Deel door ons uw liefde uit
aan wie honger heeft en pijn.
Laat ons waar verdeeldheid is
uw vredestichters zijn.
Ons verlangen is alleen,
Heer, maak ons hart bereid,
dat door heel ons leven heen
uw liefde wordt verspreid.
Deel door mij uw liefde uit,
aan een medemens die lijdt.
Leer mij meer vervuld te zijn
met uw bewogenheid.
Mijn verlangen is alleen,
Heer, maak mijn hart bereid,
dat door heel mijn leven heen
uw liefde wordt verspreid.
Openbaar uw koninkrijk
aan wie zoekt, aan arm en rijk.
Giet een stroom van liefde uit,
dat in ons en door ons, o Jezus,
uw liefde wordt verspreid.(2x)
Deel ons door uw liefde uit
tot de einden van de aard'.
Dat zich waar de dood nu heerst
nieuw leven openbaart.
Maak ons als uw werkers klaar
en sterk ons in de strijd,
tot wij mogen oogsten waar
uw liefde wordt verspreid.
Openbaar uw koninkrijk
aan wie zoekt, aan arm en rijk.
Giet een stroom van liefde uit,
dat in ons en door ons, o Jezus,
uw liefde wordt verspreid.(6x)
Deel door ons uw liefde uit,)
maak ons hart bereid. )4x
Deel door ons uw liefde uit,)
ja wij zijn bereid. )2x
Deel door mij uw liefde uit )
ja ik ben bereid. )2x
Wat ogen zien dringt binnenin het hart. Het kan ons blij maken of ook heel verdrietig. Het kan ons soms zo diep raken, dat we er ziek van zijn. Ogen zijn de vensters van ons hart. Wie ze opent voor het licht, voor de zon overdag, voor de mooie dingen en voor de sterren in de nacht, is een blij en gelukkig mens. Met licht en meer moois in onze ogen komt er kleur in ons anders zo grijze leven. Want onze ogen weerspiegelen de liefde van Jezus. Een liefde, door Hem gegeven!
Uit het hart
Jouw Hemelse Vader die je heeft geschapen, die zoveel van je houdt, weet alles wat er zich in jouw hart afspeelt. Hij begrijpt en kent jou volkomen, Hij vraagt je om de juiste keuzes te maken! Hij verlangt niets liever dat Hij fier zou zijn op jou, dat je het pad der wijsheid zou blijven volgen! Het is niet altijd gemakkelijk, en je hebt vooral lef & doorzettingsvermogen nodig, maar dit alles is niet te vergelijken, met het liefdevolle geschenk dat je zal verkrijgen! Hij weet nu wat je denkt & wat je nog zou willen 'plannen'... Daarom vraag ik je : ook voor mij komt de tijd dat ik het aardse zal verlaten. Maar zou je dan niet blij & verheugd zijn als je weet, dat ik in het Hemelse paradijs zal blijven wachten op... jou !!! Filip V. (26-09-04)
Niet keizer Augustus of Herodus, de koning van Judea, noch Quirinius de stadhouder over Syrië, maar alleen de God van Abraham, Isaak en Jakob heeft de regie van het wereldgebeuren in zijn hand. God volvoert al zijn plannen. De machthebbers mogen allemaal geniale plannen bedenken om hun eigen macht zeker te stellen of uit te breiden, maar die in de hemel troont, lacht. De machtigen organiseren een wereldwijde volkstelling omdat God wil dat Maria in Bethlehem zal bevallen. Het bestuur van het gigantische Romeinse rijk is maandenlang, zo niet jarenlang, in rep en roer vanwege deze inschrijving. En dat alleen omdat God wil dat zijn Zoon geboren zal worden in de stad van David. Lucas schildert ons hoe God via het wereldgebeuren zijn doel bereikt. Het is uiterst komisch te zien hoe de machtigen en de groten der aarde alles doen om hun onderdanen te registreren. Zij onderwerpen hen, maken hen schatplichtig om gezag en macht over hen uit te oefenen en trachten daarbij hun persoonlijke belangen en positie te versterken. Zij hebben er geen idee van dat ze hiermee ongewild Gods doel dienen en daarmee uiteindelijk hun eigen graf graven. Jawel, koning Salomo zei het al: 'De mens stippelt zijn weg uit, maar de Heer bepaalt de richting die hij gaat.' Het maakt niet uit of je Augustus, Herodes, Quirinius, Jozef of Maria heet. God heeft de regie in handen van het politieke reilen en zeilen van regering en onderdanen, en blijft hen tegelijkertijd verantwoordelijk houden voor hun daden. Het is God die lang tevoren aankondigt wat nog gebeuren moet. Die uit het oosten een adelaar roept, uit een ver land een man die zijn plannen uitvoert, en redding brengt in Sion (Jesaja 46 vanaf vers 10). En dat begint in Bethlehem!
Een aantal medewerkers van een statistisch bureau zit de week voor Kerst samen te eten in een restaurant. Eén van hen houdt een toespraak om terug te kijken op het afgelopen jaar en hij doet dat op een originele manier. Het is bijna Kerst en hij vraagt zich hardop af hoe het kerstverhaal in de nationale statistieken opgenomen zou kunnen zijn. De wijzen uit het Oosten zouden misschien in de Statistiek Inkomend toerisme geteld zijn. Het kindje Jezus zou in de Bevolkingsstatistiek voorkomen. Zelfs aan het begin van de jaartelling maakt hij onderdeel uit van een volkstelling (van keizer Augustus) en van het geslachtsregister dat door Joden wordt bijgehouden. De spreker gaat verder. Hij noemt de os en de ezel en vraagt aan de aanwezigen in welke statistiek deze dieren geteld zouden kunnen zijn. Het antwoord van een van de tafelgenoten is, tot hilariteit van de aanwezigen: 'Statistiek van de Slachtingen'. Met Kerst voor de deur is dat niet zo'n vreemd antwoord... Wij kennen het Kerstverhaal zoals het in de Bijbel staat. De os en de ezel komen er niet in voor. Het is dus ook niet waarschijnlijk dat zij in de Statistiek van de Slachtingen zouden terechtkomen. Voor de fijnproevers onder ons. De os en de ezel worden genoemd in het boek Jesaja dat circa 800 jaar voor de geboorte van Christus is geschreven. De tekst is: 'Een rund herkent zijn meester, een ezel kent zijn voederbak, maar Israël mist elk inzicht, mijn volk leeft in onwetendheid' (1:3). Die voederbak komt ook voor in Lucas 2 en vormt de verbinding tussen de ezel en de geboorte van Christus.
Wij kennen ook het Paasverhaal zoals het in de Bijbel staat. Daaruit blijkt dat de enige uit het Kerstverhaal die wél in de Statistiek van de Slachtingen zou kunnen voorkomen, het kindje Jezus is. Het is een schokkende, maar Bijbelse gedachte. In het boek Jesaja wordt voorzegt dat Christus als een lam geslacht zou worden voor de zonden van zijn volk. Letterlijk staat er: 'Om onze zonden werd Hij doorboord, om onze wandaden gebroken' (53:5).
De Bijbel beschrijft uitgebreid het lijden van de Heer Jezus. Er zijn vier evangeliën geschreven waarbij van verschillende kanten wordt beschreven hoe de Heer op het kruis is gestorven. Filmmakers hebben geprobeerd dit lijden op film vast te leggen. Wie de film The Passion of the Christ heeft gezien, heeft een beeld van wat er op het kruis is gebeurd. Ik geloof in de Heer Jezus en ik weet dat Hij voor mijn overtredingen heeft geleden en is gestorven. Ik geloof ook dat Hij is opgestaan uit de dood.
Op aarde zijn er allerlei statistieken en er zijn ook bevolkingsregisters. De Bijbel spreekt over een bevolkingsregister in de hemel (het boek van het leven van het Lam). Mensen die in dat register staan, hebben de Heer Jezus aangenomen als hun Heer en behoren tot die hemelse bevolking. Zoals wij ons kunnen afvragen hoe het Kerstverhaal in de statistieken terecht zou komen, zo kunnen wij ook stilstaan bij de vraag hoe wij in die hemelse statistiek terecht kunnen komen. Ik ben ingeschreven in het boek van het leven van het Lam. En jij? Het register is nog geopend.
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar ik (en heel wat Joden in Jezus' tijd) zou verwacht hebben dat de Koning van het universum geboren zou zijn in een paleis - een plaats die overeenkomt met zijn stand. Hij zou geslapen hebben tussen wiegenlakentjes van extra fijn Egyptisch katoen, en zijn hoofd zou gerust hebben op een donzen kussentje met zijden sloop. De mobile boven zijn wieg zou beslist vervaardigd zijn van fonkelende edelstenen: witte diamanten, rode robijnen, blauwe saffieren en groen emerald. En alle hooggeëerde mensen in de samenleving zouden een bezoekje brengen aan deze prachtig versierde kinderkamer om Hem te aanbidden.
Maar zo heeft God het niet gedaan Jezus werd geboren in een vieze, stinkende, afkeer wekkende schuur. Hij werd niet tussen schone lakentjes gelegd maar in een kribbe - een voerbak vol snot en kwijl van dieren en hun half opgegeten etensresten. Hij werd niet verwelkomd in de wereld door grote leiders, door regeerders, overheidsbeambten en andere leden van de club van Lexusrijders. Hij werd begroet door een groep onaanzienlijke herders. Ja, maanden later kwamen er drie koningen of wijze mannen uit het oosten. Maar niemand had er ook maar een idee van wie zij waren.
Ziet u het plaatje? Jezus kwam niet naar de aarde om zich te vereenzelvigen met de rijken, de succesvollen en de invloedrijken. Hij kwam in de wereld als een pauper. Hij kwam de wereld niet binnen in het comfortabele huis van zijn ouders, en zelfs niet in de veiligheid van een ziekenhuis. Hij kwam terecht op de aller nederigste plaats, in de allereenvoudigste omstandigheden. God verborg het mysterie van het koninkrijk in de levens van de meest behoeftigen.
We zijn geschapen om de heerlijkheid van God boven alle dingen te kennen en te koesteren. Als we die schat inruilen voor beelden, wordt alles op zijn kop gezet. De zon van Gods heerlijkheid is geschapen om te schijnen als het middelpunt in het zonnestelsel van onze ziel. En als dat het geval is, worden alle planeten van ons leven in de juiste baan gehouden. Maar als de zon verplaatst wordt, vliegt alles uit elkaar. De genezing van de ziel begint, als de eer van God wordt teruggebracht naar zijn schitterende centrale plaats.
Uit: Jezus zien en ervaren ...en intens van Hem genieten, John Piper
Op een mooie zomerdag was ik met mijn dochter op bezoek in een soort pretpark. Toen we in de rij stonden voor een van de attracties, hoorde ik een man vragen: 'Weet iemand waar deze rij naartoe gaat?' De man naast hem zei: 'Ik heb geen flauw idee.' Ik grinnikte om hun kennelijke onwetendheid, maar toen realiseerde ik me dat ik zelf ook niet wist waar de rij voor was.
Het maakte me trouwens niets uit. Het was een 'vader-en-dochterdag' en we hadden het samen gezellig. Het was niet belangrijk waar we naartoe gingen, het ging er om dat we samen uit waren.
Ik moest denken aan wat we noemen 'wandelen met de Here'. Zijn we zo in beslag genomen door wat we meemaken in het leven dat we vergeten om blij te zijn dat we elke dag met Hem samen zijn?
Henoch, een gelovige uit het Oude Testament, 'wandelde met God, driehonderd jaar' (Gen. 5:22). En toen wandelde hij weg van de aarde in Gods tegenwoordigheid zonder de dood te zien (Hebr. 11:5).
We weten niet hoe onze levensweg zal zijn, maar we kunnen genieten van de reis als we met de Here wandelen: 'Ik wandel in het licht met Jezus...'
Als je kinderen krijgt, kom je heel je leven niet meer los van het feit dat je vader of moeder bent geworden. Ook al zijn ze misschien zelf al op middelbare leeftijd: ze blijven je kinderen. Natuurlijk vinden we het fijn dat onze kinderen een goede baan krijgen. Maar als die goede baan of positie ertoe leidt dat dat kind zich af gaat zetten tegen het milieu waar het uit komt, en maar heel weinig meer thuiskomt of zich misschien zelfs voor ons schaamt, dan doet dat ons verschrikkelijk pijn. Het geeft het gevoel dat je alles hebt gedaan wat je kon, het kind heeft ervan geprofiteerd en wil nu liever niet teveel meer met je te maken hebben.
God is onze Vader, en net als aardse vaders blijft Hij dat voor eeuwig. Hij zorgt voor ons en heeft alles voor ons overgehad, zelfs zijn Zoon. Hij heeft Zich er niet voor geschaamd ons zijn kinderen te noemen. Het past ons niet te denken dat wij onze talenten zelf verdiend hebben en het wel zonder Hem af kunnen. Wat Hij zo graag wil, is dat we eens glimlachen van dankbaarheid in de wetenschap dat wij de beste Vader hebben die er is. Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen ... ook onze talenten.
Schenk Hem vandaag eens zo'n dankbare glimlach, dat is Hij toch wel waard?
De materialist zegt: 'Maak u geen zorgen over uw ziel. U hébt geen ziel.' De vrijdenker voegt er aan toe: 'Met de dood is alles voorbij.' De mens die vanuit zijn gevoel redeneert, zegt: 'God is veel te goed om iemand naar de hel te sturen.' De religieuze mens zegt: 'U hebt geen moord begaan, u hebt niet gestolen, u hebt uw best gedaan. God zal het wel goed maken met u.'
Maar wat zegt God? De mens heeft een ziel die verloren kan gaan. Dat is wat de Bijbel noemt: 'Zijn ziel verliezen' of: 'Zijn ziel erbij inboeten' of: 'Schade lijden aan zijn ziel.' Alle rijkdom van deze wereld moet de mens bij zijn dood achterlaten, maar zijn ziel, zijn geest, blijft eeuwig bestaan. Die ziel moet in de eeuwigheid voor God verschijnen, om uit zijn mond het eindoordeel te horen. God wil u graag redden. Uw ziel is Hem alles waard: daarom gaf Hij zijn eigen Zoon
Als een duif een eigenaar heeft en hij wordt ergens losgelaten, zal hij altijd rechtstreeks terugvliegen naar zijn eigen huis. Bij de doop van de Heer Jezus, toen de hemel openging, vloog de Duif (de heilige Geest) naar zijn huis (de Heer Jezus). En ook nu nog komt de heilige Geest wonen in ieder mens die Hij herkent als zijn thuis. (Zie Handelingen 5:32; 1 Korintiërs 6:19,20.)
Een arme vrouw moest hard werken om de kost te verdienen. Toch was zij een blijmoedig christen. Op een dag zei een vriendin die alles van de sombere kant bekeek, tegen haar: 'O, Nancy, het is mooi voor jou dat je zo gelukkig bent. Maar je moet ook nuchter zijn en eens denken aan de toekomst. Denk je eens in dat je ziek wordt en niet meer kunt werken. Of veronderstel dat de baas waar je nu werkt gaat verhuizen en je geen werk meer hebt. En neem eens aan dat er niemand meer is die nog werk voor je heeft. Stel je eens voor dat...' 'Stop', riep Nancy, 'ik veronderstel nooit dingen die in de toekomst zouden kunnen gebeuren. De Heer is mijn Herder en ik weet dat mij niets zal ontbreken. Weet je, al die veronderstellingen van jou maken je eigen leven somber. Je kunt beter stoppen met je zorgen te maken over dingen die kunnen gebeuren. Je moet leren helemaal op de Heer te vertrouwen.' Iemand heeft het zo gezegd: 'Ik maak me geen zorgen voor de dag van morgen, de Heiland zal ook morgen voor me zorgen. Wat ik vandaag van de Heer verwacht, is zijn genade en zijn kracht.'
Deze psalm begint met een klacht, maar eindigt met bemoedigende woorden en zelfs aanbidding. Ertussenin spreekt de psalmdichter eerlijk naar God uit wat er in hem leeft. De hoogmoedige houding van de goddeloze mensen rondom hem stuit hem tegen de borst, en hun voorspoed doet hem pijn: ze bekommeren zich totaal niet om Degene aan Wie ze alles te danken hebben, en toch gaat het hun zo enorm voor de wind. God bestaat voor hen niet, en hun vooruitgang hebben ze uitsluitend aan hun eigen kunnen te danken. Nog erger is dat ze hun laagste instincten zonder remming botvieren: ze hebben het voorzien op de zwakke en keren zich tegen degene die er al ellendig aan toe is.Toch ziet God dat alles. Hij merkt het onrecht op en vergeet het niet. Dat is ook in 2010 zo. Soms lijkt God ver weg en verbergt Hij Zich voor ons. Maar de zwakke mag zich op Hem verlaten, en ervan overtuigd zijn dat Christus Koning is voor eeuwig. Ooit zal alle hoogmoed verstommen, als zijn koningschap zichtbaar wordt. Christus zal regeren totdat alle vijanden van God aan Hem onderworpen zijn. Wij zien dat nu nog niet, maar geloven dat wat God beloofd heeft werkelijkheid zal worden.
God laat soms moeilijke dingen in ons leven toe. Dingen die we niet begrijpen. Maar we mogen ermee naar God gaan. Hij begrijpt ons. Hij wacht altijd op ons, in voorspoed en tegenspoed. Hij wil ons vertroosten als wij het moeilijk hebben. Zo komen we dichter bij Hem dan voorheen. De 'zwakke' weet dat hij God nodig heeft. De Heer bemoedigt de zwakke in zijn hart en geeft hem een vrede die meer waard is dan alles wat de wereld biedt. Wanneer wij denken dat wij sterk zijn, wanneer het ons voor de wind gaat, zijn we geneigd op onze eigen krachten te vertrouwen. Dat is niet goed. Het is veel beter om in het bewustzijn van eigen zwakheid naar God te gaan. Dan kan Hij zijn kracht aan ons laten zien. Dezelfde kracht die de Heer Jezus uit de doden opwekte, is er ook voor ons, als wij ons voor God openstellen.
Eeuwen geleden leefde in Griekenland koning Archias. Hij was een heel egoïstisch man, die alleen voor zijn eigen plezier leefde en weinig of niets gaf om de noden van zijn volk. Velen haatten hem en ten slotte werd er een complot gesmeed om hem te doden. Archias wist niets van dat complot, maar hij had een vriend in Athene. Die hoorde ervan en besloot hem te waarschuwen. Hij schreef de koning een brief waarin hij hem waarschuwde voor het gevaar. Ook gaf hij hem advies hoe hij aan het gevaar kon ontsnappen. De brief liet hij haastig wegbrengen door een boodschapper. Archias was juist bezig een groot feest te vieren toen de boodschapper kwam. Omdat hij helemaal van Athene was gekomen met een belangrijke brief, mocht hij meteen bij de koning komen. Hij zei: 'Majesteit, de man die u deze brief stuurt, vraagt u dringend hem direct te lezen, want het gaat om heel ernstige dingen.' Maar de koning was niet in de stemming om de brief te lezen. Niet vermoedend wat erin stond, legde hij de brief lachend weg en zei: 'Ernstige dingen? Morgen! Toen ging hij door met feestvieren
Helaas voor Archias kwam er voor hem geen morgen meer. Het plezier eindigde plotseling en droevig. Midden in het lawaai van het feest werd er een aanslag op de koning gepleegd en werd hij gedood.
Misschien leef je ook een leven van pret en plezier? Je geniet van het leven en leeft toe naar de feestjes na je werk? Maar om je ziel bekommer je je niet en je denkt net als koning Archias: 'Ernstige dingen? Morgen!' Maar stop! Misschien is er voor jou geen morgen. Vandaag kan je laatste dag op aarde zijn. Wat gebeurt er als God dan tegen je zou zeggen, net als eens tegen een rijke man: 'Dwaas, in deze nacht zal je ziel van je worden afgeëist!' Je houdt niet van ernstige dingen? Zonder twijfel zal satan proberen je deze waarschuwing te laten vergeten. Maar God stuurt je deze boodschap van liefde en een middel om aan het oordeel te ontkomen. Dat middel is de Heer Jezus, die stierf op het kruis. God biedt je vergeving aan door het geloof in de Heer Jezus. Neem deze waarschuwing serieus en zeg niet als Archias: 'Ernstige dingen? Morgen!'
Mijn grootvader was een ouderwetse boer met een gemengd bedrijf. Je weet wel, een ren vol kippen, een kot vol varkens, een stal met koeien en daarnaast wat landbouwgrond. Van alles genoeg, maar toch net niet zoveel dat hij het niet kon bijbenen. Toen ik hem eens vroeg waarom hij twee paarden had, legde hij mij uit dat hij zoveel land had, dat het te veel was voor één paard. Ik keek hem aan met vragende ogen, een kind van acht was ik. Hij legde uit dat hij niet één paard al het werk wilde laten doen. Soms gebruikte hij ze om de beurt, soms samen voor één werktuig zodat ze de last konden delen. Ik keek nog eens naar de dieren en bedacht dat ze het goed hadden bij mijn opa.
Later kwam de intensieve veeteelt. Het vee kwam in kale doorloopstallen te staan, paarden werden vervangen door tractoren die harder konden werken en dieper konden ploegen. Als men opa vroeg hoe hij al deze dingen vond, dan zei hij dat de tijd verder ging en hij uit de tijd was. Totdat hij een keer zag dat er koeien met zwerende hoeven stonden in een kale stal waar niets aan werd gedaan. Toen werd het hem te veel en kwam hij tot de uitspraak dat de mens de schepping niet waard is We kunnen niet terug naar de jaren vijftig, maar wat we wel kunnen doen, is zorgen dat we weer een gezonde kijk krijgen op dat wat ons is gegeven. Want hoewel we denken dat alles ons toebehoort, gaat het wel om de schepping van God. Een schepping die nu zucht onder de gevolgen van alles wat er verkeerd is gegaan, maar die in de toekomst nieuw zal zijn. Ik las in Habakuk dat ik, ook al is er geen bloeiende vijgenboom, geen druif aan de wijnstok en wordt er geen olijf meer geplukt of geven de akkers geen voedsel, staat er geen schaap meer in de kooi en geen koe meer in de stal, mag juichen in God, want Hij is onze bevrijder. Ik vond het wel erg grote woorden. Stel je voor dat je stallen leeg zijn en alles doods is? Ben je je dan bewust van de God die jouw persoonlijke Bevrijder wil zijn? Want alleen dan zul je iemand zijn die de nieuwe hemel en de nieuwe aarde zal zien. De grondslag voor de toekomstige bevrijding van de aarde werd gelegd in het offer van de Zoon van God. Ik besef nu weer hoe veelomvattend dit offer was voor de hele schepping.
Het zijn beide woorden met een diepere betekenis dan alleen maar vrede. Het zijn beide ook religieus en politiek geladen woorden. Shalom is vrede voor Jeruzalem, een vrede die politiek van betekenis is voor Israël. Salaam is verbonden met de Dar el Salaam, de vestiging van een islamitisch rijk. Vrede onder de voorwaarden van een religie of een sterk ideologische politieke overtuiging. Ik ga voor de vrede, dat is duidelijk. Wie niet? Alle Israëliërs, alle moslims gaan voor vrede, hún vrede. Ik ga voor de vrede van God in mijn hart. Heel persoonlijk. Een vrede die gelooft, geneest, vergeeft, tegemoetkomt en geen politieke of religieuze belangen heeft te verdedigen. De vrede van God die alle verstand te boven gaat. Niet de vrede van een oorlogsgod, maar van de Vredevorst!
Stilstaan roept bij ons associaties op met: in de file staan (en je ergeren); stagnatie in de vooruitgang; 'stilstaan is achteruitgaan'.
Ik vermoed dat dit mede komt door de cultuur waarvan we deel uitmaken. Onze omgeving houdt ons vrijwel permanent voor dat we slechts dan meetellen als we steeds verder omhoogkomen op de maatschappelijke ladder, als we steeds meer macht, invloed en status verwerven, als we steeds verder en langer op vakantie kunnen gaan, als we over een steeds grotere financiële reserve beschikken, als we... als we...
Steeds hoger, steeds verder, steeds sneller. Dat roept de omgeving mij en u toe!
En de prijs? Herkent u het volgende?
- Ik ben zo moe.
- Ik voel me zo leeg.
Ik herken het wel!
Is er een mogelijkheid om aan deze wurggreep te ontsnappen?
Ook op het 'christelijk erf' kunnen we het zo druk hebben. Wat dat betreft hebben we een 'druk geloof'. We moeten van onszelf (of van anderen) hieraan deelnemen, dat doen, daar belangstelling voor hebben.
Bij ons thuis hangt op een prikbord de volgende uitspraak: 'De grootste troef van de duivel is een volle agenda.' Als ik dat lees, zeg ik tegen mezelf: 'Pas op dat er tijd overblijft voor het onderhouden van je relatie met de Heer!' Dat gaat niet vanzelf. Daarin moet je investeren.
Hoe dat gaat? Sta stil en let op Gods wonderen! Wie even nadenkt, kan zich tal van wonderen van God voor de geest halen, zowel in zijn omgeving als in zijn eigen leven. Denk daar in alle rust en stilte over na en dank onze machtige God en Vader voor de wonderen die Hij heeft verricht!
Het hart, het innerlijk van een mens, is te vergelijken met een glas helder water, met op de bodem een laagje zand. Het blijft helder, wanneer dat water niet of bijna niet beweegt. Maar het water vermengt zich met het zand, wanneer er flink aan het glas wordt geschud. Het gevolg is een glas vol modderige brij. Wij hebben nauwelijks in de gaten wat er leeft op de bodem van ons hart, wanneer ons leven rustig voortkabbelt en er zich geen al te grote problemen voordoen. Zolang niemand ons besteelt, over ons roddelt of ons iets in de weg legt, lijkt alles mooi en helder. Maar het leven van een mens kabbelt zelden jarenlang rustig voort. Soms wordt er flink aan ons leven geschud; we raken werkeloos, worden ziek, of mensen strijken ons tegen de haren in. Vaak blijkt er dan op de bodem van ons hart zelfzucht, hoogmoed en afgunst te leven. In alle hevigheid komen deze dingen dan soms naar boven. Paulus noemt zulke uitingen in Galaten 6 'de werken van het vlees'. Zoals we onze vrienden pas echt leren kennen wanneer er problemen zijn, zo leren we ook onszelf beter kennen wanneer er problemen zijn - wanneer we door omstandigheden door elkaar worden geschud. Onze kwetsbaarheid en zwakheid, maar ook onze zondigheid, is dan pijnlijk voelbaar.
Het zijn omstandigheden waarin we onszelf tegenkomen, maar ook zijn het omstandigheden waarin we genoodzaakt worden om op God te vertrouwen. We leren niet alleen onszelf beter kennen, maar ook God. Wij blijken dan klein en zwak te zijn, maar God groot en machtig. De dichter van Psalm 119 had door de verdrukking heen God lief gekregen. 'Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik uw inzettingen zou leren. De wet van uw mond is mij beter dan duizend stukken goud en zilver.'
Echte aanbidding is 'aanbidding in Geest en in waarheid'. Het is van binnen op je knieën gaan en de waarheid van je leven tegenover God uitspreken. Het gaat God niet om een bepaalde plek buiten, het gaat Hem om een bepaalde houding van binnen. Waarheid van binnen, een eerlijk en open hart.
Ware liefde is gericht op een ander. Ze brengt een diep verlangen om die persoon gelukkig te maken, zijn behoeften en verlangens te vervullen en zijn belangen te behartigen. Ware liefde kan het best omschreven worden als onzelfzuchtig in alle aspecten, zelfs wanneer de relatie een persoonlijke opoffering vergt.
Zij verblijdt zich niet over de ongerechtigheid, maar verblijdt zich met de waarheid; alles verdraagt zij, alles gelooft zij, alles hoopt zij, alles verduurt zij. De liefde vergaat nooit.
Deze woorden sprak een kennis van ons uit toen we (zij, mijn vrouw en ik) tijdens onze korte vakantie op Terschelling over de Boschplaat liepen.
Lopen over de Boschplaat vraagt om wat aanpassingen: er is een geen goed voetpad; je loopt over een smal, hobbelig paadje. Maar het is wel een heel mooie omgeving: prachtige, ongerepte natuur.
Op een gegeven moment werd het pad vrij smal en op een 'splitsing' liepen mijn vrouw en ik over het linker pad door. Onze kennis koos ervoor haar weg via het rechter paadje te vervolgen. Ze ging ervan uit dat beide paden op een gegeven moment weer bij elkaar zouden komen.
Nadat we een poosje gescheiden hadden opgetrokken, verliet ze toch haar 'eigen' pad maar weer, en voegde zich dwars door de vrij hoge begroeiing weer bij ons.
En wat schetst onze verbazing? Ongeveer vijftig meter verderop kwamen de beide paden toch weer bij elkaar. Wij konden dat vanaf 'ons niveau' niet zien. Van bovenaf zou dat natuurlijk wel zichtbaar zijn geweest. Dat bracht haar tot de hierboven geciteerde uitspraak Een paar passen na deze woorden stonden we weer stil. Onbedoeld had zij een belangrijke geestelijke les gegeven.
Het kan zo zijn dat de wegen van mensen, groepen of gemeenschappen uit elkaar gaan lopen. Blijft de scheiding in stand of komt er een moment dat de wegen weer bij elkaar komen? Vaak weten wij dat niet. Wij zien de uitkomst niet. Onze horizon is daarvoor uiterst beperkt.
Onze Vader, die in de hemel is, 'ziet alles van bovenaf'. Hij ziet het moment wel waarop wegen (soms) weer bij elkaar komen. Voor zijn kinderen geldt, dat het Vaderhuis in ieder geval de plaats is waar een einde aan de scheiding komt.
Veelal vraagt Hij niet meer van ons dan dat wij aan zijn hand blijven doorlopen. Aan de hand van Hem die 'alles van bovenaf ziet'.
Wat zijn wij, vergeleken met onze voorouders uit de zeventiende eeuw, rijk geworden. Wij bezitten niet alleen veel van wat zij vurig verlangden maar niet konden krijgen, maar hebben zoveel meer aan gemakken en voorrechten die zij helemaal niet kenden. Je zou eigenlijk mogen veronderstellen, dat wij gelukkiger, tevredener en rustiger zouden zijn. Maar dat blijkt helemaal niet het geval te zijn. Op ons is het gezegde van toepassing: 'Het bezit van een zaak is het einde van het vermaak.' De vervulling van een wens laat nieuwe verlangens geboren worden en nooit is ons begeren verzadigd. Er is geen tijd geweest waarin zoveel mensen door een onrustig leven een hartinfarct kregen als in onze tijd. Dat is op zichzelf weer een bron van onrust en een reden om rusteloos uit te zien naar een oplossing van dat probleem. Zou de oorzaak van dit alles niet zijn dat een mens niet rustig en tevreden kan worden door allerlei dingen die wel aangenaam zijn, maar geen bevrediging geven voor de diepste behoeften van zijn ziel? Ieder mens wil leven! Als aan de voorwaarden om te leven niet is voldaan, zal het dagelijks brood onze eerste zorg zijn. Is dat geen probleem meer, dan willen we graag gemakkelijker leven, vervolgens aangenamer, daarna luxueuzer en ten slotte is geen wens meer te groot. Maar bij dit alles blijft ons hart onbevredigd. Als alle wensen vervuld zijn, blijven we nog dezelfde mensen met een verlangen naar liefde, naar rust voor het geweten, en naar een doel dat echt bevredigt. Er ontbreekt je iets als je God niet kent. Er is in je leven iets dat niet overeenstemt met je bestemming. Je bent namelijk gescheiden van God en mist de gemeenschap met Hem. Je verlangt naar gerechtigheid en liefde. Je bestemming op aarde is de dood, terwijl je geschapen bent om te leven. Hoe kun je dan geluk vinden in uiterlijke lapmiddelen? Augustinus zei: 'Onrustig is ons hart, totdat het rust vindt in God.' God gaf zijn Zoon voor mensen die Hem nodig hebben. Wie in Hem gelooft, vindt rust, vindt vrede met God, ontvangt reiniging van zonden en eeuwig leven. Keer terug tot God, de bron van het leven. Dan vind je echte rust!
Het laatste gedeelte van Psalm 106 geeft een opsomming van de zonden van Israël toen zij in het beloofde land waren. Het is een treurig relaas over zondige relaties met de oorspronkelijke bewoners van het land, van afgodendienst, van mensenoffers en van bloedschuld. De Here moest hen daarom met zijn straffen tegenkomen en hen ten slotte laten wegvoeren naar Babel. Was dat het einde van het volk van God? Nee, we lezen: 'Maar als Hij hun benauwdheid zag, dan dacht Hij aan zijn verbond en was hen goedertieren(barmhartig).' Dan waren hun onderdrukkers hen genadig. Toch was dat niet de uiteindelijke redding waar heel Israël op wachtte. Wanneer zal Israël verlost worden van zijn vijanden en het Duizendjarige Vrederijk binnengaan? Als het volk schuld zal erkennen met de woorden van vers 6 uit deze Psalm: 'Wij hebben gezondigd, evenzeer als onze vaderen, verkeerd gedaan, goddeloos gehandeld.' En vers 47: 'Verlos ons, Here, onze God, verzamel ons uit de volken, opdat wij uw heilige naam loven, ons beroemen in uw lof.' De hele schepping wacht hierop. Omdat Israël tijdelijk door God op non-actief is gezet, is het evangelie voor alle mensen. Als God in de toekomst zijn volk weer zal accepteren, zal dit voor de wereld zijn alsof doden weer levend worden. Er zal een geweldige lofzang losbarsten van Israël en alle volken: 'Looft de Here, want Hij is goed, want zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid.' Wat zegt deze toekomstverwachting je? Ben je evenals Israël van God afgedwaald en kies je je eigen weg? Weet dan dat die uitloopt op je eeuwige ondergang. Erken voor God je zonden, alles wat er in je leven mis is en Hij zal je horen. In Christus Jezus neemt Hij je aan en vergeeft Hij al je zonden. Hij gaf zijn eigen Zoon over in de dood op het kruis, om je alles te kunnen vergeven en je tot zijn geliefd kind te maken. Neem nu de beslissing van je leven. Bekeer je en geloof: Jezus stierf voor mij. Nu en eeuwig zul je dan zeggen: Geloofd zij de Here. Amen, Halleluja!
Het is zondagmorgen, half vijf. Ik word wakker van een koorzang van vogels en in de vijver achter het huis kwaakt de enige kikker die er in zit. De week die achter ons ligt, is erg druk geweest en ik zou het heerlijk gevonden hebben nog een uurtje of drie te kunnen slapen, maar het geluid van buiten dringt zo door dat dat niet meer lukt. 'Het heeft geen zin om je te ergeren,' zegt men dan, en dus doe ik een poging om rustig te blijven en te luisteren naar de geluiden van buiten. Als je dan met aandacht luistert, ga je weer heel anders denken. In dit hele koor van vogelgeluiden is er niet één afzonderlijk te onderscheiden en toch zijn ze allemaal één voor één gemaakt. Ze zijn eigenlijk stuk voor stuk allemaal kunstwerkjes. Het is vaak onvoorstelbaar dat uit zo'n klein lijfje zoveel geluid kan komen. Mijn gedachten worden erbij bepaald dat er zoveel liederen zijn die spreken van de schoonheid van de schepping en dat ook wij mensen eigenlijk kunstwerken zijn. Opeens wordt het prachtige gezang verstoord door onrust en door elkaar lopende geluiden. Ik probeer te ontdekken waardoor dat komt, maar het trekt me niet zo aan het bed uit te gaan en te gaan kijken. Later op de morgen, bij het ontbijt, ontdek ik dat er een vlaamse gaai in de tuin zit, die probeert de nesten die er nog zijn leeg te roven. En met een zucht moet ik erkennen dat deze vogels allemaal wel kunstwerken zijn, maar dat je wel kunt zien dat over al deze kunstwerkjes een vloek ligt. Ach, en dan hoeven we echt niet alleen bij de vogels te blijven. Want de hele schepping zucht immers naar vrede. Het lijkt eigenlijk het meest op een prachtig schilderij. De hand van de Meester is nog wel zichtbaar, zijn handtekening staat nog net leesbaar onderaan in de hoek, maar er ligt een dikke grauwsluier overheen. Zo mooi als het eens was en bedoeld is, is het niet meer
Ook u en ik zijn een deel van dat schilderij. En je verbaast je er soms over wat mensen doen om die grauwsluiers weg te halen. Ze gaan in de weer om zichzelf beter zichtbaar te maken met emmers vol dure middelen die van alles beloven en veel geld kosten. Zo nu en dan lijkt een middel te helpen, een vooraanstaande positie, een belangrijke titel, rijkdom, een opvallende bezigheid. Maar na een tijdje moet je toch constateren dat het niet voldoende is geweest en je weer net zo grauw dreigt te worden als de andere dingen om je heen. En ook al is je lichaam een kunstwerk, laten we eerlijk zijn, kwaaltjes hebben we allemaal, en niet alleen aan de buitenkant. Ons denken is soms vergiftigd door afgunst, haat of bitterheid. Ons handelen is ook lang niet wat het moet zijn. Kortom, ons schilderij heeft eigenlijk zijn waarde verloren. Maar in de hoek staat nog wel de handtekening van de Meester, misschien wel niet al te goed meer zichtbaar, maar het blijft een Meesterwerk. Het is dus belangrijk om een goede restaurateur te vinden, die alles weer schoonmaakt en het schilderij op zijn volle waarde terugbrengt. En ik heb er een gevonden. Het is de Zoon van de Meester. Hij zag ons staan op dat schilderij. Maar Hij kende de stijl van zijn Vader, haalde ons naar voren en ontdekte nog vaag de handtekening in de hoek. Nee, Hij gebruikte geen schoonmaakmiddelen zoals wij die kennen. Hij gebruikte zijn eigen bloed om het schilderij te reinigen en bracht daarna een nieuwe laag aan. Die laag haalde Hij uit een heel grote bus, waarop het woordje 'Vergeven' stond. En opeens kwamen we voor de dag, onze kleuren kwamen veel beter uit en de contouren werden beter zichtbaar. Maar we ontdekten ook dat ieder die schoongemaakt was, persoonlijk een handtekening had ontvangen. Zijn we dan nu waar we wezen moeten? Nee, dat moge duidelijk zijn. We staan nog op de zolder van de wereld, waar het stoffig is en we elke dag weer even afgestoft moeten worden. Maar er komt een dag dat we op reis gaan en worden opgehangen op een plek waar geen stof en vuil is, waar de vloek is verdwenen. Tot dan is het nodig op de zolder van de wereld te wachten. Nee, geen doelloos wachten. Het is de bedoeling dat de handtekening zichtbaar blijft onder de laag van vergeving die is aangebracht. Zo kunnen we laten zien Wie wij toebehoren. Het verdient misschien nog niet altijd de schoonheidsprijs, de zolder is immers stoffig. Maar als we zijn schoongemaakt met het juiste middel en de handtekening zichtbaar is, zijn we een Meesterwerk dat ooit een plek krijgt bij de Meester Zelf
Houdt u van vervolgverhalen? Laten we zeggen dat u een artikel leest in een tijdschrift. U komt aan het gedeelte waar de held in het water springt om zijn verdrinkende geliefde te redden. Dan wordt u in spanning gelaten door de woorden: 'Wordt vervolgd!' Op de grafsteen van een man die in Christus ontslapen was, stonden de woorden: 'Wordt Boven vervolgd.' Ja, dit leven is alleen maar het eerste hoofdstuk van het boek des levens. Of dat hoofdstuk lang of kort is, het is niet het eind, maar het wordt vervolgd. Voor de gelovige zal het vervolgd worden in de hemel bij de Heer. Er is geen onderbreking tussen de hoofdstukken - u hoeft niet te wachten tot de volgende maand om de volgende episode te horen. Hoofdstuk twee volgt zonder onderbreking op hoofdstuk één. Het wordt dadelijk vervolgd, want 'als wij ons verblijf in het lichaam verlaten, nemen wij onze intrek bij de Heer' (2 Kor. 5:8).
Hoe zal het volgende hoofdstuk voor u zijn? Het zal vroeg of laat geschreven worden, hetzij in de hemel, hetzij in de hel. Uw geschiedenis 'zal worden vervolgd', maar waar?
Genade en zegen zijn twee begrippen die heel nauw verbonden zijn met het kennen van de Here God. Genade houdt in dat God ons iets schenkt dat wij helemaal niet verdienen, waar wij geen aanspraak op kunnen maken en dat wij uit onszelf nooit zouden kunnen verkrijgen. Zegen is dat wat goed voor ons is. In het begin schiep God alle dingen, uiteindelijk ook de mens. En God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed (Gen. 1:31). Alles wat God ooit gemaakt heeft, draagt het stempel van zijn goedheid. Maar kort na de schepping moeten wij al vaststellen dat de mens het goede van God verdorven heeft en weggevlucht is voor God. De mens is bang geworden voor God. Nog steeds zien wij om ons heen hoe de mensen proberen in dit leven geluk te vinden. Zolang een mens echter ver van God blijft, is hij verstoken van het goede. Gelukkig mogen wij opmerken dat God nog steeds zijn goedheid blijft bewijzen aan alle mensen, zowel goeden als slechten. Maar het ware geluk zullen wij slechts ontdekken, wanneer wij in geloof terugkeren tot de God die ons geschapen heeft, en erkennen dat Hij de bron is van alle goede gaven (Jak. 1:17). Want de echte zegen van God is Hem te leren kennen in de persoon van Jezus Christus. In Christus zijn wij gezegend met alle geestelijke zegeningen die God heeft. Buiten Hem is geestelijk niets goeds te vinden; in Hem vinden wij alle goede dingen. Hoe kunnen wij daaraan deel krijgen? Niet door eigen inspanning of verdienste, maar door de rijke genade van God. Hij heeft er Zelf voor gezorgd dat deze rijkdom aan zegeningen het deel worden van allen die door het geloof hun toevlucht nemen tot Jezus Christus en in Hem geloven.
Kort geleden lazen we deze psalm aan tafel. Het hierboven weergegeven vers sprak mij aan. Ongetwijfeld hebt u het wel eens gezien: een kind dat vol vertrouwen 'wegkruipt' bij zijn vader of moeder en kort daarna in de armen van een van zijn ouders in slaap valt. Het is een heel bekend beeld. Ik vind dit zelf een van de meest vertederende beelden. Het maakt het hart van kinderen, maar ook van volwassenen week. De psalmist heeft dit beeld voor ogen als hij denkt aan zijn relatie met God. In zijn omstandigheden kruipt hij als hij ware weg in de armen van God. Hij weet geen beter plekje om te schuilen. Ik hoop dat u en ik deze rustgevende plek vaak zullen zoeken en weten te vinden.
'Kom naar Mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal Ik jullie rust geven' (Mattheüs 11:28).
Onlangs hoorde ik van een begrafenis. De overledene had een soort dubbelleven geleid. Op zijn werk was hij een brave ambtenaar die te midden van de andere ambtenaren misschien wel een beetje uit de toon viel, maar toch nog redelijk op al die ambtenaren leek. In zijn vrije tijd was hij een hartstochtelijk supporter van een gerenommeerde voetbalvereniging met een beruchte supportersschare. Op de begrafenis waren beide groepen, de ambtenaren en de supporters, aanwezig. Vertegenwoordigers van beide groepen mochten het woord voeren. De ambtenaar sprak over de vijftien jaar dat zij collega's waren geweest en haalde herinneringen op aan hun samenwerking. De supporter haalde ook herinneringen op, zoals dat zij onlangs nog samen in Antwerpen waren gearresteerd bij relletjes rond een voetbalwedstrijd.
De grafkist was geschilderd in de kleuren van de voetbalvereniging. Over de kist lag een clubvlag. Op een bepaald moment werd aan alle aanwezigen gevraagd om op te staan om samen het clublied van de vereniging te zingen. Op de kist lag een ticket voor de eerstkomende wedstrijd, dat door de plaatselijke politici als risicowedstrijd werd aangeduid. Was dit omdat hij het ticket niet meer nodig had? Was het omdat men in een voetbalhemel geloofde?
Wat voor soort ticket neemt u mee als u komt te overlijden? Hebt u een ticket voor de hemel? Bestaat er wel zoiets als een ticket voor de hemel? Het antwoord op de laatste vraag is: 'Ja en nee'. Het antwoord is 'ja', want de hemel gaat voor een mens open omdat Iemand de toegangsprijs heeft betaald. Die toegangsprijs voor de hemel is onmetelijk hoog: het bloed van de Zoon van God. De Bijbel laat zien dat een mens alleen in de hemel kan komen door het bloed van de Heer Jezus. Hij stierf op het kruis van Golgotha. Wie in Hem gelooft, heeft eeuwig leven.
Een mens kan uit zichzelf niet in de hemel komen. Sommige mensen denken dat zij door goede werken te doen in de hemel kunnen komen. Zo'n mens lijkt op iemand die meent zonder een kaartje het stadion binnen te kunnen gaan, omdat je in de week ervoor een keer een balletje hebt getrapt. Geen suppoost die daarin trapt Bestaat er wel zoiets als een ticket voor de hemel? Het antwoord is ook 'nee'. Er is geen briefje dat wij bij ons sterven kunnen meenemen. Wij zijn ook geen supporters die naar een wedstrijd komen kijken.
Wie gelooft in de Heer Jezus, wordt een volgeling van Hem, een christen. Een christen is geen supporter die wekelijks een voorstelling in een kerk meemaakt, een soort godsdienstig vermaak, en daarna een week lang zijn eigen leven leidt. De hemel is ook geen plaats waar mensen eeuwig vermaakt worden. Een christen is actief bezig in de dienst van de Heer Jezus. Een christen luistert naar wat de Heer Jezus zegt en gehoorzaamt Hem.
Een christen is in dat opzicht beter te vergelijken met een beroepssporter dan met een supporter. De beroepsvoetballer is de hele week bezig met voetbal. Zo is het met een christen ook. Hij is de hele week bezig met zijn passie: het dienen van de Heer Jezus. En als een christen komt te overlijden, gaat hij of zij door met zijn passie: het dienen van de Heer Jezus..
Een aantal jaren geleden ging er een film in premiëre onder de titel 'Highlander'. Het verhaal is gebouwd rondom het verhaal van de zogenaamde onsterfelijken. Mensen die niet kunnen sterven. Ze kunnen alleen gedood worden als ze worden onthoofd. Vanzelfsprekend zijn er goeden en slechten. De grootste slechterik probeert zijn soortgenoten allemaal om te brengen, om zo als enig overgebleven onsterfelijke uiteindelijk de macht over de wereld in handen te krijgen. Vanzelfsprekend is er ook een held. De film neemt ons mee in die strijd tussen goed en kwaad. Interessant is daarbij dat die strijd zich afspeelt vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw en dat je zo eigenlijk heel de geschiedenis van Europa de revue kunt laten passeren. Want in alle belangrijke gebeurtenissen kun je je hoofdpersonen weer laten optreden. Op de een of andere manier is dat thema van onsterfelijkheid succesvol gebleken. Tot mijn verbazing zag ik dat het niet bij die ene bioscoopfilm is gebleven; er is zelfs een tv-serie van gemaakt. Naar een aflevering heb ik gekeken. Het overtrof mijn ergste verwachtingen. Het verhaaltje stelde niet veel voor. In feite waren er maar vier spelers die meededen, plus een tiental figuranten. Het kwam allemaal neer op de vraag wie nu in staat was wie te onthoofden. Tenslotte was dat de enige manier om een tegenstander uit te schakelen. Dus werden op de meest vreemde momenten in het verhaal ineens ouderwetse zwaarden onder mantels vandaan gehaald. Want de onsterfelijken mogen dan in alles met hun tijd meegaan - ze rijden in een auto en gaan naar de disco - maar als de onderlinge vetes moeten worden uitgevochten, lijkt de tijd te hebben stilgestaan en moet men elkaar als de drie musketiers te lijf. Ik heb me afgevraagd wat mensen ertoe brengt naar zoiets te kijken. Eigenlijk kan ik maar één goede reden bedenken: We willen allemaal onsterfelijk zijn, we zijn allemaal bang voor de dood en daar speelt dit verhaal een beetje op in. Het zijn de belevenissen van mensen die hebben wat wij allemaal zouden willen hebben, onsterfelijkheid, maar hun levens blijken toch niet zo prettig te zijn. Dat troost ons dan weer. Onsterfelijk zijn is blijkbaar ook niet allesNu is er ook nog een andere vorm van onsterfelijkheid. Daar hebt u vast wel van gehoord. Die onsterfelijkheid heeft te maken met het in de herinnering van de mensen voortleven. Van de Beatles wordt bijvoorbeeld gezegd dat ze onsterfelijk zijn. Hun muziek wordt nog steeds veel gedraaid. Ook kunstenaars als Michelanchelo zijn onsterfelijk. En sommige schrijvers ook. Hun boeken worden door de eeuwen heen gelezen en gewaardeerd.
Soms kom je mensen tegen die op die manier onsterfelijk lijken te zijn. Mensen die door hun leven, hun werk en door hun invloed echte lichtende voorbeelden voor anderen zijn. Bijna iedereen kan er wel een paar opnoemen. Alleen weet je nooit helemaal zeker of je het bij het rechte eind hebt. Zo heeft president John F. Kennedy heel lang gegolden als een van die mensen die aanspraak konden maken op onsterfelijkheid. Totdat we erachter kwamen dat hij eigenlijk een heel ordinaire rokkenjager is geweest. En laten we ook niet vergeten hoe bepaalde wereldleiders door hun eigen propaganda-apparaat bijna als super-mensen zijn neergezet. We hoeven alleen maar aan Stalin of Mao te denken.
Hoeveel mensen hebben niet geloofd dat het werkelijk heel bijzondere en nobele mensen waren. Maar ze zijn onherroepelijk van hun voetstuk gevallen. Het bleken bijzondere mensen te zijn, maar dan niet omdat ze zo edel en grootmoedig waren, maar omdat ze zo wreed en karakterloos waren. In zekere zin zijn ze inderdaad onsterfelijk, niemand zal ze de komende tientallen jaren vergeten. Maar de herinnering zal beslist niet positief zijn. Mensen vallen altijd verschrikkelijk tegen. Onsterfelijk zijn we geen van allen.
Gelukkig is er wel Iemand die werkelijk onsterfelijkheid bezit. En die nooit zal tegenvallen. God, inderdaad, over Hem heb ik het. Hij bezit alleen de onsterfelijkheid. Waar mensen altijd op de een of andere manier tegenvallen, is dat bij Hem nooit het geval. Zijn tederheid en liefde zijn niet gespeeld. Zijn innerlijke kracht en gerechtigheid zijn helemaal in harmonie met de rest van zijn wezen. Jezus, heeft zijn leven op het spel gezet om ook aan mij een nieuw, eeuwig, leven te kunnen geven. Dat is nog eens wat anders dan altijd maar te blijven voortsukkelen met die verkeerde karaktertrekken van me. Highlander, 't mocht wat. Dat verhaal verbleekt toch totaal bij dat van ieder willekeurig kind van God?
Je hoort het nog wel eens: 'Zo ben ik' of: 'Zo ben ik nu eenmaal.' Daarmee voert men in de regel een algemeen excuus aan voor zijn/haar optreden of spreken. Meestal schuilt achter deze woorden zoiets als: 'Je moet me maar nemen zoals ik ben!' Of dit terecht is, daar wil ik het nu niet over hebben. Volgens mij valt er wel iets op af te dingen.
De hierboven genoemde drie woorden komen ook voor in Psalm 131 (Willibrordvertaling). Psalm 131 heeft drie verzen. De eerste twee luiden:
Heer, ik draag mijn hart niet hoog,
mijn ogen steken niet van trots;
ik ben niet uit op grootse daden
die mijn kracht te boven gaan.
Verstild ben ik en gerust;
geborgen als een kind bij zijn moeder,
zo ben ik, als een kind.
Deze verzen heb ik voor in mijn agenda geschreven. Waarom? Omdat ik niet altijd zo ben.
Ik ben niet altijd zo 'gerust'. Als ik onrustig word of ben, dan lees ik graag deze verzen. Ik vertrouw me dan toe aan Degene die mij rust kan en wil geven.
God heeft zijn engelen opdracht gegeven voor ons te zorgen en ons te beschermen.
Zie je het grote contrast tussen ons kleine kwetsbare mensjes en de kracht van engelen?
Er zit iets teders in het feit dat zij ons op hun handen zullen dragen. Als wij buiten Gods wegen om God op de proef stellen en kijken of Hij wel te vertrouwen is, dan is dat fout. Jezus weigert dat, wanneer de satan Hem uitdaagt van de tempel te springen. God had Hem niet de opdracht gegeven om te springen. Bovendien, Jezus weet dat God te vertrouwen is. Hij hoeft Gods betrouwbaarheid niet te bewijzen. Hij twijfelt niet aan Gods almacht. Als Hij het niet doet, waarom zou jij het dan wel doen?
halloooooooooooooooooooooooooooooo, Met deze mail willen we jullie uitnodigen op de eerste activiteit van het nieuwe schooljaar. Op Zaterdag 16 oktober organiseren we in de school met de bijbel de Ark en Mijn Oogappel een Wandel-eet-geniet en zing mee activiteit ja, jullie horen goed, voor elk wat wils. De wandeling is geschikt voor groot en klein en is zo'n 7 à 8 km lang. Tussendoor krijg je een drankje en een versnapering. Start om 15uur stipt ( kostprijs : 2 euro pp) Na de wandeling kunnen jullie aanschuiven aan het frietkot voor frietjes met frikandel of bickyburger aan zeer democratische prijzen. om 20u start het optreden van de YOUNG CONTINENTELS. ( volwassenen : 6 euro, kinderen tot 12 jaar : 3 euro) in bijlage vinden jullie nog wat extra info. Inschrijven is belangrijk, maar betalen gebeurt de dag zelf. Met de opbrengst van deze activiteit steunen we de school en kopen we allerhande materiaal voor de kinderen! vriendelijke groeten de vriendenkring