1882 Mechelsen Courant 30 juli 1882 : Getal leerlingen in de scholen :xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Katolieke
school Officiele school
Zemst 142 60
Leest 163 15
Laer-Sempst 213 9
Hombeeck 206 45
1882 - 14 december :
Wij Leopold II Koning der
Belgen aan alle vertegenwoordigen en toekomende doen weten dat voor den
ondergeteekenden Notaris gepasseert is de akte waarvan de inhoud volgt. Heden
den Veertienden December agttien hondert tweeentagtig, ten twee en half ure
nanoen.
Wij Meester Sebrechts Notaris residerende te Willebroek hebben ons bevonden te Leest,
in het Dorp ter Estaminet De Groene Linde alwaer ten verzoeke van Het Armenbestuur der gemeente Leest en
van Het Bureel der Kerkmeesters van
Sint Nicolaï-Kerk elk respectievelijk
van het zijne vertegenwoordigt als volgt :
1.Het Armen Bestuur door de
heren Joannes Ludovicus DE RUYSSCHER, Voorzitter, Ignatius Wagram Ludovicus
WAUTERS, Antonius Josephus DIDDENS en Carolus VAN DE SANDE, leden, allen
landbouwers te Leest gehuisvest.
2. Het Bureel der Kerkmeesters
vertegenwoordigt door de heren Joannes Victor SCHEERS, Voorzitter,Petrus
Joannes SELLESLAGH, Secretaris en Josephus STEEMANS? Tresorier, allen
landbouwers te Leest gehuisvest.
Item ten bijwezen van den heer
Henricus Livinus DE LAET, landbouwer Burgemeester der gemeente Leest, daar
gehuisvest, handelend als lid van regtswege zoo van Armen Raad als van
Kerkbureel zijner gemeente.
Wij overgegaan zijn tot
openbare Verpagting der goederen gelegen onder de gemeenten Leest, Hombeeck,
Heffen, Kapellenopdenbosch, Thisselt en Mechelen in eenendertig artikels
beschreven op het nagemeld goedgekeurd Cohier van Lasten en Voorwaarden,
waarvan de vijftien eersten den eigendom zijn van den Armen, de artikels
zestien tot en met vierentwintig van Kerk en van Armen onverbrekelijk elk voor
de helft en de artikels vijfentwintig
tot en met eenendertig van de Kerk. (
)
Wij hebben de goederen artikel
per artikel opgeroepen en dezelve verhuurt aan de laatste en hoogste bieders,
zoo als volgt , dewelke gesteld hebben de nagemelde solidaire borgen.
Art. 1 : Mits veertig francs van Ludovicus JACOBS,
landbouwer te Leest, die voor borg aanbiedt Florentinus CAMPION, landbouwer te
Leest.
Art. 2 : Mits achtendertig
francs aan denzelven die zelve borg aanbiedt.
Art. 3 : Mits vijfennegentig
francs aan Guillielmus Franciscus CORTEBEECK, zoo voor zich als voor Jacobus DE
WIT beiden landbouwers te Leest, elk voor de helft. Nogtans verklaren zij
elkander ten voordele van het Weldadigheidsbureel, solidairlijk ieder voor het
geheel te verbinden.
Art. 4 : Mits vijfendertig
francs aan Petrus Joannes VAN BOXEM, landbouwer te Leest, die voor borg
aanbiedt Henri BERNAERTS, landbouwer te Leest.
Art. 5 : Mits
hondertvijfenzestig francs aan Guillielmus COOLS, landbouwer te Leest, die voor
borg aanbiedt Josephe BEULLENS, landbouwer te Leest.
Art. 6 : Mits zesendertig
francs aan Joannes Franciscus VAN GYSEL, landbouwer te Leest die voor borg
aanbiedt Joannes Baptista VAN GYSEL, landbouwer te Leest.
Art. 7 : Mits honderd francs
aan Seraphina COECKELBERGH, weduwe van Joannes Baptist VAN HOOF, landbouwster
te Leest, die voor borg aanbiedt Joseph MOORTGAT, landbouwer te Leest.
Art. 8 : Mits zestig francs aan
Ludovicus VAN DER TAELEN, landbouwer te Leest, die voor borg aanbiedt Joannes
MARNEF, landbouwer te Capellenopdenbosch.
Art. 9 : Mits
tweehonderttwintig francs aan Petrus FIERENS, die voor borg aanbiedt Franciscus
MERTENS, beiden landbouwers te Leest.
Art. 10 : Mits veertig francs
aan Florentinus CAMPION, die voor borg aanbiedt Ludovicus JACOBS, beiden
landbouwers te Leest.
Art. 11 : Mits vijfentachtig
francs aan Franciscus MERTENS, die voor borg aanbiedt Petrus FIERENS, beiden
landbouwers te Leest.
Art.12 : Mits zeventig francs
aan Josephus JANSSENS, die voor borg aanbiedt Joannes Baptista SPRUYT, beiden
landbouwers te Leest.
Art. 13 : Mits honderttien
francs te weten aan Ludovicus TROCH, landbouwer te Leest, die voor borg
aanbiedt Carolina VERLINDEN, landbouwster te Leest, voor vijfenvijftig francs
en aan Henricus DE WIN, landbouwer te Leest, voor vijfenvijftig francs die voor
borg aanbiedt Joannes Franciscus DE WIN, landbouwer te Leest.
Art. 14 : Mits vijfentachtig
francs aan Ludovicus VAN DEN BOYNANTS, landbouwer te Hombeeck, die waarborg
aanbiedt Theodore TEUGHELS, landbouwer
Hombeeck.
Art. 15 : Mits veertig
francs aan Petrus Josephus VAN ROEY,
maalder te Heffen, die waarborg aanbiedt Henricus BERNAERTS, landbouwer te
Leest.
Art. 16 : Mits zestig
francs aan Joannes Baptista MARNEF,
landbouwer te capellenopdenbosch, die waarborg aanbiedt Ludovicus VAN DER
TAELEN, landbouwer te Leest.
Art. 17 : Lot zeventien : Mits
hondertzeventig francs aan Petrus Joannes VAN HOOF, landbouwer te Leest, die
voor borg aanbiedt Ludovicus NEEFS, landbouwer te Leest.
Art. 18 : Mits veertig francs
aan Joannes Baptista SPRUYT, landbouwer te Leest die voor borg aanbiedt
Josephus JANSSENS, landbouwer te Leest.
Art. 19 : Mits vijfentwintig
francs aan Francisca Carolina VERLINDEN, landbouwster te Leest die voor borg
aanbiedt Ludovicus TROCH, voormeld.
Art. 20 : Mits veertig francs
aan Christianus VAN DER ZYPEN , landbouwer te Thisselt, die waarborg aanbiedt Ludovicus
HUYSMANS, landbouwer te Capellenopdenbosch.
Art. 21 : Mits
vierhonderdtwintig francs aan Ludovicus
HUYSMANS, landbouwer capelleopdenbosch, die voor borg aanbiedt Franciscus DONS,
landbouwer te Thisselt.
Art. 22 : Mits vijfenvijftig
francs aan Joannes VERDICKT, landbouwer te Leest die voor borg aanbiedt Joannes
Baptista POTUMS, schrijnwerker te Leest.
Art. 23 : Mits zestig francs
aan Joannes Franciscus DONS, landbouwer te Thisselt, die waarborg aanbiedt
Ludovicus HUYSMANS, voormeld.
Art. 24 : Er wordt geboden
dertig francs door Ludovicus NEEFS, landbouwer te Leest, voor welken prijs de
Verhuurders verklaren niet toe te
wijzen.
Art. 25 : Mits vijfennegentig
francs aan Joannes Baptista POTUMS, schrijnwerker te Leest, die voor berg
aanbiedt Joannes VERDICKT, landbouwer te Leest.
Art. 26 : Mits vijftig
francs aan Franciscus MERTENS,
landbouwer te Leest die voor borg aanbiedt Petrus FIERENS, landbouwer te Leest.
Art. 27 : Mits vijftig francs
aan Henricus BERNAERTS, landbouwer te Leest, die voor borg aanbiedt Petrus
Joannes VAN BOXOM, landbouwer te Leest.
Art. 28 : Mits zeventig
francs aan Joannes Franciscus DE WIN,
die voor borg aanbiedt Henricus DE WIN,
beiden landbouwers te Leest.
Art. 29 : Mits vijftig francs
aan Theodorus TEUGHELS,die voor borg aanbiedt Ludovicus VAN DEN BOYNANT, beiden
landbouwers te Hombeek.
Art. 30 : Mits zeventig francs
aan Adelia CONCILE, weduwe van Carolus ABSILLIS, landbouwster te Leest, die
voor borg aanbiedt Henri DE WIN, landb. te Leest.
Art. 31 : Hier voor is geboden
door Ludovicus NEEFS, landbouwer te Leest, vijftien francs, welk gebod is
aanzien geworden als te gering.
(
)
Gedaan en geparafeert , dato en plaats als boven, in
de tegenwoordigheid van Joannes Baptista
BAUWENS, veldwachter en Joannes Franciscus SELLESLAGH, herbergier, beiden
bejaard te Leest wonende en gehuisvest
als getuigen
Nvdr : alle betrokkenen tekenden behalve :
Jacobus BEULLENS, Josephus MOORTGAT en Ludovicus JACOBS dewelken hebben verklaard niet te kunnen
tekenen uit oorzaak van ongeleerdheid bij gebrek aan Onderwijs, maar die
gesteld hebben een kruis.
(
)
Nvdr : de huur was voor 9 jaar en ging in op 1 januari 1883.
|