Dag 36 - 11 April 2017 - 40 dagen Marcus-----
12 Op de eerste dag van het feest van het Ongedesemde brood, wanneer het pesachlam wordt geslacht, zeiden zijn leerlingen tegen hem: ‘Waar wilt u dat wij voorbereidingen gaan treffen zodat u het pesachmaal kunt eten?’ 13 Hij stuurde twee van zijn leerlingen op pad en zei tegen hen: ‘Ga naar de stad. Daar zal een man die een kruik water draagt jullie tegemoet komen; volg hem, 14 en wanneer hij ergens binnengaat, moeten jullie tegen de heer des huizes zeggen: “De meester vraagt: ‘Waar is het gastenvertrek waar ik met mijn leerlingen het pesachmaal kan eten?’” 15 Hij zal jullie een grote bovenzaal wijzen, die al is ingericht en waar alles gereedstaat; maak daar het pesachmaal voor ons klaar.’ 16 De leerlingen vertrokken naar de stad, en alles gebeurde zoals hij gezegd had, en ze bereidden het pesachmaal. 17 Toen de avond was gevallen, kwam hij met de twaalf. 18 Terwijl ze aanlagen voor de maaltijd, zei Jezus: ‘Ik verzeker jullie: een van jullie, die met mij eet, zal mij uitleveren.’ 19 Ze werden bedroefd en vroegen een voor een aan hem: ‘Ik ben het toch niet?’ 20 Maar hij zei tegen hen: ‘Het is een van jullie twaalf, die met mij uit dezelfde kom eet. 21 Want de Mensenzoon zal heengaan zoals over hem geschreven staat, maar wee de mens door wie de Mensenzoon uitgeleverd wordt: het zou beter voor hem zijn als hij nooit geboren was.’ 22 Terwijl ze aten, nam hij een brood, sprak het zegengebed uit, brak het brood, deelde het uit en zei: ‘Neem hiervan, dit is mijn lichaam.’ 23 En hij nam een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun de beker, en allen dronken eruit. 24 Hij zei tegen hen: ‘Dit is mijn bloed, het bloed van het verbond, dat voor velen vergoten wordt. 25 Ik verzeker jullie: ik zal niet meer van de vrucht van de wijnstok drinken tot de dag komt dat ik er opnieuw van zal drinken in het koninkrijk van God.’ 26 Nadat ze de lofzang hadden gezongen, vertrokken ze naar de Olijfberg. (Marcus 14:12-26, Nieuwe Bijbelvertaling)
Verbondenheid en verraad
Jezus’ laatste maaltijd is volgens Marcus het Joodse pesachmaal. Door het pesachlam en het pesachmaal te noemen, door te vertellen hoe de ruimte voor de maaltijd al is ingericht en alles er klaarstaat, verbindt Marcus Jezus’ lijden met het belangrijkste Joodse feest: Pesach. Op dat feest herdenken de Joden de bevrijding uit Egypte (Exodus 12:1-20).
Tijdens deze laatste maaltijd met zijn leerlingen zegent Jezus het brood en dankt hij God voor de wijn. Hij spreekt woorden van verbondenheid en belofte. Zijn verbondenheid met zijn leerlingen houdt niet op bij zijn dood. Jezus’ woorden klinken vanaf de eerste gemeenten tot nu in de kerken. Als vooruitblik op Gods koninkrijk, waar Jezus weer van de wijn zal drinken. Als belofte.
Maar er is ook verdriet. Jezus zal verraden worden. Sterker nog: de verrader eet met hem van deze maaltijd. ‘Ik ben het toch niet?’ vragen de leerlingen een voor een.
Verbondenheid en verraad aan één tafel. Heel dicht bij elkaar. Herken je dat ook in je eigen leven?
Wil je verder lezen over Pesach in het Oude Testament, Pesach in het Nieuwe Testament, of de instelling van het avondmaal? Ontdek het op debijbel.nl
|