Bij het uitplanten van goed afgeharde stek of buxusplanten in het algemeen, kunt u het beste als volgt te werk gaan. Graaf eerst een geul. De breedte is afhankelijk van het formaat van de plant. Strooi onder in de geul wat kalk en meng dit door de ondergrond. Strooi dan een laagje compost onder in de geul. Als de compost veel bladaarde bevat is het ideaal voor de buxus. Ook hier weer wat kalk over strooien en mengen. Daarna de buxus planten en de grond goed aandrukken. Daarna inspoelen met water. Nadat de planten goed zijn aangeslagen bemesten met kippenmest of koemest(korrels) Bemesten in het voorjaar eind februari, in mei na de snoei en in juli voor een laatste mestgift.
Buxus in pot kun je het hele jaar door planten. Buxus uit de volle grond alleen planten in het voorjaar maart/april en vanaf september tot de vorst invalt.
Het aantal buxusplanten per meter
Het aantal planten per meter is afhankelijk van de maat.
15 a 20 cm 7 - 10 per strekkende meter
20 a 30 cm 7 - 8 per strekkende meter
25 a 35 cm 5 - 6 per strekkende meter
Gemiddeld kun je zeggen dat je ongeveer 7 planten per strekkende meter nodig hebt.
Meerjarige buxus verplanten
Buxus die al meerdere jaren op dezelfde plaats staat kan met succes worden verplant mits men van tevoren de juiste handelingen verricht. Een seizoen van te voren plannen geeft vaak 100 % kans op en succesvolle verplanting. Men steekt eerst de buxus voor een derde deel ruim om de plant los. Drie maanden later weer een derde deel lossteken, na drie maanden het laatste deel. De buxus zal nu om te willen overleven steeds weer nieuwe wortels aanmaken. Deze wortels heeft de buxus nodig om straks de verplanting met succes te doorstaan. Het nieuwe plantgat ruim uitsteken en de grond onder in het plantgat goed lossteken. De grond vermengen met compost en kalk. De buxus kan nu overgezet worden. Bij zeer een zeer zware wortelkluit deze op een zeil zetten en de buxus naar zijn nieuwe plaats slepen. De nieuwe aarde van de buxus met mate aanstampen en eventueel water geven met een broeskop. De grond mag niet dicht slaan.
Neem een goed afgerijpte stek in juli of vanaf september tot maart. Het beste zijn de stekken, welke een donkergroene kleur hebben en die al wat vertakkingen hebben. De stek moet ongeveer 10 centimeter lang zijn. De onderste 3/4 centimeter wordt van bladeren ontdaan en de bast wordt over een lengte van ongeveer 2 centimeter even beschadigd. Dit kan met een scherp mesje worden gedaan of eventueel door er even met de nagel over heen te gaan. Direct de groeipunten uit de stek halen is prima, als je direct bossige stekken wilt hebben. Het is belangrijk dat je stekken hebt van het zelfde formaat en leeftijd. Ze bewortelen dan zeer gelijkmatig. Om ze wat sneller te laten bewortelen kun je gebruik maken van stektabletten. Zelf gebruik ik 3 Rhizopon AA 50 mg tabletten opgelost in een liter water. De stekken enkele seconden in zijn geheel onderdompelen, daarna even uitschudden en ze zijn gereed om uit planten. Het stekken zonder stekmiddel wil ook prima, doch de bewortelingstijd is dan langer.
Stekmedium
De stekken steken in een mengsel van 3 delen gezeefde turf en 1 deel metselzand voldoet het beste. Vul hiermee de stekbakken en druk de grond even aan. De stekken kunnen vrij dicht op elkaar staan, daar er weinig gevaar is voor schimmelvorming. Steek de stekken niet te diep om rotting te voorkomen. Stekken plaatsen in de volle grond is ook mogelijk, maar de beworteling duurt langer, daar de grondtemperatuur veel lager blijft. Zoek wel een plek op in de schaduw, daar anders de stekken te snel uitdrogen.
Stekplaats
De stekbakken kunnen het beste in een plastictunnel of kas worden geplaatst en goed worden afgedekt met transparante folie met daarover melkwitfolie om verbranding te voorkomen. Over de winterperiode kun je ook gebruik maken van transparante folie. Dit laat meer licht door. Ook onder plat glas geeft goede resultaten, alleen duurt het bewortelen wat langer. Zo nu en dan wat water geven. Zorg ervoor dat het stekmedium niet te nat wordt daar er dan rotting op kan treden.
Uitzetten van de stek
Na ongeveer 16 a 20 weken zijn nagenoeg alle stekken wel beworteld en kan worden overgegaan tot het uitplanten van de stek. Zo rond mei is het een prima periode om de stek uit te planten. Ze kunnen dan goed wortel zetten en er komen in hun tweede groeiperiode augustus/september nog wat flinke loten aan. Wanneer de stekken aan de groei zijn, is het tijd om ze flink te verwennen. Buxus is een veelvraat. Veel kalk en stikstof zal hun groei bevorderen. Kippenmest is een meststof die erg geschikt is als bemesting. Pas wel op voor verse mest. Verbranding van de planten kan dan het gevolg zijn. Verse kippenmest eerst een half jaar laten rijpen, door het iedere maand even om te scheppen bevordert u de structuur van de mest. Een ander nadeel van het gebruik van kippenmest is de geur. Deze blijft na het uitstrooien nogal lang hangen. Bent u niet in de gelegenheid om aan kippenmest te komen gebruik dan koemestkorrels. Deze zijn gemakkelijk te verstrooien en ze ruiken nauwelijks. Gebruik van kunstmest (10/12/18) is wel mogelijk, maar geeft minder groeiresultaat.
Stekken in augustus
Een zeer geschikte maand om te stekken is de maand augustus. In augustus heeft de buxus, wanneer in mei voor de eerste keer is gesnoeid, weer voldoende nieuw schot gevormd om stek van te snijden. Wanneer we in augustus snoeien dan kan de buxus zich voor de winter nog goed herstellen, door nog wat kleine scheuten te maken. Belangrijk is om veel aandacht te besteden aan het stekmedium. De zuurgraad hiervan mag niet te hoog zijn. De PH moet liggen tussen 5,5 en 7. Een mengsel van 3 delen turf en 1 deel rivierzand kan worden voorzien van een handjevol koolzure magnesiumkalk, om het juiste PH gehalte te krijgen. Het mengsel moet goed gezeefd worden om een juiste verhouding te krijgen en het voldoende lucht bevat. Geef zeker niet teveel water, daar er anders verrotting kan plaatsvinden van de stengel. Zet de stekken dicht op elkaar, dit bevordert de wortelvorming en voor komt te grote verdamping. De stekbak afdekken met wit plastic afdekken om een goede warme vochtige omgeving te bewerkstelligen. Na ongeveer 9 weken zullen de meeste stekken beworteld zijn. Afharden van de stekken Bewortelde stek moet, om een goede doorgroei te garanderen, goed worden afgehard. De stekbakken uit de kas of uit de platte bak moeten langzamerhand wennen aan de heersende buitentemperatuur. Neem hier minstens vier weken de tijd voor. Wilt u te snel dan zal de hergroei van de stek veel te wensen over laten. Zorgt u voor een geleidelijke overgang, dan zullen de blaadjes mooi groen blijven en na enkele weken zullen de knoppen weer uit gaan groeien.
De eerste keer dat ik daadwerkelijk in aanraking kwam met buxus dateert van een jaar of acht geleden. Mijn broer, werkzaam bij de groenvoorziening in de gemeente Delfzijl, kwam op een avond aanzetten met een plastic zak vol snoeiafval van een buxus-haag, met het verzoek om dit eens te proberen te stekken. Dit heb ik geprobeerd en na bijna een jaar onder het glas te hebben vertoefd, waren ze eindelijk beworteld. Hiervan heb ik mijn eerste heg geplant. Na vier jaar zag de heg er mooi gesloten uit. Na deze eerste kennismaking en het succes hiervan, kreeg ik zo langzamerhand het buxus sempervir(en)us te pakken. Naast het aankopen van nog een deel van een heg, begon ik ook weer met het stekken van de buxus. De aantallen werden steeds groter en ook de resultaten werden steeds beter. Mijn siertuin is nu omzoomd door een buxus-haag en verdeeld in buxusvakken, welke beplant zijn met vaste planten, waaronder lavendel, witte mini-anjers en verschillende hebe-soorten. Ook een vak gevuld met bonte hosta's doet het erg goed.
Laat ze deze keer niet aan je neus voorbij gaan. Doe iets met al die prachtige rozenbottels die op je staan te wachten. Maak er jam en siroop van en verwen de mensen rondom je met heerlijke dessertjes. Om te beginnen moet je wel weten dat je niet zomaar alle rozenbottels kan gebruiken. Ik maak graag gebruik van de wilde roosjes. De hondsroos (Rosa canina) bijvoorbeeld. Ze komt veel voor in holle wegen. De Eglantier (Rosa rubiginosa) lijkt erg op de hondsroos. Als je zijn groene blaadjes kneust, komt er een groene appelgeur vrij. De Japanse rimpelroos (Rosa rugosa) zie je vaak naast drukke straten staan. Daar kan je ze natuurlijk niet plukken als je ze culinair wilt gebruiken. Soms zijn ze wit en soms diep roze, tegen het donker rood aan. Zet deze wilde roosjes in je tuin en je kan er een heel jaar van genieten. Zowel de bloesems als de bottels zijn prachtig. Soms een beetje moeilijk om te snoeien met al hun kleine stekels, maar dat neem je er graag bij als je al dat lekkers ziet wat je er kan van maken. Rozenbottelchutney: Was je rozenbottels (liefst hondsroos- of eglantierbottels, die zijn steviger). Doe de kroontjes en de steeltjes eraf. Snij de rozenbottels in twee en haal de pitjes eruit. (Inderdaad er zijn plezanter dingen in het leven). Was je pittenvrije stukjes goed af. Zet ze net onder water en laat ze 10 minuutjes op een zacht vuurtje koken. Giet het water af, maar kieper het niet weg. Neem nu twee kopjes van dat vocht en doe er één kop witte wijnazijn bij. Overgiet hiermee de wachtende rozenbottels en weeg alles. Doe er dezelfde hoeveelheid suiker bij. Laat het geheel weer aan de kook komen en laat zachtjes verdampen tot je de gewenste sapdikte krijgt. 15 minuutjes kan al voldoende zijn.
Tip: Je kan de ontpitte rozenbottels ook in de handel kopen. Die zijn eerder verhakkeld, niet echt gaaf. De mooie helftjes die je zelf maakt, kan je op een blokje Belgische kaas steken samen met een blaadje munt of citroenmelisse. Maar voor een zoetzure saus, kan je de bottels uit de handel gebruiken.
Rozenbottelsiroop Je eigen bottelstebeste rozenbottelsiroop of rozenbotteljam maken heeft niets dan voordelen. Je plukt de bessen van de wilde roosjes op een rustige plek. Dus niet naast een drukke baan. Was de bottels en hak ze in een sterke mixer die dit zware werk aankan. Je kan de bottels ook stuksnijden, maar dat is niet van de poes. Vooral de kleine bottels zijn soms hard. De pitjes mogen bij het vruchtvlees blijven. Overgiet alles met water tot de bottels drie centimeter onder zitten. Laat even tot aan het kookpunt komen. Een nachtje laten staan en alles door een neteldoek doen, is de volgende boodschap. Neem dan 1 liter vocht en doe er 0,5 kg suiker bij. Laat alles nog even opkoken en giet je gespoelde glazen bokaaltjes dan boordevol met dit vocht. Een geut van deze siroop is reuze lekker bij een glas droge witte wijn. Maar ook op ijs, pudding, pannenkoeken en cake laat hij zich van zijn beste kant zien.
Rozenbottel jam Soms doe ik een geleermiddel (suiker waar je jam mee maakt) bij het rozenbottelvocht. Dan krijg ik een heel lekkere jam. Je kan gedroogde rozenbottels in een natuurwinkel of apotheek kopen. Maar neem dan liefst bottels met pitten. Die zijn goedkoper en je jam wordt vlugger dik. De jam wordt niet zo heel stijf en daarom is hij prima bij yoghurt. Wist je dat je die ook zelf kan maken? Hier volgt het recept. Yoghurt Ingrediënten en materiaal: thermosfles (enkel voor yoghurt gebruiken), thermometer, 1 liter gepasteuriseerde melk 2 eetlepels levende yoghurt om te starten.
Werk enkel met goed ontsmet materiaal. Spoel telkens af met warm water.
Werkwijze: Warm de melk op tot 45°C. Roer de yoghurt eronder. Giet je yoghurt in de goed, warm uitgespoelde thermosfles en laat acht uur staan. Giet de yoghurt in zuivere bokaaltjes en laat afkoelen. Zoet de yoghurt met rozenblaadjessiroop en werk af met besjes van het krentenboompje en rozenblaadjes
Een glimlach verzacht je gezicht en maakt het zoveel mooier voor iedereen waar je mee omgaat.
Mijn vader zaliger gaf mij de raad om bij het wakker worden aan een goeie mop te denken, dat ontspant je gelaatsuitdrukkingen, zei hij, en ik heb hem geloofd....
Denk morgen vroeg eens aan deze......
Jantje
Jantje was een jongetje die zeer graag koude patatjes met mayonaise luste, hij vond dat zo heerlijk ...
Op een dag mocht hij met zijn ouders mee naar een groot trouwfeest van vrienden, waar het eten in buffetvorm werdopgediend.
Toevallig was zijn lievelingsgerecht er ook bij ... patatjes met mayonaise, maar door een speelse houding (hoe zijn kinderen) stootte hij zijn bord van tafel. Vlug kroop hij onder de tafel en begon de gevallen patatjes op te rapen....
Maar plots zag hij vlak voor zijn ogen een dame zitten, korte rok, zonder slip, en met haar benen wijd gespreid .
"Oei.., oei.... !", dacht Jantje, "Daar zit precies een hamsterke, en het steekt zijn tong uit. Dat diertje heeft zeker honger ?"
Op het ogenblik dat Jantje een patatje naar het hamstertje toestak, liet de vrouw een dikke scheet ...
"Sssssttt !", zei Jantje, "Ge moet niet blazen hoor ... het zijn koude patatjes!"
Via het bloggen hoop ik nieuwe mensen te leren kennen. Ikzelf ben een op rust zijnde ex-horecauitbater uit de Vlaamse Ardennen die probeert van het leven te genieten.