Even een korte uitleg hoe de zoekfunctie werkt. U moet de naam ingeven waarnaar u op zoek bent, b.v. auratus. Dan komen alle pagina's achter elkaar voor waar "auratus" in voorkomt. Zoekt u b.v. de soorten uit het geslacht Melanochromis, dan worden alle Melanochromis-soorten getoond. Wanneer u de naam foutief intypt, zal u geen soort kunnen vinden en wanneer u een naam opvraagt die nog niet is vermeld, krijgt u ook niets te zien. U kan ook bv. een plaatsnaam ingeven en dan worden alle soorten getoond waar expleciet bijstaat dat ze van daar bekend zijn. Je moet wel de juiste naam ingeven en ook op hoofdletters letten. Likoma of likoma zal niet tot dezelfde resultaten leiden.
Cyrtocara moorii wordt ook wel eens dolfijncichlide genoemd, omwille van zijn kleur en bult op de kop. Deze vetbult verschijnt bij het opgroeien en kan verschillen in omvang van individu tot individu. Cyrtocara mooriivertoont in de natuur een apart voedergedrag. Hij volgt 'als een hond aan een lijn' grote in het zand gravende cichliden. Wanneer deze dieren met de kop diep in het zand duiken, warrelt er allerlei materiaal omhoog, waar C. moorii tracht wat eetbaars uit te pikken. Zijn gastheer is meestal een groot Taeniolethrinops praeorbitalis-dier.
Protomelas taeniolatus sp. "red empres" Van de soort Protomelas taeniolatus bestaan vele lokale kleurvarianten. Eén van de mooiere werd reeds begin de 70-er jaren ingevoerd als "Haplochromis Hinderi". Deze variant is afkomstig van Namalenje eiland, enkele km verwijderd van de standplaats van Stuart Grant.
Labidochromis freibergi Labidochromis freibergi, die in de handel ook bekend is als Labidochromis ewarti, komt uitsluitend voor op een aantal plaatsen bij Likoma eiland.
Cynotilapia afra Cobué komt heel beperkt voor in het meer, met name bij Cobué in Mozambique. Het is zeker één van de aantrekkelijkste kleurvarianten van de soort, die in de handel ook belend is als afra edwardi.
Potamonautus orbitospinus is een zoetwaterkrab die veelvuldig voorkomt in het meer, zowel in het rotsbiotoop als tussen de planten. Ze voeden zich o.a. met vlees van slakken.
Tropheops yellow chin komt zowel op Likoma als op Chisumulu eiland voor, maar ook langs een deel van de kusten van Mozambique en Tanzania. De naam duidt op de gele keel die bij de mannetjes duidelijk te merken is.
Nimbochromis linni is qua kleur en tekening haast identiek aan Nimbochromis polystigma, die soms ook in hetzelfde biotoop wordt aangetroffen. Het grote verschil is de vorm van de kop die bij N. linni een langgerekte snuit vertoont waardoor hij soms ook met de naam slurf-polystigma wordt bedacht.
Labidochromis mylodon In het zuidelijk deel van het meer leven twee haast identieke mbunas : Labidochromis mylodon en Labidochromis pallidus. De eerste komt uitsluitend voor bij Mumbo eiland en de tweede bij de drie Maleri eilanden. Qua kleur en tekening zijn ze niet van elkaar te onderscheiden. Enkel hun gebit verschilt, omdat ze andere voedingsgewoonten hebben. Labidochromis mylodon is een slakkeneter en pallidus een aufwuchs en insecteneter.
Eén van de inheemse benamingen voor deze soort is "Chigumbuli", wat evenveel betekent als een "slim persoon". Deze naam danken ze aan hun behendigheid om de sleepnetten te vermijden door in het zand te duiken. Dominante mannetjes krijgen een prachtkleed van blauwgroen en zwarte tinten.
Pseudotropheus sp. burrower Deze kleinblijvende blauwe mbuna leeft bij de Malari eilanden en de naburige Chidunga Rocks. Lijkt een beetje op Pseudotropheus socolofi, maar is iets hoger van lichaamsvorm.
Alle gekende populaties van deze kleurrijke soort leven in Lake Malawi National Park, zodat ze door hun verspreiding beschermd worden. De mannetjes komen meestal voor op 10 m diepte of lager en leven solitair.
Protomelas fenestratus lijkt oppervlakkig veel op een lokale variant van Protomelas taeniolatus, maar beide gedragen zich heel verschillend. P. fenestratus heeft de aparte gewoonte om zijn voedsel uit de zandbodem te blazen. Je kan ze op die manier voortdurend bezig zien in hun biotoop.
Sinds een aantal jaren zijn enkele varianten van de Tanzaniaanse kusten onder de handelsnaam Pseudotropheus msobo. Het afgebeelde dier is een mannetje van de "magunga"-variant; de bijbehorende wijfjes zijn oranjegeel van kleur.
Astatotilapia calliptera is nu niet direct een kleurrijke soort. Hij heeft niet direct een voorkeur voor een bepaald biotoop, maar wordt toch meestal aangetroffen op plaatsen waar de bodem bedekt is met Vallisneria of plaatsen waar riet bescherming biedt.
Tramitichromis-soorten zijn verwant aan Lethrinops-soorten, maar onderscheiden zich vnl. in de vorm van de kaken. Ze leven bij voorkeur boven modderige bodems , op zoek naar wormen en ander zachtschalig voer.
Melanochromis perileucos Melanochromis perileucos was lange tijd bekend onder de handelsnaam Melanochromis sp. black-white johannii. De soort komt uitsluitend voor op enkele plaatsen bij Likoma eiland. De twee baltsende dieren zijn mannetjes.
Melanochromis perileucos was lange tijd bekend onder de handelsnaam Melanochromis sp. "black-white johannii". Op de foto het bruingeel gekleurde wijfje.
Melanochromis cyaneorhabdos Melanochromis cyaneorhabdos was voorheen bekend onder de handelsnaam Melanochromis sp. maingano, verwijzende naar de vindplaats. Enkel rond het kleine eilandje Maingano, in het noordwesten van Likoma eiland en langs de kust bij Membe komt deze mbuna voor. Het aparte aan deze op johannii lijkende soort is, dat zowel de jonge dieren, als de volwassen mannetjes en wijfjes blauw gekleurd zijn.
Melanochromis interruptus Melanochromis interruptus wordt ook wel de chisumulu johannii genoemd vanwege zijn gelijkenis met Melanochromis johannii. De soort komt normaal enkel rond Chisumulu eiland voor maar is op enkele andere locaties toevallig vrijgelaten met de gevolgen van faunavervalsing op Likoma eiland, bij Nkhata Bay en Thumbi Island West. De foto hierbij toont het wijfje.
Pseudotropheus heteropictus Pseudotropheus heteropictus werd ook onder de handelsnaam Pseudotropheus newsi verhandeld. Hij komt uitsluitend voor bij Chisumulu eiland. Op de foto het oranjegeel gekleurde wijfje met jongen in de muil
Het kenmerk van deze soort zijn de oranje buikvinnen. Deze soort is uitsluitend van Chisumulu eiland bekend en leeft in sedimentvrije zones die aan golfslag zijn blootgesteld.
foto H. Prosje Erg afwijkend van de meeste haplochromiden zijn de sterk zijdelings samengedrukte kop en het eigenaardige kopprofiel, waarvan het bovenste deel convex is tot aan de ogen om dan steil naar de snuit af te hellen. A. christyi is een rover waarvan de typische jachtmethode is de prooi te fixeren met één oog. Hij laat zich daartoe op zijn flank kantelen. Dan laat hij zich langzaam en bewegingloos zakken maar steeds met zijn prooi in het vizier. Op deze manier tracht hij zijn prooi zo dicht mogelijk te benaderen. Indien hij in zijn opzet slaagt, slaat de rover met een zijwaartse slag van de muil toe.
foto H. Prosje Iodotropheus sprengerae is een endemische soort uit het Malawimeer. Hij komt voor in het zuidoostelijke deel van het meer, met name bij de eilanden Boadzulu, Chinyankwazi en Chinyamwezi. De dieren zijn roestbruin van kleur met een violette zweem op de flanken. De onpare vinnen zijn blauwachtig. De aarsvin vertoont (tot vijf) grote eivlekken die zwart omrand zijn.
Ook het mannetje van Melanochromis dialeptos heeft een andere kleur en tekening dan Melanochromis auratus. De soort komt voor langs de oostkust van Masinje naar het noorden tot Nkhungu Point in Mozambique.
Melanochromis dialeptos was lange tijd bekend als Melanochromis sp. dwarf auratus. De wijfjes hebben een ietwat andere tekening dan Melanochromis auratus en mogelijk blijven ze ook iets kleiner.
Het wijfje Melanochromis auratus elongate is moeilijk van Melanochromis auratus te onderscheiden. Op de foto een wijfje bij Nkolongwe (Mozambique) gefotografeerd.
Melanochromis auratus elongate is een andere vertegenwoordiger van de oostkust lijkend op Melanochromis auratus, maar een iets verlengde versie. Hij komt voor tussen Metangula (Malawi) en Nkolongwe (Mozambique). Op de foto hier een mannetje.
Melanochromis simulans is een andere op Melanochromis auratus lijkende soort van de oostkust die zijn verspreiding heeft tussen Gome (grens Malawi-Mozambique) en Nkhungu (Mozambique).
Pseudotropheus socolofi nkolongwe is voor zover bekend enkel bij Nkolongwe (Mozambique) aangetroffen en voorlopig als socolofi-variant benoemd omwille van de gelijkenissen in lichaamskleur en tekening in de staartvin.
Otopharynx heterodon nankhumba is enkel van de kust van het schiereiland Nankhumba bekend en omwille van deze verspreiding in het Lake Malawi National Park niet meer geëxporteerd.
Ctenopharynx pictus was voorheen bekend als Otopharynx (Ctenopharynx) pictus. Het is een echte stofzuiger die met uitgestulpte bek het substraat afzoekt naar voer.
Buccochromis heterotaenia is met zijn lengte van zowat 40 cm één van de grootste Malawi-cichliden. Het is een rover in het rotsbiotoop die waarschijnlijk geen geliefd aquariumvis zal worden.
Pseudotropheus tursiops chitande is bekend van de noordwest-kust van het meer, alsook van de noordoost-kust. Voor zover bekend wordt de soort niet geëxporteerd.
foto G. Laurent Pseudotropheus elongatus ornatus is één van de populairste soorten van het elongatus-complex. De soort komt uitsluitend voor langs de noordkusten van Likoma eiland, o.a. bij Ndumbi Rocks.
Pseudotropheus elongatus metangula komt voor langs de oostkust, tussen Chuanga en Meponda (Mozambique). Het stuk dat uit de staartvin is gebeten, is waarschijnlijk het werk van de vinnenbijter en schubbeneter Genyochromis mento
Pseudotropheus elongatus chewere is een variant van het vrij grote elongatus-complex. Hij komt voor in de buurt van het dorp Chewere langs de westkust van het meer.
Cynotilapia lion is een kleurrijke soort die voorkomt langs de westkust van Chadagha tot Mara Rocks en langs de oostkust van Manda tot Lupingu (Tanzania).
Mylochromis lateristriga makanjila is onder verschillende namen bekend in de liefhebberij, o.a. Makanjila Longnose, Pointed Nose en Makanjila Mola. Hij komt langs bijna de gehele oostkust voor, van Ikombe (Tanzania) tot Makanjila (Malawi).
Melanochromis joanjohnsonae Melanochromis joanjohnsonae wordt vaak geëxporteerd en verkocht onder de naam parel van Likoma. Hij komt normaal uitsluitend bij Likoma eiland voor, maar dit koppel heb ik gefotografeerd bij Nkhata Bay, waar de soort ooit ongewillig werd vrijgelaten en zich heeft weten te handhaven.
Metriaclima lombardoi was aanvankelijk bekend als "Pseudotropheus Lilancinius". De soort wordt aangetroffen bij Mbenji eiland, in het zuidwestelijk deel van het Malawimeer. Hierbij de foto van een groepje jonge dieren in het natuurlijk milieu.
Labidochromis strigatus is een endemische soort van Chisumulu eiland, maar werd toevallig ook losgelaten en heeft zich ook weten te handhaven bij Likoma eiland en Thumbi Island West in Lake Malawi National Park.
Labidochromis maculicauda is een kleine mbuna van de noordwestkust van het meer, tussen Chizi Point en Ngara. Maar ook langs de oostkust tussen Mbamba Bay en Ikombe komt de soort voor. De dieren zijn immer op zoek op de rotsen in de brandingszone naar kleine insekten.
Pseudotropheus thin stripe leeft uitsluitend op enkele plaatsen langs de noordoostelijke oever bij Likoma eiland. Dit dier is afkomstig van Mbako Point.
Pseudotropheus aggressive zebra zijn vrij territoriale dieren die in verschillende kleurvariaties voorkomen. Dank zij hun agressie zijn ze in staat voldoende voedsel te bemachtigen.
Metriaclima hajomaylandi is een endemische soort van Chisumulu eiland. Oorspronkelijk kwam hij in de liefhebberij onder de naam Pseudotropheus greberi. Qua kleur en tekening is hij vergelijkbaar met Metriaclima aurora.
Metriaclima livingstonii wordt ook wel eens Metriaclima lanisticola genoemd. De kleinblijvende populaties verschuilen zich frequent in lege slakkehuizen van de Malawi-soort Lanistes nyassanus.
Pseudotropheus minutus, is zoals de naam laat vermoeden, een kleinblijvende soort, die het talrijkst voorkomt bij Nkhata Bay, maar ook op een aantal vindplaatsen ten noorden daarvan.
Labidochromis textilis blue komt enkel voor langs de kust van Mozanbique en is qua gedrag, alsook kleur en tekening, vergelijkbaar met Melanochromis joanjohnsonae, de zgn. parel van Likoma
Taeniolethrinops praeorbitalis is met zowat 30 cm de grootste soort uit het geslacht. Hij wordt ook wel eens als Lethrinops furcifer genoemd. Bij het voedselzoeken duiken ze diep in de zandbodem en worden daarbij graag gevolgd door Cyrtocara moorii en Protomelas annectens, die mee van het opwarrelend voedsel trachten te profiteren.
Nimbochromis polystigma is qua kleur en tekening vergelijkbaar met Nimbochromis linni, maar heeft duidelijk een andere snuit. Het is ook een jager die zijn prooi probeert te verschalken door roerloos op het zand te liggen.
Het wijfje van Hemitilapia oxyrhynchus is weinig opvallend in haar sober kleurenpatroon en bewoont tevens de Vallisneria-zone. Hier zwemt ze rond met een gevulde keel met jongen.
Hemitilapia oxyrhynchus is een bewoner van de beplante zones in het meer. Zij knabbelen bij voorkeur aan Vallisneria en Potamogeton bladeren. De mannetjes zijn schitterend gekleurd, vooral wanneer ze dominant zijn in het biotoop.
Metriaclima zebra OB-wijfje De soort kent verschillende kleurvormen binnen dezelfde soort. Dit fenomeen wordt kleurpolymorfisme genoemd. Wanneer de normale kleurvorm van het wijfje bruinachtig is met dwarsbanden, vertonen een aantal wijfjes binnen dezelfde populatie dit OB-patroon, wat staat voor orange blotch oranje met vlekken.
Metriaclima zebra (marmelade cat) De mannetjes met het gevlekte patroon worden in de handel ook marmelade cats genoemd en i.p.v. oranje is bij de mannetjes de grondkleur blauwachtig. Waar de OB-vorm bij de wijfjes heel gewoon is, zijn marmelade-mannetjes vrij zeldzaam.
Metriaclima zebra O-vorm Binnen sommige populaties vertonen een aantal wijfjes een bijna uniforme oranje kleur. Deze vorm is ook minder courant en niet te verwarren met Metriaclima estherae van de oostkust.
Metriaclima zebra heeft een groot verspreidingsgebied in het Malawi meer, alsook een groot aantal lokale kleurvarianten. Een opsomming maken van al deze kleurvarianten is haast onmogelijk en gedoemd om onvolledig te zijn. Daarenboven komen binnen dezelfde populatie dikwijls ook verschillende kleurvormen voor, een verschijnsel dat in de wetenschap als genetisch polymorfisme bekend staat. Naast de normale BB-vorm (blue and black vertical bars) vertonen een minderheid van de dieren binnen sommige populaties het OB-patroon (orange blotch) of het O-patroon (orange).
Metriaclima estherae was lang bekend in de liefhebberij als "Pseudotropheus Rode Zebra". De dieren zijn uitsluitend bekend van de oostkust van het meer, vnl. van Minos Reef (Mozambique), waar de oranjerode kleur van de wijfjes ook het felst is.
Slechts enkele honderd meter verwijderd van de vorige leeft bij Mara Rocks (Mozambique) deze variant van Cynotilapia afra "mara" met een witte zoom in de rugvin.
De onderwaterfoto's werden gemaakt met een analoge Nikon F-50 en een macro-lens Sigma 90mm. Het onderwaterhuis voor de camera is van Italiaanse makelij van het merk Nimar en de onderwaterflits van Nikonos.
Zo hebben ook de niet-ingewijden een beter idee waar Malawi en het Malawi meer zich bevinden in Afrika
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Ad Konings, Malawi-kenner bij uitstek terug van een duik