Hakima, Laila, Saïda , zijn geen namen wij kennen. Ze komen ergens vandaan, en hebben schijnbaar een leven opgebouwd in een Vlaamse maatschappij. Ze zijn Moslima, die hier graag wonen, en onze maatschappij willen verrijken met
ja met wat, met hoofdoeken dan maar, om te getuigen van hun geloof in
.arrogantie? Zelfs de Vlaming die vergeten is dat zijn cultuur een katholieke is, weet stilaan meer van de Islam dat wat hij vergeten is van zijn ouders en grootouders.
Er was een tijd, zeer lang geleden, dat vrouwen in onze kerken ook een hoofddoek moesten dragen, zowat om dezelfde reden, ze mochten de mannen het hoofd niet op hol brengen, onder het mom respectvol te zijn voor God. Buiten de kerk waren er nog wat oudjes en arme mensen die een hoofddoek droegen, mensen die niet naar de kapper konden, maar de andere vrouwen mochten buiten de kerk, de mooie haren waarmee God, of de evolutie als je wilt, ze geschapen had, vrijelijk tonen. Mooi om naar te lijken toch?
Eigenlijk is het verschrikkelijk arrogant om te denken, dat de allochtonen, als we ze nog zo mogen noemen, vermits ze hier zijn, ook hier zullen blijven en dat het maar beter is dat we aan de gedachte wennen, want vermenging van de volkeren is een goede zaak, we leven immers tezamen op moeder aarde. Hiermee stigmatiseren we iedereen die anders denkt. Zij die denken, dat het de allochtonen zich aan onze taal, aan onze cultuur moeten aanpassen, zijn echt geen minderheid, maar stilaan monddood gemaakt.
Hoe arrogant mag iemand zijn, die denkt dat in een land, dat in zijn oorsprong geen moslimland is, hij zijn gebruiken en godsdienst mag opdringen, tot in de openbare dienst, of tot op de werkvloer.
Wel, hij denkt dat, omdat hij weet, dat het land tolerant wil zijn. Hij heeft de arrogantie, zich op die tolerantie te beroepen, terwijl in zijn land van oorsprong, democratie en tolerantie soms ver te zoeken zijn
Hoe lang zal het duren denkt U, voordat delen van de Sjaira, binnendringen in onze wetgeving. Vermits we democratisch zijn is dat in theorie slechts een kwestie van genoeg vertegenwoordiging te hebben, in het overheidsapparaat.
Men vraagt onze gemeenschap zich aan te passen aan hen. Dat zij zich moeten aanpassen aan het land en het volk waar ze hun leven willen doorbrengen is niet meer dan vanzelfsprekend, maar voor hen moeilijk aanvaardbaar, blijkbaar zelfs een belemmering van hun godsdienstbeleving.
Het is spijtig dat wij, onze kruisen uit scholen en officiële gebouwen hebben gehaald, in naam van een seculiere maatschappij. Wij hebben daarmee onze katholieke afkomst verloochend, onze kerken belachelijk gemaakt, zodat deze nu leeg zijn, want God, ach God bestond immers niet, zegden de intellectuelen. Nu durven diezelfde intellectuelen dat niet zeggen over Allah, uit angst voor het fundamentalisme.
Angst is geen goede raadgever, en het zal niet lang duren voordat ook de intellectueel die gelooft in een maakbare maatschappij, zal inzien dat hij geen maatschappij kan maken waar we vreedzaam met moslims kunnen leven. Voor zover mij bekend is er geen enkel land dat daarin lukt, spijtig genoeg. Wij kunnen dit niet oplossen, dat is iets wat moslims zelf moeten doen. Aanvaarden dat onze gemeenschap nu eenmaal geen moslimgemeenschap is, zou voor de moslims al een grote stap zijn in het vreedzaam samenleven, en als ze dit willen, en niet zagen over een hoofddoek die zogezegd niets betekent. Als ze zich willen aanpassen, laat ze dan naar onze vrouwen kijken, die fier met hun mooie haren mogen pronken, door God, of Allah geschapen.
Het erge is, dat onze gewone vrouwen nu geen hoofddoek meer kunnen dragen, als ze dat al zouden willen, want dan denkt iedereen dat ze een moslima is.
7/06/2007 Michel Stallaert
|