1864 Donderdag 17
maart :xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
INHULDIGING PASTOOR VAN DER CRUYSSEN
Men schrijft ons uit Leest : Ll. Donderdag
heeft alhier de plegtige inhuldiging plaets gehad van onzen nieuwe pastoor, den
eerw. Heer Van der Cruyssen, voordezen onderpastoor in O.L.V. van den Bystand
te Brussel.
Rond 2-1/2 ure namiddag bevond zich de eerw.
hrder, vergezeld van de zeer eerw. heer deken, den eerw. heer Segers, zijn
gewezenen pastoor, den eerw. heer Van Cauwelaert, pastoor van St-Nikolaes en
eenige brusselsche vrienden in dry rytuigen, aan de Adeghempoort te Mechelen,
waer hen een vijftigtal ruiters afwachtten, die de eerewacht moesten vormen en
hem tot aen de kerk begeleid hebben.
Op de grenzen der parochie werd de nieuwe
pastoor verwelkomd door onzen achtbaren burgemeester en, na hem, door de
meisjes der kongregatie van O.L.V. die hem, de eene in naam der gemeente en de
anderen in dengenen der kongregatie de hertelykste gelukwenschingen toestierden
na hem, den eerewyn aangeboden te hebben.
Vandaer begaf zich de stoet naar het dorp te
midden van eene ontelbare menigte, die zoodanig opeen was gedrongen, dat men er
bijna niet door kon.
Hij was samengesteld uit de harmonie van
Heffen, die ons met de grootste bereidwilligheid hare medewerking verleend
heeft en niet weinig heeft bijgedragen om de plegtigheid op te helderen;
zes maegdekens te peerd, het kollegie van
burgemeester en schepenen, de eerewacht, die ik hooger gemeld heb en de
rijtuigen van onze eerweerden herder en vrienden ;
en de ganschen weg van aen Battelbrug tot aen
de kerk was op het prachtigste versierd met boomkens, draperyen en vlaggen.
Aen de pastory werd onze nieuwe herder onthaeld
door M. den onderpastoor omringd van al de priesters der konferentie, die heer
stierde hem op zijne beurt eene welgepaste redevoering toe en een der zes
maegdekens steeg van haar peerd om hem nogmaels den eerewyn te schenken en hem
op de teederste wys geluk en welkom te wenschen.
De achtbare pastoor toonde zich zeer gevoelig
aen al die heilwenschen en heeft er in zeer bevallige en diep gevoelde woorden
op geantwoord.
Onmiddellijk daerna begaf zich de eerw. heer
Van der Cruyssen, vergezeld van eene talryke klergie in roket naer de kerk,
waer de inleidingsplegtigheid moest plaets grijpen.
Onzen schoone nieuwe tempel was opgeschikt op
het beste en heeft aller verwondering ontsteken; en de zeer eerw. heer Deken heeft ter dezen gelegenheid eene
hertroerende aenspraek gedaen, waarin hij de verdiensten van zynen ouden
leerling in de vleyendste kleuren heeft afgeschilderd en den iever voorspeld
heeft, dien onze nieuwe pastoor in het uitoefenen zijner bediening zal aen den
dag leggen.
Die redevoering zal langen tyd in het geheugen
van al de parochiaenen geprint blyven.
Na de plegtigheid is men wedergekeerd naar de
pastory waer de eerw. herder andermael de gelukwenschingen van de klergie, den
gemeenteraad, het kerkbestier, de armmeesters en zyner talrijke vrienden heeft
ontvangen.
De armen werden by deze gelegenheid niet
vergeten.
Ieder huisgezin heeft eene milde aelmoes in
brood en geld ontvangen.
Des avonds was onze gansche parochie op het
luisterrykste verlicht en men heeft in den hof der pastory een prachtig
vierwerk afgestoken ;
ook was het zeer laet vooraleer de ontelbare
vreemdelingen, die van Mechelen en uit
de naburige parochiën dit schoone feest waren
komen bijwonen, onze gemeente verlieten.
(Gazet van Mechelen 20
maart 1864)
Jan Frans
Vandercruyssen zou tot 1891 de pastoorsfunctie te Leest waarnemen.
Geeft uit hoofde van ziekelijkheid zijn ontslag
op 22 juni 1891, staat er op
zijn doodsprentje. Hij overleed kort nadien te Mechelen op 27 juli van
datzelfde jaar.
Zoals zijn twee
voorgangers besteedde pastoor Vandercruyssen zijn beste krachten aan de kerk.
|