In de jaren 1970 werd besloten een opvolger voor de locomotieven van de serie 110 te ontwikkelen. De ontwikkelingen stonden onder leiding van de firma Krauss-Maffei uit München-Allach waar in 1974 de eerste locomotief werd opgeleverd. Naast Krauss-Maffei bouwden ook Henschel en Krupp deze locomotieven. De elektrische installatie werd verzorgd door Siemens, AEG en BBC.
De laatste serie locomotieven was niet strikt noodzakelijk voor de bedrijfsvoering van de Deutsche Bundesbahn (DB) maar redde op dat moment een deel van de werkgelegenheid in de Duitse industrie. Er werden in totaal 227 stuks van dit type gebouwd.
Deze locs reden vooral passagierstreinen en kwamen ook regelmatig tot in Oostenrijk. Ze waren 150km/u (na 1980 160km/u) snel bij een vermogen tot 3700 kW.
Ze reden ook een tijd de S-Bahn Rhein-Ruhr. Een trein bestond uit rijtuigen van het type x met een stuurstand aan de ene zijde en een locomotief van deze serie de 111 aan de andere zijde. Later werden de locomotieven vervangen door locomotieven van de serie 143.
De locomotief 111 227 was de laatste uitgerust met conventionele wisselstroom (AC) techniek.
Op mijn baan verblijven 2 locs van de serie 111. Beide zijn van Roco en rijden voortreffelijk. De rode versie op de foto trekt een goederentrein beladen met containers en opleggers.In onze ideale modelwereld worden vrachtwagens over langere afstand zo veel mogelijk van de baan gehaald en per trein naar hunbestemming gebracht. Veilig en goed voor het milieu en de files worden er een stuk kleiner door. Ik ben ook nog de eigenaar van een blauw-ivoorkleurige versie die een personentrein uit de jaren 70-80 trekt.
|