Een punker stapt de kapperszaak binnen en zet zich naast een nonneke. Hij bekijkt haar eens goed en vraagt haar: "wil je met mij eens de liefde bedrijven?? Erg verontwaardigd verlaat de zuster de zaak. Jean, de coiffeur die getuige is van het voorval zegt tegen de punker: "Als ge echt met haarde liefde wil bedrijven ken ik een manier waarop het zeker zal lukken. Ga om middernacht naar het kerkhof, doe alsof je God bent en ze zal je niet kunnen weerstaan." Inderdaad het zusterke is er ook. De punker, verkleed als God in een wit laken en een opgekleefde baard springt tevoorschijn en roept: "ik ben God. Als ge wilt dat uw gebeden verhoord worden zult gij nu met mij de liefde bedrijven !" Na een momentje denken antwoordt het zusterken: "Akkoord, maar neem melangs achter..."
De punker aarzelt geen moment en bespringt de zuster langs achter.
Fier op zijn stoere daad ontdoet hij zich van zijn vermomming en roept: "Ahah.....koekoek...ik ben God niet, ik ben de punker !" Het nonneken antwoordt:
"Ahah ! Koekoek ... ik ben het nonneken,niet... Ik ben Jean, de coiffeur !"
|