Mijn legerdienst de eerste week binnen.
Mijn legerdienst starten op een winterdag 1 februari 1965. Maanden daarvoor had ik een vriendelijk briefje gekregen met daarop die datum en de kazerne waar ik het leger moest vervoegen als een soldaat inwording.
De weg kon ik tevoet afleggen want de legerplaats lag in Turnhout. Kazerne Blairon of het 3 opleidingscentrum van ABL.(Armee-Belgie-Leger).
Een vriendelijke man in uniform stond ons al optewachte en wees ons een plek van de binnenplaats aan, onwennig kropen de binnenkomende rekruten bijeen, stil wachten op wat komen zal. Toen verondersteld werd dat de nieuwe lichting binnen gekomen was brulden de geuniformde ons toe dat we per twee moesten gaan staan.en per grote. Na enkele minuten speelden we het gevraagde klaar en marcheerden we naar de op ons wachtende kamers. Hier konden we een uurtje bekomen van de eerste opgelopen emoties. Rond twaalf uur kwam een andere persoon ons roepen dat we konden gaan eten. Dat viel mee, frieten en kip en salade. We waren dus niet in de hel beland. Aan tafel kwamen de tongen iets losser en vertelden we mekaar waar van we kwamen en wie we waren. Ik knoopten een gesprek aan met de Ward van Retie , hij zou mijn ganse legerdienst mijn maat blijven. Na de middagrust leerden we ons bed opmaken. We hielpen mekaar omdat sommige jongens echt het verschil tussen laken en dekens niet wisten, het schepten een band van kameraden, mannen onder één.
In de namiddag leerden we nuttige dingen die een beginnende militair van doen heeft, zoals de graden, de leefregels in een kazerne enz.
Na het avondeten kropen we op onze overvolle kamer bijeen en vertelden we over onze verwachtingen, van dit voor ons alle nieuw leven.
We werden gewekt om 6 uur in de morgen door een bevel aan bed, bijna iedereen was al uren wakker en dat gebrul was voor de meeste niet nodig. Een enkele werd door de woesteling als voorbeeld met bed en al onderuit gekieperd. Wat me altijd bij gebleven is dat er sommige er zin in hadden en gelukkig waren dat het gebeuren niet hun deel was.
Nu kregen we ons uniform. Weer per grote gaan staan, het leger heeft er iets mee. Deze keer begrepen we het wel, de kleintjes! kregen kleine maten, zo zou het toch moeten zijn maar de verstrekkers van het leger, zelf miliciens hadden het zo niet begrepen en smeten er een grote maat tussen. Bij het passen heerste er dan algemene hilitairiteit. Een korporaal, beroeps moet er tussen komen of er gebeurde maluren. Na een tijdje had iedereen zijn militaire attributen vast en konden we naar onze kamer om soldaat te worden, toch in kledij.
Aangekleed voelden we allemaal belachelijke wezens.
Nu konden we de eerste lessen krijgen in het marcheren. Voor de meeste die niet in een jeugdbeweging of fanfare waren geweest was dit onmogelijk en echt een karwei. De combinatie tussen voeten en armen bleek niet te kloppen, en recht en links was voor sommige vragen voor moeilijkheden. Het geduld van de instructeur was bewonderenswaardig. Op het einde van de week marcheerde daar een peloton soldaten zo goed dat wij zelf een beetje trots waren.
In de les over de militaire wetten leerde een ernstige officier ons dat de dood met de kogel nog steeds kon toegepast worden. We geloofde er geen barst van. Maar allee als het een officier het heeft gezegd. Ik verdenk er de man van dat hij ons iets wilden opvijzen. De verhalen in de mess van de officieren zullen er wel gegaan zijn over die groene rekruten, die toch ook alles geloven.
De eerste week eindigde sneller dan verwacht en om klokslag twaalf uur op zaterdag werd de lichting 1965 gelost in de kazerne Blairon.
We moesten maandag wel terug komen vertelden de officier van wacht. Maar nu even een weekend terug de burgermaatschappij in.
Maandag was nog veraf!
15-02-2006, 09:02 geschreven door Ludo
|