Sint-Ignatius, wit en vurig liep langs een roos, stortte zich op de struik waarbij hij zich verwondde met de klok van zijn zwarte pij wenstte hij te overstemmen de bekoring van de wereld die als uit een wond uit de aarde gutste, en toen bij op de bodem lag van deze wieg van doornen zag hij dat het bloed uit zijn voorhoofd op de wimpers stolde in de vorm van een roos en zijn blinde hand die de doornen zocht werd door de zoete aanraking van bloemblaadjes doorboord, de bedrogen heilige huilde terwijl de bloemen hem bespotten doornen en rozen, we zoeken het geluk.
|