Kerstmis
t Was stil over het wijde land,
er klonk muziek.
Men zong van Stille Nacht,
t wonderschone kerstlied.
Een ster schitterde,
vol glans en sierlijkheid.
Schamele herdertjes bibberden,
in stille vreugde en blijheid.
Men hoorde overal t kwelen
van het lied,
Beneden in het dal
en ook in t groen riet.
Stille nacht, heilige nacht,
t was zoet en wonderbaar.
De sneeuw blonk
in haar reine vacht,
en hoog aan de hemel zong
d engelenschaar.
De dennenboom keek vol trots,
bedekt met witte sneeuw.
t Was hij die nu mocht wiegen,
op de toon van t zacht gefleem.
O dennenboom,wat zijt ge nu vol
pracht en praal,
Gij die ons hart verblijdt, met uw
takken zo fraai.
Alles nam zich op in t licht,
in deze heldere, heilige nacht.
Op stro bij t Goddelijk Kind,
hielden engelen de wacht.
Francien© 1969 - 40j geleden
|