Guido
Slachmuylders.
1984 5 januari De Mechelse Week :
V.V.Leest
: GUIDO SLACHMUYLDERS.
Ook
Guido Slachmuylders, spitsspeler van V.V. Leest, staat hoog in de lijst van de
topschutters in onze provincie, een reden om hem enkele vragen te stellen.
DMW
: Heb je altijd in de spits gespeeld, want je hebt al een lange carrière
achter de rug ?
Guido
: Ik begon bij K.V. Mechelen als miniem, maar was daar nooit bij de besten.
Daarna werd ik topschutter bij zowel kadetten als scholieren van Zennester
Hombeek : als 16-jarige stond ik daar in de eerste ploeg. Dan verhuisde ik naar
Humbeek, waar we direct kampioen speelden en ik ook topscorer was (2de
prov.). Dan volgden nog drie seizoenen eerste procinciale. Toen toonde K.V.
Mechelen weer belangstelling en die konden niet geloven dat ik bij hen in de
miniemen had gespeeld ! Onder Bulatovic kreeg ik één kans in de eerste ploeg :
ik moest Lisazo vervangen, kreeg één grote open doelkans, maar miste
anders had
mijn carrière er anders uitgezien. Ik verzeilde op de bank en speelde daarna in
bevordering bij Londerzeel. Vandaar kwam ik voor twee jaar met optie naar V.V.
Leest. Vorig seizoen maakte ik 17 goals voor Leest, nu heb ik er tien, maar was
gekwetst en speel nog maar op 60% van mijn kracht.
DMW
: Jij bent dus een geboren schutter. Hoe maak je nu zon goal. Is dat
tor-instinckt ?
Guido
: Eigenlijk maak ik niet zo gemakkelijk doelpunten. Ik krijg wel veel kansen
in een match, omdat ik aanvoel waar de bal gaat komen, maar ik werk niet zo
goed af. Als ik mijn kansen tegen 80% zou afwerken, dan maakte ik 30 goals per
seizoen. Ik krijg dus vele kansen, mede door mijn snelheid en mijn techniek,
maar eens oog in oog met de keeper ben ik vaak niet kalm genoeg. Ik ben een
impulsief type : als alles draait dan
kan ik over mijn toeren gaan, mezelf overtreffen, zoals op Puurs. Daar maakte
ik er twee op vijf minuten, ik voel dat alles lukt en ik maak er nog twee in
die match. Maar ik zit ook snel in de put en dan moeten trainer en ploegmaats
me oppeppen. Gelukkig heeft mijn strenge vader ervoor gezorgd dat ik toch wat
karakter heb.
DMW
: Is het voor V.V. Leest echt zon opgave om thuis te winnen ?
Guido
: V.V. is een erg ambitieuse club. Het bestuur werkt er enorm hard, dat heb ik
nog nergens gezien. Maar op sportief vlak zien ze de eigen accommodatie over
het hoofd : we zitten met een heel klein veld, tegen de minimum-afmetingen en
alle ploegen komen hier vededigen en counteren. Het veld is werkelijk te klein
: op verplaatsing op grote velden winnen wij heel gemakkelijk. Als Leest wil
promoveren zullen ze toch eerst het veld moeten vergroten, denk ik.
DMW
: Wat is de ambitie van V.V. Leest nog
dit jaar ?
Guido
: We tellen nu een zestal punten achterstand, dat is iets teveel. We verloren
thuis veel te veel punten en we missen een echte spelmaker. Er zijn goede
spelers genoeg, karakter en goede wil ook, maar geen spelmaker die het spel kan
verleggen. Ik persoonlijk zou thuis ook verdedigend gaan spelen, om de
tegenstander uit zijn tent te lokken. We hebben een zeer sterke verdediging,
met daarin Selleslagh als sluitstuk en dan nog een zeer goede Spinnael in het
doel. Van daaruit snel counteren is voor ons de gepaste spelwijze, zelfs thuis.
Men zegt wel dat het publiek voetbal en aanvallen wil zien, maar volgens mij
kun je beter twee keer met 1-0 winnen dan twee keer 2-2 gelijkspelen. Het
publiek van tegenwoordig wil resultaten!
DMW
: Wat is jouw persoonlijke ambitie nog ?
Guido
: Ik ben nu 25 en velen denken dat ik mijn ambitie heb opgeborgen, maar ik zou
toch graag nog eens in bevordering of in derde klasse voetballen. Ik ben
doodgraag in Leest en het bestuur is tevreden met mij, maar ik mis toch de ambiance
van de hogere reeksen, dat naar een wedstrijd toeleven. Ik mis vooral het grote
publiek rond het veld. Ik ben een speler die moet warm gemaakt worden door het
volk, voor twintig man spelen zegt me niet veel. Ik wil voortgestuwd worden
door het publiek. Eerst zou ik wel nog met Leest willen promoveren. Leest heeft
een optie op mij en ik verwacht eigenlijk wel bij Leest te zullen blijven,
tenzij er andere ploegen komen. Zeker positief is dat ik bij Leest het voetbal
kan blijven combineren met mijn werk als onderwijzer in Hombeek, en dat is toch
een belangrijk element in de overwegingen omtrent transfers.
(E.G.)
|