John Woodhouse (1-6-1922 / 7-5-2001), geboren als Jan Holshuysen, begon al op zijn vijfde met accordeon spelen en op vijftienjarige leeftijd werd hij Wereldkampioen op de accordeon.
In de vijftiger en zestiger jaren zat Woodhouse niet stil, hij schreef o.a. de muziek voor het nummer Koffie, koffie (lekker bakkie koffie) (1958) van Rita Corita, ook componeerde John mee aan de Songfestivalliedjes t Is genoeg van Conny Vandenbos (1965) en Ringdingeding van Therèse Steinmetz (1967) en aan de tv-shows van Dorus werkt hij mee.
Ook speelde John Woodhouse in verschillende orkesten. Bekende orkesten uit die tijd zijn the Ramblers en het Metropole Orkest.
Na een optreden in het programma Voor de vuist weg van Willem Duys werd John Woodhouse pas echt populair. Lps met de titels Woodhouse Festival, Een reisje langs de Rijn en Woodhouse Souvenirs vlogen in de jaren zeventig als warme broodjes over de toonbank. In de Top 40 en de Tipparade stonden zijn nummers zelfs genoteerd. In 1970 het nummer Glory glory hallelujah tezamen met het Westlands Mannenkoor en het nummer Goodbye, auf Wiedersehen met het Eindhovens Jongenskoor.
In 1981 beëindigde John Woodhouse, maar liefst 18 gouden platen, 7 platina platen, een Edison en een Koninklijke onderscheiding rijker, zijn muzikale carrière. Met zijn gezin verhuisde hij naar Mallorca en later naar België.
John Woodhouse kon de accordeonmuziek niet helemaal loslaten, in 1995 brengt hij een cd getiteld Mijn mooiste melodieën uit.
John Woodhouse, de accordeon virtuoos, overlijdt in 2001 op 78-jarige leeftijd.
|