Het "waarom".
Het waarom dat wou ik horen.
Ik zocht de wind in de bomen
maar het antwoord lieve kind
was onvindbaar in de wind.
Ik ging op zoek naar de sterren.
Die konden mij misschien vertellen,
zij geven mij toch zoveel licht,
lag t antwoord in mijn zicht?
Zij wisten met mijn vraag geen raad
en praten wat onder elkaar.
Naar wie moest ik mij richten.
Wie kon er mij berichten?
Ik wist niet meer, wat nog gedaan,
k zocht de wolken hier bovenaan
en vroeg hen of zij t wisten
van t leed, ik aangerichte.
Zij gleden langs mijn zicht voorbij
en schonken geen aandacht meer aan mij.
Toen verscheen dan Jan de maan
die lachte en t was gedaan.
Laat je zorgen dus voor morgen,
Zorgen zijn dan opgeborgen.
Tijd brengt raad het is wel waar.
Vragen als waarom
.is stom.