Vorige jaar op 1 December was daar ineens mijn pensioen ingang. Tja, je bent 65 jaar, tijd om uit het beroepsleven te stappen. Ik had er me geen zorgen over gemaakt en eigenlijk ook niet eens enige planning daaromtrent, daar ik altijd al in heel veel dingen ben geïnteresseerd geweest en toch altijd bezig ben met iets boeiends.
Dus, voila, je moet niet meer vroeg opstaan, je kan ontbijten in een zee van tijd, je bepaalt voor een groot deel hoe je dag er zou kunnen uitzien, en je ontloopt de drukte van het naar en van het werk gaan en komen. Tijd is nu een soort elastiek!
Het was in den beginne even wennen om de regelmaat, die toch onbewust ergens wat dwangmatig is (want je “moet” gaan werken!), los te laten. Niet dat ik me verveelde, maar het gaf het gevoel van een soort tijd overschot en wat doe je daar nu mee… . We zijn zo sterk geprogrammeerd, al willen we het niet geweten hebben, maar ons leven wordt door zoveel dingen en andere mensen geregeld, dat pas als dit even uit de schijnwerpers komt te staan, je tot dit besef komt. We moeten mee met de stroom, liefst een druk leven hebben, veel reizen en de wereld zien, een beetje hier en daar dingen meemaken, de economie stimuleren (geld uitgeven waardoor andere rijker worden dan jij…) en vooral profiteren van het leven, want je leeft maar eenmaal! Dat laatste is iets waar ik me altijd al heb aan gestoord. Gebruik zo vlug mogelijk alle mogelijkheden op die het leven je biedt, en ga dood met bergen herinneringen aan dit zo gevulde leven… . Tegenstrijdiger kan toch niet, want dood heb je van dit alles geen weet meer, en geloof me, je wordt vlugger anoniem dan je wel lief is. We zijn uiteindelijk niets meer dan een natuurlijk scheikundig fenomeen. We verschijnen en verdwijnen, en zo gaat het al met alles in het immense heelal, gedurende tijden die wij met ons eng begripsvermogen niet eens kunnen vatten. Onze grootse kleinheid speelt ons veel parten, om de realiteit van ons zijn te zien zoals ze in haar meest grote eenvoud, gewoonweg maar is. Een blad aan de levensboom… . Vergis je niet, je bent seizoen gebonden… . Het leven gaat verder.
Ik begon, met vooral nog meer te gaan zeilen dan ik al voorheen deed. Mijn kleine 8 m grootte zeilboot (Horizon), met de illustere naam “Avalon”, droeg me dit jaar al 86 keer over de Noordzee. Oh, geen grote tochten hoor, maar wel altijd zo’n 5 uur lang. Tijd om te mediteren, de natuur de bewonderen, het weer te bestuderen, en te genieten van de rust op zee, van de wat gezondere lucht, en van de zon als ze er is. Verder, ging ik een vriend helpen, en daar bleef ik ook vele uren plakken, zomaar voor de gezelligheid. Het nuts aspect van toen ik werkte, viel even weg. Weerom, tijd had een andere dimensie gekregen, waardoor een schema van de dag minder belang scheen te hebben. Ik schreef wat gedichten, fotografeerde en filmde al eens wat, deed de nodige huistaken, kookte bijna elke dag, gaf vrijwillig moderne dansles eens per week, verwende de drie poezen door meer met hen te spelen, ging al eens meer op bezoek bij vrienden, ik kon ook mijn boezemvriendin eens meer zien, bracht haar kinderen naar de dans, deed de boodschappen, en in feite was alles wat er voorheen ook wel was, nu ook, maar het had schijnbaar allemaal geen haast, al was een en ander toch nodig gepland. Tijd, is dus een begrip dat we rekbaar bewust zijn. Het is geen kwestie van cijfers op een wijzerplaat, het is veeleer een voeling hebben met de omgeving en haar beweging.
Een jaar pensioen gleed voorbij. Een gevuld jaar, als ik het allemaal optel, maar ook een jaar van verglijden in minder duidelijke gedachten over de zin van het leven zelf. Je wordt ouder, en je hebt al eens een pijntje hier of daar, al ben ik uitzonderlijk fit voor iemand van mijn (nog jonge 66j) leeftijd. Je let meer op met hoe je dingen doet, vooral bij het zeilen, want je kan overboord gaan als je vaak alleen op zee gaat. Je bekijkt de mensenwereld en zijn razend snel wisselende evolutie ook met andere ogen. Je vormt je minder gemakkelijk een vast beeld van of hoe het moet, en je berust al eens iets meer in wat op je af komt. Kortom, je leert vooral “loslaten”! Een proces waarvoor ik dankbaar ben, want met verzamelhaast naar je einde toe lopen, is als duiken in ondiep water. De val voelt heel bevrijdend aan, de landing is echter pijnlijk hard. Het is niet de dikte van je levensverhaal dat telt, maar wel de inhoud!
Winston, is een Maine Coon kater van 15 maanden oud, die op vrijdag 31-10-2014, om 21.45u onwel werd en plots stierf. Wellicht het gevolg van CHM, met bloedklontervorming. Hij zag er tot voor het voorval heel gezond en levenslustig uit. Het was een prachtige zwarte kater met een witte onderkaak en borst, witte pootjes en ook een gouden karakter. Het doet ons echt verdriet!
(Een verhaal over, als je de stenen raakt, je ziel even kraakt, en je net niet in paniek geraakt)
Vandaag, bij het buitengaats varen in Blankenberge (RSYB), even een ommetje in de krul voor de haven naar zee, tegen de ZZW wind in, motor aan, maar geen stuwing op de schroef (versnelling uit). Ik had voor even het roer vastgezet met een koordje. Ik drijf zo naar de wind toe, Zuidelijke koers. Het groot zeil gaat moeizaam omhoog bij het hijsen, blijft wat haken achter krammen en zo, er gaat tijd verloren voor de aandacht aan de omgeving. De wind pakt het zeil, bolt het wat uit en even zeilt de boot wat voorwaarts. Met zijn 2250 Kg, stop je die snelheid, hoe klein ook, niet zomaar. Ik pruts verder en merk opeens dat de schuine stenen walkant vrij dichtbij komt, spoed me van de mast naar de kuip, los het fixatietouwtje van het roer en hoor een stem in mijn hoofd die zegt: "gooi het roer om!", automatisch handel ik en de boot zwenkt van pal voor, naar bakboord (links), glijdt (gelukkig traag) met zijn zijkant parallel aan de schuin oplopende muur, ergens onder water tegen de stenen walkant van de afdamming aan, een luide B O N K, een schok, even niets in mijn hoofd, en we gaan verder links om, wegdraaiend. Ik heb intussen de motor in de versnelling en geef gas, het roer nog meer om, om me van die muur vrij te varen... . Het lukt, gevaar geweken…! De zenuwen tot het uiterste gespannen, hartslag 240/min, en even klamme handen van de even plots opgekomen schrik (het “fight or flight” hormoon deed bijzonder goed zijn werk…).
Gevaar geweken denk ik rustig, en zeil de haven in, draai me terug op motor, check wat er geraakt is, zie geen water binnen komen, hoor niets raars, behalve de stem van een uitvarende lijnvisser in een motorboot die: "onnozelaar...!!" roept... . Ja, op gps naar buiten, enkel op motor, daar moet je niet veel voor geleerd hebben.(vaarbrevet volstaat..) , en dan gaan ze op anker aan de hand van hun fishfinder en na de vangst (dat hoop je dan toch maar) terug op gps naar binnen. Vaak moet iedereen dan nog uitwijken voor die blinde zeeduivels!
Enfin, ik besluit terug te varen naar mijn box en een melding te doen bij de havenmeester. Die aanhoort mijn leed, en de voorzitter zegt me ook nog: "het klinkt erger dan het is, wellicht heb je geen schade die bepalend is". Ze raden me aan een clublid die duikt, aan te spreken en jawel die doet na zijn kuis onder water van zijn eigen zeilboot, een inspectie van mijn boot en stelt vast dat er enkel wat krassen zijn in de verf op het onderste van mijn kielbalk, en dus geen lekken of rare dingen. Ik ga dan toch maar de zee op en geniet, na afkicken van mijn schrik, van het warme weer, flink op en neer zeilend tussen Blankenberge en Zeebrugge (tot 4x toe) goed ver weg van de kust en alle stenen afdammingen… ! Bij het toenemen van zware grijze - blauwe onweerswolken, vaar ik terug naar de box, even later valt een warme regen traagzaam uit de hemel. Tegen de tijd dat ik naar huis rijd, is het een zondvloed met ook nog sterk vertraagd verkeer door werken en slecht zicht. Doch, eind goed al goed, alle leed meteen ook weggespoeld... . Een leerzame dag met stevige prikkels, door even in de eigen spiegel te hebben moeten kijken!
Moraal: hijs je zeil op zee als je alleen zeilt, ruimte zat en geen vissers die je nakijken, als apen op een vislijnstok... , laat staan toe brullen met vieze woorden, die je niet verdient!
Conclusie: de ketting is zo sterk als de zwakste schakel, die je meestal zelf bent bij ‘t zeilen.
Ik ben Hubert Derdeyn, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Onzia(mijn moeders familienaam).
Ik ben een man en woon in Brugge (België) en mijn beroep is (ex-)danser en choreograaf (33% handicap door arbeidsongeval in een theater in 1992).
Ik ben geboren op 26/11/1948 en ben nu dus 75 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Zijn en bewegen, digitale fotografie, zeilen, psychologie en filosofie.
Ik heb een heel intense passie voor alles wat met in beweging zijn te maken heeft. Na mijn licentie kinesitherapie, stapte ik in de danswereld en bouwde over de jaren heen, mijn eigen bewegingsleermethode uit. Ik geef avondles en stages.