1982 Maandag 22
februari Het Laatste Nieuws :xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
LUT
VIVIJS UIT LEEST WIL BERG VAN 8.000 m. OVERWINNEN;
Als
enige vrouw in Vlaamse expeditieploeg.
Lut Vivijs, een 25-jarige licentiate lichamelijke
opvoeding en kinesitherapie, uit de Kapellebaan te Leest, is één van de negen
Vlaamse bergbeklimmers die zaterdag 27 februari aan een expeditietocht beginnen
van ruim 3,5 maanden naar Nepal, met de hoop de Dhaulagiri (ook bekend als De
Witte Berg) te overwinnen.
Deze bergreus van 8.172 meter hoog in de Himalaya was
een van de laatste pieken boven de 8.000 meter die alpinisten de baas konden.
Het is de eerste maal dat dergelijke tocht door Belgen
wordt aangepakt.
De voorbereiding startte in 1975 met de aanvraag tot
toelating aan de koning van Nepal, om deze zesde hoogste wereldberg te
beklimmen. In 1979 kwam het langverwachte bericht en werd door expeditieleider
Edward Abts (35), een leraar wiskunde, onmiddellijk een homogene ploeg
samengesteld uit alpinisten die stuk voor stuk jarenlange ervaring hebben en
zelfs nog andere expedities op hun palmares hebben staan.
De hele expeditie, de eerste op zulk niveau voor ons
Belgen, kost miljoenen en wordt grotendeels door sponsoring gedragen.
De Leestse lerares is enorm gemotiveerd voor deze
expeditie, zoals overigens alle andere leden van de groep.
Lut zegt hierover : Weinig vrouwen doen in ons land
aan alpinisme. Deze sport wordt nog teveel beschouwd als een typische
mannensport, waarvoor ge dan nog een stoere bonk moet zijn. Niets is minder
waar. Het is een kwestie van drempelvrees te overwinnen, zegt Lut.
De lerares uit Leest offert al haar vacantie op om
haar geliefkoosde sport te kunnen beoefenen. Dan vertoeft ze meestal in de
Zwitserse of Franse Alpen, waar vierduizenders worden aangepakt. Volgens Lut is
bergbeklimmen aan te leren.
Men moet wel gemotiveerd zijn en over veel wilskracht
en doorzettingsvermogen beschikken.
Voorbereiding
De expeditie zelf vraagt een enorme voorbereiding. Lut
Vivijs :
Vooral op administratief vlak is zon expeditie een
zware dobber. Voorts valt de persoonlijke uitrusting, die toch al gauw 60.000
fr. kost en de verzekering ten laste van elke deelnemer.
Lut Vivijs leeft al maanden naar deze expeditie toe.
De fysieke conditie moet uiteraard ook scherp staan. Daarvoor oefent Lut nu ook
alle dagen. Loopoefeningen in Leest en Hombeek, tochten in de Hoge Venen (met
zeer zware rugzak), klimmen in de Ardennen en geregeld powertraining, moeten
haar in optimale conditie brengen voor de zware beklimming.
Zaterdagnamiddag wordt in Zaventem opgestegen, met
bestemming Bangkok. Vandaar gaat het naar Kathmandu, de hoofdstad van Nepal. Met
de autobus gaat het vandaar naar Pokhara waar dragers en sherpas de
expeditieploeg begeleiden.
Na een 280 km lange voettocht wordt de voet van de
berg bereikt, waar op een hoogte van 4.800 meter, het basiskamp wordt
geïnstalleerd.
Vanaf 10 april beginnen we met de opbouw van de
hoogtekampen op de berg zelf en na een rustperiode van enkele dagen zullen we
op 5 mei een eerste poging ondernemen om de top van de Dhaulagiri te bereiken.
De expeditiegroep hoopt dat met minstens vier personen
tot een goed einde te kunnen brengen.
Moeilijkheden
Lut Vivijs, die in het onderwijs staat in het
Technisch Instituut van de Urselinnen te Mechelen, wijst ons op een aantal
factoren die, zeer waarschijnlijk een aantal alpinisten zullen uitschakelen
tijdens de beklimming van de Dhaulagiri. Zo zijn er de niet te voorspellen
sneeuwlawines, storm en de koude.
In de cruciale fase van de beklimming (rond 7.700
meter) kunnen temperaturen voorkomen van 50 tot 60 graden onder het vriespunt.
Min 35 graden is zelfs een constante temperatuur op die hoogte. Het gevaar voor
bevriezingen van oren, neus, maar vooral van vingers en tenen wat men niet
voelt- is dan bijzonder groot. Maar we beschikken wel over een zeer goede
medische begeleiding. Maar niettegenstaande dat is de mountainsickness
(bergziekte) die onder meer veroorzaakt wordt door zuurstofgebrek op grote
hoogte, de meest gevreesde ziekte. Daartegen is tot nog toe geen enkele middel
afdoend gebleken.
Lut Vivijs heeft er moed op. Ze heeft wilskracht om
letterlijk en figuurlijk bergen te verzetten. Dat zal ook nodig zijn. Slaagt ze
in haar opzet, dan is zij meteen de eerste Belgische alpiniste die een reus van
achtduizend de baas kan.
Mocht dat nu niet het geval zijn, dan zal ik er niet
om treuren. Als er maar iemand van ons negental de top bereikt, is de expeditie
een succes, zegt Lut.
De Vlaamse
Dhaulagiri-expeditie werd een ware triomf.
Op woensdag 5 mei
bereikten instructeur paracommando Rudy Van Snick (26) uit Heverlee en de
Leuvense ingenieur Philip Cornelissen als eerste Vlamingen de top van de 8.167
meter hoge Witte Berg of de Berg der Stormen.
Samen met deze twee
Vlaamse alpinisten stond ook sherpa Ang Rita op de top, voor hem de vierde
maal.
Dezelfde dag
bereikten Lut Vivijs, Jan Van Hees, Marnix Lefever en sherpa Ang Jangbo kamp 5,
met de bedoeling de dag nadien een aanval op de top te wagen.
Op 6 mei bereikten
de licentiaat lichamelijke opvoeding Jan Van Hees (25) uit Haacht, de
electricien Marnix Lefever (25) uit Elverdinge-Ieper en de enige vrouw in de
ploeg, lerares Lut Vivijs (25) uit Leest na lang zwoegen op hun beurt de top.
Dit samen met sherpa Ang Jangbo.
Lut Vivijs was
meteen de eerste vrouw die de Dhaulagiri overwon.
De ploeg van leider
Eddy Abts was minder fortuinlijk. Het plotseling omslaan van het weer
noodzaakte hen vroegtijdig de klim af te breken, vlakbij de top.
Op 8.015 meter namen
zij de wijze beslissing terug te keren naar veiliger oorden.
Na hun exploot
werden de expeditieleden ontvangen door koning Boudewijn die hun
een uitnodiging
bezorgde om de Muur van Stuyvenberg uit te proberen, een 10 meter hoge en 20
meter brede oefenrots voor alpinisten die koning Leopold in 1936 had laten
bouwen.
In juli gingen vijf
leden, waaronder Lut Vivijs, daar op in. Ze werden op Stuyvenberg ontvangen
door de intendante van het kasteel, mevrouw De Maere en door Rudy Wiedmann,
koninklijk consul-generaal voor Nepal in België. Prinses Paola die beloofd had
dat ze naar de prestaties van de Vlamingen zou komen kijken, werd elders
weerhouden en telefoneerde om zich te verontschuldigen.
Op het palmares van
de lerares lichamelijke opvoeding stond ook al de beklimming van de Pic Lenin
tijdens de Pamirexpeditie 1980 en de beklimming van de Mont Blanc langs de
Innominatagraat.
(Lut Vivijs : zie
ook 8/8/1980)
Fotos
-Lut Vivijs.
-Lut (rechts
zittend), de eerste vrouw op de Dhaulagiri, in gesprek met dr. Vreugde.
-Lut Vivijs met haar familie.
-V.l.n.r. : Marnix Lefever, Jan Van Hees, Nico Smeets,
Herman Detienne, Lut Vivijs, een vriend, Philip Cornelissen en Herman Tettelin.
-Lut en haar teamgenoten ontvangen door koning
Boudewijn.
|