2.6.3 Zij, die wegwijs worden⦠(gedachte)
Overwegingen: Zij, die wegwijs worden, zullen weten: - wat nodig was (2.6.3.1); - wat nodig is (2.6.3.2); - wat spoedig komen gaat (2.6.3.3); - wat daarna komen gaat (2.6.3.4).
2.6.3.1 Zij, die wegwijs worden, zullen weten, wat nodig was
"Alle einden der aarde zullen het gedenken en zich tot de Here bekeren. Alle geslachten der aarde zullen nederbuigen voor Uw aangezicht" (Ps. 22:28).
David, de dichter van deze psalm, is in grote nood. Hij roept tot God vanuit die nood. Reeds tijdens dat hulpgeroep krijgt hij vertrouwen, dat hij gered zal worden. En dan spreekt hij de woorden, die hierboven staan. Die woorden zou je - wat vrij - als volgt kunnen weergeven:
De manier, waarop God mij uitredde, zal bekend worden bij alle volkeren. Het doet er niet toe, hoe ver mensen weg zijn, tot aan het eind van de wereld toe. Het doet er evenmin toe, of ze vroeger leefden, of ze nu leven of dat ze later zullen leven. Horen zullen ze het allemaal. Bekeren zullen zij zich allemaal. God de eer geven zullen zij allemaal".
Dat is een gedurfde uitspraak. Toch is die uitspraak wel enigszins uitgekomen, als wij haar op David betrekken. De leiding, bescherming, nood en uitredding door God in zijn leven, hebben ruime bekendheid gekregen. Japanners en Schotten, Argentijnen en Australií«rs, zij allen weten ervan. Alle eeuwen door hebben gelovigen er moed uit geput, hebben er grond in gevonden om zich te bekeren en hun Schepper te loven.
Helemaal echter is die uitspraak, die profetie uitgekomen, als we die op Jezus betrekken. Zijn liefde tot God en tot de mensen bracht Hem er toe, onze zonden 'over te nemen, van ons '' weg te nemen'. (Joh. 1:29). Zo kwam Jezus in het allergrootste, onuitzegbare gevaar van het eeuwig verlaten zijn door God (Matth. 27:46). Zijn gehoorzaamheid aan en vertrouwen op God leidden Hem daar weer uit. De band werd hersteld (Luk. 23:46). Dat is nood en uitredding, zo diep en zo totaal; dieper en totaler valt niet te bedenken. Elke gelovige, tot in de verste uithoek van de aardbol, weet daarvan. Iedereen kan uit deze uitredding kracht putten, zich daardoor bekeren, daarom God prijzen. Er was veel nodig om ons te redden. Veel liefde van God, veel offerbereidheid van Jezus. Eens zullen alle geredden volledig wegwijs geworden zijn: eens zullen zij allen weten, wat nodig was (Jes. 25:7). U - wegwijzer - mag aan het doorbreken van dat inzicht meewerken.
|