Doodmoe en machteloos voel ik me breken van hunkering en smart en droefenis wachtend op hem die ik waanzinnig mis, maar die helaas op mij lijkt uitgekeken.
Ik bid de dood, die 't mensdom doet verbleken doordat hij met zijn zeis elk lot beslist, dat hij mij redden zal: ondraaglijk is 't verdriet dat op mijn hart is neergestreken.
Maar die is doof en blind en onbewogen voor alle beden die mijn borst ontschieten, net als diegene die mij heeft ontlopen.
En ach, door stromen tranen te vergieten breng ik de zee hier nog tot mededogen, maar hij zit in zijn heuvels te genieten!
18-06-2005, 16:52 Geschreven door lelie
Reageren (0) |