Heel helder herinner ik me mijn verlangen: en jij was zo onzeker van je gevoel. In een paradijs dat in mist is gehuld onderscheid je niet de witte orchidee.
Ooit verlangden we zo elkaar te kennen dat we alleen maar vrienden wilden zijn. Een goede draad op een kapot getouw, daaruit kan geen stof worden geweven.
Een fundament voor liefde en vrienden is wel een basis aan vertrouwen, maar bij jou schoot dat niet te binnen je wou enkel nieuwe lof bezingen.
Toen je wegging werd het lentegras groen, nu je terugkomt ligt er sneeuw in het portaal. Weet je, als je verlangend oud wordt, groeien tussen je donkere haren witte.
|