Het treurigste op aarde is wanneer men scheiden moet Van iets wat ons heel dierbaar is Ja dat vervult ons gemoed Zo had ik laatst een goede vriend vijfhonderd frank geleend Acht dagen later was hij dood. Toen heb ik zacht geweend (BIS )
Ik heb thuis een vrouwtje lief en net Die gij misschien niet kent En daarbij nog een schoonmama Dat is wat men noemt een serpent Laatst was zij ziek ik dacht zij sterft ' t Scheen ernstig en gemeend Maar toen zij later beter werd Toen heb ik zacht geweend (BIS )
Ik kocht een lot in de loterij En ik trok het miljoen Ik wist van blijdschap en van vreugd Niet meer wat ik moest doen Maar toen ik om mijn geldje ging Toen schold ik mezelf voor eend Het lotje was van ' t vorige jaar Toen heb ik zacht geweend (BIS )
Mijn rijke oom was doodgegaan Die in Amerika zat Men schreef mij dat hij al zijn geld Aan mij gelaten had Maar de erfenis was alleen zijn hond En hij had veel geld geleend En toen ik zijn schuld betalen moest Toen heb ik zacht geweend (BIS )
Ik hou van rust en stilte En een heerlijk stuk muziek Geen kinderchreien om mij heen Mijn vrouw die is net zoals ik Maar op een schonen dag in mei Toen stond ik als versteend Een drieling kocht mijn vrouw ineens TOEN HEB IK ZACHT GEWEEND (BIS )