De kikvorsch en de Os =====================
Eens zag een kikvorsch in de wei Een welgedanen paaschos grazen 'T afgunstig kikertjen, niet grooter dan een ei Begint zich eens zich op te blazen, En rekt en zwoegt en doet zich pijn, Om even groot als de os te zijn. Och broertjen lief, kom nu eens kijken, Nu ben ik er , gelijk gij ziet. Volstrekt niet! --Nu dan?--nog al niet! Maar nu toch wel?--Och neen , het mag er niet naar kijken! Onze arme kikkert perst en perst, Zoo lang , eilacij! tot hij barst.
Hoe veel die met den waan van 't kikkertjen zich vleien! Elk renteniertjen maakt zijn reis naar Ems of Spa, Elk prinsjen houdt er zijn ambassadeurs op na, En iedere zijn lakeien !.
|