2.4.3Hoezeer het nodig is, dat bekering een beslissing is, waar iemand met heel zijnxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
wezen achter staat; geen bevlieging, maar een blijvend andere levenshouding
(gedachte)
Overwegingen:
angst voor God hoort niet bij een zich inzetten voor een geheel nieuwe levenshouding (2.4.3.1);
laf terugkrabbelen evenmin (2.4.3.2);
voortdurend verder willen komen met de Heer daarentegen wel (2.4.3.3);
volharding bij tegenspoed eveneens (2.4.3.4).
2.4.3.1Angst voor God hoort niet bij een zich inzetten voor een geheel nieuwe
levenshouding
Als Hij hen doodde, dan vroegen zij naar Hem, bekeerden zich en zochten God. Maar: hun hart was niet bestendig bij Hem (Ps. 78:34,37).
Het volk, waarover het in onze tekst gaat, kwam telkens in moeilijkheden, werkte zich voortdurend in de nesten. Dat kwam, omdat ze steeds weer God verlieten. Ze kwamen dan in het gebied, waar rampen, soms zelfs met dodelijk gevolg, hen konden overvallen. Dan bekeerden zij zich en zochten God weer op, omdat ze bang waren geworden. Maar: het was geen liefde voor de Heer, die hun diepste drijfveer was. Het was angst voor de duistere krachten, die ze ontketend hadden.
Soms komt bekering voort uit angst. De tegenslagen zijn zo fel en levensgevaarlijk, dat men wel tot God moet vluchten, hoewel men Hem eigenlijk niet vertrouwt en denkt, dat Hij aan het straffen is. Dat lijkt wel een beetje op een hond, die jankend en om vergeving smekend toekruipt op de hand, die hem slaat. Goed: men moet ergens beginnen, maar deze start is wel heel armzalig. Toch kan zelfs deze zielige uitgangspositie het begin zijn van iets positiefs. Vrees en de wens om weer in een goed blaadje te komen zijn mogelijke aanleidingen om naar God op zoek te gaan.
Zover waren de Israëlieten uit onze tekst ook. De liefde tot God echter behoort:
de angst voor God;
en de angst om de situatie
op de kortste keren te vervangen (1 Joh. 4:18). Bangheid is geen goede bouwgrond, liefde wel. In de oorlog 40-45 werden de kerken gaandeweg beter gevuld. Nadien liep dat terug. Een bodem van angst brengt geen blijvende relatie te weeg. U behoort radicaal los te komen van de boze weg en niet weer daarop neer te ploffen. Daarvoor is angst een volstrekt onvoldoende middel. Die brengt u maar tijdelijk tot God. U hebt liefde tot Hem nodig om de gemeenschap tot Hem te zoeken en vast te houden. Weer is gebed de oplossing. Leg Hem uw probleem eerlijk voor. Speel geen verstoppertje. Zeg maar ronduit: God, ik ben benauwd voor alles, wat mij overkomt, maar ik ben ook bang voor U. Natuurlijk, t is idioot, ik vertrouw U niet en toch ook weer wel. Wilt U mij helpen om U lief te hebben? Ik vraag het U in de naam van Jezus (Joh. 14:13). Dank U (Philipp. 4:6). U helpt (Ps. 28:7).