Wijzigingen – aanvullingen Kronieken van Leest.
1936 – Zondag 21 en maandag 22 juni : Gouden Priesterjubileum pastoor Beuckelaers
“Te Leest. Op zondag en maandag 21 en 22 juni e.k. zullen er in genoemde gemeente groote jubelfeesten doorgaan, ontworpen tot viering van het gouden priester-jubileum en het zilveren jubileum van Z.E.H. Beuckelaers, pastoor te Leest.
Op zondag 21 juni e.k. ten 2 ure hebben we alzoo een grooten prachtigen feeststoet, bestaande uit tal van folkloristische, historische en godsdienstige taferelen en groepen.
Op maandag 22 dezer, zullen de feestelijkheden onder meer voortgezet worden met een zeer aangename en afwisselende Vlaamse kermis, op de koer en in de lokalen der Zustersschool. Zonder uit de biecht te klappen meenen we wel te mogen aanstippen, dat gansch Leest als om strijd ijvert om genoemd, dubbel jubileum, zoo heerlijk mogelijk te maken en schitterend te doen gelukken. Op tijd en stond daarover nog wel wat.
Z.E.H. Beuckelaers Is geboren te Antwerpen op 5 mei 1861, trad in het Groot Seminarie den 28 september 1882 en werd tot priester gewijd den 19 juni 1886 en tot leeraar benoemd in Sint Bonifacus gesticht te Elsene op 16 augustus van hetzelfde jaar. Op 6 maart 1911 kwam hij als pastoor naar Leest, waar hij alras de genegenheid en ’t vertrouwen van eenieder had gewonnen en nog geniet door een waar liefdevol priesterhart voor iedereen. Feit waarvan de boven voorspelde jubelviering de beste getuigenis zal afleggen."
Dubbel jubileum van den Z.E.H. Beuckelaers te Leest
“De Zeer Eerwaarde Heer Jozef Maria Beuckelaers werd geboren te Antwerpen op 5 mei 1861 ; studeerde in de sinjorenstad bij EE. PP.Jesuieten, te Carlsborg bij de Broeders van de Christelijke scholen en te Mechelen in het Klein en Groot Seminarie; werd hij priester gewijd op 19/6/1886. Door Z. Em. Kardinaal Goossens werd de jeugdige leviet tot professor benoemd op 16 augustus 1886, in het Sint Bonifaciusgesticht te Elsene, om reeds zeven jaar later tot pastoor te worden aangesteld in een nieuw te stichten parochie van den H. Rozenkrans te Ukkel-Langeveld. Door zijn ijvervolle toewijding deed hij zich hier opmerken en werd op 11/3/1911 tot pastoor benoemd te Leest. In deze parochie ontplooide hij zijn volle gaven en bekommerde zich vooral om den luister en den pracht van het huis Gods en om een bloeiend godsdienstig leven.
Van 1915 tot 1919 herstelde hij de schade aan kerk en pastorij toegebracht door den oorlog ; in 1917 begiftigde hij de kerk met een prachtigen kruisweg ; in 1924-1925 liet hij door den heer Steyvaert, van Schaarbeek, 22 heel mooie kerkramen plaatsen en in 1925 werd de parochie heerlijk geschilderd ; in ditzelfde jaar kwam, door toedoen van Z.E.H. Beuckelaers, de elektrische verlichting in de parochie, ter gelegenheid van de tienjaarlijksche H. Missie ; in 1926 werd het orgel vergroot en gansch vernieuwd. Onder zijn pastoorschap beleefde Leest drie prachtig geslaagde H. Missies : in 1915, gepredikt door de EE. Paters Minderbroeders Didakus en Jozef ; in 1925 door de EE. Paters Redemptoristen Geerbaert en Ickx en in 1935 door de Paters derzelfde Orde, Van de Steen en De Clercq. Onder zijn leiding bloeiden in de parochie congregaties, communiebond en Eucharistische Kruistocht en steeg het jaarlijks H. Communiën van 10 tot 36.000.
Leest zal a.s. zondag 21 juni zijn voorbeeldigen herder luisterrijk vieren : ten 2 ure trekt een stoet met prachtige kostumeering door de straten van de parochie. ’s Maandag wordt ten 10 ure een plechtige dankmis opgedragen door den jubilaris en rond 4 ure wordt een kapel gewijd door de parochianen gebouwd ter ere van Ste Apollonia, ter gelegenheid van het zilveren pastoorsjubileum en het gouden priesterfeest van hun herder. De plannen van deze zeer mooie kapel werden opgemaakt door den heer architect Schaerlaekens.
Feestprogramma
Ter gelegenheid van het gouden priesterjubileum en het vijf en twintigjarig pastoorschap van Z.E.H. Beuckelaers te Leest, zijn onder meer de volgende feestelijkheden ontworpen. Op zondag 21 juni 1933, ten 2 ure, groote en prachtige feeststoet, bestaande uit folkloristische, historische en godsdienstige groepen. Op maandag 22 dezer voortzetting der feestelijkheden en groote Vlaamse kermis op de koer en in de lokalen der Zusterschool. Wie van aangenaam vermaak en luimig plezier houdt, bezoekt beslist dien dag de Vlaamsche kermis, waar het aangenaam zal toegaan.”
De krant van 23 juni : Z.E.H. Beuckelaers, Pastoor te Leest
“Onder en bij een Congoleesche hitte, heeft het naburige Leest zondag ll. op een ware sympathieke en aangename wijze het gouden priesterjubileum van zijn waardigen herder herdacht en gefeest. Gansch de gemeente, zoo de dorpskom tot de verst afgelopen uithoeken waren bevlagd met feestfestoen en heil- en jubelwenschen behangen. Tot de hagen en kanten der veldwegen waren met vlagskens getooid ter eere van Pastoor Beuckelaers, die dien dag niet alleen het groote weldoende geluk mocht smaken van vijftig jaar in den dienst des Heeren te staan, maar ook in zich het gevoel mocht dragen van in geweten en met zijn beste kunnen een kwaart eeuws gewerkt te hebben aan het geestelijk en stoffelijk heil van al zijne brave Leestenaars, zonder onderscheid. Dat hadden ook zijne parochianen blijkbaar ingezien en volkomen begrepen, daarvan getuigde de eensgezinde samenwerking zondag ll. luid sprekend. Op 15 maart 1911 hadden zij hun nieuwen herder, Pastoor Beuckelaers, met open armen en algemene vreugde ontvangen ; op 21 juni 1936, feesten zij hem met een dankbaar liefdevol gevoel van erkentelijkheid. Dat dachten we zondag ll. allen te Leest te bespeuren.
De Feeststoet
Zeker was er ijverig, dag voor dag, gewerkt om den praalstoet, ontworpen tot viering en huldiging van den Z.E.H. Beuckelaers, heerlijk te maken en flink te doen gelukken, en men was daar ook volkomen in geslaagd, maar om nu uren lang in de brandende zon te staan of te defileeren zoals zondagnamiddag het geval was, daar moet men een taaien wil en een flink uithoudingsvermogen voor hebben. En toch was het zoo ! Om 2 ure werd de feeststoet op de Biest, tegen Kapellen o.d. Bosch, ineengezet. Langs alle wegen doken de zoo talrijke als flink verzorgde groepen op, zoo ook de prachtige praalwagens, de kranige ruiters, enz. Eens allemaal present werd de optocht naar de kom der gemeente aangevat. De twee muziekmaatschappijen der gemeente zorgden voor de aangename noot, terwijl de onvermoeibare mannen van ‘Op Sinjoor’ niet uitgezongen geraakten van : ‘Vrienden, hier in ’t ronden, Wij hebben den Opsinjoor ! Wij hebben hem gevonden, En brengen hem hier voor’. Maar nu zijn we reeds van een groep aan ’t praten en we hebben nog niet eens gezegd dat er een zestigtal in den praalstoet voorkwamen, zooals de Ark van Noë, de verschillende naties, stil of landelijk leven, de onvermijdelijke Bohemers, enz., enz. Dat de stoet niet al te vlug vooruittrok laat zich begrijpen, het was toch zoo warm en dorstig. De optocht werd gesloten door den feesteling, vergezeld door Z.E.H. De Vits, onderpastoor, burgemeester De Laet, den gemeenteraad en het inrichtingskomiteit in open rijtuigen. Om 5.30 ure kwam hij in het dorp aan, waar zich eene samengepakte menigte verdrong. Maandag Was zondag het feesten meer uiterlijk, maandag was het ingetogen en in christen zin opgevat. Om 10 ure werd er in de prachtige Sint Niklaaskerk, eene plechtige dank- en jubelmis opgedragen door den jubilaris, bijgewoond door talrijke geestelijken en parochianen. Des namiddags had de wijding plaats der herstelde kapel van het Molenveld, welke door de tijden heen door de Leestenaars is bezocht en gekend. De groote Vlaamsche kermis, ingericht in de lokalen en op de koer der ruime Zuistersschool sloot de viering van den Z.E.H. Beuckelaers. Aan den achtbaren titularis onze hartelijkste wenschen.” (GvA)
Foto’s :
-Enkele sfeerfoto’s van de stoet.
-“Opsinjoor, wie hem raakt, raakt ons.”
-Links voorman Jaak De Croes naast Jaak Voet (in de wagen) en “Soï van Pachter”.
-De gevierde in een open rijtuig.
|