”

     

    “Deze titel stond enkele weken geleden in ‘De Bond’, het blad van de Bond van Grote en Jonge gezinnen. Naar aanleiding van het komende schoolfeest van de Vrije Basisschool gingen wij eens praten met Paula Bradt, directrice van de school.

    -Een gewoon schoolfeest zoals elke school doen op het einde van het jaar om kinderen en ouders tevreden te stellen ?

    -Neen, zeker niet. Wij willen eigenlijk twee zaken bereiken : eerst en vooral willen wij beklemtonen dat onze school verbonden is met het dorp. Daarom zijn verschillende Leestse verenigingen nauw betrokken bij het feest : de KWB met een kaartavond, de volksdansgroep Korneel treedt op, ook de Fanfare St.-Cecilia geeft een uitvoering en er wordt zelfs een minivoetbaltornooi ingericht. Verder doen wij beroep op L.G., K.V.L.V., K.L.J., Chiro, Vevoc, Davidsfonds, Rust Roest, tal van enthousiaste medewerkers om de bar, het restaurant en kraampjes te bevolken, om de verlichting te verzorgen en zo meer. Natuurlijk zullen ook onze leerlingen hun beste beentje voorzetten.

    -Wanneer heeft dit allemaal plaats ?

    -Drie dagen lang – vrijdag 18, zaterdag 19 en zondag 20 mei 1984.

    -En dat alles moet geld in het bakje brengen. Hoeveel en waarvoor eigenlijk want het onderwijs krijgt toch heel wat subsidies ?

    -Het vrij onderwijs staat zelf volledig in voor zijn gebouwen. De opbrengst van dit feest gaat naar het aanpassen van de refter. Iedere dag eten daar ongeveer een 70-tal kinderen hun boterhammetjes. Welnu die refter moet hernieuwd worden en wij denken er zelfs aan hem in een ander lokaal in te richten. Dit vraagt veel geld.

    -Enkele weken geleden kwam een onderwijzeres bij ons thuis aan de deur loten verkopen van de schooltombola. Is dat eigenlijk het werk van een onderwijzeres ?

    -Eigenlijk niet, maar het is een bewijs van de inzet van onze leerkrachten. In de eerste plaats geven wij onderwijs en opvoeding. Dat het goed is wordt bewezen door het feit dat in Vlaanderen de grote meerderheid der ouders hun vertrouwen blijft stellen in het katholiek vrij onderwijs. Maar daarmee houdt het niet op : als wij onze school willen uitbouwen en moderniseren moet dat met eigen centen gebeuren. Ik wil hier oprecht gans de parochiegemeenschap van Leest danken voor de steun die wij in het verleden al gekregen hebben : het sanitair is volledig vernieuwd en dat heeft meer dan één miljoen gekost. Verleden jaar is er een nieuw afdak geplaatst, klassen zijn geschilderd en borden zijn vernieuwd. Een zware last is het busvervoer voor de leerlingen, die kost komt steeds weer.

    -Hoe is het met de school zelf ?

    -Oh, zeer goed. Wij hebben 4 kleuterklassen en 4 lagere klassen met 9 leerkrachten en een turnleraar. In de kleuterschool hebben wij 86 kleuters en in de lagere school 75 leerlingen. In de kleuterschool hebben wij 15 tot 20 kinderen méér dan vroeger : dat is dus een goed teken voor de toekomst.

    -En hoe zit het met de jongens in de vroegere meisjesschool ?

    -Dat is allemaal goed verlopen. In het begin was het wat wennen, vooral bij de ouders. Maar het gemengd onderwijs is nu wel algemeen aanvaard omdat er ook veel middelbare scholen naar het gemengd systeem zijn overgeschakeld.

    -Maar er is echt geen verschil met vroeger ?

    -Ja in de klas is er geen verschil, sommige jongens zijn zelfs in handwerk zeer bedreven. Maar op de speelplaats is er verandering : er wordt nu duchtig gevoetbald –ook de meisjes sjotten mee- en anderzijds is trouwtje springen er wat op vooruitgegaan.

    -Ik heb nog een vraagteken : hoeveel moeten die drie dagen feest opbrengen ?

    -Dat is natuurlijk moeilijk te zeggen. Daar durf ik geen getal op zetten maar…gezien de inzet van zovele mensen moet er toch minstens het dubbele van een goed bal overschieten.

    -Veel succes ! Als het weer meezit kan het niet mislukken.

    -Dank U. Maar ik zou nog iets willen zeggen. Een kleuter, een klein kind moet ergens aarden, ergens wortel schieten. Een kind dat in Leest woont maar bv. naar Mechelen, in een ander milieu, naar school gaat zal zich later moeilijker in het dorpsleven kunnen inwerken. Daarentegen wie samen op de schoolbanken gezeten heeft, heeft daar mekaar leren kennen. Daar wordt het cement gemaakt dat later de dorpsgemeenschap met zijn buurten en verenigingen zal aaneenhouden. Ik geloof erin. !

       K.D.”  

     

    30-07-2013 om 20:02 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De fiere ouders met hun pasgeboren zoon.

     

    1984 – 27 april – De Mechelse Week (3/5/84) : Geboorte van Andy Van Den Heuvel

                “Op 27 april 1984 kreeg Kevin er een broer Andy bij, samen met hun ouders Van Den

                Heuvel – Van Moer wonen zij thans aan de  Larestraat 14 te Leest.”

     

    1984 – 27 april : Opening tentoonstelling “Leliëndaal en Sint-Norbertus”.

                Naar aanleiding van de oprichting van het klooster van Leliëndaal 750 jaar

                geleden, organiseerde de koninklijke Geschied- en Oudheidkundekring van

                Mechelen in samenwerking met de plaatselijke  kring voor heemkunde

                “Hoembeka” en de heer Installé, stadsarchivaris van Mechelen, een voordracht

                en een kleine tentoonstelling.

                De tentoonstelling liep tot 1 mei.

     

    1984 – 28 april : Oprichting Supportersclub S.K. Leest  “Blauw-Rood”

                Deze supportersclub kende een ietwat eigenaardig ontstaan.

                Het was nogal eens de gewoonte om na een voetbaltreffen een etentje te houden

                in het duivenlokaal aan Leest Heide. Dat kon de ene maal een haring zijn,

                de andere maal een Chineesje of stoofvlees met witloof en patat...

                Uiteindelijk besloten de smulpapen een supportersclub op te richten die ook

                andere activiteiten zou inrichten dan de wekelijkse etentjes, alhoewel deze traditie

                wel hoog gehouden werd, zij het dan maandelijks.

                Enkele maanden na de oprichting telde de club reeds 70 leden.

                Het doel : de ploeg van S.K. financieel steunen en meer bekendheid geven.

                Om dat te bereiken werden regelmatig etentjes georganiseerd en kaarttornooien.

                Vooral dat laatste was midden jaren ’80 zeer lucratief.

                In 1984 was de hoofdprijs een Ford Fiesta Junior.

                Voor de praktische organizatie zorgde het bestuur bestaande uit voorzitter

                Ludo Verschuren, feestleider Lucien De Keersmaecker, secretaris Herman

                Verhoeven, penningmeester Jozef Van der Elst, ondervoorzitter Jozef Paul

                Verschueren, organisator Armand De Bleser en bestuursleden Willy Verschuren

                en Selleslagh.

                Dit bestuur kon beroep doen op nog een zestigtal medewerkers vooral achter de

                schermen actief.           

                (DMW,20/9/1984, GvM,27/9/1984)

     

    1984 – 28 april : Veldvoetbaltornooi van Zaalvoetbalclub Leest

    Met deelname van de ploegen : Vevoc, Chiro Leest, Veteranen S.K.Leest, KWB Hombeek en oud-chirogroepen uit Heffen en Stekene.

    (‘DB’, april ’84)

     

    1984 – 29 april : Vevoc – vertrek naar “Zon en Zee” driedaags verblijf aldaar.

     

    1984 – In mei werd elke dinsdag en vrijdag een rozenhoedje gebeden aan de Grot van Lourdes in de Kouter.

    (‘DB’, mei ’84)

     

    30-07-2013 om 14:28 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Vervolg Posse Leest 1984

     

    Alfred OST

    “Alfred Ost werd geboren te Zwijndrecht op 14 februari 1884 en niet te Mechelen, wat men wel eens te lezen krijgt. Pas in 1902 komt de familie Ost zich in Mechelen vestigen. Ost loopt er academie in de Leopoldstraat met Rik Wouters en Prosper de Troyer.

    De eerste wereldoorlog doet hem uitwijken naar Nederland waar hij zich als kunstenaar volledig inzet voor de noodlijdenden.

    Na 1919 verblijft hij te Borgerhout, stelt zijn kandidatuur voor een plaats aan het Hoger Instituut voor Schone Kunsten of de academie. Zoals zovelen, waagt hij zijn kansen, maar lacht met de kleurpolitiek en blijft zijn leven lang kandidaat. Tenslotte brengt hij het tot tekenmeester aan de lagere school op een ogenblik dat de conjunctuur…zeer gunstig was.

    Ost had zijn persoonlijke opvatting over kunst, een kunst in dienst van de samenleving.

    Daarom wilde hij zijn werk niet verkopen maar droomde van een Ostmuseum als geschenk voor het volk.

    Hij stierf op 9 oktober 1945. Zijn leven is naar buiten kleurloos en eentonig. In werkelijkheid was het een pijnlijk bewogen rukken aan de tralies om aan de begrenzing van leven en kunst te ontkomen. Een roekeloos stijgen, een zich pijnen en kwetsen aan de meedogenloze realiteit, een vlucht van dromen. Zijn oeuvre is daarvan een getuigenis geworden, waarvan de gerichtheid zeer beknopt als volgt kan  samengevat worden : tegen het verval van de geest heeft de kunstenaar zending; hij moet een heraut zijn van het verloren paradijs dat in elke mens besloten ligt. Hoe roekeloos en nutteloos de tocht daarheen ook schijnt te lijken, de kunstenaar heeft die weg te gaan. Ook al schijnt de visie van Ost dwaas en naïef in onze ogen, toch gaf Ost een stoot tot meer humanitaire schilderkunst.

    Kunstkring ‘Voetspoor’ wil, in samenwerking met de neven Ost, de Zoo van Antwerpen, verscheidene verzamelaars uit Mechelen : de heren Jacobs, De Jonghe en Croonen, een bijdrage leveren tot de volwaardige erkenning van het talent van deze uitzonderlijke kunstenaar die ruim 14 jaar in Mechelen gewerkt heeft en er nadien nog als een legendarische figuur voortleeft in de herinnering van de oudere Mechelaars.”

    (‘Voetspoor’ in ‘De Band’ van april ’84)

     

    -Advertentie in ‘De Band’ van april ’84.

    -Een deel van de affiche die door ‘Voetspoor’ ontworpen was.

    -Friede Willems aan het woord bij de opening van de Alfred Ost-tentoonstelling in de stedelijke school Ten Moortele te Leest. Naast haar de Mechelse schepen Vanderwaeren.

    -De Ost-tentoonstelling lokte heel wat belangstelling.

    -Alfred Ost.

               











    30-07-2013 om 06:31 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – Zondag 22 en maandag 23 april : “POSSE LEEST”

    Dit jaar, in tegenstelling tot de laatste jaren, was de zon van de partij en dat resulteerde in een overrompelend succes voor deze editie van “Posse Leest”.  

    De grote begankenis voor Sint-Cornelius, de kermis, de jaarmarkt, de kraampjes met allerlei lekkers, de rommelmarkt… zorgden voor een massa kijklustigen. 

    Volksdansgroep Korneel  bracht een potpourri van Europese kinderdansen, evenals een suite van Duitse en Engelse volksdansen op  de speelplaats van de Vrije Basisschool. Die voorstellingen kwamen erg goed uit de verf niet alleen door de goede uitvoering maar ook door de stralende kleuren van de nieuwe kledij van de groep.  

    De kleinveehouders hadden een konijn van ruim 9 kg tentoongesteld evenals de echte Mechelse Koekoek, piepkleine kuikentjes onder een infraroodlamp, baby-konijntjes, geitjes...

    Er was ook een tentoonstelling van landbouwmateriaal.

    Kwak, een groep van jonge Leestse kunstenaars, stelde tentoon in de galerij van “de Drij Gapers”. Schilderijen, tekeningen, boetseerwerk, foto’s en keramiek van Stefan De Laet, Pol Van Roy, Hans De Laet en George Herregods. 

    In zijn inleiding bestempelde Frans Croes de vier Leestse kunstenaars als boeren met de

    pen : ‘Leest roept altijd het beeld van de boer op. Van de man die fier over zijn velden schouwt en die iets cultiveert. Ook deze vier jonge kunstenaars cultiveren. Zij scheppen dingen die de toekomstige geest van de samenleving tonen. Laat alle mensen levenskunstenaars zijn, zoals de boer en de artiest…’    

    Het jongste talent was Hans De Laet, deze 19-jarige pakte uit met enkele originele keramiekwerken waar hij de eerste knepen van dit vak leerde bij aalmoezenier Herregods. 

    Hans De Laet volgde lessen aan de Mechelse kunstacademie in tekenen en boetseren.

    Paul Van Roy (21), een ander jong talent stelde een aantal zwart-wit foto’s tentoon. Hij richtte zich vooral op subjectief impressionisme en vond zijn inspiratie in donkere ruimtes. Van Roy volgde een opleiding fotografie in St.Lucas.

    Stefan De Laet, oudere broer van Hans en  ontwerper van de affichen en uitnodigingen, toonde zijn tekeningen en schilderijen.

    Als vierde deelnemer, ouderdomsdeken en motor achter de groep ‘Kwak’ was er Georges Herregods. De aalmoezenier bracht enkele olieverfschilderijen aangevuld met aquarellen en keremiekkruiken.

    De kunstkring “Voetspoor” organiseerde een tentoonstelling rond Alfred Ost  in de stedelijke basisschool van Leest, dit naar aanleiding van de honderdste geboortedag van deze kunstenaar. Met als thema ‘Ost en het Landelijk Leven’ werden een 60-tal tekeningen, schilderijen, aquarellen en gouaches, alsmede een 300-tal prentkaarten, een 12-tal affiches en een diareeks van prentkaarten gedurende 3 dagen in het landelijke kader van Leest getoond. Voetspoor kon hierbij op de bereidwillige medewerking rekenen van de Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde van Antwerpen, Fernand Ost en enkele verzamelaars uit Mechelen.

    Na de verwelkoming en inleiding door Friede Willems, nam dhr. Verschueren, iemand  die Alfred Ost persoonlijk gekend heeft, het woord. In een uitgebreid verhaal vertelde  hij over de tijd van toen. Over hetgeen Ost ertoe aanzette om bepaalde aanvallen op het cultuurpatrimonium van Mechelen in een vorm van protesttekeningen te gieten. Schepen Vanderwaeren opende dan officieel deze prachtige tentoonstelling.

    Tijdens deze tentoonstelling, die door tal van prominenten, kunstenaars en          kunstliefhebbers zowel bekeken als bewonderd werd, waren ook tal van Ost-vrienden aanwezig, die zich nog datzelfde jaar in een Alfred Ostgenootschap wilden groeperen.

    “Creatie Leest”, onder deze benaming pakte het Davidsfonds van Leest  voor de 16de maal uit met een tentoonstelling tijdens deze paasdagen.

    Creatie Leest was een hobbytentoonstelling in de ruimste zin van het woord.

    Niet minder dan 13 standen waren voorzien. Alle deelnemers, uitgezonderd Karel De Nil, waren afkomstig van Leest. Zo bracht Pierre De Wit filmbeelden, de broers Teughels stelden zowel smeedijzerwerk als schilderijen tentoon. André De Wit, een verwoed CB-er,  gunde de bezoekers een blik achter de schermen van de CB-wereld.

    George Herregods, ook tentoonstellend in de Drij Gapers, was  vertegenwoordigd met enkele van zijn keramiekwerken en aquawarellen en Mark Spoelders zorgde voor een reeks pentekeningen. De 86-jarige Jan Van Riet toonde enkele van zijn siersmeedwerken en de KVLV stelde kantwerk tentoon en gaf demonstraties van deze oude handwerkhobby.

    Jef Van Linden toonde zijn postzegels alsmede enkele curiositeiten en Rik De Bruyn stelde zijn uit hout gesneden beeldhouwwerk tentoon.

    De hobbyclub van de gepensioneerden bracht een pakket handwerk, Frans Geerts toonde zijn modelvliegtuigen en zweeftoestellen en de Blaasveldtenaar Karel De Nil bracht prachtige stukjes emailschilderwerk.

    Tenslotte was er nog Marcel Van Hoof met zijn collectie “Leest Geweest” en zijn            verzameling Griekse mythologische beelden en oude tijdschriften.

    (Samenvatting uit diverse artikels uit GM, HLN, DMW en diverse folders)

     

     

    -Weer de grote massa op ‘Posse Leest’ 1984. Onderaan een optreden van volksdansgroep Korneel.

    -De rommelmarkt kende veel succes. 





    30-07-2013 om 06:25 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    29-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 14 april :  Z.V.V Leest organiseerde Tornooi Veldvoetbal

    De Zaalvoetbalclub Leest organiseerde op de terreinen van V.V. Leest een tornooi veldvoetbal met deelname van de ploegen Familyboys (fam.Slagmuylders-Casteels uit Hombeek), KWB Weerde, Oud-Chiro Kapelle-op-den-Bos, de Blokkers uit dezelfde gemeente en de jeugdclubs Jeno en Jamaswappi uit Mechelen.

    Er was spaghetti te verkrijgen aan 80 fr.

    Contact : Jan Van den heuvel.

    Zie ook 28/4/84. (‘DB’, april ’84)

     

    Winnaar van het tornooi werd Jamaswapi.

    “De zaalvoetbalklub Leest had de weermaker in ieder geval in handen tijdens het (veld)voetbaltoernooi op de terreinen van VV Leest, met op de achtergrond het stalen geraamte van de nieuwe sporthal in opbouw.

    Jamaswapi won uiteindelijk de finale tegen Oud-Chiro Kapelle-o/d-Bos met het kleinste verschil.“

     (GvM, 19/4/84)

     

    1984 – Zaterdag 14 april : Opening ‘Couture Nicole’.

    Nicole De Borger-Huysmans opende in de Mechelse Guldenstraat een kledingzaak.

    Alle Leestenaars ontvingen onderstaande folder.

     

    1984 – Zondag 15 april  : Palmzondagconcert St.-Cecilia.

    Had plaats in de zaal ‘St.-Cecilia’. Aanvang 19u30.

    Optredens van de drumband van ‘St.-Cecilia’ o.l.v. Walter Van de Venne en de Kon. Fanfare ‘St.-Cecilia’ o.l.v. A. Van Driessche en J.P.Leveugle.

    Op het programma stonden ernstige en ontspannende nummers, alsook langere en kortere nummers voor solisten.

    (folder)

     

    1984 – 19 april : Gazet van Mechelen : Carl De Kunst wint “Ontdek de ster”. (foto)

    “Leest .- Al was de opkomst gering, de sfeer was er in ieder geval tijdens de “Ontdek uw ster-wedstrijd” ingericht door de Leestse afdeling van de KLJ.

    Negen groepen of personen dongen mee naar de titel en daarvoor zochten  zij hun inspiratie in zowel shownummers, voordrachtnummers als moderne  of minder moderne muziek.

    Uiteindelijke winnaar werd Carl De Kunst. Deze jonge artiest (21 jaar), afkomstig van Willebroek, brengt vooral kleinkunstnummers. Zijn liedje over de Rupelstreek, waar hij de vervuiling en het stort van OTL in aanklaagde, kreeg heel wat applaus.

    Na Carl De Kunst werd Pol Van Roy tweede, gevolgd door Marc Verschueren, Els V.D.Bosch, Hans De Laet, Els Marivoet, Chiro Tippers, L. Van Itterbeek en Herman De Nef”.

     

    1984 – 20 april – Het Laatste Nieuws : Diefstal

                “Philemon Fontein, Verschuerenlaan te Leest, diende klacht in bij de politie

                tegen onbekenden die uit zijn tuin zeven jonge kerselaarbomen hebben gestolen.”

     

    1984 – 21 april : Overlijden Jan Lauwers

                “Jan Lauwers is gestorven. Geluidloos, zonder vertoon. Ik heb hem slechts

                de laatste 15 jaar van zijn leven beter gekend. Als gebuur, als gebuur die er van

                hield met mensen te praten. Nooit luidruchtig. Als verduldige man die vanaf zijn

                48 jaar veel pijn heeft gehad : maar tevreden was met zijn gezin, zijn kleinkinderen,

                zijn fijne zorg, zijn pijp.

                Op reis gaan wenste hij niet. “Als ik uw liefde maar heb”, zei Jan tegen Joske,

                zijn vrouw.

                Jan vroeg weinig : liefde en begrip. En hij gaf veel terug : dankbaarheid, wijs beraad,

                zachtheid. Regelmatig bedacht hij zijn buren met groenten. Ongevraagd. Hij was blij

                dit te kunnen aanbieden. ’s Avonds in de zomer, was het “een oase van peiselijke

                vree” met Jan alleen voor zijn huis te zitten. Met diepe sonore stem, omfloersd, zodat

                elke scherpe toon werd uitgefilterd, vertelde hij. Zo was hij ook.

                Jan kende geen (of toonde het niet) bitsigheid. Hij sprak over zijn leven, zijn

                krijgsgevangenschap, zijn land, zijn ziekte ook. Maar alles zonder grimmig te zijn.

                Hoe was dit mogelijk ? Hij was een mens boven de morele middelmaat.

                Op ’t einde, ziek te bed, hebben we hem nog zien lachen. Dat kon Jan, lachen.

                Maar niet uitbundig. Een inwendig zacht geluid om anderen niet te storen.

                Heel zijn wezen was dan blij en straalde. Is dit wat een religieuze mij ooit :

                “een innerlijke beschaving” noemde ?

                Ik geloof van wel. Met welk een onnoemlijke tederheid kon hij spreken over zijn

                vrouw “zij die zijn zorgen deelde, en zijn geluk groter maakte”.

                Grote woorden behoefden zij niet, want zij verstonden elkaar door elk gebaar.

                Zijn gezin en gemeenschap. Met daarnaast aandacht voor geluksmomenten.

                Hij ervaarde echter dat het geluk grillig werd uitgestrooid.

                Maar Jan, sterk naar lichaam in zijn jeugd en vroeg geteisterd door de pijn,

                bleef onkreukbaar in zijn merg. Jan de echtgenoot, de vader, de integere mens.

                Hij was rechtvaardigheid, en zijn woord was liefde. Zo is hij van ons heengegaan.

                “Wij zijn de doden thans !”

                (G. Hellemans in De Band van juni 1984)

     

    “Het was een leven getekend door een pijnlijke kwaal en pijn was er tot zijn laatste dagen. Toch heeft hij er iets mooi’s van gemaakt door hard werken.
    Wij zullen ze missen : de altijd open deur, dat vertrouwde praatje, die groenten uit zijn tuin, de liefde en inzet voor de kleinkinderen, zijn aanwezigheid.

    En toch; er zal nog veel blijven omdat hij het meegegeven heeft aan zijn vier kinderen : de zorg om moeder; dat weke hart van hem; de liefde voor wat groeit en leeft; zijn zin voor mooi werk, zijn afkeer voor schijn en onrecht, zijn geloof, zijn gevoeligheid voor wat in het leven van belang is, zijn vertrouwen in de goedheid van de mensen.
    Dankbaar zijn wij de Heer, voor zijn langzaam afscheid en zijn rustig heengaan.

    Vandaag is de vreugde om de pijn die niet meer is en het leven dat nog is, hier en daarboven.” (Uit zijn gedachtenisprentje)

     

    Jan Lauwers was te Boom geboren op 11 oktober 1914. Hij was gehuwd met José De Wit (°Leest 17 maart 1916, +1 maart 1993) die hem vier kinderen schonk : Frans, Willy, Theo en Luc. Het echtpaar woonde in de Kouter.

     

    1984 – Zondag 22 april : 2de Grote Chiro Kaartnamiddag

                Prijs : 1 kip per tafel. Inleg : 50 frank. (Folder)

     

    -De folder van Nicole Huysmans die de Leestenaars in hun bus kregen.

    -Carl De Kunst werd met een humoristisch nummer winnaar van ‘Ontdek de Ster’.

     





    29-07-2013 om 11:42 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 12 april : Brief van zuster Juanita De Boeck (‘De Band’ mei ’84)

    “Liefste familie, liefste medezusters, liefste vrienden,

     

    Laatste brief alvorens ik afreis naar België voor een weldoende vakantie. Waarschijnlijk half mei –wat later dan anders- ter wille van de nieuwe bouw die ik in goede vordering en vooral zekerheid van betaling wil achterlaten.

    Ik wil U ook een zalig paasfeest wensen en de vreugde van een nieuw begin op alle gebied. Wat zal ik blij zijn U allen weer te zien.

    Ik hoop ook op uw steun te mogen rekenen. Meer dan ooit zal ik het nodig hebben daar de nieuwe bouw vele miljoenen vraagt en het is een grote noodzaak. Al mijn pogingen om iets van Broederlijk Delen te krijgen is weeral mislukt. Waarom ? De redenen zal ik U wel mondeling meedelen.

    De bouw gaat goed vooruit. Over drie maand zal de ruwbouw af zijn. Dan moet alles verder afgewerkt worden – licht – water – afvoer van vuil water – gas – lift – vensters – deuren – vloer – muren – kasten en dan de volledige installatie – ook de centrale verwarming. U ziet nog vele miljoentjes.

    Vijf en zeventig stervenden wachten op een bed in ons nieuw gebouw en het zal voorlopig maar 25 bedden hebben. U ziet dat er nog een zwaar werk voor ons ligt. Ik zeg ‘ons’ want het gaat ook uw aller werk zijn. Wat een prachtig getuigenis zal dit zijn van de naastenliefde die verder reikt dan de familie of het land. Het is nodig in deze revolutionaire wereld nog eens te voelen hoe Jezus weldoende rondgaat onder ons.

    Enkele suggesties : papierslag – bijeenhalen van vele medicamenten – geld – een deeltje van Broederlijk Delen – een dansavond – toneelavond – filmavond… Kan de fanfare soms iets doen ? En de Leestse Feesten  ? En Hombeek ? En de scholen ? Ik laat alles aan U over en reken op U allen. Dank bij voorbaat.

    Ik spreek nog eens over het peterschap over één van onze kinderen – 10.000 fr. per jaar om te helpen een kindje op te voeden en nu denk ik ook aan een ‘bed voor een stervende’, kan een zelfde som zijn. We zoeken daar nog een beter idee voor. Denk er ook eens over na.

    Tot binnenkort. Dit is de Paasvreugde brengen aan een mens uit een ver land.

          Juanita. Zr. De Boeck.”

    (Zie ook in deze Kronieken : ‘Zuster J. De Boeck opnieuw naar Chili’, 16 juli 1984)

     

    Alvast de Chiro ging in op haar verzoek :

    “…vermits het oud-papier weer een ‘centje’ waard is, heeft Chiro-Leest haar vorige papier-omhaling, als ‘Broederlijk Delen’ voor dit werk verricht.

    Als resultaat : twee containers werden gevuld, dank zij de omhaling in Leest en een vracht papier van ‘De Naeyer-Willebroek’. Er werd een gewicht bereikt van 12.350 kgr. en dit aan de prijs van 1,.. fr./kgr. Aldus kan de som van 18.525 fr. aan Zuster Jeanne De Boeck bij haar komst overhandigd worden…” (‘DB’, juni ’84)  

     

    1984 – 12 april – De Mechelse Week :

     

    Coördinatievergadering der Mechelse P.V.V.-Wijkafdelingen

    “Dat het PVV-voorzitter Herman Empsen ernst is rekening te houden met de wensen en de grieven van de Mechelaar, bewees hij zopas door de voorzitters en afgevaardigden van de 7 Mechelse wijkcomités (Brusselsesteenweg, Antwerpsesteenweg, Tervuursesteenweg, Leuvensesteenweg, Muizen, Leest-Hombeek-Heffen en Walem) bijeen te roepen voor een contactvergadering.

    In zijn welkomstwoord beklemtoonde de voorzitter en gespreksleider Empsen nogmaals dat zijn politiek bureau gespreid is over elke wijk, over elke straat van gans Mechelen, dicht bij de burgers zelf. Vandaar dat hij zo’n groot belang hecht aan de rol van de wijkafdelingen voor basiscontact en personenopvang.

    Het werd een erg vruchtbare vergadering, waarop –onder leiding van de voorzitter- interessante ideeën en informatie werden uitgewisseld. De verschillende activiteiten van de comités werden gecoördineerd ten einde tot een beter globaal rendement te komen.

    Er werd afgesproken het niet bij deze eerste vergadering alleen te laten, maar veelvudliger zulke ontmoetingen te organiseren.

    Om nog meer naar ‘de man in de straat’ te gaan, zal men er ook naar streven het aantal wijkafdelingen uit te breiden.

    Zeer tevreden over het verloop van de vergadering, dankte Herman Empsen de aanwezigen voor hun medewerking en positieve inbreng. Dat de partij dagelijks nieuwe leden wint is te danken aan het feit dat de PVV-wijkafdelingen flink werk verrichten.
    En deze vergadering was nogmaals het bewijs dat de verantwoordelijken er zich met hart en ziel voor inzetten.”

     

    1984 – 13 april – Het Laatste Nieuws : Sportcentrum Leest groeit. (foto onderaan)

    “Het geraamte van wat binnenkort het ‘Sportcentrum van Leest’ gaat worden, staat op zijn grondvesten, op de parking van het voetbalveld in deze gemeente, aan de Dorpstraat.

    Als de weersomstandigheden wat meezitten, dan staat dit project tegen het einde van deze maand ‘onder dak’.

    …” L.D.N.

     

     

    1984 – 14 april – Het Laatste Nieuws :

     

                Leestste “gevarenbocht” blijft schrik voor autobestuurders. (foto onderaan)

    De negentiggradenbocht aan de tunnel “Steinenmolen”, aan de Kapellebaan, op de grensscheiding Leest-Kapelle-op-den-Bos, blijft voor ongevallen zorgen.
    Maandelijks lopen er een aantal auto’s zware averij op of maken zelfs een duik in de privé visvijver, die in deze bocht is gelegen.
    De politie van Mechelen is van oordeel dat de huidige wegsignalisatie volstaat om deze ongevallen te voorkomen. Op papier kan dit allemaal wel waar zijn, maar de ongevallen zijn toch wel een bewijs dat het er in de praktijk wel anders aan toe gaat.

    Firmain Verlinden, gemeenteraadslid uit Hombeek, pleitte, net als de buurtbewoners, voor het aanbrengen van vangrails. Al jaren. Maar dat is voor de politie een overbodige, zelfs nog gevaarlijker maatregel. Voorlopig blijft het bij veel geklets op papier.
    Moeten er dan toch eerst doden vallen ?

     

    Foto’s :

    -Het ‘geraamte’ van het ‘Sportcentrum Leest’…

    -Onderstaande foto dateert van enkele dagen geleden. Dhr. Crabbé (55), uit Meise :

    “Ik reed hoogstend 40 km/u. Mijn voertuig ging op de kasseien aan het dansen. Ik had er geen controle meer over.” De h. Crabbé had geluk. Zijn auto ramde wel enkele verkeerspaaltjes in de prak, maar bleef gelukkig in de sloot steken.“Ik had geluk, want ik kan niet zwemmen”, zei de man, nadat hij van zijn “glijpartij” even bekomen was.
    Bewoners zeggen ons dat er maandelijks enkele ongevallen gebeuren. Iedereen vindt het onbegrijpelijk dat er niets aan wordt gedaan.(...) Leo De Nijn.”

     





    29-07-2013 om 11:12 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – Donderdag 12 april : Open schoolvergadering in lagere school te Leest.

                De Sted.Lagere school organiseerde in eigen huis (Ten Moortele) een algemene

                oudervergadering voor iedereen die intresse had in wat op dat ogenblik aan het

                gebeuren was in het onderwijs.

                In het eerste deel van de avond, om 20 uur, sprak schoolhoofd Gobien over

                “Waarheen kan of moet het met de Stedelijke Lagere school Leest”.

                Volgens hem moest de school mee evolueren met de maatschappij. Het onderwijs

                moest kunnen inpikken op nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen. De school

                diende als het ware een verlengstuk te zijn van het gezin, de centrale cel in de

                samenleving. Om dit te bewerkstelligen was een goed contact met de ouders van

                leerlingen noodzakelijk.

                Wat het onderwijs zelf betrof, elke vernieuwing op pedagogisch vlak diende

                kritisch onderzocht te worden en indien de vernieuwing zin had, toegepast.

                Zo liep er dat jaar in de Leestse lagere school een experiment inzake

                “niveaulezen” met als bedoeling leerlingen volgens hun lees-capaciteit bij

                elkaar te brengen en niet zoals klassiek volgens hun leeftijd.

                Tot slot van zijn toespraak zegde Constant Gobien te zullen blijven ijveren voor

                pluralisme in zijn school. Respect voor andermans ideeën, diende immers

                van jongsaf aangeleerd te worden, opdat het de volwassen mens zou sieren.

                Daarna kon men in de klassen de tentoonstelling “Esthetica” bezichtigen, een

                tentoonstelling van zowel de vroegere “typisch vrouwelijke handwerkjes”, als

                van knutselwerk uit de lessen handenarbeid.

                In de eetzaal kon men terecht voor een gratis glas bier of een kop koffie.

                Om 21 uur sprak schepen van onderwijs en zelf ere-hoofdinspecteur G. Joris

                over “De plaats van de Lagere School Leest in het Mechels Sted.Onderwijs”.

                Ook over de vernieuwingen, mogelijkheden en problemen van het onderwijs

                in de toekomst maar hij stelde tot zijn spijt vast dat hij haast niets aan de zo

                volledige uiteenzetting van Constant Gobien kon toevoegen.

                Niettegenstaande de felle concurrentie van de televisie, simultaan stonden

                de populaire reeksen ‘Dallas’ en de ‘Doornvogels’ geprogrammeerd, waren er

                toch nog ruim 70 aanwezigen.

                (Samenvatting van artikels uit de Gva, het HLN en de Schoolkrant)

     

    1984 – 12 april – De Mechelse Week :. Ons jeugdig Voetbaltalent

     

                Jeugd op VV Leest : doorstroming komt op gang.

    In onze reeks over het jeugdbeleid sluit 2de provincialer VV Leest het rijtje af.
    Wij babbelden met dhr. Emiel Spruyt, voorzitter van de club en tevens afgevaardigde van miniemen en preminiemen.
    VV Leest komt in competitie uit sinds 1974 en is dus een relatief jonge club. Wel kon er 10 jaar geleden al onmiddellijk gestart worden met scholieren en kadetten als gevolg van een intensieve mond aan mond reclame in de Leestse scholen.

    Een jeugdbestuur is er op VV nooit geweest, dhr. Spruyt is trouwens geen voorstander van 2 beleidsorganen binnen één en dezelfde club.

    Momenteel telt VV 5 jeugdploegen, maar slechts zo’n 75 actieve jeugdspelers. Dit toch vrij klein aantal is volgens onze zegsman vooral te wijten aan het geringe bevolkingscijfer van een plattelandsgemeente als Leest. Wel is het gros van de spelers in Leest zelf woonachtig. Bovendien is het een principe van de clubleiding dat er nooit mag overgegaan worden tot het ronselen van jeugdspelers, maar dat de jongens steeds spontaan en uit eigen beweging naar de Leestse terreinen moeten komen afzakken.

    De huidige stand van zaken op VV toont aan dat dit principe aardig in ere gehouden wordt.
    Miniemen en preminiemen trainen 1 x per week én apart, maar wel onder dezelfde trainer. De scholieren en kadetten komen wekelijks 2 x bijeen, eveneens onder leiding van éénzelfde oefenmeester. Bovendien trainen zij ook gezamelijk, en dit vanwege de relatief kleine kernen.
    De juniors tenslotte trainen apart, onder leiding van William Selleslagh, de ex-KV Mechelen speler die zoals bekend nu de kleuren van VV Leest verdedigt.

    Misschien, zegt dhr. Spruyt, zou het beter zijn, moesten we voor elke ploeg een andere trainer hebben, maar anderzijds mag toch ook niet over het hoofd gezien worden dat alle trainers op VV Leest betaald worden en dat, als men nieuwe mensen aantrekt, in de zin dan van buitenstaanders, men nooit vooraf weet welk vlees men in de kuip heeft. Nee, dan werken we liever zoals dat nu gaat, met een paar zeer degelijke trainers, die door de jeugd gekend, vertrouwd en gerespecteerd worden, besluit onze gesprekspartner. Het is een redenering die steek houdt. Bovendien heeft men niet te klagen van resultaten in de jeugdreeksen. Zo wonnen de miniemen drie jaar geleden nog de beker Van Looy, meteen een aanleiding voor deze knaapjes om het in die beker, vanwege alles bereikt, voor bekeken te houden en zich op de competitie te storten.

    In tegenstelling tot veel andere clubs, organiseert VV Leest geen jeugdtornooien. Mechelen is al verzadigd van dergelijke tornooien, zeft dhr. Spruyt. Wel is er o.a. het jaarlijks tornooi voor eerste elftallen, of de Volksfeesten, die dit jaar hopelijk van windhozen gespaard zullen blijven. Eveneens een verschil met veel andere clubs, is dat VV geen problemen kent op het vlak van terreinen en/of accomodaties. Het 2de veld is ondertussen zelfs al eigendom van de club geworden !

    Het bestuur omvat 12 leden, waaronder de jeugdafgevaardigden, die op de maandelijkse vergaderingen de eventuele problemen van hun ploeg op tafel kunnen werpen. Via deze afgevaardigden hebben ook de trainers hun zegje in het bestuur. Met betrekking tot de coördinatie tussen de trainingen van de verschillende ploegen, beleggen de trainers onderling soms ook vergaderingen, waarvan het bestuur dan verslagjes krijgt.

    Vanaf de leeftijd van kadet tenslotte houden de trainers van elke speler een fiche bij, waarop gegevens genoteerd  staan m.b.t. prestaties, mentaliteit op en rond het veld, enz.

    Drie juniors zijn momenteel vaste keus in het eerste elftal. Nu pas valt er dus een begin van doorstroming waar te nemen, logisch als we weten dat de club nog maar vanaf 1974 met jeugd bezig is, en als we de normale doorstromingscyclus in acht nemen. Bovendien is, vanwege het hogere spelpeil, de stap van juniors naar eerste ploeg veel groter in 2de provinciale dan dat bv. In 4de het geval is. Toch hoopt VV Leest de doorstroming geleidelijk aan te verbeteren en op punt te stellen. Verder verkiest VV de huidige gang van zaken, te weten het behoorlijk meedraaien in 2de, boven een staartpositie in 1ste provinciale. Het is een wens die blijkt geeft van realiteitszin, niet in het minst met het oog op de publieke belangstelling.

    Tot slot doet dhr. Spruyt langs deze weg een oproep tot de ouders om méér naar de wedstrijden van hun kinderen te komen kijken en vraagt hij ons ook nog om de damesploegen van VV die eigenlijk ook jeugd zijn, ééns in de schijnwerper te zetten. Dat doen we natuurlijk graag ! VV Leest is inderdaad, naast gemeentegenoot SK, de enige club in het Mechelse, die met een damesploeg in competitie uitkomt in de al evenzeer enige provinciale reeks, die Antwerpen rijk is. Ofschoon eigenlijke jeugdcompetitie bij de dames niet bestaat, kunnen we de meisjes van VV toch als jeugd beschouwen, vermits zij in leeftijd variëren van 15 tot 18 jaar. De voetbalbond bepaalt trouwens dat er pas vanaf 15 jaar in competitie mag gestart worden. VV Leest heeft in totaal zo’n 25 dames, die verdeeld zijn over 2 ploegen, één voor de competitie en één die nog te jong is en zich dus dient te beperken tot vriendschappelijke wedstrijden. Op aanvraag van de dames zelf, is de club er mee begonnen in 1982 maar dit is slechts het 1e jaar competitie. Nu nog komen er geregeld meisjes bij, die voor 95% uit Leest zelf afkomstig zijn. Er wordt 1 x per week getraind en naar verluidt zou het niveau van de trainingen overeenstemmen met dat wat de scholieren te verwerken krijgen.

    Ons jeugdig voetbaltalent, waarom zou die titel ook niet voor meisjes kunnen opgaan ?”

    (Sven Hendrickx)

     

    Foto’s :

    -Emiel Spruyt (°Hombeek 22/9/1938, +Leest 29/9/1999) was een schoonbroer van Gust Emmeregs.  

    -De juniorsploeg van V.V. Leest.

     





    28-07-2013 om 07:15 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    27-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 7 april - Gazet van Mechelen :

     

                De Leestsesteenweg en de zwakke weggebruikers.

    “Dat de Leestsesteenweg een dodenbaan is voor fietsers en voetgangers, is een algemeen geweten feit. Maar deze zeer gevaarlijke weg vormt de laatste dagen weer het gesprek van de dag, en meer bepaald door het ongeluk, waarbij D. VAN STEEN uit Leest ernstig gewond werd.
    De Leestsesteenweg is de baan die vanaf Battelbrug vertrekt richting Leest.

    Destijds kwam deze baan reeds in de belangstelling door het protest van de bewoners.

    De riolering is er alles behalve, waardoor bij regenweer de baan eerder omgevormd wordt tot een waterloop. Vooral in de winterperiode gebeuren hier veel slippartijen door de plassen.

    Vreemde autobestuurders worden hier dan ook regelmatig verrast door spiegelgladde wegen. Maar anderzijds is de Leestsesteenweg ook een druk bereden baan.

    En veel te smal voor het verkeer dat ze dagelijks moet slikken.
    Voor de fietsers en voetgangers zijn er geen stroken voorzien.

    ’s Nachts is het hier ook zeer donker. De schamele openbare verlichting verliest nog aan haar kracht door het gebladerte van de bomen.
    Vele autobestuurders zien regelmatig plots enkele meters voor hun wagen een fietser of voetganger opdoemen.

    Als er dan ook nog een tegenligger komt die de bestuurder gedeeltelijk verblindt, blijven de nefaste gevolgen niet uit.

    Tot hier toe is er nog geen dode gevallen. Maar vele Leestenaren houden hun hart vast, dat dit vandaag of morgen toch eens zal gebeuren. Zij zien dan ook met angst hun kinderen dagelijks naar de scholen te Mechelen trekken.
    Er wordt te Mechelen heel wat gedaan voor de bescherming van de zwakke weggebruikers.. De Leestsesteenweg is ook dringend aan een onderzoek toe en beveiligende maatregelen voor fietsers en voetgangers zouden te Leest in ieder geval geapprecieerd worden.

           PB”

     

    Op 11 april blokletterde Het Laatste Nieuws : “Volgend jaar krijgt Leestsesteenweg te Mechelen nieuwe riolering.”

    Deze krant liet ook enkele bewoners aan het woord ivm problemen met riolering en de veiligheid.

    “Zoals de meeste mensen hebben wij 2 sceptische putten, die echter door de vochtige ondergrond overstromen in plaats van in de bodem leeg te vloeien. Toen we hier 6 jaar geleden kwamen wonen, werd ons weldra beloofd dat we konden aansluiten op de riolering. Door de vele woningen die er zijn bijgekomen, stroomt het afvalwater hier gewoon over de openbare weg. Wij kunnen onmogelijk onze putten steeds laten leegpompen, dat zou veel te hoog oplopen. Het ergste is dat de automobilisten veel te vlug  rijden, aan de bochten plots remmen en dan aan ’t slingeren gaan. Zo loopt er nog steeds een rechtszaak van een motorrijder die hier een rugletsel opliep en nu een proces voert tegen de zogenaamde eigenaar van het ijswater.

    In februari gebeurde terug een ongeval, waarvoor nu zomaar 7 bewoners een brief kregen, waarbij ze verantwoordelijk gesteld werden.” 

     

    1984 –10 april : Begrafenis Bertje VAN BUGGENHOUT

    Bert was te Bonheiden geboren op 3 november 1977.

    Toen hij op 5 april 1984 door de schoolbus werd afgezet aan zijn woning in de Kleine Heide, werd hij bij het oversteken van de straat aangereden door een wagen, met dodelijk gevolg. Het jongetje was nog geen zeven.

    Op verzoek van zijn ouders werd de afscheidsrede in de kerk gepubliceerd  in de Schoolkrant van de Stedelijke Lagere School (jaargang 4, nr.2) :

     

    Afscheidsrede naar aanleiding van het overlijden van BERT VAN BUGGENHOUT, leerling van de 1ste klas.

    Geachte ouders, achtbare familieleden, vrienden, beste kinderen,

     

    ’t Is hard te sterven als de lente komt ! Vorige week hebben we dat allen aan den lijve ondervonden ! Datgene wat donderdag ll. gebeurd is, heeft ons overvallen als was het een donderslag bij klaarlichte hemel. Wij hadden nooit kunnen denken dat zulk een ongeval hier bij ons zou kunnen gebeuren ook al wordt er elke dag minstens één in de kranten vermeld.

    Aanvankelijk geloof je er niet in of kun je er niet in geloven ! En toch is het gebeurd en we kunnen er helemaal niets aan veranderen ! Het enige wat we kunnen doen, is hopen dat het zich niet meer herhaalt.

    Als iemand op gezegende ouderdom van ons heengaat, tonen wij ons verdriet ! Maar zo’n heengaan kunnen we makkelijker aanvaarden en verwerken omdat de overledene dan toch nog een gevuld leven achter de rug heeft.

    Het wordt al moeilijker als iemand in de bloei van zijn leven van ons moet heengaan. En deze keer zijn we samengekomen om afscheid te nemen van een jongetje dat pas aan zijn leven was begonnen. Als ouders kunnen we ons indenken wat de vader en de moeder van Bertje de voorbije dagen hebben doorgemaakt ! Woorden schieten hier tekort om onze gevoelens uit te drukken. Om eerlijk te zijn : het gaat niet met woorden !

    Toen we donderdagavond laat het nieuws vernamen van één van de ouders van een leerling dat er omstreeks kwart over vier een ongeval was gebeurd en dat er een schoolkind bij betrokken was, vermoedden we niet dat het zo erg zou geweest zijn. Toen we dan omstreeks halftien de ware toedracht vernamen, zaten we er versteld bij en dan zeg je steeds tegen jezelf : Het kan niet ! Het is niet mogelijk ! Het mag niet !

    Dan blijf je verslagen zitten en begin je te denken over het leven ! Dan worden alledaagse problemen en misverstanden tussen mensen tot hun ware belangrijkheid teruggebracht ! Dan pas ga je echt beseffen hoe kostbaar het leven is ! En dat beseffen we nu maar al te best…

    De voorbije dagen hebben we Bert Van Buggenhout dikwijls in onze gedachten teruggezien ! Bertje was één van de vele zonnetjes in onze eerste klas. We kenden hem eerder als een stil ventje dat niet opviel door zijn hoog woord, daarvoor was hij te rustig en te kalm !

    Bertje viel eerder op door zijn werkkracht en door zijn ijver ! Als hij tevreden was over zijn werk, als hij een schouderklopje kreeg van de juf, als hij plezier had, dan was er geen luide lach maar dan kwam er een eenvoudige, stille glimlach om zijn lippen en toen…begonnen zijn ogen te schitteren ! En dat greep je meer aan dan het luidruchtigste gelach !

    Bertje,

    uw ouders, uw zusjes, uw juf, uw klasgenootjes en wij allen zullen niet meer kunnen meegenieten van uw warme glimlach en van uw blinkende oogjes !  We danken U omdat we –ik zou het noemen- van deze eenvoudige geschenken hebben mogen genieten. We danken U voor uw werkkracht en voor uw inzet ! Uw ouders waren terecht fier op U, maar ook uw juf en alle personeelsleden van onze school. U ging een mooie toekomst tegemoet…tot deze door een ongelukkige samenloop van omstandigheden op donderdag ll. werd afgebroken. Dat is de droevige werkelijkheid en daarbij moeten we ons helaas neerleggen !

    Duurbare familie,

    Wij bieden U hierbij onze innige deelneming aan namens het Stadsbestuur van Mechelen en in ’t bijzonder namens de Schepen van Openbaar Onderwijs, namens de heer Huysmans, ere-schoolhoofd, namens alle leerkrachten, de leerlingen en hun ouders, namens de oud-leerlingen en de Vriendenkring van onze school.

    Bij ’t einde van de lagere school zegt het schoolhoofd tot zijn leerlingen : ‘Kinderen, het gaat goed met jullie ! Wij hebben samen een fijne tijd gehad ! Ik zeg jullie geen vaarwel maar tot ziens !’

    Tot ons groot spijt moeten we vandaag –nadat Bertje slechts een goede zeven maanden bij ons op school was- al zeggen : ‘Bertje, we danken U van ganser harte omdat we U gekend hebben en omdat U ons heeft laten genieten van uw eenvoudige, kinderlijke goedheid !

    Vaarwel, Bertje ! Rust zacht in vrede na dit echt te korte leven !

           Dinsdag, 10 april 1984.

     

    In dezelfde Schoolkrant verscheen een item over het schoolvervoer en hoe dat in de gemeente geregeld was en met een terechte sneer naar de Overheid die naliet voor een transparante wetgeving te zorgen.

     

    SCHOOLVERVOER

    “Elke dag rijden er duizenden schoolbussen in ons land die de leerlingen ophalen en terugbrengen. En toch bestaat er in ons land geen wetgeving op de taak van de leerkracht met toezicht op de schoolbus. Elke school regelt het toezicht op haar manier. Ook voor de leerkrachten van onze school hebben we zelf een omschrijving van de taak opgesteld.

    Zo hebben wij bij de aanvang van het schooljaar in de informatiebrochure het volgende meegedeeld : ‘De ouders worden verzocht hun kinderen tot aan de halte  te begeleiden en deze daar ook te komen ophalen.’

    Het is duidelijk dat de ouders hun kinderen mogen helpen bij het opstappen op de schoolbus. Voor het afstappen hebben wij de volgende regeling getroffen :

    -Indien er grote kinderen (van 10 jaar en ouder) van de bus stappen en dat gebeurt in straten met heel weinig verkeer of in straten die smal zijn, dan mogen deze kinderen alleen afstappen.

    -Indien de schoolbus stopt aan een drukke straat of aan een halte waarvoor nog een fietspad ligt dan dienden de leerkrachten van onze school eerst zelf van de schoolbus te stappen (dit is zo het geval voor de haltes aan de Juniorslaan).

    -Indien de schoolbus stopt aan een drukke en gevaarlijke straat (b.v. de Kouter) dan stapt de leerkacht ook van de bus. Indien er aan deze halte geen ouders hun kinderen opwachten, dan worden de kinderen tot over de straat begeleid door de leerkracht met toezicht op de schoolbus.

    Deze regeling wordt door de leerkrachten van onze school reeds jaren op deze manier toegepast.

    Reeds een vijftal jaren dringen we bij het ministerie aan op een duidelijke wetgeving terzake. We weten echter niet waarom deze regeling er maar niet wil komen !

     

    Van de Heer F.L. Lauwers, schoolhoofd van de S.L.S. Hombeek vernamen we een tijd geleden hoe het schoolvervoer in de Verenigde Staten van Amerika is geregeld. Een paar jaar geleden heeft hij een paar maanden in dat land verbleven en hij was ten zeerste onder de indruk van de regeling van het schoolvervoer aldaar.

    In de eerste plaats zijn de schoolbussen daar bijzonder goed te herkennen. Zij zijn allemaal geschilderd in een oranjegele kleur met daarop langs alle zijden de tekst ‘schoolbus’. Deze schoolbussen vallen dan ook direct op.

    Indien de Amerikanse schoolbussen aan een halte stoppen, beginnen er vooraan en achteraan op de bus grote rode knipperlichten te branden. Dan gaan de deuren open en kunnen de leerlingen zelf uitstappen. De Amerikanse leerkracht met toezicht blijft op de schoolbus.

    Al het verkeer (wagens, fietsers, voetgangers,…) blijft stilstaan tot zolang de knipperlichten branden. De schoolbus wacht aan de halte tot de leerlingen de straat hebben overgestoken. Dan gaan de knipperlichten uit en rijdt de bus verder. Dan kan ook het gewone verkeer verder !

    Misschien kan deze regeling in ons land worden ingevoerd, maar…!”

     

      

    -Bert Van Buggenhout

    -Brief van de school voor de ouders.

    -Zijn ontroerende gedachtenisprentje.

     







    27-07-2013 om 11:46 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 7 en 8 april : Toneel Rust Roest -  “De Dwaasheid heeft haar eigen Rechten”

    Dit luimig spel in drie bedrijven van John Patrick werd door 11 acteurs van ‘Rust Roest’ opgevoerd telkens om 20 uur in de zaal Sint-Cecilia.

    De regie berustte bij Guido Hellemans.

    Toegangsprijs : 100 fr. (in voorverkoop 80 fr.)

     

    “Rust Roest” stond weer op het podium

    Als “Rust Roest” uit Leest een toneelwerk op de planken brengt is men zeker van de kwaliteit ervan. De toeschouwers weten dit ook, en velen van buiten de gemeente verheugen zich met recht en rede op een toneel gebracht door dit liefhebbersgezelschap. Ook ditmaal had regisseur Guido Hellemans weer zo’n speciaal stuk gekozen.

    Een stuk waar plaats was voor een glimlach, maar een werk dat bij nader toezien eigenlijk iets droevigs in zich heeft.

    Een vraag die gesteld wordt : zijn sommige mensen gek of is de maatschappij gek ?
    Het hele gebeuren speelde zich af in een rusthuis voor zenuwzieken.
    Willy Keysers had een mooi decor opgebouwd. Ook de personages werden goed vertolkt. Voor Wendy Van Steen en Jan Boecken was hun debuutrol wel de vuurdoop.

    Zij leverden het bewijs dat er pit in hun toneelkunst zat.

    Hilde De Kock kreeg een geknipte rol.
    Zij wist hierin werkelijk gevoel te leggen en kreeg dan ook de sympathie van het ganse publiek met zich mee.

    Renild Polfliet, Jan Emmeregs en Marc Windelen, allen patiënten in het rusthuis, vertolkten hun rol zoals het hoorde.

    De hoofdrol Mw. Fortune vertolkt door Nicole Van Ginderachter, was goed, alhoewel hier misschien nog iets meer in te leggen was.

    Een ondankbare rol werd aan Imelda Van der Hasselt en Toni Peeters gegeven. Zij moesten zich steeds vlak houden. Toch wisten zij de harten van het publiek te veroveren, en dit kon tenslotte maar door hun acteertalent.

    Was er tenslotte nog Marcel Verwerft, een man die de klappen van de zweep kent en Liesbeth Cadeé ook voor niets vervaard.

    Met de inbreng van het kleine figurantje, Joris Diddens, kan men stellen dat “Rust Roest”, dit toch moeilijk stuk, meer dan behoorlijk gebracht heeft.

    Kwam de grime bij sommige personages wat hard over, en kwam er wel eens een ongewenst geluid van achter de schermen, toch werd daar goed werk verricht door Roger Janssens (teksthulp), grime (Vera Moernaut), klankbeeld (Karel Mertens), kostumes (Miloe Van Stijvoort), decorbouw (Willy Keysers en Frans Lamberts), decoraankleding (Stefan De Laet), belichting en technische leiding (Vic Diddens) en algemene regie : Guido Hellemans.

    De regisseur zorgde trouwens ook voor enkele bindteksten, die het ganse gebeuren een extra-ondersteuning gaven.”

    (GvM,12 april 1984)

     

    -Het Leestse toneelgezelschap dat ‘De dwaasheid heeft haar eigen rechten’ tot een goed einde bracht.





    27-07-2013 om 10:03 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    26-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De scholierenploeg van S.K.Leest met bovenaan rechts afgevaardigde Louis Vanden Bosch en verzorger Marcel Van Hoof uit de Dorpstraat. 

     

     

    1984 – Aprilnummer ‘De Band’ : VEVOC-VOLLEY

    “Na een lange stilte vonden we het niet ongepast eens een artikel in ‘De Band’ te schrijven over ‘The A-team’ van Vevoc.

    Reeds jaren wordt er volleybal gespeeld door Vevoc in de Alos-competitie. Jaar na jaar groeide de ploeg, ze werd technisch en vooral sportief en kameraadschappelijk  beter. Dit resulteerde in beter volley en een doorstoten naar de hoogste reeks met een waarschijnlijke kampioenstitel als toemaat.

    Reeds twee jaar vecht onze A-ploeg met wisselend succes om de kampioenstitel tegen de ploeg van O.L.V.Waver. Dit jaar schijn niets ‘The A-team’ te kunnen kloppen en zal er einde seizoen een titel mogen gevierd worden. Deze titel is eveneens het resultaat van een prima voorbereiding. Tornooien en oefenwedstrijden  werden gespeeld tegen hoger gekwoteerde tegenstrevers, die echter spoedig ondervonden dat ondanks het feit dat Leest geen ploeg telt in de Belgische Volleybalbond er daar toch aardig volley gespeeld werd.

    Ploegen uit tweede en derde provinciaal die dachten een rustig oefenpartijtje te spelen werden door ‘The A-team’ even rustig wandelen gestuurd.

    Het is dan ook niet verwonderlijk dat er steeds meer tornooiorganisatoren onze ploeg op de affiche wensen en bereid zijn concessies te doen.

    Daarom een welgemeend proficiat aan alle spelers die ongetwijfeld het meest succesrijke maar ook plezantste jaar van Vevoc-volley meemaakten.”

     

    1984 – Maandag 2 april : Schaken in ’t Seel

                Alle geïnteresseerden die hielden van schaken, zowel beginnelingen als

                gevorderden, werden die dag in ’t Seel verwacht. (‘DB’, april ’84)

     

    1984 – 5 april – De Mechelse Week :

     

    S.K.Leest : de kinderschoenen worden nu pas aangetrokken

    “De bedoeling van deze artikelenreeks is altijd geweest het jeugdbeleid van de diverse voetbalclubs uit de Mechelse regio zo accuraat mogelijk door te lichten.Telken werd daarbij een min of meer vast patroon aangehouden, waarbij er steeds naar gestreefd werd de preciese aard van de jeugdbewerking op een club uit de doeken te doen.

    …
    Een club als S.K.Leest evenwel eist een compleet andere benadering. Inderdaad staat S.K. zonder dit denigrerend te bedoelen, op gebied van jeugdwerking nog zo goed als nergens en waar andere clubs in deze reeks gewoonlijk terugblikten op hun beginjaren of het hadden over de evolutie van het gevoerde jeugdbeleid, zit S.K. nog maar in het stadium waarin de veters van de jeugdwerkingkinderschoentjes vastgeknoopt worden, en kan het dus alleen maar vooruit kijken. Louis Vanden Bosch, bestuurslid en afgevaardigde van de scholierenploeg, zet feiten en oorzaken op een rijtje.

    S.K.Leest werd opgericht in 1964 onder de naam Telstar Leest. Aanvankelijk werd er begonnen als caféploeg, maar na een paar jaar zag men in dat dit eigenlijk weinig perspectieven bood, en omdat het in die tijd een ongeschreven wet was dat alle caféploegen zich vroeg of laat aansloten bij het Katholiek Liefhebbersverbond, werd in 1966 ook bij Telstar tot die overstap besloten. In die beginperiode had de club zeker niet te klagen van belangstelling vanwege de jeugd, want vermits er in de onmiddellijke omgeving geen andere voetbalverenigingen waren, kwamen er al vlug heel wat jeugdspelers naar de Leestse terreinen afgezakt. Dit fenomeen bleek echter een doodbloeier te zijn en na een paar jaar telde Telstar alleen nog een elftal en een reserveteam, die grotendeels bestonden uit spelers, die bij hun oorspronkelijke clubs om de één of andere reden door de mand gevallen waren, én uit complete voetballeken. In 1977 dan werd de benaming Telstar vervangen door S.K.Leest, en dit ging gepaard met de oprichting van een VZW, teneinde de hoge werkingskosten van de club te drukken. Geleidelijk aan groeide ook de idee om de Katholieke Bond op te geven voor een aansluiting bij de Belgische Voetbalbond. De realiteit had immers uitgewezen dat de competitie in de Katholieke Bond té verre verplaatsingen met zich meebracht en bovendien geraakte een verjongd en dynamischer bestuur meer en meer van oordeel dat de uitstraling van de Belgische Bond niet alleen meer supporters aanlokte, maar ook een gunstige weerslag had op het sportief spelniveau.

    Ondertussen is de kogel door de kerk, want vanaf dit seizoen speelt S.K. inderdaad bij de Belgische Bond. Een aansluiting bij deze bond impliceert evenwel altijd de verplichtingen minstens één jeugdploeg uit de grond te stampen, bij het niet voldoen aan deze voorwaarde wordt er immers vanuit de bond een boete opgelegd, en S.K. is nu niet bepaald een club van miljonairs !

    De periode voor de aanvang van het huidige seizoen werd dan ook gekenmerkt door een verbeten zoektocht naar jonge spelers. Contacten werden genomen met andere clubs en vanwege de goede relatie tussen de beide voorzitters vooral dan met Racing Mechelen, werden alzo adressenlijsten bekomen, de spelers werden vervolgens persoonlijk aangeschreven, er werden huis aan huis bezoeken afgelegd, de eerste aansluitingen werden gerealiseerd, kortom langzamerhand begon er zich een ploeg te vormen en begon het meer en meer vast te staan dat S.K. een boete zou ontlopen. Niettemin is de zoektocht niet helemaal tot een goed einde gebracht, ondanks de enorme inspanningen van het bestuur, dat werkelijk hemel en aarde verzet heeft om zoveel mogelijk jongens naar de Leestse velden te lokken.Ten eerste is er de geografische ligging, die immers niet bepaald in het voordeel speelt. Als nieuwkomer is het altijd al moeilijk een plaatsje onder de zon te veroveren, en deze waarheid telt dubbel in een omgeving die reeds verzadigd is van voetbalclubs, en waar de meeste knapen al ergens anders aangesloten zijn. Bovendien heeft S.K.Leest in eigen gemeente dan nog af te rekenen met de concurrentie van grote broer V.V., die onmiskenbaar een grotere uitstraling heeft. Dit succes heeft er toe geleid dat, in vergelijking, of liever in contrast met de gedane inspanningen, er relatief weinig aansluitingen genoteerd werden.

    Ten tweede dient opgemerkt dat heel wat spelers die bij S.K. getekend hadden, na een paar maanden al niet meer kwamen opdagen. Tenslotte is het weliswaar zo dat S.K. aan de voorwaarden van de bond heeft voldaan door met een jeugdploeg in de competitie te starten, maar daar staat tegenover dat men noodgedwongen vrede heeft moeten nemen met het feit dat de ploeg, die voor S.K. redding bracht, een scholierenploeg zou zijn, en niet, zoals  in elk geval verkieselijk zou geweest zijn, een miniementeam. Als men echter weet dat de meeste clubs, met het oog op de konsekwentie en de rechtlijnigheid van het beleid, zo jong mogelijk met jeugdopleiding beginnen, en als men dan ook beseft dat het meestal vanaf de scholieren is dat het spel ernstiger gespeeld wordt en dat er homogene, op elkaar ingestelde groepen gevormd worden, is het ergens logisch dat S.K. , in antwoord op de vraag aan andere clubs om wat spelers af te staan, alleen maar scholieren gekregen heeft, en dan nog enkel die scholieren, die om één of andere reden niet in aanmerking kwamen voor een directe opname in de vaste selectie van hun oorspronkelijke clubs.

    Met dit alles voor ogen, zal het niet verwonderen dat de scholieren van S.K.Leest het enerzijds moeten rooien met een zeer beperkte kern, en anderzijds voorlaatste in hun reeks staan.

    De hamvraag is nu hoe S.K. zijn problemen zoekt op te lossen, en of er al concrete plannen op tafel liggen om meer jeugdspelers aan te trekken. De eerste stappen zijn reeds gezet, want momenteel is de club druk bezig met het ontwikkelen van een prospectiepolitiek, die zich vooral concentreert op het gebeid rond de Battelse Steenweg, volgens Louis Vanden Bosch een omgeving die, op het vlak van recrutering, nog enige perspectieven biedt. Verder is men er zich van bewust dat er dringend iets moet gedaan woorden om de naam van S.K.Leest een grotere bekendheid in het Mechelse te geven. De vrij goede resultaten, die momenteel door de eerste ploeg bijeengespeeld worden, zorgen in dat opzicht reeds voor een initiale positieve propagering. De grote ambitie van S.K. is uiteraard om ooit te komen tot volledige jeugdreeksen, maar voorlopig wil men niet verder kijken dan de neus lang is, en op dit moment werkt de club volop aan de oprichting van een juniorsploeg, die volgend seizoen naar alle waarschijnlijkheid de competitie reeds zal kunnen aanvatten. Veel hangt echter af van het aantal aansluitingen, die uit de geplande prospectie gepuurd wordt, waarbij, moest men bvb. wél enige kadetten kunnen aansluiten, maar er anderzijds geen team mee kunnen vormen, Leest zich voorneemt om deze kadetten dan uit te lenen aan andere clubs in ruil voor meer scholieren, als tenminste de ouders van de betrokken spelers met deze transactie akkoord gaan.

    Met het oog op de toekomst, wordt ook de oprichting van een jeugdbestuur noodzakelijk geacht, en, als is men het over de juiste formule nog niet eens, dan toch beseft men dat het in elk geval wenselijk zou zijn, mocht het huidige bestuur, dat 7 leden telt, aangevuld kan worden met enkele mensen, die zich uitsluitend om de jeugd bekommeren.

    Indien men volgend jaar reeds met juniors start, zou het wel in de bedoeling liggen dezen zo vlug mogelijk in te schakelen in het eerste elftal, want het instandhouden  van een eerste ploeg, enkele en alleen door aankopen zoals dat momenteel gebeurt, valt op lange termijn enorm duur uit. Overigens is Louis er voorstander van dat de juniors apart zouden trainen én met een eigen oefenmeester, maar tegelijkertijd onder nauwlettend toezicht van de trainer van het A-team.

    Op gebeid van jeugdtrainers zou men trouwens de voorkeur gevan aan spelers of ex-spelers van S.K. zelf. Tenslotte wordt volgend seizoen een 2de terrein in gebruik genomen, en streeft men ook nog naar het aantrekken van een aparte sponsor voor de jeugd, weliswaar in overeenstemming met de huidige sponsor.

    Zoveel is duidelijk, de voorwaardelijke wijs is in dit artikel schering en inslag, en eigenlijk zouden we binnen een jaar of tien nog eens een bezoekje aan S.K.Leest moeten brengen om na te gaan in hoeverre de plannen gerealiseerd zijn geworden en om te zien hoever de club dan al staat op het gebied van jeugdwerking. Op dit moment kunnen we S.K.Leest alleen maar veel succes toewensen.

       Sven Hendrickx.” 

     

    1984 – Vrijdag 6 april : ‘Grote dag voor het Stedelijk Onderwijs

    Die dag werden alle kinderen van de Leestse Stedelijke School te Mechelen verwacht op uitnodiging van de Schepen van Onderwijs. De ouders hadden volgend bericht ontvangen :

     

    Stad Mechelen

    Schepen van Onderwijs                                 Aan de Ouders,

     

    Vrijdag 6 april wordt een grote dag voor ons Stedelijk Onderwijs. ALLE kleuters (uitgezonderd 1ste Kindertuin), leerlingen en studenten verzamelen die dag om 13.OO u. op de Grote Markt. Na een korte toespraak door de heer J. Ramaekers, burgemeester en de heer G. Joris, Schepen van Openbaar Onderwijs, vertrekken de kinderen en stappen langs de Bruul naar de Vijfhoek. De kleuters en de leerlingen van het 1ste en 2de leerjaar wandelen door de Kruidtuin naar de Zandpoortvest, waar ze kunnen deelnemen aan een ballonwedstrijd. Vandaar worden ze met de bus terug naar school gebracht. In de school wordt hen een versnapering aangeboden.

    De leerlingen van het 3de, 4de, 5de en 6de leerjaar stappen tot in de gebouwen van SITO, waar zij een stuk fruit krijgen.

    Daarna : terugkeer per klas naar school.

     

    Beste ouders, ik dank U van harte voor het vertrouwen dat u stelt in ons Mechels Stedelijk Onderwijs, ik ben er van overtuigd op uw volledige medewerking te mogen rekenen.
    Laat vrijdag 6 april 1984 een onvergetelijke dag worden voor uw kind en ons Stedelijk Onderwijs.
    Hoogachtend, G. Joris, Schepen van Openbaar Onderwijs.

     

    1984 – 7 april : KRUISBOOG-SCHIETEN  in ’t Seel

    “Jong of oud die van Kruisboog-schieten houden worden verwacht op een eerste bijeenkomst om 20 uur in ’t Seel.

    Zij die reeds in een kruisbooggilde zijn verwachten wij ook om ons te helpen bij de start.”

    (Advertentie in ‘DB’, april ’84)

     

    26-07-2013 om 10:24 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – April – ‘De Band’ : Leestenaars treden zo uit de oude doos :

     

                                     Een opstel van Petrus VAN HERP van 25 januari 1947.

     

    Een arme klopt aan.

    “’t Was op een koude winterdag, kort na de oorlog. De ijzige noorderwind blies fel genoeg om groot en klein binnen te jagen.

    ’s Middags zaten we rond de tafel geschaard, gereed om beginnen te eten. Er werd hard op de deur geklopt. Ik mocht gaan opendoen. Daar stond een stumperd voor mij ; hij vroeg om eten. Ik zegde tot deze bedelaar : ‘Kom gauw uit het gure weer man, ik zal eens gaan vragen of ge u moogt komen opwarmen.’

    Mijn ouders stemden toe en moeder riep : ‘Kom hier bij de kachel u wat warmen.’

    Een poosje later schoof moeder hem een tafeltje bij. Daar kwam dan nog wat warme soep met een paar boterhammen. Nieuwgierig ging ik er nogal kortbij staan. De man was tevreden, dat zag ik aan zijn gezicht, en hij moest zijn blijdschap laten blijken.
    ‘God zal u zegenen’, zeide hij. Moeder haalde daarna nog een afgedragen jekker van onze peter voor de dag en trok hem die aan.
    De vreemde man ging opgewarmd en opgeknapt en gelukkig weg.

    WIJ WAREN OOK TEVREDEN, EN IK, IK WAS DE GELUKKIGSTE.”

     

    De schrijver Petrus VAN HERP.

    -Tijdens het schooljaar 1946-47 leerling in het 8ste leerjaar.

    -Geboren te Leest op 5 februari 1933.

    -Zoon van Jaak Van Herp en Amanda (+) Roelants, Lindelaan 7.

    -Gehuwd met Rits Maria (Heffen).

    -Wonende te Heffen, Hooiendonkstraat 66.

    -Beroep : werkt sinds 1950 bij COMET-Mechelen. Is ingeschakeld in de productie Butagasflessen en vanaf 1977 daarbij en in hoofdzaak productie biervaten (inox en aluminium). Hij werkt inzonderheid bij de onderhoudsdienst : ruimen en kuisen, nazicht en verzorging en reparatie machinerie.

    -Studies na de 4de graad : 3 jaar SITO Mechelen. Metaal A4 Werkpraktijk.

    -Vertel wat over uw dagelijks werk Peerke.

    -Wel, de grondstof voor de biervaten is inox en aluminium. Die kost wel 50 tot 65 fr. per kilo naargelang de soort. De productie bedraagt 1500 vaten per dag. Reken maar : 300.000 vaten per jaar. De vaten ontstaan uit grote rollen inox- en aluminiumplaten. Dat zijn rollen van 5 ton in banden van 150 meter lang en 1,20 m breed. Zo’n band passeert de fotocellen en klets, boem, twee halve potten zijn meteen geperst; daarna aaneen gelast en de bom erin gezet. Zo simpel gaat dat. Er zijn verschillende types vaten, bv type 66 is Heineken, ge hebt ook type 68 en type 80, en Cocacola-vaten.

    -Gij zijt een trouwe Cometarbeider. Sedert 1950, zie ik. Heeft Comet al aan u gedacht ?

    -Toch wel, in 1975 kreeg ik een gouden uurwerk.

    -En vertel eens over uw hobby’s…

    -Ik ben dikwijls graag gaan vissen in de Oosterschelde, in groepsverband. We huurden een boot af (15 tot 20 man). We lagen daar rustig op anker en voelden ons als vrije mannen met baarden, gelukkig als Piet en Joris en Korneel. Laatst zijn we nog op zee geweest. Azen met de lijn. We kunnen onze lijn afrollen tot 40 meter. Eens lagen we met onze boot in een grote school vissen. We hadden met onze gevieren 777 makrelen, juist geteld. En Peer wijst met zijn armen, in vissers-taal nogal ver open…

    Ik ben ook altijd een enthoesiast supporter geweest van motocross. Hoe meer modderspatten en slijkklodders, hoe meer zwarte rook en stikkestank, hoe heviger genotsebots en geschok en gedaver, hoe hoger ze boven de grond razen, hoe schoner mij die sport overkomt. Man, da’s geweldig !

    Ik ben ook een fan van de Speedway,  ge weet wel, die scrapers met die banden vol ijzeren pinnen (100 spikes van 3 cm). Ze wroeten met hun 55 CC in zeer bochtige assebanen tegen meer dan 100 kilometer per uur…

    Dan nijpt ge bijtijds uw ogen, maar ook uw billen toe. We waren eens in een boom geklauterd, om van uit de hoogte een goed zicht te hebben als ze uit de draai gestormd kwamen. Maar opeens schoot zo’n vurig machine hitsig vooruit, als een catapult de hoogte in en stortte kort bij onze boom in een vlammenpoel neer. In minder dan 1 seconde waren we uit die boom weg. Sensatie, man !...

    Tenslotte houd ik van een vrolijk babbeltje bij een smakelijk pintje bier, zo dagelijks een paar, met een heerlijk schuimend bandje. Met mate, een zeer gezonde kuur. ’t Is de gist, die ’t doet, geloof ik. Schol !

    -Ja Peerke, en smaakt het beter als het uit een vat van Comet komt ?

    Hier moet hij eens om lachen. Jawel, vertellen kan hij.”

    In het Leestse heimatblad van mei ’84 verscheen het vervolg :

    -Ge herinnert u nog wel wat hoe ge uw broek versleten hebt op de Leestse schoolbanken, veronderstel ik ?

    -Och, zwijgt erover. Als ik daar nog aan denk ! Ik heb in Leest in alle klassen op de laatste bank gezeten, en steeds met dezelfde maat naast mij. Ook in uw klas was dat zo : 8 jaren op de laatste bank, altijd naast Frans Peeters, want die was ook nogal groot opgeschoten.

    Niet dat we de domsten waren, maar de meester had ons van verre goed in ’t oog. Of weet gij niet meer, wat ge ons eens gelapt hebt ? Neen ? Allé-toe, ge haalde eens uit mijn zakken 2 sigaretten, ik weet het nog goed, VF (vuile foef, zegden we toen), en bij mijn maat, die had de stekskens, die haalde gij ook boven. En dien andere keer, ik zat eens op de grond achter mijn bank, misschien had ik mijn gom laten vallen, en ik hoorde u vragen : Frans, waarom zou de Peer hier vandaag niet zijn ? Is die ziek ? Want ik moet mijn register invullen. Jamaar, gij waart ook ‘ne fijne om iemand droog en verlegen boven water te doen komen.

    -Ja Peer, de tijd vliegt, spijtig, en nu is de Frans Peeters ook al bij de doden…

    -Och de Frans, hij was mijn goeie maat, en altijd gebleven, ook na onze schooltijd. Want later zijn we samen bij DE RITS in Heffen terecht gekomen. Frans koos er zijn Yvonne en Maria werd de mijne, en zo waren we beiden gesteld.

    -En daar hebt ge ook geen spijt van. En wat goeds weet ge nog meer van uw schooltijd ?

    -Goeds, goeds ? Och, weet gij nog dat de garde, den Huybrechts, ons eens uit de school komen halen is om ons in den bak te stoppen ?

    -Neen Peerke, dat herinner ik mij niet meer. En hebt ge d’er werkelijk ingezeten ?

    -Ge moogt gerust zijn. We hadden bij u als opstel een briefje leren schrijven. Dat ging over een hond. Schrijven om een jonge hond te bestellen. En ik had mijn briefje geschreven aan een zekere Louis Van Brempt in Londerzeel. En daarmee was ’t spel begonnen.

    -Peer, dat moet ge verder vertellen…

    -Wel, de dag dat we dat briefje hadden opgesteld in de klas, waren we na de school langs de kruisweg naar huis gelopen, ikke, de Lucien Van den Brande, Lowieke De Decker, Frans Verbruggen en zijn broer de Jokke, geloof ik. En aan de gevel van Jef De Decker gekomen, stonden we daar nog wat te giechelen en zottigheden te vertellen boven op den beerput. En ineens zeg ik, hoe dat opgekomen was, weet ik niet meer. En ik vroeg : willen we nu eens een briefke schrijven aan een boer…Ja, alleman was ’t akkoord. Ik zou een briefje schrijven aan Lowie Van Roey, ik weet het nog alsof het van gister is. Ik had erop geschreven : Louis, deze nacht, dat is de nacht die nu komt, ga ik uw varken komen pikken. En ik had eronder gezet : Louis Van Brempt, Londerzeel. Een andere schreef zo’n briefje aan Miel Verschueren en nog een andere een aan Fons van Bosses (Verbruggen) en die plaatste er ook een vreemde naam onder. En ieder zou zijn briefje in de brievenbus of onder de deur gaan stoppen. Zo gezegd, zo gedaan, en dan afwachten. Maar ’s anderendaags middags, als we weer naar huis liepen eten, en we kwamen daar aan Lowie Van Roey…Wat zag ons oog ? Die zijn varken hing daar aan de ladder, en de garde stond erbij. Ge kunt peinzen, we hielden ons lopen in, ‘k zal maar zeggen, ook onze adem, alle, we vielen bijkans stil en we MOESTEN daar voorbij. Die twee mannen hadden ons zien afkomen, Lowie bleef bij zijn varken staan, maar de garde kwam naar voren tot aan de baan. Maar die mannen, die zeiden niks, geen van beiden, alleen zo ons bekijken, precies of ze konden de misdaad van ons gezicht aflezen. Ik voelde zo een koude rilling langs mijn rug, alsof ik onder de lek van ’t dak had gestaan, en we fileerden zo achter mekaar, stillekens met een boogske voorbij de garde. En die zei begot maar niks. Eens hem voorbij begonnen we terug te rennen. Maar hiermee was het niet gedaan.

    ’s Namiddags terug in de school. Tingeling, de bel. We stonden pas in de rij, klaar om de klassen binnen te gaan, en wie komt daar op de koer ? De garde, den Huybrechts. Recht naar meester De Leers, en hij praat daar wat mee, maar wij stonden er wat ver af om iets duidelijk te kunnen opvangen. Meester De Leers trad in actie en beval : al de kinderen van de Tiendeschuurstraat en van de Winkelstraat komen hier bij mij staan. Dat gebeurde. Een heel troepke. Ik plaatste mij toch wat van achter, Lowieke De Decker ook, en de Lucien van Teunkes stond nog achter mij. Ja, de grote baas had ons in de gaten. Die drie daar achteraan blijven staan, de anderen mogen naar hun plaats terug. Nondestomme, hoe wist hij het ?    

    Om kort te zijn, ik heb bekend dat wij de schrijvers van de varkensbriefkens waren. De garde nam ons mee naar het gemeentehuis. Daar zat nog iemand op ’t bureel. Miel van Lowie de metser, als ge die kent, die was door met de oorlog bediende geworden zeker. Wel, die had er veel plezier in, dat zagen we. De garde zei iets, we konden het niet verstaan, de andere pinkte precies terug. Ja-ja, we vlogen de bak in. Amaai ! Tot ’s noenens, als de schoolrij om halftwaalf voorbij kwam, werden we gelost. Ja-ja, komt dat tegen.

    Maar d’historie was hiermee niet af. Een jaar of twee daarna, kwam ik eens van de vakschool terug met mijne velo, en ik ging bij Lowieke de coiffeur in de Scheerstraat om mijn haar te laten knippen. En wie zat daar binnen ? Weer die Miel Vloebergh. En wat zei hij tegen de coiffeur ? Zeg Lowie, zei hij, snijdt gij ook het haar af van varkensdieven ? Ja, dat zei die, om me te treiteren. Ik had hem wel kunnen doodzien, maar ik zweeg maar, want er volgde nog nen hele parool met uitleg, den hele lange uitleg, want de coiffeur speelde niet mis, hij moest er het fijne van weten, en den andere loste maar met stukskens. En dan lachtten ze me nog uit ook.

    Van toen af wist ik, dat we in den bak hadden moeten zitten, niet alleen een beetje, omdat we zo’n deugnietenstreken niet meer zouden uithalen, dat zou ik nog kunnen aannemen, maar ook wel omdat die mannen er heimelijk deugd van hadden, en dat vind ik nu nog altijd niet plezant.

    ’t Kan geen kwaad Peer, ’t is voorbij en ’t staat toch niet op uw strafregister.”

     

    Naschrift.

    Ik ben Peer zijn geval verder gaan uitzoeken. Daarom ben ik eens dieper gaan kijken in de oude doos. Daar vind ik tot mijn verrassing het ontwerp-opstelletje (=briefje) van Peer Van Herp aan Louis Van Brempt, voor aanvraag van een hondje. En dat briefje wil ik hier nog graag afdrukken. Want ’t is weer een interessant geval apart. Peer Van Herp met zijn 13 jaar van toen, -het was toen nog de preutse tijd van voor het Concilie, toen de kinnekes nog uit de roo-kolen kwamen. Maar Peer wist wel beter. Zoek zelf maar uit. Misschien was dat de reden waarom ik zijn briefje heb bewaard.
    De Peer toch. Waar is de tijd van toen ???

     

    “Leest, 28 april 1947.

     

    Aan Louis Van Brempt, Brusselse steenweg 107, Londerzeel,

     

    Mijnheer,

     

    In het dagblad : Het Nieuws van den Dag, heb ik vernomen, dat gij jonge rashondjes verkoopt. Wilt ge me laten weten wanneer ik mag komen zien en kopen. Liefst zou ik een schoon teefke willen. Want een reu breekt altijd op, zeggen ze.

    In afwachting van uw antwoord mijn beste groeten.

       Petrus Van Herp, Lindelaan 7 Leest.”

     

    -De drie kwajongens in de Leestse Amigo. (Tekening Susse Teughels)

    -Veldwachter Jan Theodoor Huybrechts (°Leest 3/10/1888, +Leest 3/10/1953).





    25-07-2013 om 07:03 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    24-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 30 maart : Edith Coppens won Kaarttoernooi van SK Leest (foto onderaan)

                Het chalet van SK Leest dat gedurende de laatste maaanden verschillende

                malen  ongewenst bezoek kreeg, vormde de laaste drie weken het centrum van

                de kaartliefhebbers.

                Op de verschillende kaartavonden kwamen steeds zo’n kleine honderd man

                opdagen.

                Op de eerste avond gingen de speciale prijzen naar Louis De Bleser, Viktor

                De Maeyer en Julien Huys uit Hombeek.

                De tweede avond werd een nipte overwinning van Julien Huys voor Edith

                Coppens en Louis De Bleser.

                De derde avond stond er geen maat op Edith Coppens.

                Dat was voldoende om het eindklassement in de wacht te slepen.

                Tweede werd Jules Huys en derde Louis De Bleser. (GvM)

     

    1984 – Vrijdag 30 maart : De MARATHON

     

    “Op een vrijdag in maart toen onze meester middagmaaltoezicht had, hebben we een marathon georganiseerd. We mochten zoveel rondjes rond de speelplaats lopen als we wilden. Ook de kinderen van de eerste klas liepen mee. Zij mochten echter niet zolang lopen als wij. Na een goede tien minuten moesten de jongsten ermee stoppen. De kinderen van de tweede klas mochten iets langer lopen. De leerlingen van de klas van meester Hendrickx mochten nog langer en wij moesten ermee stoppen vijf minuten voor de bel ging.

    De kinderen van de 5de klas konden niet meedoen want zij waren aan zee. Toen iedereen gestopt was, gingen we aan meester Gobien vertellen hoeveel rondjes we hadden gelopen. De meester telde alles op en berekende het gemiddelde per klas. Natuurlijk hadden wij het hoogste gemiddelde, voor de leerlingen van de 3de klas. De kinderen van de 1ste klas waren zelfs de derde want zij hadden allemaal meegelopen en Jos had wel meer dan vijftig rondjes gemaakt. Samen legden wij juist 43 km 120 m af. Al de kinderen van de school legden deze middag samen meer dan 100 km af !

    Toen het afgelopen was, waren we allemaal vermoeid ! Dat was dan de marathon van Leest.”

    (Verslag van Dominiek en Stefan in de’Schoolkrant’ nr.2 jaargang 4 van de Sted.Lagere School)

     

    In dezelfde periodiek verscheen ook een verslag van Daniëla Verheyden (foto onderaan) :

     

    Werken met klei

    “De meester had voor klei gezorgd. Op een donderdagnamiddag na het speelkwartiertje gingen we werken met klei. De klei was geen echte boetseerklei en later zouden we dan wel last hebben om klein figuurtjes netjes af te werken. De meester verdeelde de klei. Het was een grote, dikke worst van ongeveer 60 cm lang en die ongeveer acht kilo woog. Met een meetlat werd alles netjes verdeeld. Zo had iedereen ongeveer even veel klei. De meeste kinderen gingen een asbak maken omdat het stuk dat we kregen ongeveer deze vorm had. Andere kinderen maakten een huis. Nog anderen zorgden dat ze potjes, diertjes, ventjes, fruit en bomen konden maken. We hadden heel veel last om de verschillende delen samen te houden. Als de vormpjes opgedroogd waren, vielen ze soms terug in stukjes. Dan hebben we die deeltjes maar aaneen gelijmd.

    De volgende dagen hebben we onze vormpjes geschilderd. Dat ging heel goed. Het water van de verf drong gemakkelijk in de klei.

    Dan hebben we alles uitgestald voor de tentoonstelling en toen de tentoonstelling voorbij was, mochten we alles mee naar huis nemen.”

     

    1984 – Zaterdag 31 maart : Prijsuitreiking KWB-Kaartkampioenschap 1983-1984

                Programma:

                -19 u : Etentje bestaande uit kalkoengebraad,aardappelblokjes,exotisch fruit en

                groenten, wijn en koffie.

                -20u30 : Uitreiking der prijzen.

                -21u30 : Gezellig samenzijn met muziek en dans.

                Deelnameprijs (met gratis tombola) bedroeg 200 frank.

                Er waren steeds tussen de 15 en 20 tafels per wedstrijd en de prijzentafel ter

                waarde van 30.000 fr alsmede de twee hoofdprijzen per avond en de kip per tafel

                vormden de inzet.

                Winnares werd de Leestse Gerd De Prins met 932 punten , op één punt gevolgd

                door Victor Smets.

                Jozef Vloeberghen werd derde.

     

    In ‘De Band’ van mei ’84 verscheen daarover volgend (ingekort) verslag :

    “Zaterdag 31 maart werd het kampioenschap ‘83-84’ besloten met de prijsuitreiking, een etentje, een gratis tombola en een dansavond. Een honderdtal personen waren hiervoor ingeschreven. Ook een verslaggever van ‘Gazet van Mechelen’ was tegenwoordig.

    Tijdens de avond werden ook de dames die steeds belangloos meehielpen met een bloemetje bedacht.

    Dit kaarttornooi  werd  betwist  over 12 avonden waarvan de acht beste uitslagen in aanmerking kwamen voor de einduitslag. 111 personen hebben aan één of meerdere van deze kaartavonden deelgenomen en elf onder hen hebben er zelfs geen enkele gemist.
    58 kaarters waren achtmaal tegenwoordig en mochten hun prijs komen afhalen.

    Het gemiddeld aantal tafels per avond bedroeg 16, één keer werd 19 tafels genoteerd.

    Elke avond was er een hoofdprijs te winnen en een speciale attentie voor de 2e geklasseerde, de andere tafelwinnaars hadden een kip.

    Voor het eindklassement werden 58 prijzen uitgereikt voor een totale waarde van plus minus 30.000 fr. Als voornaamste prijzen vermelden we : een fiets, een deken sole-mio, een work-mate, een cassetterecorder, een reiskoffer, barometers…enz…

    Buiten zijn prijs mocht de overwinnaar ook nog een herinneringstrofee in ontvangst nemen.

     

    Eindklassement :

    1.De Prins Gerd          6.Van de Sande Angèle

    2.Smets Vic                 7.Jacobs Frans

    3.Vloeberghen Jozef   8.Van Praet Ferdinand

    4.Van Loo Frans          9.Publie Jaak

    5.Geerts Alfons           10.Van Medegael Marcel

     

    Tot slot ook nog hartelijk dank aan de ‘prijzenschenkers’ voor het eindklassement en de tombola namelijk :

    -NV Pol Piessens, vloerbekleding, behang, verven, Battelsesteenweg Mechelen.

    -Nuytkens-Van Zaelen, ceremoniewagens, fietshandel, kapsalon, Dorpstraat Leest.

    -Boutique ‘Brigitte’, Kapelle-op-den-Bos.

    -Beenhouwerij Jan Van de Sande-Somers, St.Katelijne Waver.

    Aan alle kaartliefhebbers : dank voor uw aanwezigheid…tot de volgende maal.

       Fons Geerts.”

     

    1984 – Aprilnummer van ‘De Band’ : De lente nadert !!!

    “Weldra wordt het lente ! We kunnen deze nakende seizoenwisseling waarnemen aan de welluidende fluitconcerten van onze gevleugelde vrienden.

    De botten der vruchtbomen zwellen. Hier en daar schieten de eerste kruiden schuchter op. De dagen worden langer. Zon- en buitenlucht zijn aangenamer. De lange winterzit komt stilaan ten einde. De natuur trilt, als gevolg van de toenemende, licht- en zonnekracht.

    Haar opborrelende schoonheid ontdekken we in ieder plantje en zelfs de mens ontsnapt niet aan deze geheimzinnige invloeden. Er zit kracht in de lucht, dat ervaart iedereen, men zou als het ware kunnen dansen, fluiten of zingen, het uitjubelen van vreugde.

    Alles is zo heerlijk, zo goed !

    Aan dit hemelsgeschenk kan men niet ongemerkt voorbijgaan, maar erg dankbaar wezen, voor dit steeds terugkerend ritueel met zijn oneindige uitstraling en openbloeiende heerlijkheid.”

    (Henri Labio in een poëtische bui) 

     

    Foto’s :

    -Edith Coppens ontving als winnares van het kaarttoernooi van SK enkele mooie geschenken uit handen van feestleider “Vikke” Van den Avond.

    -Daniëlla is de dochter van de laatste gemeentesecretaris van het autonome Leest : Jean Verheyden. Toen zij debuteerde in het eerste leerjaar van de Stedelijke Lagere School was zij het eerste en ook enige meisje tussen allemaal jongens.





    24-07-2013 om 12:14 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    21-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Achter dit witte spookachtig uiterlijk school Linda Verelst, de nieuwe  mini-ster 1984  van Groot Leest. Rechts de winnares van vorig jaar Wendy Van Steen. Tussen hen in voorzitter Verschueren en uiterst rechts Toine Lauwens.

     

     

    1984 – Zaterdag 24 maart : Jaarlijks gemaskerd bal van St.-Cecilia.

     

    Met de tweede verkiezing van ‘Eerste MINI STER van GROOT LEEST.

    Start 21 u. met optreden van discobar ANTVERPIA met D.J. Felix.
    Alle gemaskerden hadden gratis toegang tot het bal en de tombola.

    “…In de finale mochten de 10 deelnemers met het hoogste puntentotaal  uit de vorige proeven in de kring. Zij kregen allen nog een blinddoek voor, alsof het al niet warm genoeg was, en dan maar zoeken naar de vele uitgegooide tennisballen.

    Na deze finale werd de uitslag bekend gemaakt en nr. 1 was een macaber figuur, die men ’s nachts liever niet op zijn weg ziet passeren. Maar ééns het masker af, kwam er alles behalve een macaber gezicht te voorschijn. De tweede mini-ster van Leest is Linda Verelst. Deze jongedame is eigenlijk een Katelijns product, maar sinds een tijd is zij zich in Leest komen vestigen. Met haar komst te Leest maakt zij in ieder geval furore. “(pc)

    (GvM,27/3/1984).

     

    1984 – Zondag 25 maart : Wedstrijdbal van Jef Vloeberghen

                Voor de thuiswedstrijd van SK Leest tegen Niel werd de wedstrijdbal geschonken

                door SP-gemeenteraadslid Jefke Vloeberghen.

     

    1984 – Maandag 26 maart tot vrijdag 6 april :

     

                                          ZEEKLASSEN Stedelijke Lagere School 1984.

     

    De deelnemers van dit jaar waren al de leerlingen van de 5de klas :

    Dirk Annaert, Kurt Cauwenbergh, Joris Diddens, Sven Diddens, Danny Dom, Peter Emmeregs, Ronny Huysmans, Ilse Peeters, Ann Robbens, Johan Tiri, Alain Van den Sande, Erik Van de Vondel, Jürgen Verschueren en Wout Verschuren.

    Enkele leerlingen en de juf maakten volgend dagboekverslag :

     

    Jürgen Verschueren :

    “Op maandag 26 maart omstreeks 9 uur vertrokken we vanuit Leest naar zee. We gingen er in een mooi hotel logeren. Het hotel heet ‘Zeezicht’. Op de bus speelden we spelletjes en zongen we onze liedjes. Toen we aankwamen werden de kamers toegewezen. Omstreeks 1 uur gingen we eten. Daarna gingen we wandelen langs het strand. Voor Danny moet het wel prettig geweest zijn. Hij zag toen immers voor ’t eerst de Noordzee.

    De eerste nacht was het voor sommige jongens niet prettig. Ze konden niet slapen. Zij gingen dan praten en dan werden ze gestraft door een leraar of een lerares.

    We kregen er goed eten. Vele kinderen zijn echter enkele kilootjes afgevallen van al dat wandelen en lopen !”

     

    Alain Van den Sande :

    “We zijn goed aangekomen in Oostende. Het weer viel er goed mee. We gingen allemaal naar de derde verdieping behalve de meisjes. Zij kregen een kamer op de tweede verdieping.

    ’s Middags gingen we eten. In de namiddag gingen we leren en wandelen. Na het avondeten schreven we brieven naar huis. Daarna gingen we slapen. Die nacht kon ik niet slapen, maar de andere nachten wel. ’s Morgens na het ontbijt leerden wij in de klas. Daarna kregen we wel 20 minuten speeltijd. Dan gingen we weer naar de klas. In de namiddag wandelden we naar de pier van Oostende. Daar hebben we de draagvleugelboot gezien. Na het eten hebben we allemaal een stortbad genomen in het hotel. We mochten tot 9 uur spelletjes spelen op de kamer. De laatste nacht heb ik het best geslapen, want de volgende dag gingen we naar huis. Om elf uur kwamen we in de school aan !”

     

    Ilse Peeters :

    “Dinsdag, 27 maart 1984. In de voormiddag hebben we taal en rekenen geleerd. Mijnheer Trompet kwam in de klas vragen of wij ansichtkaarten en postzegeld nodig hadden. Bijna iedereen bestelde enkele ansichtkaarten. Daarna gingen we eten en om één uur reden we met de lijnbus naar Oostende. Daar hebben we de mailboot bezocht. Onze gids gaf veel uitleg en was erg vriendelijk. Op het schip kregen we melk als vieruurtje. Dat was lekker. We wandelden in de regen terug naar het hotel.”

     

    Dirk Annaert :

    “Woensdag, 28 maart 1984. In de voormiddag hebben we zoals gewoonlijk geleerd in de klas. Om elf uur zijn we naar het strand getrokken omdat de zon scheen. Daarna hebben we gespeeld. Dan was het middag. Later vertrokken we naar het zee-aquarium. Daar hebben we haaien gezien. Op de terugtocht vonden we zeesterren en zeewier in de netten van de vissers. Thuis aten we pannenkoeken en daarna nog een ijsje.”

     

    Wout Verschuren :

    “Donderdag, 29 maart 1984. Tijdens de namiddag reden we met de autobus naar de abdij ‘Ter Duinen’. Eerst zagen we een moderne kerk met mooie glasramen. Daarna zijn we naar de ruïne van de vroegere abdij geweest. Ook bezochten we het museum van de abdij. Je kon er vele voorwerpen van vroeger bewonderen. Die voorwerpen werden daar opgegraven. Die dag hebben we veel geleerd.”

     

    Danny Dom :

    “Vrijdag, 30 maart 1984. De uitstap die we vandaag maakten, deden we voor ’t eerst met de tram. Dat was een hele belevenis want we moesten zo’n half uur rijden. In De Panne stapten we af. We maakten toen een strandwandeling van De Panne naar Koksijde. Die afstand bedraagt ongeveer 8 kilometer. We hebben heel veel schelpen gezocht om er thuis iets mee te knutselen.”

     

    Johan Tiri :

    “Zaterdag, 31 maart 1984. Vandaag zijn we naar het olympisch zwembad van Oostende gaan zwemmen. Dat was wel eens prettig. Alleen was het water zout en dat was niet zo erg lekker. We hebben daar zo’n uurtje gezwommen. We moesten voortdurend onze mond gaan spoelen aan het fonteintje. Terug thuis gingen we eten en daarna vielen we vermoeid in slaap.”

     

    Dirk Annaert :

    “Zondag, 1 april 1984. Vandaag hebben we niet geleerd omdat het zondag was. Wel zijn we in de voormiddag naar de kerk gestapt. Ook hebben we een voetbalwedstrijd gespeeld in zeer hevige wind. We hebben gewonnen met 1-0. Tijdens de namiddag zijn er veel ouders op bezoek gekomen. Wij gingen juist naar de Mercator, dat is een oude driemaster. Het is wel een mooi schip. Op de terugweg kwam het water tot aan de dijk. Een echte storm zagen we toen. Dat was een mooi gezicht !”

     

    Joris Diddens :

    “Maandag, 2 april 1984. Vandaag maakten we een uitstap naar de Polders. We bezochten er een landbouwbedrijf. De boer had vele koeien. Hij kocht de kalfjes voor 12.000 frank en verkocht ze als vaars voor zo’n vijftigduizend frank.  Toen we terug naar huis gingen, speelden we in de duinen. Ik heb er tegen Kurt gevochten maar niemand won.”

     

    Kurt Cauwenbergh :

    “Dinsdag, 3 april 1984. We waren vandaag vroeg uit de veren. Na het wassen en aankleden was het tijd voor het ontbijt. Dan gingen we in de klas leren. Toen was het tijd voor het middagmaal. Daarna gingen we voetballen. We wonnen met 0-1 tegen de ploeg van Walem. Later moesten we nog een kilometer hardlopen. Sven was de eerste en ikzelf was de elfde. Na het avondmaal gingen we nog een brief schrijven en knutselen.”

     

    De laatste dagen aan zee was er geen tijd meer om verslagen te schrijven. De juf van de klas heeft ze toen maar zelf geschreven :

    “Woensdag, 4 april 1984. Vandaag gingen we een lange, maar plezierige en leerrijke namiddag tegemoet want er stond een uitstap naar het Zwin op het programma. In het vogelpark leerden we veel inheemse vogelsoorten kennen waarvan we soms nog nooit hadden gehoord. Zo zagen we er reigers, ooievaars, kauwen, bergeenden en nog vele andere soorten.

    Tot slot maakten we nog een wandeling in de oude zeearm, in de richting van Nederland. We zagen er de oude grenspaal tussen België en Nederland staan. Na deze vermoeiende tocht keerden we die dag laat met de bus naar huis terug.”

     

     “Donderdag, 5 april 1984. De donderdagnamiddag werd besteed aan het repeteren voor de Bonte Avond (een zangwedstrijd en een danswedstrijd). Eventjes zijn we wel naar buiten getrokken om een wedstrijd in het bouwen van forten te houden. Snel bouwden we het zandkasteel op. Daarna gingen  we vanop onze kamers kijken welke vlag het langst zou blijven rechtstaan. Wonder boven wonder wonnen wij de wedstrijd. Hiervoor kregen we een mooie trofee die nu in de klas staat. ’s Avonds trad bijna iedereen op tijdens het songfestival.

    Ann, Ilse en Sven traden op als de Star Sisters. Ze deden het schitterend. Ronny, Jürgen, Peter en Sven imiteerden Queen op een grandiose wijze. Ook Kurt, Wout, Joris, Ronny en Jürgen deden hun best als de Strangers. Nadien was er een bal en een danswedstrijd. Peter en Ann deden daaraan mee en werden…vierde.

    Die avond gingen alle kinderen al dansend naar hun kamer. Ze hadden zich goed geamuseerd.”

     

    “Vrijdag, 6 april 1984. Tijdens onze laatste dag aan zee maakten we nog een uitstap naar de Doornpanne, waar we ook de Hoge Blekker gingen beklimmen. De Hoge Blekker is de hoogste duin van België en zowat 33 m hoog. Ook hier waren er prijzen te verdienen. Wie het eerst zou boven komen, zou een beker krijgen. Spijtig genoeg was er voor ons nu geen prijsje meer bij al deden onze klimmers het toch niet zo slecht. De eerste prijzen waren bij de jongens voor Walem en bij de meisjes voor de school van de Brusselsesteenweg.

    Terug in ons hotel genoten we van ons laatste avondmaal in het ‘ Zeezicht-hotel’. Daarna gingen we onze rieskoffers vullen.”

     

    Enkele weetjes

    -Tijdens de eerste wandeling waren er twee leerlingen die bijna door de juf moesten gedragen worden. Gelukkig konden Ilse en Ronny elkaar tot in het hotel helpen. In de loop van de volgende dagen werden zij net als alle anderen volleerde wandelaars.

    -Kurt is een geweldige voetbalspeler. Hij scoorde in de twee wedstrijden de enige punten. Een bravootje voor hem !

    -We waren heel erg blij met het briefje dat we kregen van meester Gobien. Natuurlijk vonden we het spijtig dat de voetbalploeg van de 6de klas in Antwerpen was gaan verliezen. Zelf deden we het toch een beetje beter want we werden tweede na Walem. We hadden hetzelfde aantal punten maar Walem scoorde één doelpunt meer. Wij kregen dan ook een mooie bal mee. Zelfs de kinderen van Walem waren een beetje jaloers. Wij wilden niet ruilen, zelfs niet voor de beker !

    -Op zondag kregen bijna alle leerlingen van Leest bezoek. Gelukkig weende er niemand bij het afscheid.

    -Wisten jullie dat de vorige gids van het zee-aquarium gebeten werd door een zeepaling toen hij deze ging voederen ? Lach nu maar niet want de arme man kan zijn gekwetste arm voorlopig niet meer gebruiken ! Zo zie je maar dat je zelfs met vissen voorzichtig moet zijn !

    -Na het bezoek aan het zee-aquarium vonden we op de kade in enkele vissersnetten mooie zeesterren. Die gaven we aan juffrouw Greet zodat zij daarover les kon geven. Ze was er erg blij mee !

    -De juf gaf ons ook les over de garnaal. Dat was heel plezierig want we mochten allemaal van de meegebrachte garnalen smullen !

    -Op onze laatste uitstap, die naar de Hoge Blekker, liepen we verloren in de Doornpanne. In de verte zagen we de anderen lopen. Zij wisten echter van niets en stapten steeds maar door. Onze juf ging met een stok voorop om de vallen van de stropers op te sporen. Gelukkig kwamen we er geen tegen. We waren op een bepaald ogenblik zelfs zo erg verdwaald dat we het jagerspad niet meer terugvonden. We liepen tegen een hele dichte en erg vertakte doornstruik aan en konden niet verder. We moesten terug !

     Uiteindelijk had de hoofdgroep  ons toch gemist en was er iemand achtergebleven om ons op te vangen.

    -Sven Diddens won de kilometer hardlopen. Hij kreeg een mooi tegeltje met daarop de St.-Romboutstoren. Proficiat, Sven !

    -Ook in het forten bouwen wonnen we de eerste prijs want onze vlag bleef het langst rechtop staan. Die mooie trofee hebben we te danken aan Wout want hij duwde onze vlaggetok heel diep in het zand.

    -Alhoewel het weer niet zo erg meeviel, was iedereen graag in Oostende. Sommige kinderen hadden zelfs spijt dat ze terug naar huis moesten !

     

    Foto’s van deze zeeklassen werden op het schoolfeest tentoongesteld.

    (‘Schoolkrant‘, nr.2, jaargang 4)

     

    21-07-2013 om 06:32 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – Zaterdag 10 maart : Algemene Statutaire vergadering N.S.B Leest

    Bij afwezigheid van voorzitter André Walschaers opende secretaris Georges Veiller om 19 u. de vergadering in het lokaal Sint-Cecilia.

    Een veertigtal oudstrijders, sympathisanten en gelijkgestelde wapenbroeders vergezeld van hun dames woonden de vergadering bij.

    “Bij deze gelegenheid heeft het uittredend bestuur een gratis eetmaal geschonken aan haar aangesloten leden en hun dames.

    Gewoontegetrouw gaf de secretaris een kort maar volledig verslag  over de activiteiten van het voorbije jaar 1983. Bij de verkiezing van de kandidaten voor een functie in het dagelijks bestuur is dit samengesteld als volgt :

    Voorzitter : Van Beersel Eugeen. Ondervoorzitter : Van den Heuvel Louis.
    Secretaris-penningmeester : Veiller Georges. Feestbestuur : De Bruyn Frans.

    Kommissaris : Walschaers  André, Nuytkens August en De Smedt Albert.
    Vaandeldrager : Spoelders René.

    Oudstrijders – krijgsgevangenen – oorlogsvrijwilligers – gewapende weerstanders en gelijkgestelden.

    De nationale strijdersbond van België, Koninklijke maatschappij, gesticht sedert 1919, overweegt en tracht in de mate van het mogelijke tegemoet te komen aan de materiële en morele eisen van oudstrijders en gelijkgestelden.

    Het is in uw belang dat u zich in vertrouwen wendt tot uw plaatselijke afdeling die uw problemen zal trachten  op te lossen, zoals U al meermaals hebt vernomen.

    Voor alle inlichtingen begeef U naar de zitdagen van de secretaris op de :

    -1ste vrijdag van de maand bij ons lid De Laet Frans.

    -2de vrijdag van de maand bij ons lid De Laet Georges.

    -3de vrijdag van de maand bij ons lid De Maeyer Victor.

    -4de vrijdag van de maand bij ons lid Van Steen Emiel.

    Telkens van 15 tot 16 uur.

           De secretaris-penningmeester Veiller Georges.”

    (‘DB’, mei ’84)

     

    1984 – 11 maart : VU Hombeek en Leest bezocht Heemkundig Museum.

                De Volksunie-afdeling Hombeek Leest bezocht het Heemkundig Museum van

                Kontich.

                Inschrijvingen bij Ann Swartenbroeckx, Heike Hombeek. (DMW, 8/3/84)

     

    1984 – 11 maart : Schitterende prestaties voor jonge Leestse muzikanten

    Die dag namen twee jonge muzikanten van de Kon.Fanfare St.-Cecilia deel aan het 2de Nationaal Kampioenschap van Vlaanderen voor koperblazers-solisten. Beiden traden ze op in de categorie van 15 tot 18 jaar en allebei behaalden ze een schitterende uitslag.

    Luc Vertommen, cornet, behaalde 84% en werd vice-kampioen van Vlaanderen.

    Johan De Win, ook cornet, behaalde 79%  en eindigde op een verdienstelijke 4de plaats.
    Eén van de juryleden was Kenneth Dennison, een bekende Britse brassbandfiguur.
    Het kampioenschap werd georganiseerd door de V.B.B.F.

    (‘Van Toeters en Trompetten’, juli 1984)

     

    In ‘Het Laatste Nieuws’ stonden de resultaten van de muziekacademie van Willebroek gepubliceerd. Er werd één regeringsmedaille toegekend en vijf gemeentelijke medailles.

    Van deze in totaal zes medailles gingen er drie naar muzikanten van St.-Cecilia Leest.

    -De regeringsmedaille aan Michel Leveugle (94%, althoorn).

    -Een gemeentelijke medaille aan Johan De Win (94% cornet) en Luc Vertommen (91% cornet).

    Ingrid Polspoel, die niet vermeld werd in het artikel, behaalde met 80% het diploma in de hogere afdeling A. Ook zij speelde cornet.

     

    1984 – 12 maart – Uit Schakel Informatieblad van de Vriendenkring v.d. Sted.Lag.School

                “Geachte Ouders, beste Oud-Leerlingen, beste Vrienden,

    (...)

    In de eerste plaats moeten we u meedelen dat het contract van Mej. Linda Vansant, klassetitularis van de 5de klas, beëindigd is. Zij wordt tot het einde van het schooljaar 1983-84 vervangen door Mej. Carina Vercammen. Wij bedanken  Mej. Vansant voor de bewezen diensten en wensen Mej. Vercammen alle succes toe.

    De leerlingen van de 5de klas gaan allen met hun nieuwe juf van maandag 26 maart e.k. tot en met zaterdag 7 april e.k. op zeeklassen. De Vriendenkring betaalde per deelnemende leerling 1.000 fr. van het deel dat ten laste viel van de ouders. Dit is een traditie en wanneer de financiële toestand van de Vriendenkring in de toekomst zo rooskleurig blijft, zal deze traditie in de toekomst ook aangehouden blijven.

    Het stadsbestuur heeft een perceel grond naast de school en achter het oud-gemeentehuis ter beschikking gesteld. Wanneer dit terrein is opgeruimd, zullen we samen aanplantingen doen, een speelgazonnetje aanleggen en een schooltuin inrichten. De materialen en planten worden door het stadsbestuur ter beschikking gesteld.

    (...)”

     

    1984 – 12 maart : Fysieke klachten voor Leestse dirigent.

    “…Onze dirigent (noot : J.P. Leveugle) had de laatste tijd al wat klachten over zijn fysische toestand. Na een grondig onderzoek heeft men een rugletsel vastgesteld. Hij dient tijdens de komende weken al zeker rust te nemen en over een maand of misschien nog later zal hij beslissen of hij nog verder zal dirigeren. Ondertussen werd er een voorlopige regeling getroffen en wordt de fanfare gedirigeerd door André Van Driessche. Onder zijn leiding wordt het komende Palmzondagconcert voorbereid.”

    (‘Van Toeters en Trompetten’, maart-april ’84)

     

    1984 – 13 maart – Het Laatste Nieuws : Voetballers gewond.

                “Op het terrein van S.K. Leest werden twee voetballers tijdens de wedstrijd

                gewond en naar het St Jozefziekenhuis te Mechelen overgebracht.

                Het gaat om Eddy Lefebvre, Wilgenstraat 59 Mechelen, die zware letsels

                opliep, en Jan Van Hemelrijck, K. Van Doorslaerelaan 54 Bornem, die

                licht gewond werd.”

     

    1984 – Donderdag 15 maart : Open Wijkvergadering SP-afdeling Leest

     

    “Beste Leestenaars,

     

    De SP-afdeling Leest heeft op donderdag 15 maart 1984 om 20.00 u. in zaal St. Cecilia te Leest een ‘OPEN WIJKVERGADERING’ gepland voor ALLE inwoners van Leest.

    De Heer Burgemeester, Jef RAMAEKERS en de SP-schepenen Mevr. VANDERAERSCHOT, de heren G. JORIS, F. NASON en J. VAN DER SANDE  zullen die avond op al uw vragen trachten te antwoorden.

    Heeft u problemen, heeft u opmerkingen, heeft u kritiek op het gevoerde stadsbeleid, kom uw vragen afvuren op ons SP-panel.

    Werk mee aan de democratie, geef uw noden en verzuchtingen te kennen, onze SP-mandatarissen MOETEN  ze ook kennen !

    Met deze avond lossen wij een belofte in van ons SP-verkiezingsprogramma !

    HET STADHUIS MOET EEN GLAZEN HUIS WORDEN !

    DURF DEZE UITDAGING AAN ! KOM – EN VRAAG !

          De Voorzitter SP-afdeling Leest, Daniël Nuytkens

         De Secretaresse SP-afdeling Leest, Tinneke Vloeberghen.”

    (Omzendbrief)

     

    En de periodiek van de socialisten ‘Voor Allen’ van 24 februari  daarover :

    “Inleveren noemt men het ! Reeds meer dan 2 jaar nationaal, nu ook op gemeentelijk vlak. De meeste mensen zijn bereid om in te leveren, als ze weten waarom en als dit ten goede komt aan hun medemens die het minder goed heeft. Nationaal is het geweten : het geld gaat naar de investeerders (…) en die zijn niet minder gegoed; wij worden er voorlopig (?) niet beter van. Anderzijds schuift de regering ook moeilijkheden op de rug van de steden en gemeenten. Wist je dit ? Jawel, maar je zou wel eens willen weten wat het Mechels stadsbestuur er aan doet ? Om je toe te laten het eens rechtstreeks van een vertegenwoordiger van dit stadsbestuur te horen, hebben wij een open wijkvergadering ingericht. Op donderdag 15 maart zal schepen Francois Nason je het stadsbeleid komen toelichten. Wil je het juist weten ? Kom dan eens luisteren in ons lokaal St.-Cecilia, Dorpsstraat 6. Iedereen is welkom.”

     

    21-07-2013 om 06:21 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 28 februari : Samenkomst Jong-KVLV

    Thema : ‘agressiviteit bij kinderen’. (‘DB’, maart ’84)

     

    1984 – Maart : Advertentie in  ‘De Band’ :  Uit de band in de hand !

    “Goede zangvogels te koop aan 300 fr. stuk (kweekbaar).

    Poppen 150 fr. stuk.
    Te bevragen bij Jos Vanlaerhoven, Leestsesteenweg 120 Mechelen.”

     

    1984 – Maart : Die maand kregen de Leestenaars een folder in hun bus waarin

                Anita & Theo van de gelijknamige frituur hun hygiënische vleeswaren voorstelden.

                (Folder onderaan)

     

    1984 – Maart - De Gazet van Willebroek :  V.Z.W. ’t SEEL

    “In mei van verleden jaar, werd alhier, een vereniging zonder winstoogmerk opgericht, waarvan de statuten verschenen in het Belgisch Staatsblad van 8 december 1983 onder het identificatienummer 10718/83.

    -waarbij hierbij

    Een van de doelstellingen is jonge kunstenaars de kans geven om hun werken ten toon te stellen. Wij denken aan schilders, tekenaars, etsers, beelhouwers enz.

    Voor de voordrachtkunst staat een zaaltje ter beschikking, om deze beoefenaaars de gelegenheid te geven hun toneel, muziek, zang of dans aan een beperkt publiek voor te stellen. Ook exotische en folkloristische zang en dans kunnen hier beoefend worden.

    Mensen die leiding kunnen geven zijn welkom.
    Een bijzonder doel is, gezellige avonden organiseren voor NIET ROKERS en deze, die pas opgehouden hebben te roken, om ook eens in een omgeving te kunnen zijn waar de rookwalm helemaal afwezig is, zowel bij een pintje bier, als bij een tasje koffie.

    Deze activiteiten zijn niet alleen bedoeld voor mensen uit de streek, maar ook voor alle geïnteresseerden uit het ganse Vlaamse Land.

    Alle inlichtingen over werking en lidmaatschap kunnen bekomen worden bij de voorzitter van de vzw ’t Saal : Tony Baarendse, Juniorslaan 114, 2931 Mechelen Leest. Tel. 015/71.10.21 na 18 u. of de week-einden.”

     

    1984 – 1 maart – De Mechelse Week : Bibliotheek in Leest.

                “Gust Emmeregs (CVP) vroeg naar aanleiding van het agendapunt dat de

                verbouwing en uitbreiding van het bibliotheekcomplex goedkeurde, hoever

                het nu staat met de plannen voor een afdeling van de bibliotheek in Leest.

                Goed nieuws voor de Leestenaren, die bibliotheek komt er wel degelijk.

                De plannen voor de bouw van een filiaal in het Oud-Gemeentehuis van Leest

                zijn rond, en wachten nog enkel op de goedkeuring van ons aller

                brandweercommandant Hendrickx.” 

     

    1984 – Zaterdag 2 maart : KWB Snoeien van fruitbomen

                Om 14 had bij Wilfried De Bondt, Kouter 62 Leest, een theoretische en

                praktische les plaats over snoeien van fruitbomen.

                Organisatie : KWB Leest.

     

    1984 – Dinsdag 6 maart  : Pannekoekenavond in ’t SEEL

    “Leest is een dorp dat leeft ! Leest kent een weelde aan verenigingen. En er komen er nog altijd bij : de jongste telg is de VZW ’t Seel.
    Gesticht in mei vorig jaar heeft ze haar zetel bij Tony Baarendse, Juniorslaan 114.

    Roex Guy, een onderwijzer uit Lint, is penningmeester en Karel Verelst, bediende uit Bornem, secretaris.

    Deze vereniging beoogt een volks trefpunt te zijn en wil volgende activiteiten ontplooien :

    Inrichten van tentoonstellingen, dia-, film, videoclub, folkloristische ontmoetingen, danskunst, kleinkunst, muziek, toneel, toerisme, binnenvaart, streekgerechten, volkskunst, ecologische problemen, micro-processing, elektronica en zelfs gezellige ontmoeting van niet-rokers.

    De pannekoekenavond : vanaf 18 uur.”

    (‘DB’, maart 1984)  

     

    1984 – Vrijdag 9 maart : 2de Grote Kaartwedstrijd van PVV.

    In het lokaal van Victor De Maeyer organiseerde P.V.V.Wijk (Hombeek, Heffen en Leest) een 2de grote kaartwedstrijd.

    Deelname : 50 frank.

    Prijzen : 1 kip per tafel en de hoofdprijs een kalkoen.

     

    Martin Tourné won de kaartwedstrijd van de Brandweer.

    Dezelfde dag organiseerde de Mechelse Brandweer ook een kaartwedstrijd te  Leest :

    “Al hadden de organisatoren, met name de sportkring van de Mechelse Brandweer, voor een prijzentafel gezorgd ter waarde van 20.000 fr., toch konden zij de massa niet lokken.

    Men had voor Leest geopteerd, omdat daar regelmatig kaartwedstrijden gebeuren.

    Winnaar van deze kaartavond werd Martin Tourné. Hij haalde het voor Eddy Van den Berghe, De Ridder, Theo Van Moer en Willy Van Hoof.

    Na de wedstrijd werd in de wandelgangen gefluisterd dat de Mechelse brandweer goed kan blussen, als men het aantal afgetapte vaten aanschouwde…” (GvM, 9 maart ’84)

     

    Leestenaar Martin Tourné was te Willebroek geboren op 4 april 1946 en hij overleed na een langdurige ziekte te Duffel op 21 augustus 1986. Hij was een zoon van Albert en van Jeanne Van Hoof uit de Blaasveldstraat.

    Hij was gehuwd met Paula Schaerlaecken, echtgescheiden en samenwonend met Lena Verschooten. Twee kinderen : Chris en Nancy Tourné.

    Zoals zijn vader werkte Martin jarenlang in de buizenafdeling van Eternit en nadien bij de zegeldienst van de Post.

    “…Wij hadden nooit gedacht dat Martin het zo vroeg zou opgeven. Het leek wel of hij zeven levens had, zo hebben wij, zijn leeftijdsgenoten van de Leest-Heide, dat toch ervaren.

    Martin was kampioen in het koerslopen. Hij kon tevens erg goed in bomen klimmen. Bij dit laatste is hij een paar keer op het nippertje aan erge dingen ontsnapt. Daarom dachten wij dat hij zeven levens had…”

    (Stan Gobien in de folder n.a.v. een reünie van de Leestse vijftigjarigen in 1996)  

     

    Bijgevoegd :

    -De folder van Anita en Theo.

    -De folder van de PVV-kaartwedstrijd.

    -Een jonge Martin Tourné.

    -De familie Tourné op de huwelijksdag van Martin.

    Van l. naar r. : José Tourne, Miel Ceuppens, Paula Schaerlaecken, Martin, Ludo Tourné, moeder Jeanne Van Hoof, vader Albert Tourné.

    Onderaan : grootmoeder Florentien ‘Tien’ De Schoenmaeker, haar tweede man Louis Diddens en Frieda Tourné.

    -Martin op rijpere leeftijd.











    20-07-2013 om 07:37 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    19-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 28 februari – Gazet van Mechelen :

     

                                                Leest krijgt eigen Sportcentrum

    “Met een aantal fiere tremolo’s in de stem kondigde Gust Emmeregs gisteren tijdens een persconferentie de bouw van een sportcentrum te Leest aan.

    De realisatie ervan moet in een bliksemsnel tempo gebeuren want de eerstvolgende Leestse Volksfeesten, aangekondigd met start op 31 mei, moeten als eerste activiteit in het nieuwe complex kunnen doorgaan.

    Het “Sportcentrum Leest” beslaat 15 are bebouwde oppervlakte met een grote zaal van 42 x 23 m, waar buiten sport ook andere manifestaties kunnen plaatsgrijpen.

    Gedacht wordt hierbij aan (handels)beurzen, tentoonstellingen, muziekwedstrijden en diverse feestelijke bijeenkomsten.

    Een compartimentele vloerverwarming laat het opsplitsen van de zaal in kleinere ruimtes toe.

    Vanzelfsprekend is er voorzien in dienstlokalen, berging, sanitair en kleedkamers ;

    er is echter ook een ruime keuken voorzien die een capaciteit van de ganse feestzaal aankan, (500 zitplaatsen) naast een restaurant en een cafetaria.

    Het complex is toegankelijk voor minder-validen.

    De sportzaal met haar bijna 1.000 m2 oppervlakte wordt voorzien voor zaalvoetbal, minivoetbal, handbal, korfbal, tennis, volley, basketbal.

    Het gebouw zelf wordt opgetrokken uit een staalconstructie met asbestcementpanelen.

    De eerste spadestreek is nog voor deze week gepland.

    Met de aankoop van de inplantingsgronden aan de Dorpstraat te Leest, voor de terreinen van VV, en de bouw van het complex is een investering van 15 miljoen gemoeid.

    “Uiterst goedkoop”, meent Gust Emmeregs, die het ook nog had over de stroomversnelling waarin de bouwplannen terechtkwamen na de tentenramp van vorig jaar.

    Om de plannen te kunnen realiseren leent een opgerichte “NV Sportcentrum Leest” (opgericht 9/2/1984 bij notaris Schotte te Mechelen) een bedrag van 9 miljoen dat over 15 jaar dient te worden terugbetaald.

    De “NV Sportcentrum Leest” heeft haar maatschappelijke zetel aan de Tisseltbaan 34 te Leest.

    De vennootschap heeft tot doel het ten dienste stellen en de commercialisatie van het gebouwencomplex ter beoefening van sporten en vrijetijdsbestedingen in de ruimste zin aan personen, verenigingen en handelsmaatschappijen.

    Het maatschappelijk kapitaal bedraagt 4,5 miljoen frank,(verdeeld over 4.500 aandelen van elk 1.000 frank) volgestort door 18 aandeelhouders.

    De raad van beheer is samengesteld uit Gust Emmeregs, Guillaume Seeldrayers, Louis Vloebergh, Jos Roosemont,(architect van het complex) Frans Tuyaerts (ex-voetballer van KV Mechelen) en Emiel Spruyt.

    Commissaris is Camiel De Loose.

    Gust Emmeregs is tot afgevaardigde-beheerder aangesteld.

    Door de initiatiefnemers werd een kosten-baten analyse uitgewerkt die voorziet in het financieel zichzelf bedruipen van het nieuwe sportcentrum, cafétaria, restaurant en het verhuren van de sportaccommodaties moeten hier hun niet te versmaden rol spelen.

    Voor het meer dagelijks en bestendig werk zal van bij de start één full-time en één parttime persoon in dienst genomen worden. (FOJ)”

     

    In ‘De Band’ van maart 1984 verscheen een vraaggesprek met Gust Emmeregs :

    -“Gust gaat er nu een sporthal komen ?”

    -“Ja natuurlijk, wat dacht je wel, als we iets beginnen moet het er ook komen.”

    -“Hoe ben je op het gedacht gekomen zelf een sporthal te bouwen ?”

    -“De Leestse Volksfeesten is mijn levenswerk. Door de stormramp van verleden jaar konden ikzelf noch mijn vrienden het risico lopen van nogmaals een tent te nemen.  Gezien hier in Leest geen geschikte zaal is, moesten wij er iets op vinden om de feesten in de toekomst te laten doorgaan. Dan maar zelf een sporthal bouwen. Maar er is ook een tweede reden : ondanks het feit dat er in Mechelen stad goed uitgeruste sportaccomodaties zijn, zullen de jeugd en de sportliefhebbers van Leest en omliggende zich weer thuis voelen in een sporthal in eigen midden en georganiseerd door eigen mensen.”

    -“Goed en wel, iets willen en iets realiseren zijn twee verschillende zaken. Zo iets neerzetten betekent toch een investering van enkele tientallen miljoenen.”

    -“Tientallen miljoenen : dat kan waar zijn voor sportpaleizen gezet door openbare besturen met geld van de belastingbetaler. Dat is hier niet het geval. Sinds oktober van vorig jaar heb ik mij zeer intens geïnformeerd naar de kost- en uitbatingsprijs van een sporthal die aan de behoefte voldoet maar die ook betaalbaar en leefbaar is. De laatste maanden heb ik 15 sporthallen over gans Vlaanderen bezocht, ik heb er gekeken en met de verantwoordelijke personen gesproken. Daaruit is b.v. het besluit genomen geen globale aanbesteding –sleutel op de deur- te doen maar post per post aan te besteden.”

    -“Ja, maar hoeveel gaat het nu kosten ?”

    -“Ik zou eerst willen zeggen dat het hier niet enkel om een sporthal gaat maar om een zaal die geschikt is voor vele doeleinden, waar dus naast sport ook vergaderingen, manifestaties als feesten in kunnen georganiseerd worden. Hiermede rekening houdend heeft architect Roosemont een plan opgesteld dat volledig overeenstemd met dit polyvalent gebruik.”

    -“Wat gaat er dan allemaal komen ?”

    -“Op het gelijkvloers is er vooreerst de sporthal zelf met 42 m op 23 m geschikt voor : zaalvoetbal, handbal, volleybal, basketbal, tennis en korfbal. In de inkomhal is er een sanitair voor gehandicapten, er is een trap en een lift, ook een restaurant-frituur, een keuken en nog twee sanitaire installaties. Op de verdieping is er dan een groot chalet van 15 x 6 m. met een glaswand en met rechtstreeks zicht op het sportgebeuren in de zaal, verder zijn er 5 kleed- en 5 douchekamers. Aan de voorzijde is er de conciërgewoning en bureel en lokaal EHBO.”

    -“Dat is fantastisch ! Wanneer begint de bouw en wanneer moet hij klaar zijn ? Dat kan toch niet meer tegen de komende Leestse Volksfeesten ?”

    -“Het blijkt misschien wel onmogelijk, maar het is nog gebeurd dat in Leest zaken kunnen die vooraf ondoenbaar geacht werden. De aanbesteding heeft al plaats gehad, de grondwerken zullen beginnen eind februari – begin maart. Met elke aannemer werd de timing afgesproken. Tegen 25 mei moet alles kant en klaar zijn. Het gebouw bestaat uit metalen gebinten en prefabmaterialen zodat alles vlug kan gaan.”

    -“En wat gaat dat nu kosten Gust ?”

    -“Op basis van de toegewezen werken die de volledige afwerking inhouden en rekening houdend met de waarde van de grond zal het geheel rond de 15 miljoen kosten. Ter vergelijking met de andere sporthallen is dit minder dan de helft. Ik ben er fier op dit te kunnen realiseren zonder dat dit de Mechelse belastingsbetaler ook maar 1 fr. zal kosten.”

    -“15 miljoen is nog veel geld, van waar gaat dat komen ?”

    -“Dit is inderdaad een grote investering die een gezonde en brede financiële basis moet hebben. Daarom werd er een naamloze vennootschap gesticht ‘N.V. Sportcentrum Leest’ op 9 februari 1984 bij notaris Schotte te Mechelen. Het kapitaal van deze vennootschap bedraagt 4,5 miljoen en voor de realisatie van het gehele complex werd verder een lening aangegaan. Ik wil hier alle aandeelhouders danken voor hun financiële inbreng, het zijn er niet minder dan 18 die hun vertrouwen stellen in de zaak.”

    -“Maar gaat de uitbating al die kosten kunnen drukken ?”

    -“Zoals gezegd ben ik veel sportcentra gaan bezoeken. Ik heb een kosten-baten analyse opgemaakt. Op basis van te verwachten zaalbezetting en verteer is rendement verzekerd.

    Alle Leestse sportverenigingen zullen wij bij voorrang ten dienste staan zodat zij niet meer moeten uitwijken. Anderzijds zullen wij voldoende initiatieven aan de dag leggen om het geheel te laten renderen : alle grote sportmanifestaties maar ook familiefeesten zoals bij communie, huwelijk, jubileum, maar ook bals en dansavonden, bijeenkomsten voor bedrijven, gepensioneerden, onthaal bij eendagsreizen kunnen wij piekfijn verzorgen met eten, drank en amusement. Vanzelfsprekend zullen ook de Leestse Volksfeesten, de handelsbeurs en hopelijk ook de andere grote Leestse manifestaties zoals de Ceciliafeesten en de Vevoc-cross welgekomen gasten zijn. Verenigingen die bepaalde grote manifestaties plannen zullen wij graag ontvangen en onze diensten aanbieden.”

    -“Dat zal toch veel volk vragen, wie gaat dat allemaal doen ?”

    -“Kijk maar naar het verleden : wat hebben wij allemaal al gerealiseerd dank zij het enthousiaste medewerken van zovele mensen. Op hen blijven wij natuurlijk verder rekenen want de sporthal zal ook een stukje van hen zijn.. Voor het meer dagelijks en bestendig werk zal wel iemand in vaste dienst genomen worden, dat helpt dan de tewerkstelling.”

    -“Gust, dank je voor de uitleg. Wij wensen u oprecht veel succes toe.”

    -“Dank U ! Ik ben er van overtuigd dat U en alle Leestenaren en mensen uit de omgeving blij zullen zijn met dit gedurft privé-initiatief.”

    -“Gust, de wereld is aan de durvers !”    

     

    (Meer over ‘Sportcentrum Leest’ : 3/8/1984 in deze Kronieken.)

     

    Foto’s :

    -Op deze plaats, de parking van V.V. Leest, werd de sporthal gebouwd.

    -De beheerraad van Sportcentrum Leest.

    -Zo moet het Sportcentrum Leest er gaan uitzien.







    19-07-2013 om 06:40 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    -De voltallige rennersgroep van Vlug en Vrij Muizen. (Foto : DMW)

     

     

    1984 – 23 februari – De Mechelse Week : Renners Vlug en Vrij Muizen

                Twee Leestenaars bij deze club : Geert De Bruyn stond bij de lijst junioren en

                Gino De Leeuw bij de liefhebbers vermeld.

                Verder verscheen in dezelfde krant over deze Leestenaars :

                Gino De Leeuw : geboren 1/8/1964.

                Cecilialaan 7 2931 Leest.

                1981 : 1 noverwinning (N)

                1982 : -

                1983 : 1 overwinning (J). Krachtig gebouwd. Is dikwijls mee maar getuigt van

                weinig koersdoorzicht. Kan waarschijnlijk goed het grotere verzet rondkrijgen.

                Kan goed tempo-rijden.

     

                Geert De Bruyn : geboren 17/7/1965.

                Dorpstraat 55, 2931 Leest.

                Is een klasbak, uiterst snel aan de meet maar laat vlug de moed zakken.

                Heeft veel pech gekend in ’83, sukkelt met de knie.

                Volgens de laatste inlichtingen dringt een knie-operatie zich op.

                1980 : 1 overwinning.

                1981 : 3 overwinningen.

                1982 : 12 overwinningen als nieuweling, 2 als junior.

                1983 : 5 overwinningen.

                Bezit ook enorme aanleg als pistier. Wordt liefhebber op 17/7/84.

     

    1984 – Zaterdag 25 februari : Chiro-Bal

                In de parochiezaal met het orkest van J. Maes.

                Aanvang vanaf 21 uur en inkom bij voorverkoop 60 frank. (GvM, 25/2)

     

    “Dit jaar hadden we echt veel geluk : ons orkest kwam deze keer wel opdagen en dan nog wel met een grotere bezetting dan contractueel voorzien. Toch werd er meer jeugd waargenomen op ons chiro-bal dan chiro-ouders en het zijn tenslotte deze ouders waarop ons chirobal gericht is.

    Waarschijnlijk zit de belangstelling van de jeugd wel een beetje in de weg van een talrijke opkomst van de chiro-ouders.

    Toch danken we langs deze weg al de aanwezigen want nu kunnen we dan toch met een gerust hart en gespijzigde kas op bivak vertrekken.”

    (‘DB’, mei 1984)

     

    1984 – 25 februari : Teerfeest SP Leest

                Leden betaalden 350 frank, niet-leden 700 frank.

                Plaats van gebeuren : zaal St.-Cecilia, Dorpstraat. Inschrijven kon bij de

                secretaris van het bestuur : Tinneke Vloeberghen, Kouter 91.            

                Tijdens het feest werd ook overgegaan tot de verkiezing en herverkiezing

                van het bestuur. (‘Voor Allen’, 30/12/1983)

     

     

    17-07-2013 om 22:00 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1984 – 23 februari – De Mechelse Week :

     

                                                     LEEST TEGEN DUBBEL SPOOR

    “De elektrificering van de spoorlijn 54 Mechelen-Sint Niklaas heeft reeds voor heel wat protest gezorgd. De NMBS besloot tot deze peperdure operatie met het oog op het vlotter doen verlopen van het toenemend treinverkeer. Deze lijn behoort tot de wenige nog niet geëlektrificeerde spoorlijnen in België en was dringend aan opwaardering toe.
    Bovendien zou deze onderneming, hoewel erg duur, op lange termijn kostenbesparend werken. De oude diesellokomotieven eisen immers heel wat dure energie en elektriciteit is veel goedkoper geworden.

    Wie echter niet zoveel zullen besparen, zijn de vele omwonenden.

    Samen met de elektrificering wordt lijn 54 ook op dubbel spoor gezet.

    In Blaasveld leidde dit al tot een uitgebreide protestactie, omdat een viaduct het dorp in twee dreigde te snijden. Maar viaducten komen er, niet in Blaasveld, maar wel in Leest. Bovendien zullen een aantal van de kleinere overwegen afgeschaft worden, wat heel wat praktische moeilijkheden voor gevolg zal hebben.
    Het eerste slachtoffer van heel deze onderneming zijn zeker de Leestse landbouwers. Zij zien niet enkel een deel van hun land opgeofferd aan de brede spoorlijn –de goedkeuring voor de onteigeningen werd al door de gemeenteraad gegeven- maar de afschaffing van een aantal overwegen brengt ook verbindingsproblemen met zich mee.

    Een boer die anders op zo’n 200 meter van zijn land woonde, zou zo verplicht worden om een ommetje van een slordige 4 km te maken alvorens hij zijn akker zal kunnen bewerken. De Belgische Spoormaatschappij toonde al begrip voor deze problemen.

    In Leest zijn de werken gestart. De land- en tuinbouwers zien alles met lede ogen aan en hebben weinig verweer.

    De besparingen voor de “ijzeren weg” zullen voor hen onherroepelijk een meerkost betekenen. En de tijdsbesparing voor de treinpassagiers zal eveneens ten koste van tijdsverlies bij de omwonenden gaan.

     

    Mensen van Leest en Hombeek krijgen moeilijkheden door een geëlektrificeerde ijzeren weg.

    De spoorlijn 54 –Mechelen-St.Niklaas- is de enige spoorweg die nog niet geëlektrificeerd is. De NMBS wil het steeds toenemend trein- en wegverkeer vlotter laten verlopen door elektrificatie van deze spoorlijn.

    De voorbije maanden werd op het spoorweggedeelte tussen Leest en Hombeek met man en macht gewerkt. Ultramoderne machines met tientallen mankrachten toverden op een minimum van tijd een oude spoorweg om naar een vrij goede en fantastisch mooie spoorweg. De NMBS  zal met deze miljoeneninvestering vast en zeker bijzonder grote besparingen inbrengen in het verder verloop van dit verkeer. Er kan alleen al geblikt worden op de enorme besparing van benzine. Of die besparing echter voor iedereen besparingen met zich zal meebrengen is nog een heel andere vraag.

    Wat is nu juist de bedoeling van de Belgische spoorwegen en welke problematiek hangt hier rond ?

    De spoorlijn 54, Mechelen-St.Niklaas, is het enige spoorweggedeelte dat nog niet werd gemoderniseerd. Hieruit komen dan een heleboel moeilijkheden te voorschijn wat de aansluitingen betreft voor Brussel, Antwerpen en Gent. De mensen van de Belgische spoorwegen willen het steeds toenemend trein- en wegverkeer vlotter laten verlopen door elektrificatie en verdubbeling van deze lijn, de uitschakeling van de overwegen en de vervanging van de twee bestaande stopplaatsen te Blaasveld door één modern station. Daarbij zou de NMBS de spoorweg laten ophogen van Leest-Heide tot aan de spoorwegbrug over het kanaal te Willebroek. Dit betekende dat de woonzone Blaasveld doormidden zou worden gesneden door een betonnen viaduct van 6 m hoogte plus de elektrificatie tot 10 m hoog.

     

    Landbouwers slachtoffer

    Op het Heike te Hombeek werd de afschaffing voorzien van twee bewaakte overwegen en één onbewaakte. De eerste overweg, de belangrijkste , ligt in het centrum van het Heike, aan de vroegere treinhalte, vlak naast de feestzaal van de fanfare ‘De Vrolijke Vrienden’.

    De tweede overweg die dichtgaat ligt aan het einde van de Moststraat, op het punt waar de spoorlijn naar Willebroek afgesplitst van de lijn naar Dendermonde.

    De derde onbewaakte overweg heeft weinig verkeer, de sluiting treft echter landbouwers in de verbinding met hun akkers. Als alternatief voor de drie afgeschafte overwegen voorzag de spoorwegmaatschappij  wel een brug over de spoorlijn. Deze brug bedient echter niet het Heike maar wel een smal asfaltwegje nabij de ‘Brede Dries’.

    In Leest zou de overweg aan de Tiendeschuurstraat wegvallen, wat als gevolg heeft dat

    de bedrijven van een tiental boeren klakkeloos in twee wordt gesplitst.

    Voor hun stuk land dat 300 à 400 meter van de boerderij ligt hoeven ze dan dagelijks maar even 4 km af te leggen.

    De tweede overweg die in Leest wordt afgesloten is de overweg aan de Juniorslaan.
    Deze wegonderbreking zou worden gecompenseerd door een overbrugging.
    Deze viaduct zou dan helemaal terecht komen op het tuinbouwbedrijf van Marcel De Prins. Dit bedrijf kan dan ook hulpeloos verloren worden genoemd.

    Een derde overweg die het slachtoffer wordt van de spoorwegmodernisering ligt op de Grote Heide. Deze afsluiting zou dan eveneens betekenen dat land- en tuinbouwers een rondritje kunnen doen van een kleine 4 km.

    Dus kan men ongeveer gaan stellen wat de Belgische spoorwegmaatschappij bespaart aan energie, een surplus uitgave wordt bij de boeren.

     

    Aanpassingen.

    Wat is er nu al verwezenlijkt ? En wat zal er al dan niet komen ?

    De spoorwegbrug over het kanaal te Willebroek zal voorlopig niet worden vervangen. De nieuwe brug zal overigens naast de bestaande gebouwd worden zodat het treinverkeer niet zal gehinderd worden. De veel besproken spoorwegviaduct door het dorp van Blaasveld komt er na talloze protestacties evenmin.

    Het baanvak Willebroek-Heike zou oorspronkelijk dubbelsporig worden, maar ook dit project werd geklasseerd. De overweg-afsluiting aan de Grote Heide te Leest zou wel worden uitgevoerd, alsook de overweg aan de Juniorslaan en de Tiendeschuurstraat.

    De viaduct aan de Juniorslaan is reeds in vergevorderd stadium en zal waarschijnlijk binnen enkele maanden in dienst worden genomen. De onderbrugging aan de Tiendeschuurstraat komt er helemaal niet. Dit project zou praktisch en financieel niet te halen zijn. Alhoewel er vanwege de landbouwers over de  honderd schriftelijke bezwaren werden ingediend, werd hier echter geen rekening mee gehouden.

    Wat er aan het spoorweggedeelte al is verwezenlijkt is het grondgedeelte, de elektrificatiewerken zouden pas beginnen in maart en gans het complex zou eind 1984 in gebruik kunnen genomen worden.

    Na dit kleine overzicht kan men wel stellen dat de NMBS zich toch de moeite heeft getroost om rekening te houden met plaatselijke bewoners, zo heeft ze bijna de helft van haar project laten vallen en hiervoor compensaties gezocht. Er zullen nog wel enkele grote moeilijkheden blijven en hierbij blijven we dan denken aan de landbouwers.

    De NMBS is gestart met een mooi, modern, overdacht en verantwoord project maar wat zeker blijft is dat de besparingen aan energie die de spoorwegmaatschappij vooropstelt zal worden gecompenseerd door een surplus uitgave bij de landbouwers en andere mensen die nu vele kilometers zullen moeten meer afleggen.” (D.D.S.)

     

    “De Band” van maart 1984 publiceerde daarover volgend artikel :

     LEEST IS ER GEW… Een brug te veel !

    “Vroeger was er nog een station, de treinen stopten er. En in de oorlog werd er zelfs zeer druk aan ruilhandel gedaan : de machinist reed dan wat verder door zodat zijn locomotief goed in het veld stond, de stoker gooide wat kolen van zijn tender terwijl de boeren hem vlug groenten en boter toereikten.

    Wie zou het ooit gedacht hebben dat daar midden in het veld een viaduct zou komen ?

    Het waarom is een lang verhaal en begint bij de petroleumcrisis. Om onafhankelijk te worden van de dure olie schakelt ons land over naar eigen energiebronnen : steenkool en kernenergie.

    46% van onze elektriciteit wordt nu geproduceerd uit kernenergie ! Daarom ook werkt de Maatschappij der Spoorwegen een plan uit om haar spoornet te elektrificeren. In dat plan is ook de lijn 54 Mechelen-St.Niklaas voorzien en tegen eind van dit jaar moet over gans het traject de elektriciteitsleiding aangebracht zijn.

    En over die draad gaat het nu. Want die leidingen belemmeren het vervoer over de weg van uitzonderlijk hoge en zware stukken zoals grote machines, turbines en ketels. De vrije ruimte onder de draad is slechts 5,50 m. Al wat hoger is moet langs Leest komen.

    Waarom nu juist langs Leest ?

    Al wat uit het midden en het zuiden van het land naar de haven van Antwerpen moet is geblokkeerd te Boom omdat de draagkracht van de Rupelbrug te beperkt is (slechts 80 ton). Zo heeft men een andere weg moeten zoeken die loopt over Tisselt – Leest – Blaasveld – Mechelen – Rumst – Kontich – Antwerpen.
    Daarom moest men een brug bouwen te Leest die sterk genoeg is om dat uitzonderlijk vervoer te dragen nl. 360 ton. Tevens zal aan de hoek Juniorslaan – Blaasveldstraat de draaicirkel vergroot worden : de elektriciteitskabine die er nu staat wordt verplaatst en de tip grond wordt in het wegdek opgenomen.

    Al deze uitleg die wij bij de ministeriële diensten ophaalden, kan wel kloppen. Maar wie er woont, heeft toch de last ervan te dragen : waardevolle gronden werden onteigend, de uitbating van tuinbouwbedrijven werden bemoeilijkt doordat de gronden van mekaar werden gescheiden –vooral het bedrijf van De Prins Marcel is getroffen- , voor velen, vooral oudere mensen, zal de steile helling een hindernis zijn en een gebuurte wordt in twee gesneden : vooral de mensen van het Rennekouter moeten nu een grote omweg doen.

    Is dit de tol die we moeten betalen voor de vooruitgang ?

    Over autostrades rijden we in de kortste tijd van stad tot stad. Maar dat diezelfde autostrades dorpen en gebuurten in twee hebben gesneden, daar denken we niet aan.

    Alleen als in onze eigen omgeving zoiets gebeurt, hebben we er oog voor.

    Als straks de treinreizigers in de elektrische treinen veel vlugger zullen voorbijrazen, zullen we alleen maar spreken van verbetering.”

     

    Foto’s :

    -Vertrouwd beeld in het dorp. Passagiers op de lijn Mechelen-Sint-Niklaas.

    -De overweg aan de Tiendeschuurstraat. (Foto : DMW)

    -De werken aan de Juniorslaan zijn reeds ver gevorderd.

    -De werken aan het viaduct aan de Juniorslaan. (Foto : DMW)

     











    17-07-2013 om 07:37 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 03/10-09/10 2022
  • 26/09-02/10 2022
  • 19/09-25/09 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 15/08-21/08 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 17/08-23/08 2020
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 20/07-26/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 16/12-22/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!