1914 28 augustus : 3de bombardement op Mechelen, dit van 8 tot
11 uur en van 14 tot xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
17 uur.
Bij deze bombardementen
ontvluchtte bijna iedereen de stad en trachtte in de
omgeving een onderkomen
te zoeken.
Velen gingen te voet naar
Duffel of Lier ; anderen reden met de trein naar Gent,
Brugge of Antwerpen en
zelfs tot tegen de Hollandse grens.
Men vond geen voerlieden
meer om de lijken naar het kerkhof over te brengen,
zodat men verplicht was
de lijken voorlopig in de tuin van het O.L.Vrouw
Gasthuis te begraven.
De geestelijke en
wereldlijke overheid was ook verplicht de stad te verlaten.
Vele
kloostergemeenschappen vertrokken naar Engeland.
Te Mechelen werden geruchten verspreid over
de gruwelen in Aarschot, Leuven
en andere plaatsen, waardoor er onder de
overgebleven bevolking paniek
ontstond, met gevolg dat
bijna iedereen op de vlucht sloeg. (MK-F.Berlemont)
1914 ...einde augustus vervoegden
onze dorpelingen zich met die uit Hombeek en
Stuivenberg komende stroom
vluchtelingen, richting Heffen,Willebroek...
Pastoor Beuckelaers was daags
voordien naar Antwerpen afgereisd.
Bij Stienes vertrekt Fons en
familie, doch hun Sooike wil niet mee, en heeft een
paar uur later al twee volle manden
flessen wijn uit de kelder der pastorij naar
zijn hooizolder verhuisd. Wijl hij
smakkend aan een fles tuttert, en door het
gevelvenster de beweging beneden
volgt, draait daar de speelkar van Sooi Van
Hoof met zijn gezin deels erop en
er achter, met Jef als laatste, de Molenstraat in.
Sooike wenkt meermaals naar Jef,
die eigenlijk liever daar bleef, waar hij vele
zomers het hooi hielp tassen...
Later zei Wiske dat ze ergens te
Willebroek Jef misten...
O, onze Jef ! Doch nu zit die Jef
met Sooike van Stienes, tot s anderendaags
ochtend onder de pannen op den
hooitas en ze ledigen fles na fles, wijl er reeds
bommen en houwitsers vanaf het fort
van Walem, beantwoordt door Duitse
artillerie, afwisselend rond en bij
het dorp ontploffen...
Sooike, die als spraakgebrek geen R
kon maken, zattekulde tussenin : Laat ze
maa.. ologen, Jef !
Maar plots een Bonk en gekraak,
met golven stof en rook, uit de als een
vuurzee dadelijk brandende
schuur...
De twee beroette verstekelingen
waren half ontnuchterd de dans ontsprongen,
en verschuilden zich op de
pastorij, tot ze drie dagen later gevluchte buren
hoorden toekomen, die door de hen
overspoelende Duitsers waren
teruggedreven...
Bij ons thuis had zonder brand een
bom de halve keuken vernield. In een eiken
tuinhekpaal puilen daarvan nog
zichtbaar zeven loden knikkers uit.
In de Molenstraat was het huis van
Jef Neutkens evenals de schuur van Stienes
totaal uitgebrand, en het grootste
deel der hoeve ingestort.
In de kerk had een Duiitse bom in
de recher zijbeukmuur een dubbelmeter gat
geslagen, de biechtstoel
verbrijzeld, stoelen, beelden en vensters met schroot
doorzeefd... (Anselms Jedrie-DB 1978)
1914 Op 30 augustus zijn twee
burgers van Hombeek, Frans De Wit en Jan Frans
Smets, vaders van verscheidene
kinderen, vluchtende in de richting Willebroek,
laffelijk doodgeschoten in de
Blaasveldstraat, achter de woning van Pieter Jan
Diddens en in de hof van Louis De
Rooster, door een Duitse rijwielafdeling.
Het lijk van Jan Frans Smets was
verscheidene malen doorstoken.
(Jan Frans De Wit, alias Sooi
van Davidkes was de eerste voorzitter van de
Hombeekse fanfare de
Vrolijke Vrienden. Pas op 17 november 1914, toen het
wat rustiger was, werd
hun uitvaartmis gehouden-KH)
Het huis van Piet. Jan Diddens,
waarin verschillende personen gevlucht waren
om aan het geschut te ontkomen,
werd door die Duitse rijwielafdeling in brand
gestoken bij middel van
ontploffingsstoffen, doch de daarin gevluchtzijnden
hebben zich nog tijdig kunnen
redden.
Een jongeling van de omstreken van
Zemst vluchtende met zijne moeder en
andere personen op zijne speelkar,
werden allen aan gemeld brandende huis
aangehouden, gestampt en geslagen
door de Duitsers.
Eén der Duitse soldaten was aldaar
doodgeschoten door de achterhoede der
Belgische soldaten, en om hen te
vrijwaren tegen het geschut der Belgische
soldaten, plaatsten de Duitsers
voormelde speelkar en paard, alsook de
aangehoudene burgers op de straat,
tegen den vuurgloed van het brandende huis
Diddens, met bedreiging van
neergeschoten te worden zo zij zich durfden
verplaatsen.
Een Duitser is daar gesneuveld en
begraven te Blaasveld, deze maakte deel uit
van die barbarenafdeling. (GA-8/1/1920)
1914 30 augustus : ...Een
jongeling van Zemst, per rijwiel vluchtende, werd op den
Kouter, nabij het dorp, door de
Duitsers doorschoten.
Hij werd per rijwiel vervoerd naar
Mechelen tot verpleging, doch nabij de
limiet van Mechelen, werd het
gespan door de overste eener Duitse
rijwielafdeling afgenomen.
Bij het verder vervoer met een
ander gespan, moet het slachtoffer op t
grondgebied van Mechelen bezweken
zijn. (GA-8/1/1920)
1914 1 september : 4de bombardement op Mechelen, van 11u30 tot
12u30.
(MK-F.Berlemont)
1914 11 september : In Zemst-Laar woeden de gevechten verder. In de
Hombeekse
meisjesschool logeren
veel officieren. De gekwetste soldaten vertellen over
de afschuwelijke
gruweldaden van de Duitsers tegenover de burgers. (KH)
1914 ...den 20ste
september, is er eene koei, toebehoorende aan weduwe Frans E. De
Hondt, landbouwer uit de
Koeistraat, gestorven als aangedaan door pokziekte.
Het dier is gedolven in den hof der
eigenaarster, in bijzijn van Frans Huys en
Florent Fierens. De veearts kon
tengevolge van afwezigheid niet bijgeroepen
worden...(GA)
1914 23 september : Op bevel van
de Belgische Gendarmerie werd het hoornvee
overgebracht naar de
weider in de omgeving van Willebroek, Ruisbroek en
Eikevliet.
Later, bij het oprukken
van de Duitsers, werd dit vee
voortgestuwd naar
Hoboken, Kruikebe en
omstreken.
Een groot deel van deze
melkkoeien zou niet meer teruggevonden worden en zij
die terugkwamen bleken
niet meer bruikbaar als melkgevend, dit alles omwille
van de lange zwerftocht
en de gebrekkige voeding.
Wegbrengen vee
De opeising werd gedaan bij
mondeling bevel der gendarmerie. Het vee werd
bijeengebracht, ingeschreven ter
verzamelplaats in de gemeente, geschat aan de
waarde van 1914 en onmiddellijk
verdreven tot binnen de fortengordel der
versterking Antwerpen en daar op de
weiden geplaatst.
Daar de Duitse troepen in aantocht
waren, ontbrak de tijd om alle andere
formaliteiten te volbrengen zoals
het verstrekkingsreglement voorschreef.
(GA-24 april 1923)
1914 27 september : Om 08u15 begon het 5de bombardement op
Mechelen dat de hele
dag duurde en zware
schade aan de stad toebracht. (MK-F.Berlemont)
1914 Op 28 september werd Mechelen door de Duitsers bezet.
(MK-F.Berlemont)
1914 28 september : De Duitsers hebben zich verschanst in loopgraven
tussen den
Dries en Laar. Zeer vroeg
in de morgen rukken ze op. Om 5 uur zijn ze aan het
huis Tersago in de
Bankstraat (Hombeek).Om 8 uur wordt de overweg en de
cabine van het Heike
bezet. Het huis van Gust Jocobs in de Bankstraat wordt in
brand gestoken en in de
namiddag brandt de molen van De Keirsmaecker op de
Leestse steenweg af. Een
tweede aanvalslijn der Duitsers loopt van Bos van Aa
over de Boskant naar
Leest.
De twee volgende weken
richten de Duitsers hun kamp op in Hombeek op de
velden tussen het spoor
en de Kapellebaan (Kriekerij).
Er staan rijen wagens,
kanonnen, veldtenten. Er is grote drukte om en bij de
veldkeuken. Alles wat ze
vast krijgen aan voedsel en drank wordt naar daar
gesleurd. De runderen
worden van de weiden gehaald en ter plaatse geslacht.
(KH)
1914 Op 28 september viel te Leest, ter plaatse Groteheide, de Belgische
soldaat
Romaan Van Mol.
De gesneuvelde was
geboren te Hekelgem op 18/6/1890 en diende bij het 11de
Linieregiment.
Hij werd in de Groteheide
begraven en zou later, op 5 februari 1915, in het
bijzijn van zijn familie,
overgebracht worden naar het kerkhof van Leest.
(GA-12/10/1915)
1914 - 29 september : Inval te Leest van de Duitse bezetter.
Bij hunnen inval in de gemeente, werden door de Duitsche barbaren
afgebrand,
de graanwindmolens van weduwe
Boniface Lauwers aan De Knip en van
weduwe Frans Van Winghe,
Steinemolen. (GA-8/1/1920)
De registers van den burgerlijke stand zijn door de Duitsche soldaten,
op 29
september 1914, beschadigd en met
olie onleesbaar gemaakt ; verschillende
werden verscheurd, enkele bladen daarvan
zijn later teruggevonden in de
loopgraven in de gemeente, waar de
Duitsche kanonnen stonden.
Ook schoolboeken lagen daar
verstrooid. (GA-8/1/20)
...het groot deel der bevolking is gevlucht voor en bij het begin der
schermutselingen.
De personen in hunne woningen en
bij het vluchten aangehouden zijn weggeleid
of in hunne woningen zelve
opgesloten gehouden.
Albert Tonneau, soldaat bij het 11e
Linie, wonende te Brussel, Rue du Chemin de
Terre 7, sneuvelde die dag in de
Blaasveldstraat, alwaar hij tijdelijk werd
begraven.
Sneuvelden nog te Leest op 29
september :
-O.Mat. J. Rosenbaum Herne 10.komp.
Mat. Art.R., Duits soldaat.
-Gefr. G. Braunig Niedersulzbach
3.Komp. 3.See.-Bat., Duits soldaat.
-Viz.Feuw. O. Spoun Marbach,
8.Komp.2.mar.Art.R., Duits soldaat.
-O.Mat. K. Sadony Buschdorf 7. Komp. 2.Mat.,Art.R., Duits soldaat.
-Unt.ffz K. Idler Veigingen
3.Komp.See-Batl., Duits soldaat.
-Sees. J. Schramm, Krogelstein
3.Komp.See-Batl., Duits soldaat.
-Een onbekend Duits soldaat : Matr.
Urtl. 7 Komp. 2.Mat, Art.R..
(GA-15/2/1919)
|