Uniek op de wereld zijn de historische klippenkelders, die in de loop van de tijd door mensenhand ontstonden, en nu iets zijn dat ongetwijfeld moet gezien worden door bezoekers aan het Vulkaanpark Oosteifel/Maria Laach. Of je nu de bierkelders van de brouwerij bezoekt, of de uitgeholde lavastroom na een bezoek aan het Vulkaanmuseum, het is altijd een belevenis.
Voor rondleiding kan je terecht bij de toeristische informatiedienst van Mendig (tel. 02652-980014), de brouwerij Vulkanbrauhaus (tel 02652-520390) of het Duitse Vulkaanmuseum (tel. 0262-4242).
Over een oppervlakte van bijna 3 km² spreidt zich onder de stad Mendig een netwerk van onderaardse Felsenkeller (klippenkelders) uit. Op 32 meter onder de grond bevindt zich een onderaards landschap dat uniek is op de wereld. Vroeger, toen de vulkanen uitbarstten en het land bedekten met vuur en as, vloeide er ook een lavastroom in de richting van Mendig. Wat toen ongeluk en rampspoed betekende, werd voor de mensen van onze streek een belangrijke broodwinning. In een groot aantal gangen en schachten begonnen de mensen van Mendig het kostbare zwarte bouwmateriaal ondergronds als basaltlava te ontginnen. Zo ontstonden de klippenkelders. In het midden van de 19° eeuw waren er 28 brouwerijen die de constante temperatuur van 6 tot 9°C gebruikten om hun bier te laten rijpen. Na de uitvinding van de koeltechniek van Linde verdwenen geleidelijk de brouwerijen, op één na. Wat overblijft is een wirwar van kelders, die tegenwoordig door gasten kunnen bezocht worden naar aanleiding van een rondleiding.
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 19/03/2003
De Museumlay van Mendig voor belangstellende bezoekers en voor bruidsparen
De belangengemeenschap Göpelwerk in Mendig, een afdeling van de Duitse Vulkanologische Vereniging, toont bedrijven als gedenktekens voor het zware werk van onze voorouders in de vroegere groeven. Een windas waarmee men de zware maalstenen uit de klipkelders naar boven trok is eveneens te zien.
Het oude handwerk bewaren voor het nageslacht, dat voeren de ijverige knapen hoog in het vaandel. Op het terrein van Werner Geilen in de Brauerstrasse in Mendig, op zowat 300 meter van het Duitse Vulkaanmuseum, ontstond een klein paradijs voor die iets over de grote steenhouwerstraditie van Mendig wil weten.
Reeds aan de ingang van het terrein staat een van de pronkstukken : der Schläsch express, een replica van een oude groevespoorlijn, die daar staat als kon ze ieder moment wegrijden met haar vier echte lorries, die een lading basalt in hun buik hebben.
Dat Mendig ooit een centrum was van de molensteenuitvoer, wordt getoond door een molensteen waarbij een berk door het midden groeit.
De knapen hebben zich echt ingespannen, want een eind verder ontstond een echte steenhouwerhut. Grote stukken zandsteen en kleine stukken basalt uit Menig werden laag na laag op elkaar gezet, en beetje bij beetje groeide de hut.
Een verder pronkstuk van het terrein is de groevekraan die in het achterste deel is opgebouwd. Hier wordt getoond hoe de stenen verladen werden en vervoerd voor verdere verwerking.
Maar er is nog zo veel meer te zien op de museumslay. Oude werkmethodes, zoals het scheuren van de basaltsteen wordt in enkele werkfasen getoond. Produkten uit plaatselijke gesteenten worden eveneens getoond, net als kunstig gemaakte sculpturen. Ook een echte groevesmid vond zijn plaats op de Lay. Daarmee heeft de museumlay naast het groevespoor, de lorries, het basaltpad, het stratenmakersplein, de groevekraan, de steenhouwershut en de oude machines een nieuwe attractie erbij.
In een groevesmidse werden vroeger werktuigen gesmeed, tegenwoordig enkel nog het geluk. Als buitenafdeling van de burgerlijke stand worden op verzoek, en op afspraak, huwelijksplechtigheden op de eerbiedwaardige lay voltrokken. Zo kan het gebeuren dat een bezoeker bij zijn rondgang een bruid opmerkt.
De knapen rond Werner Geilen hebben alles wat op de museumlay te vinden is betaald uit eigen zak en uit giften van personen die bij het steenhouwersambacht betrokken waren. Een bijzondere prestatie, wanneer men bedenkt wat er reeds in de Brauerstrasse te vinden is. Met steun van de plaatselijke spaarkas wordt een originele groevespoorweg gerestaureerd, en men kan zich er al op verheugen dat weldra een treintje met bezoekers snuivend op sporen over het terrein van de lay rondrijdt. In het rechtse gedeelte van het terrein vindt de bezoeker straatstenen zoals die vroeger werden gebruikt, een tufstenen Romeinse bron en verschillende natuurstenen stukken voor stratenaanleg. Een rondgang is als een kleine reis door de tijd naar de periode van het zware werk van de steenkappers op de steen van Mendig.
En zoals reeds vermeld is er sinds vorig jaar iets bijzonders : in deze buitenafdeling van het gemeentehuis kunnen paren elkaar in deze unieke omgeving het jawoord geven. Het zal dan ook niemand verwonderen wanner hij op de lay een bruidspaar tegen het lijf loopt. Nadere inlichtingen bij het gemeentehuis.
Bron : www.mendig.de - Frank Neideck toegevoegd op 18/03/2003
De vereniging voor de bevordering van een heemkundig museum heeft in 1994 aan de Schulstrasse tussen Ober- en Niedermendig een veld ingericht met maquettes van de omliggende vulkanen, het vulkaanveld.
Een veld waarop vulkanen groeien
Naast het natuursteenleerpad van de steenhouwersvereniging en de museumgroeve van de belangengemeenschap van het Göpelwerk van Niedermendig in de Brauerstrasse is het vulkaanveld van Mendig tot stand gekomen. Het vulkaanveld toont een panorama van de jonge vulkanen uit onze omgeving, steenmonsters uit de vulkanen en de bijhorende lavastromen geven samen met de oudere leistenen van het grondgebergte een overzicht van de verscheidenheid van de steensoorten die hier voorkomen.
Aan de hand van een in het midden opgestelde panoramaplaat kan de toenmalige vulkaan vanuit alle standpunten bekeken worden. Rondom de plaat zijn de afzonderlijke stukken opgesteld, en als men de blik naar boven richt kan men de vulkaan in zijn natuurlijke schoonheid en integriteit in het landschap bewonderen. En men kan zien van waar de verschillende stukken komen. Als men de vulkanen en de verschillende gesteenten zelf zou willen bezoeken, zou men enkele dagen onderweg zijn. Op het vulkaanveld in de Schulstrasse in Mendig ziet met stukken van de Hochstein, van de Wingertsbergn van de Hochsimmer, van de Rother Berg, van de Bellerberg van Ettringen, van de Krufter Korret, van de Ahl in Sankt Johann, van de Karmelenberg uit Ochtendung, van de lavastromen van de Thürer Berg tot de Moezel-leistein uit Oberfell en de devoon-leisteen van de Margareta-groeve van de Firma Rathscheck. De initiatiefnemer, de vereniging tot bevordering van een kultuur- en heemkundig museum en de stad Mendig moeten vele schenkers bedanken die het tot stand komen van deze unieke afspiegeling van de plaatselijke vulkanen hebben mogelijk gemaakt. Allen waren ze bereid om het project metterdaad te steunen, de Firma Schmitz uit Andernach, Josef Daub een oude liefhebber van de Hochstein, de Firma Rathscheck uit Mayen, de Firma Josef Bous uit Mendig, de Lava-Union uit Sinzig, de gemeente Bell tot de burgemeester van Sankt Johann, die zich eveneens inzette voor het vulkaanveld van Mendig. De laatste zaterdag ging het dan van start. Onder leiding van Willi Bömerich maakten zich voorzitter Fritz Mangartz, Achim Bömerich en Bernd Steffens zich op weg met een kraanwagen die door de Firma Horbo uit Mayen ter beschikking was gesteld, tot bij de afzonderlijke vulkanen om de stukken voor de tentoonstelling op te halen. Het is aan de inzet van de helpers, en de kunde van Bernd Steffes te danken dat deze stukken ook onder soms avontuurlijke omstandigheden geborgen en naar de Schulstrasse gebracht konden worden. Als je het resultaat van de maandenlange voorbereiding wil zien, moet je tijdens je wandeling langs de Mühlsteinweg ook het vulkaanveld in de Schulstrasse met een bezoek vereren.
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 10/03/2003
Het Vulkaanmuseum werd opgericht in het jaar 1987 op voorstel van een van de vooraanstaande Duitse vulkanologen, Professor Hans-Ulrich Schmincke. Thans telt het levendige museum jaarlijks meer dan 25.000 bezoekers, met zijn voordrachten, zijn rondleidingen in de basaltlava-steengroeve, zijn excursies naar vulkanen in het vulkaanpark en zijn rondleiding over de museumgroeve.
Naar het voorbeeld van het Musée du Volcanisme ontstond stukje bij beetje het huidige museum. Mendig was vroeger een buitenafdeling van de geologische faculteit van de universiteit van Bonn, toen onder de leiding van Professor Frechen. Het is aan het engagement van de begeesterde Mendiger Dr. Franz-Xaver Michels te danken dat de grondstenen hiervoor gezet werden. Verder is er nu de werkgroep voor onderzoek van de geschiedenis van de basaltlavaindustrie. De inrichtende macht achter het museum is de Duitse Vulkanologische Vereniging met zetel te Mendig. De vereniging kan intussen rekenen op meer dan 450 leden van 12 nationaliteiten. In de Brauerstrasse vindt men naast een kantoor en een voordrachtzaal ook een tentoonstellingsruimte die een unieke collectie van vulkanische gesteenten en mineralen uit het gebied van de Laacher See kan tonen. Verder kan men vanuit het museum direct in de door mensenhanden sinds de tijd van de Romeinen uitgehakte lavastroom komen, welke zich over een oppervlakte van 2.8 km² op 32 meter onder de grond bevindt.
In het vulkaanmuseum kan men volgende programmas boeken :
o Korte voordracht over het vulkanisme in het gebied van de Laacher See, met inleiding tot de winning en verwerking van natuursteensoorten, met bezichtiging van de mineralententoonstelling.
o Rondleiding in een basaltlava-mijn, de stilgelegde mijngangen die door overdadige winning zijn ontstaan. Tegelijk inleiding in de beroemde bierbrouwerstraditie van Mendig, aangezien de kelders vroeger als rijpingskelders gebruikt werden.
o Excursies naar de vulkanen in het gebied van de Laacher See
o Rondleiding op de museumslay. Hier worden op aanschouwelijke wijze op een open veld de methoden tot winning en verwerking van vroeger tot nu getoond. Op dit terrein bevindt zich ook een steenhouwersatelier.
Voor informaties kan u zich wenden tot de Duitse Vulkanologische Vereniging, Vulkaanmuseum, telefoon 02652-4242, www.vulkane.de of bij de toeristische informatiedienst van Mendig, telefoon 02625-980014 of 5151
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 17/03/2003
Langs de werkstenen Het natuursteenleerpad in Obermendig
De steenhouwersvereniging van Obermendig is een actieve vereniging. Vele beeldhouwwerken sieren het stadsdeel Obermendig. En één van deze werken van de steenhouwers weze hier als voorbeeld genoemd : het natuursteenleerpad dat langs de vijver van Obermendig loopt.
Het harde brood van de steenkappers Leerpad toont verscheidenheid in soorten natuursteen
Hard was het werk, vroeger nog meer dan nu, die de steenkappers van ons land moesten uitvoeren. Om met de eenvoudigste werktuigen de harde gesteenten zo te bewerken dat daaruit nuttige voorwerpen, kunstwerken of bouwmaterialen ontstonden, was al een kunst op zich. Wanneer men bedenkt dat rond de eeuwwisseling (1900 ?) 80 % van de bevolking direct of indirect van de verwerking van natuursteen leefde, is het ook een belangrijk deel van de plaatselijke kultuur. Van dit feit een blijvend aandenken te behouden was de reden voor de steenhouwersvereniging van Obermendig en voor de stad om een natuursteenleerpad aan te leggen. Het fantastische recreatieoord aan de vijver en de Kellbach scheen het ideale terrein voor dit project. Maandenlang werd gewerkt aan koncept en planning, tot het koncept klaar was. De steenhouwersvereniging kon door geschonken tentoonstellingsstukken van steenverwerkende bedrijven uit de ganse streek de basis leggen voor de aanleg. Ook de nauw met de vereniging verbonden firam K.G. Eich uit Keulen, die het belangrijkste aandeel heeft in het werk van deze actieve vereniging tot nu toe, dat op sprekende manier zijn stempel drukt op het dorpsbeeld van Obermendig, schonk de sokkels uit natuursteen die speciaal voor de aanwijzingsborden gemaakt zijn. Veel avonden hebben de leden samen met voorzitter Roman Müller op het veld doorgebracht, steen na steen werd opgesteld en het natuursteenleerpad was vlug klaar. De mannen van het stadsatelier plaatsten de sokkels voor de aanwijzingsborden, en bij elke steen een kader met kinderkopjes (kleine kasseien). Vlug de aanwijzingsborden aangebracht, en het grote werk was rond. In totaal kunnen 16 stukken uit Duitsland en de buurlanden kunnen bezichtigd worden langs het 500 m lange leerpad, allemaal steensoorten waarmee de steenkappers uit de streek gewerkt hebben, en hun producten gemaakt hebben.
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 10/03/2003
Uitgedoofde vulkaan en onderdeel van de Genoveva-legende De Hochstein met de Genovevaspelonk
In het stadsdeel Mendig staat hij, de Hochstein, het handelsmerk, de boven alles uit stekende berg te midden van het bosrijke landschap. Onlangs is er een boek over de Hochstein geschreven. Men vraagt zich stellig af : waarom precies over deze berg ? De schrijvers antwoorden daarop : De Hochstein heeft zo een boek zeker verdiend op grond van zijn uitzonderlijke betekenis voor onze streek de oostelijke Vulkaaneifel doordat hij zich zo majestatisch verheft tot op 563 m hoogte, en op grond van het feit dat hij bestand is gebleven tegen economische benutting en valorisatie.
De oorspronkelijke naam van de Hochstein was Forstberg (Bosberg ?), Hochstein was enkel de naam van de klip waarin zich bovenaan de Genovevaspelonk bevindt. De oudste vermelding van de klip en de spelonk komt van Carl Wilhelm Nose (1790). Hij gebruikt reeds de naam Hochstein, maar die wordt pas in het begin van de 20° eeuw gebruikt voor de ganse berg. In het buurdorp Ettringen sprak men volgens een kaart uit 1809 van Kaalberg of kale berg, naam die ook nu nog in gebruik is. De Hochstein heeft zich in zijn duizenden jaren oude geschiedenis met succes tegen de mens verdedigd, in tegenstelling met verschillende andere vulkanische resten in de oostelijke Eifel. Hoewel door vele kleine sporen aangeknaagd, heeft de berg zich dapper verdedigd. Zelfs de reusachtige steengroeve van een natuursteenbedrijf kon aan zijn majestatische schoonheid geen afbreuk doen. Daarbij moet men de economische toepassing en valorisatie uit het verleden niet verketteren, aangezien men ze moet beoordelen in het kader van de tijd vroeger heeft ze voor de mensen uit de streek werk en brood betekend.
De Hochstein zal in de toekomst met rust gelaten worden, en voor ons nageslacht in zijn unieke schoonheid behouden blijven. Mogen de mensen van zijn land en de bezoekers hem gebruiken om enkele uren over de vele wandelwegen in de heerlijke wouden te dwalen, en op de top na de beklimming van het schitterende panorama over de Vulkaaneifel te genieten.
Toch moet men rekening houden met de uitbundige en rijke flora en fauna. Blijf op de wandelpaden, en laat de planten en dieren in hun natuurlijke omgeving, zodat ze zich tot onze vreugde verder kunnen ontwikkelen.
Bron : www.mendig.de - Frank Neideck toegevoegd op 14/03/2003
De belangrijkste puimsteenmuur van Europa : de Wingertsbergwand
De aarde breekt open, een reusachtige hete wolk verheft zich dreigend naar de hemel. Bliksems schieten door het duister van de nacht. Luid gedonder weerklinkt. Regen en storm komen op. Stenen kletteren vanuit de wolken op de grond. Een gloeiende lawine stort zich over het land. Steenbommen slaan in. Een vulkaanuitbarsting vernielt de oostelijke Eifel. In de vroege zomer, circa 13.000 jaar geleden deden deze gebeurtenissen zich voor. De uitbarsting van de Laacher See-vulkaan geldt in de recente geschiedenis van de aarde als de geweldigste vulkaanuitbarsting in centraal Europa.
Er was eens
Wetenschappers kunnen tegenwoordig nauwkeurig uitleggen wat er circa 13.000 jaar geleden bij de uitbarsting van de Laacher See-vulkaan gebeurde. Bodemonderzoeken op de Wingersbergwand bij Mendig laten de wetenschap toe om door vergelijking met tegenwoordig nog actieve vulkanen het verhaal van de Laacher See-uitbarsting op te helderen.
Vondsten van plantenresten onder de tufsteen- en puimsteenlagen geven aan hoe de oostelijke Eifel er moet uitgezien hebben voor de catastrofe. Eiken, linden, sparren, wilgen en hazelnootstruiken bedekten de aarde in de oostelijke Eifel. De idylle van een landschap. Het is er koel en vochtig, vergelijkbaar met het klimaat tegenwoordig in centraal Zweden. Binnen enkele seconden krijgt de catastrofe zijn beloop. Het oorspronkelijke landschap wordt door een vernietigende drukgolf vernield.
Wat is er gebeurd ?
In het bovenste gedeelte van de aardkorst was gesmolten gesteente van zowat 1.300 °C, zogenaamd magma, opgestegen. Duizenden jaren lang pruttelde het in een reusachtige magmakamer. Dan steeg dit magma verder naar het oppervlak. De catastrofe begint. Onmiddellijk onder het aardoppervlak kot het gloeiende magma in contact met grondwater. Het ontstaan van waterdamp ontwikkelt een vernietigende druk. Deze breidt uit als een explosie, en blaast de bovenliggende aardkorst weg. De vulkaan barst uit en slingert met supersonische snelheden as, puimsteentjes, steenbommen en gassen uit de krateropening.
Het magma.
Aswolken vormen zich, en worden door de wind in oostelijke richting gedreven. Daaruit klettert het uitgestoten materiaal (fall-out) over het land en verspreidt zich over heuvels en dalen als een lijkwade. Tezelfdertijd worden metersgrote steenbrokken uit de krater geslingerd, en slaan tot 3 kilometer ver in. 600°C hete gloeiende lawines en asstromen schieten met hoge snelheid over het land, en laten een kaal maanlandschap achter.
Verloop
Tijdens de hoofdfase stijgt het materiaal tot 40 km hoog. Aswolken dragen het puimsteen tot 50 kilometer over de Rijn. Kleine asdeeltjes komen terecht tot in Noord-Italië en Zuid-Zweden.
In de daaropvolgende fase van de uitbarsting worden uit het onderste gedeelte van de vulkaan allerlei mineralen, waaronder het wereldberoemde hauyn (?) aan het oppervlak gebracht.
In de latere fase van de uitbarsting breken weer vernietigende gloeiende lawines los over het land. Fijnkorrelige duinachtige uitvalophopingen zijn de beste getuigen van deze gebeurtenissen. Orkaanachtige regenbuien maken modderstromen vrij, die met even hoge vernietigingskracht als de asstromen het land verwoesten.
Koolzuurbellen in de Laacher See., een aanwijzing van vulkanische activiteit ?
Tien dagen duurde de hel van de Laacher See-uitbarsting. Vandaag, 13.000 jaar later kan je de sporen van deze natuurcatastrofe vinden in de Wingersbergwand, en de tragiek van de geschiedenis doorgronden.
Bezoek de tot 50 meter hoge Wingersbergwand, informeer je op de infowandeling hoe ons landschap ontstaan is.
Enkele minuten van de Wingertsbergwand verwijderd ligt het unieke natuurgebied van de Laacher See met de panoramarondwandeling en de benedictijnenabdij.
Een gedroomd uitzicht op het heerlijke landschap krijg je vanop het uitkijkpunt Scharfes Knöppchen.
Bron : www.mendig.de - Frank Neideck toegevoegd op 14/03/2003
Pelgrims ter ere van de Moeder Gods Bedevaarten in de beroemde Lievevrouwenkerk bij Thür
Ieder jaar komen vanaf Pasen de eerste processies uit de omliggende gemeenten naar de Lievevrouwenkerk. De bij de parochie en gemeente Thür horende bedevaartskerk, gewijd aan de Moeder Gods, ligt zowat 3 km ten zuidoosten van Thür in het vrije veld. De bedevaarders sluiten zich aan bij de schare gelovigen die sinds eeuwen naar de Lievevrouwenkerk pelgrimeren. Het is een van de oudste kerken van de Eifel en het Rijnland, en van jaar tot jaar het doel van vele bezoekers en bedevaarders. En ook de kermis ieder jaar op het eerste weekend van Augustus trekt ieder jaar vele bezoekers.
In totaal kan de Lievevrouwenkerk terugblikken op een traditie van meer dan 1200 jaar. Opgravingen vóór de eerste wereldoorlog en in 1951 hebben namelijk aangegeven dat de huidige kerk gebouwd is op de funderingen van een Frankische zaalkerk uit de 8° eeuw. Deze werd in het begin van de 13° eeuw vervangen door een volledige nieuwbouw, waarvan na het afbreken van de zijbeuken in 1829 enkel nog de middenbeuk en het koor zijn overgebleven. Kunsthistorisch merkwaardig is de verbinding tussen de laatromaanse vormen van de middenbeuk en de vroeggotische vormen in het koor.
Als eigenkerk van de bisschop van Trier werd ze in de Middeleeuwen het kerkrechterlijk middelpunt van de 14 Pellenzdorpen en tot in de 18° eeuw de zetel van de Pellenzrechtbank. De eerste vermelding van de Lievevrouwenkerk in een oorkonde dateert van 1279 en spreekt van Vrouwenkirchin en een aflatenprivilege uit het jaar 1325 bevestigt de Moeder Gods als patrones van de kerk. Met dit privilege bevestigden twaalf bisschoppen uit Avignon, toen zetel van de pausen, dat de bedevaarders naar de Lievevrouwenkerk een aflaat konden krijgen wanneer ze deze kerk bezochten op bepaalde feestdagen, in het bijzonder de feestdagen van de Moeder Gods. Verder zijn er aflatenprivileges uit de 15° eeuw overgeleverd. Daarbij kwam de oprichting van Broederschappen en Stichtingen, zo stichtte in het jaar 1459 Graaf Willem van Virneburg de eerste Mariabroederschap in de Lievevrouwenkerk, waarvoor hij door paus Pius II de toestemming had verkregen.
Dit alles laat ons besluiten dat de Lievevrouwenkerk reeds in de middeleeuwen het doel was van een drukke bedevaartsbeweging, die zich tot in de 18° eeuw ontwikkelde tot een bovenregionale bekendheid, met bedevaarten over de ganse loop van het kerkelijk jaar. Volgens de optekening van de Monnik Thomas Kupp uit het klooster van Maria Laach, die van 1775 tot 1779 bij de parochie Kruft werkte, kwamen er per jaar in totaal 63 processies naar de Lievevrouwenkerk, onder andere uit Ahrweiler, Klotten en Rhens. Toen zoals nu kwamen de bedevaarders om de Moeder Gods te vereren, en om hulp en bijstand in de dagelijkse noden af te smeken.
Indrukwekkende getuigenissen van deze eeuwenoude bedevaarttraditie zijn de schilderijen langs de bedevaartsroutes naar de Lievevrouwenkerk; zoals bijvoorbeeld de nog bestaande votiefkapel uit het jaar 1605 ten westen van de Lievevrouwenkerk, of het nisschilderij, ook bekend als Golokruis halverwege de processieweg tussen Thür en Mendig. Zijn rang als cultuurmonument kreeg het door zijn inscriptie : naast het jaartal 1472 en de naam Clais Beligen (waarschijnlijk de oprichter) is in de volkstaal van de 15° eeuw rondom de schacht van een kolom het Salve Regina in steen uitgehouwen. Het is de smekende roep om hulp van de mens, die zich in het tranendal ziet tot de Moeder Gods als koningin van de barmhartigheid als voorspreekster. Het origineel van het schilderij is (met gereconstrueerde nis) opgesteld in het achterste gedeelte van de Lievevrouwenkerk. De benaming Golokruis, gebruikelijk sinds de 19° eeuw, verwijst naar de stichtingslegende van de Lievevrouwenkerk, de Genovevasage.
Het is de geschiedenis van Pfaltsgraaf Siegfried en zijn trouwe gemalin Genoveva van Brabant, en van zijn ontrouwe hofmaarschalk Golo. Terwijl de graaf ten oorlog is getrokken tegen de Sarazenen probeert deze Golo, die zwanger is van Siegfried, tot echtbreuk te verleiden. Omdat Genoveva hem terugwijst, zint Golo op wraak. Aan de terugkerende Pfalsgraaf vertelt hij dat Genoveva zich tijdens zijn afwezigheid zich met een kok heeft ingelaten, en van hem een kind heeft gekregen. Genoveva wordt met haar zoon ter dood veroordeeld, doch de jagers, die ze in het woud zouden moeten doden, hebben medelijden en laten ze gaan. Zij overleven met de hulp van een hinde, met de melk waarvan zij zich voeden. Jaren later komt Siegfried bij de jacht langs de spelonk waarin Genoveva en haar zoon leven, als hij de hinde besluipt. Hij herkent zijn vrouw, en de valse beschuldigingen van Golo worden opgehelderd. Golo wordt ter dood veroordeeld en door ossen gevierendeeld. Als dank voor het wonderbare terugvinden van zijn vrouw en zijn zoon laat de pfaltzgraaf op de plek waar hij ze heeft teruggevonden een kerk bouwen, de Lievevrouwenkerk.
De sage gaat terug op een geschrift van een monnik van Maria Laach uit de 15° eeuw. Sindsdien is ze in vele varianten vertelt en verbreid. De belangrijkste scènes staan afgebeeld op het hoogaltaar van de Lievevrouwenkerk. Boven de romaanse altaartafel, die nog stamt uit de bouwperiode van het koor (13° eeuw) verheft zich de altaaropbouw uit tufsteen met de Genovevalegende. Daar naast zijn de heilige Anna (links) en de heilige Maria met Kind (rechts) te zien, daarboven de ten hemelopneming van Maria, tussen de heilige Barbara links en de heilige Katharina rechts. Bovenaan is de heilige apostel Johannes afgebeeld, de patroon van de parochie Thür. Het altaar behoort tot de vier altaren van de vroeger driebeukige kerk, dus van voor de afbraak van de zijbeuken. Kunsthistorisch wordt het aanzien als een van de belangrijkste voorbeelden van de landelijke steenplastiek van de 17° eeuw.
De sage van Siegfried en Genoveva heeft zeker de onbekende kunstenaar(s) geïnspireerd om dit kleur- en vormrijke barokaltaar te scheppen. Historische bewijzen of details met betrekking tot de kern van de legende zijn er eigenlijk niet. Voor de Frankische periode is er noch een Pfalzgraaf Siegfried noch een Genoveva van Brabant bekend. Het huidige standpunt is dat de stichter van de Lievevrouwenkerk met de sage de betekenis van de Lievevrouwenkerk wilde beklemtonen met een miraculeus stichtingsverhaal. Zo maakt de toevoeging "van Brabant van Genoveva een dochter van het Westfrankisch koningshuis, en voor Pfaltzgraaf Siegfried bestaat er wel een historische naamgenoot (het is de tweede stichter van het klooster Maria Laach), maar die is verplaatst van de 11° naar de 8° eeuw.
Maar opgravingen uit 1951 hebben belangrijke aanwijzingen gegeven voor de datering van de oprichting van de Frankische zaalkerk. Onder het koor van deze kerk zijn drie graven gevonden, waarvan is vastgesteld dat ze uit de 8° eeuw zijn en waarboven later het hoofdaltaar van de Frankische kerk is opgericht. Deze personen moeten als zeer waardig beschouwd zijn geweest, als boven hun graven het hoofdaltaar is opgericht. Meer weten wij er niet over. Wat ook hun namen mogen geweest zijn, misschien is hun levensverhaal van die aard dat het aanleiding was voor legendevorming.
Tenslotte blijft de stichting van de Lievevrouwenkerk als Frankische zaalkerk uit de 8° eeuw verder een van de geheimen van de geschiedenis.
Friedrich Hermes
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 17/03/2003
Hij staat aan de naar de Kirchstrasse gerichte kant van de parochiekerk Sint Hubertus in Rieden, de gedenksteen voor de Passiespelen van Rieden. Alle 10 jaar maakt het dorp zich klaar om de unieke en in de streek zeer bekende passiespelen van Rieden op te voeren in de parochiekerk voor 10.000 bezoekers. De kerk wordt bijna volledig omgebouwd, en veel Riedenaars ziet men maanden ongeschoren rondlopen. En dat heeft een belangrijke reden. Zij zijn toch de uitvoerders van het spel. Voldoende reden voor de organiserende vereniging om met een kunstwerk te herinneren aan de passiespelen van Rieden.
De gedenksteen werd op 17/04/1985 door de speelgemeenschap van de passiespelen en de katholieke jongerenvereniging opgesteld ter gedachtenis aan de passiespelen van Rieden en de grote toneeltraditie van Rieden. Het begin van de passiespelen gaat terug tot 1923. De parochiekerk van Rieden moest vergroot worden. Om mee te financieren kwam de MGV van Rieden met het initiatief van een eerste opvoering van het passieverhaal van Jezus als lekenspel. Met grote moeilijkheden van bouwkundige aard voor het eerst gebracht, met veel succes. De interesse bleef groot, en zo kwam in 1934 de familie Kolping met het initiatief voor een nieuwe opvoering van het spel. Daarvoor koos men nu wel voor de zaal Doll-Schlich. Na de oorlog gaf pastoor Weiwert de stoot voor een nieuwe uitvoering van de spelen. Van de opbrengst van 1949 werd de toren van de kerk gebouwd. Sinds 1965 voert de jongerenvereniging de traditie verder, eerst nog in de zaal Doll-Schlich, vanaf 1985 weer in de parochiekerk. Bijna 10.000 bezoekers tellen de huidige passiespelen, die alle 10 jaar opgevoerd worden. Ten uitzonderlijken titel werd ook in het jaar 2000 gespeeld, omwille van de bijzondere betekenis van dat jaar voor de katholieke kerk.
De Mariakapel van Rieden is niet zomaar één van de vele kapellen uit de Eifel, maar ze heeft met een sage te maken. Het volgende zou zich hebben voorgedaan : Drie mannen speelden op Sacramentsdag Skat (een kaartspel) tijdens de Hoogmis en de processie die er op volgde. Zij bekommerden zich niet om de kerkgang. Opeens kwam er een vierde man bij, een vreemde. Hij won vlot, en de spelers voelden zich daar niet gemakkelijk bij. Toen er een kaart op de grond viel, en één van de spelers die opraapte, merkte hij dat de vreemde een klompvoet had, en hij herkende de duivel. Hij liep meteen naar de pastoor. Deze kwam meteen, maar te laat. Een van de spelers was reeds dood, hij had met de duivel om zijn ziel gespeeld, en die had de prijs meegenomen. De beide anderen hebben nooit meer speelkaarten aangeraakt, en beloofden, omdat ze ervaren steenhouwers waren, dat ze een kapel zouden bouwen ter nagedachtenis aan hun lichtzinnige broer.
De Mariakapel van Rieden werd in het jaar 1882 in neoromantische stijl uit grauwacke en tufsteen uit de groeve hohen Ley gebouwd. Een zadeldak met een kleine klokkentoren, waarvan de klok de twee oorlogen heeft overleefd, bedekt de kapel. Binnen bevindt zich een blokaltaar, bekleed met tufsteenplaten, waar een Mariabeeld op staat. Aan de buitenkant boven de ingangsdeur bevindt zich sculptuur van Frans-Josef Hilger en Karl-Henz Doll met de heilige Jozef, door de twee jonge steenhouwers gemaakt uit franse kalksteen.
Sinds 1950 is de Mariakapel in privaatbezit. De belangrijke restauratiewerken waren beter uitvoerbaar dank zij de ervaring van de meester-steenhouwers bij de kerken van Keulen.
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 10/03/2003
Voor de parochiekerk van Sint Hubertus in het centrum van Rieden voert de uit tufsteen gehakte kruisweg met zijn zeven staties bijna tot beneden aan de plaats van de tegenwoordige Waldsee. De afzonderlijke staties tonen de lijdensweg van Jezus Christus. De beeldende voorstelling is perfect uitgewerkt, in barokstijl gehouden, en elke statie toont een andere scène.
Barokke kruisweg
In Rieden staat, zoals op verschillende plaatsen in de streek, een barokke kruisweg, de zogenaamde Sieben Fussfälle. Deze vinden hun oorsprong in de Middeleeuwen. De gelovigen gingen hier de lijdensweg van Christus achterna. Omdat men bij ieder station een Fussfall (kniebuiging) maakt, zoals ook bij de kruisweg, werden de staties Fussfalle genoemd. De kruisweg van Rieden werd bij het begin van de 19° eeuw opgericht en op het eind van de jaren 70 door de Riedense steenhouwer Franz Nett gerestaureerd. 1° statie Kirchstrasse 11 Jezus in de Hof van Olijven 2° statie Kirchstrasse 1 De Geseling van Jezus 3° statie samenloop Langenbahn/Nettetalstrasse De Doornenkroning van Jezus 4° statie Mariakapel Jezus draag het Kruis 5° statie Nettetalstrasse 42 Jezus valt onder de last van het kruis 6° statie Berghang links van het huis aan de Nettetalstrasse 42 Christus wordt van zijn kleren beroofd 7° statie tegenover huis Weidenbach Jezus aan het kruis
Bron : www.mendig.de Frank Neideck toegevoegd 10/03/2003 Vertaling : eric l
De fusiegemeente Mendig kent enkele openbare bronnen, waarvan het water in enkele gevallen als drinkwater gebruikt wordt.
Hasenbrunnen, Bell (Hazenbron) De Hasenbrunnen is een recreatieoord, en werd in 1988 heringericht. Het water is niet geschikt als drinkwater.
Erlenbrunnen, Bell/Mendig (Elzenbron) Het gaat om een minerale bron in het Elzendal. In het jaar 1806 werd ze voor het eerst in gebruik genomen, en in 1931 door een burgerinitiatief vernieuwd. Omwille van de vroegere langwerpige vorm wer ze ook Badkuip van Napoleon genoemd. Het water is geschikt als drinkwater.
Sauerbrunnen, Rieden (Zuurbron) De bron gelegen aan de voet van de Schmalberg werd op het eind van de jaren 60 opnieuw in gebruik genomen en is een calcium-magnesium-bicarbonaat zure bron. Het water is geschikt als drinkwater.
Sauerbrunnen, Volkesfeld (Zuurbron) Het gaat om een balneologisch geteste geneeskrachtige bron in het Nettedal, in de onmiddellijke omgeving van het luchtkuuroord Riedener Mühlen. De in het jaar 1967 ontsloten inrichting vertoont genezende krachten voor maag- en darmklachten, lever) en galblaasklachten en ziekten van de urinewegen. Het water is geschikt als drinkwater.
Bron : www.mendig.de toegevoegd op 31/01/2003 Vertaling : eric l