1905 21 mei : Ter gelegenheid van 75
jaar België werd er te Leest een groot festivalxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
voor muziekmaatschappijen
georganiseerd door de fanfare Arbeid
Adelt en met
de medewerking van het
gemeentebestuur.
Om 14 u werden de afgevaardigden van de
maatschappijen ten gemeentehuize
ontvangen en daarna werd er door
burgemeester Bernaerts een
gelegenheidstoespraak gehouden betrekkelijk
s lands onafhankelijkheid en ons
vorstenhuis, gevolgd door eenen
heildronk aan zijne Majesteit den koning.. Dit
feest is gevolgd geweest van
algemeene verlichting en vuurwerk.
Bij die gelegenheid werd de
nieuwe standaard van de fanfare Arbeid
Adelt
ingehuldigd.
Burgemeester Bernaerts :
Mijnheeren,
vergadert in de gemeente Leest, een dorpje waar land- en werkman
leeft, met hart en ziel verkleefd
aan den godsdienst en zeden zijner vaderen,
vereenigd, om samen door
vreugdetonen en volksfeest, bij de inhuldiging van
onzen Nieuwen Standaard te vieren
het 75-jarig bestaan van Belgiës
onafhankelijkheid, zoo weze mijne
eerste vreugdekreet : Leve de Koning !
Andere dorpen zijn ons voorgegaan, andere nog zullen volgen met hunne
blijdschap lucht te geven, bij het
herdenken van het jaar 1830.
t Jaar 1830, toen wij een juk
afschudden dat ons te zwaar op de schouders woog,
t jaar 1830 toen voor ons de eerste maal
de zon van vrijheid scheen op onzen
geliefden vadergrond.
Dank aan die mannen van hou en
trouw en vrome wilskracht, aan die mannen
die aan God en hun land verknocht,
immer voor t oog hadden dat : rust roest,
en dat arbeid adelt ; aan die
mannen die met onverschrokken moed, door
eendracht sterk hebben getoond dat
hij de vrijheid wou en won, de fiere
Vlaamsche leeuw.
Dank aan de dapperen, die goed en
bloed voor die vrijheid pand stelden.
Aan hen hulde van vurige
dankbaarheid en liefde !
Tot in den jongsten dag wezen
hunnen namen met erkentelijkheid en eerbied
herdacht.
Mijnheeren, wat schoons, grootsch
en nuttig er sedert toen door onze Vorsten is
tot stand gebracht, is u allen
bekend.
Kunst, wetenschap, handel en
nijverheid zijn zoo zeer ontwikkeld, gevorderd,
en hebben ene zoo reusachtige uitbreiding
genomen, dat vreemde Natiën, niet
alleen met verbazing, maar zelfs
met scheelziende blikken, onzen vooruitgang
bewonderen.
Overal mogen wij met fierheid
spreken over onze landelijke instellingen.
Hij leeft gelukkig de Belg,
gesteund en gesterkt door godsdienst en plichtsbesef;
hij begrijpt wat eerbied is en wat
trouw en verkleefdheid vermag aan Vorst en
vaderland.
De Standaard, Mijnheeren, onzer
muziekmaatschappij die zich bij deze
plechtiging voor de eerste maal
ontplooid heeft voor leuze : Arbeid Adelt.
De Koning, onzen beminden vorst,
laat geene gelegenheid voorbijgaan, zonder
door raad en daad, die schone zinspreuk
van onzen standaard te bevestigen.
In alle omstandigheden toont Hij,
dat Hij den landelijken arbeid hoog schat, en
hem op eene bijzondere wijze
genegen is.
Wij zien Hem, op alle groote
tentoonstellingen ons vee en onze voortbrengselen
bewonderen den vooruitgang van
onzen veestapel gemoedelijk bestatigen, en
iedereen aanzetten, tot verbetering
van dien nationalen rijkdom, die eene, om zoo
te zeggen de eenigste levensbron
is, van ons volksbestaan.
Mijnheeren, ik acht mij gelukkig U
allen mijnen hartelijken dank toe te sturen,
voor uw welwillend antwoord aan
onze uitnodiging.
Uwe tegenwoordigheid bij deze
nationale vreugdefeest, toont uwe
vaderlandsliefde en verkleefdheid aan het
Vorstenhuis, uwe aanwezigheid is een
bewijs hoe zeer ge waardeert dat op
onze dagen de gevoelens van
vaderlandsliefde niet genoeg kunnen
aangemoedigd worden.
Mijnheeren, ik drink op de
vriendschap, op de eendracht in t bijzijn en bijzonder
van elke maatschappij in t
algemeen onder al de maatschappijen hier aanwezig.
Ik bid U, Mijnheeren, de gevoelens
mijner dankbaarheid te deelen, en ze te
brengen tot hulde van eerbied en
liefde aan onze dappere strijders van t jaar
dertig, aan de nagedachtenis van
den 1e koning der Belgen en aan den vorst die
ons heden bestiert.
Moge God hem nog vele jaren voor
Belgiës heil besparen...
Leve de Koning ! Leve het Vaderland
!
1905 28 mei : Jan Baptist Maes werd
lid van het Weldadigheidsbureel benoemd, in
vervanging van de overleden Jan Lodewijk De Ruysscher.
Openbare verpachting van het
tolrecht op den buurtsteenweg van Battel
langs
Leest naar Thisselt voor 2 jaar
mits 1075 fr per jaar aan Pelagia Coosemans,
de weduwe van Joseph Van Moer. (GA)
1905 9 juni - GvM : Diefstal
in de werkhuizen van de Heren Dessain te Mechelen
In de zaak van diefstal van
150.000 fr. Geld, aandelen en zegels enige weken
geleden is het parket afgestapt bij
de herberg van Albert Goovaerts in de
Winkelstraat (waar de rovers die
dag langs geweest zijn). Het parket vergezeld
van de betichten vertrekken nu
(vanuit Leest) naar Hombeek-Heike en stappen af
in de herberg van M. Van Ingelgom.
De betichten (Torfs en Herreys)
worden in tegenwoordigheid gebracht van de
twee dochters Van Ingelghem, de
moeder en Emiel Van De Rijck allen wonende in
de gemeente en die morgen aanwezig
in de herberg. De dochters en Van De Rijck
verklaren dat er die morgen vier
personen, vreemd aan de gemeente waren
binnen gekomen en koffie met
boterhammen hadden genuttigd.
Torfs zei dat dit de waarheid is
maar Herreys blijft loochenen.
Rond 4 uur in de middag vertrekt
het parket opnieuw naar de gemeente Leest en
Hombeek-Heike. Ditmaal waren het
Torfs, De Nijs en Van Engelen die hier
tegenwoordig waren. Men verlaat de
herberg van Goovaerts en men vertrekt naar
Hombeek-Heike naar de herberg van
Van Ingelghem.
Dezelfde ondervraging geschiedt
hier ook door het parket tussen de getuigen en
betichten, doch hier geraakt het
spel volop in gang. Torfs die alles wil bekennen
zegt op zeker ogenblik tegen De
Nijs : ik heb van u 2.000 fr gekregen in twee
briefjes van 1000 fr. En 45 fr.
Kleingeld hetwelke ik heb laten wisselen bij M.
Kempeneers te Brussel en voor dit
geld moest ik zwijgen en zo ik niet zweeg zei
Herreys, zullen wij u de nek
afsnijden.
Hiermee eindigt het onderzoek te
Hombeek-Heike. (KH)
Uitspraak over de inbraak en
diefstal in krant van 17/12 : Torfs kreeg 10 jaar
opsluiting en 10 jaar ontzegging
van zijn burgerrechten. Herreys, De Nijs en
Van Engelen eveneens 10 jaar gevang
en eeuwige ontzetting uit hun
burgerrechten en Lorio en De Campenaere 5 jaar opsluiting
en evenveel jaar
ontzetting uit hun burgerrechten.
(KH)
1905 30 juli : Nog in het teken van de
75e verjaardag van België had er op zondag
30 juli een Te Deum plaats.
Deze plechtigheid werd bijgewoond
door de mandatarissen van de gemeente,
door de leden van het Bureel van
Weldadigheid en Kerkfabriek en door de
Maatschappij der oude soldaten.
1905 31 augustus : Ook de uitdeling
der prijzen in de gemeentescholen was in een
speciaal kleedje gestoken.
Op 31 augustus werd deze
plechtigheid voorafgegaan door vaderlandsche
cantate en gevolgd van een feestmaal de kinderen der scholen
aangeboden.
1905 1 oktober : De viering van de 75ste
verjaardag werd besloten met volksspelen.
Die hadden plaats in de Alemstraat
en de Kleinheidestraat.
|