In Brussel in de buurt van de universiteit waren er bepaalde cafés ofte stammenees, waar de studenten, die bij het einde van de maand een beetje krap zaten, toch de mogelijkheid hadden om een pint te drinken aan een schappelijke prijs. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het gaat hier wel om de periode rond 1970.
Voor 1 oud Belgisch frankske had men een pint van de seau (emmer in het Frans). Al de restjes van het bier werden onderaan de tapkraan opgevangen in een emmer, samen met de klikjes uit de glazen. Als er niet teveel zeveraars en mannen met een snor in het etablissement waren, dan viel het nog mee.
Als de emmer leeg was, moest de arme student naar huis terug keren, want iets op de spiegel schrijven, dat mocht niet van de waard.
Hieronder vindt je een oud Brussels drinklied
Santé, santé pakt der nog iene mei
`t Is weiral feest in `t staminei
Santé, santé pakt der nog iene mei
`t Is weiral van ons mei eur prei.
En ons pepeike en ons memeike
Dei droenke Geuze en Kriek van `t Vat
En oek `t kadeike van `t stamineike
Werd van de reuk van `t bier strontzat.
Madame van `t hoekske nam bei heur koekske
Een klein Framboiske en viel flauw
Zeide van `t kliekske drinkt dan e Lambikske
Ge zweirt zo'n pint iewige trouw.
Faro met vrienden, de oegskes blinken
Den duvel danst me ons oep `t vat
Een sloekske drinken en dan weir klinken
Santé, Brussel de schoenste stad.
|