Inhoud blog
  • Bezinning bij de derde zondag van de Advent
  • WOENSDAG IN DE TWEEDE WEEK VAN DE ADVENT
  • TWEEDE ZONDAG VAN DE ADVENT
  • EEN GEDACHTE BIJ DE ADVENT
  • BIJ DE EERSTE ZONDAG VAN DE ADVENT
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Doorheen de dagen
    Ervaringen besproken
    22-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    TWEE DOZIJN MISSIONARISSEN

    OP DIOCESAAN ZENDINGSFEEST BRUGGE

     

    24 missionarissen en ontwikkelingswerkers, klaar om te vertrekken naar de verscheidene kontinenten, woonden – vorige zondag 18 augustus – de 42ste editie van het diocesaan zendingsfeest bij in de kapel van het diocesaan centrum Groenhove te Torhout. In deze eucharistieviering ging Mgr. Jozef De Kesel, bisschop van Brugge, voor in concelebratie met de aanwezige priester-missionarissen.

    ‘Samen inzetten op de toekomst’ is de slogan van de Missio-campagne dit najaar. Deze zin was tevens het thema van de viering op het diocesaan zendingsfeest. Missionarissen zetten zich ook vandaag nog altijd in voor de toekomst van de gemeenschappen waar ze tewerkgesteld zijn en waar ze aan verkondiging doen.

    Van de 24 gasten waren er 20 missionarissen, 3 zusters en 1 lekenhelpster. De vertrekkende missionarissen en ontwikkelingswerkers ontvingen als zendingskruisje een door de bisschop gezegende replica van het originele Missio-kruis dat verwijst naar de verscheidene kontinenten. Ze zijn straks weer wereldwijd werkzaam, van Brazilië en Guatemala over Congo, Kameroen, Rwanda, Tanzania en Zuid-Afrika tot de Filipijnen, Taiwan en Indonesië. Ook kapucijn Frans Labeeuw was aanwezig. Na 43 jaar missiewerk in Pakistan keert hij definitief terug. De missieverantwoordelijke van het bisdom Kayanga uit Tanzania, Father Muhesi David Livingstone, woonde eveneens het zendingsfeest van het bisdom Brugge bij.

    In zijn homilie verwees bisschop Jozef De Kesel naar de evangelie-lezing die leert dat het nooit vanzelfsprekend is een leerling van Jezus te zijn, in andere kontinenten niet maar ook hier niet. ‘Het is niet onze roeping de wereld waarin we leven te veroordelen. Dat is het gevaar van ieder fundamentalisme. We zijn niet geroepen om te oordelen maar om te redden. We moeten de cultuur die ons gegeven is, eerbiedigen. Het is daarin dat we het evangelie moeten verkondigen. Maar dat wil niet zeggen dat het altijd in de meest comfortabele omstandigheden kan gebeuren. Onbegrip en tegenkanting zullen er altijd zijn. Toch is en blijft het onze roeping om te laten zien hoe het evangelie, de boodschap van Gods menslievendheid, bron van solidariteit en ware menselijkheid is’, benadrukte de bisschop van Brugge.

    Op dit diocesaan zendingsfeest drukten 240 aanwezigen hen een oprechte dank uit voor hun inzet voor de kleine mens. Allen baden ‘voor de missionarissen die door de eeuwen heen zijn opgestaan om naar het woord van de Heer het goede nieuws te verkondigen en er ook zelf van te getuigen. Om Gods zegen over al hun inzet en gebed.’ Ook was er een voorbede ‘voor allen die zich inzetten voor de missiewerking of zich betrokken weten bij de wereldwijde missionaire dimensie van de kerk. Moge door hun aanwezigheid die kerkgemeenschap verder toenemen in geloof en onderlinge broederschap.’

    Het ensemble ‘Good News’ uit Marke zong tijdens de viering gospels en negro-spirituals, samen met de Missio-medewerkers, de dienst missiepastoraal van het bisdom Brugge. Op de eucharistieviering volgde een gezellig samenzijn in de refter van Groenhove voor de missionarissen, families en genodigden.

     

    Peter Rossel



















    22-08-2013 om 14:54 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    20-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    ASNETHA

     

    Zo hard ook was het zwoegen

    om in dit barre waterland

    van ’s Graven Vier Ambachten

    op moer en broek en schorre

    steeds weder land en turf te winnen

    bedijkt, bemalen en bevloeid.

     

    Zwaar ook was het delven

    om geulen vrij te houden

    van Vliet naar Braakman,

    voor het zeilen

    met visserssloepen

    op de Hont en zo naar zee. 

     

    Zo noest zal alle ambacht zijn

    van lieden die hervormen

    en die scheppen,

    die met hun handen en hun geest

    steeds bressen slaan en dichten,

    die graven en verhogen,

    verbuigen en doen barsten,

    ’t zij land, rivier of kreek,

    ’t zij hout of steen of taal.

     

    Herman J. Claeys

    14-08-1998

















    20-08-2013 om 17:24 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    17-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 18 AUGUSTUS

     

    20ste ZONDAG C –18 AUGUSTUS 2013

    ‘ALS EEN VUUR ZIJT GIJ GEKOMEN’

     

    De eeuwen door zijn er altijd profeten geweest, die hun ingedommelde tijdgenoten wilden wakker schudden voor meer rechtvaardigheid, hartelijkheid, goedheid, kortom voor een betere wereld, die bruist van geestdrift, met mensen, gedreven door Gods goede, Heilige Geest.

    Dikwijls werden deze mannen of vrouwen belasterd, dikwijls ook gedood, zoals met vele profeten, met de apostelen, met vele leerlingen en ook met Jezus zelf gebeurd is.

    Vandaag sporen de lezingen ons aan tot dat enthousiasme en die durf, ook als het moeilijk is.

     

    In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: ’Vuur ben Ik op aarde komen brengen, en hoe verlang Ik dat het reeds oplaait! Ik moet een doopsel ondergaan, en hoe beklemd voel Ik mij totdat het volbracht is. 

     

    Meent gij dat Ik op aarde vrede ben komen brengen? Neen zeg Ik u, juist verdeeldheid. Want van nu af zullen er vijf in één huis verdeeld zijn; drie zullen er staan tegenover twee en twee tegenover drie; de vader tegenover de zoon en de zoon tegenover de vader; de moeder tegenover de dochter en de dochter tegenover de moeder, de schoonmoeder tegenover de schoondochter en de schoondochter tegenover de schoonmoeder.’

    (Lucas 12,49-53)

     

    GEEN VREDE ZONDER VURIGHEID

    Vreemde woorden over verdeeldheid, zo anders dan de eenheid waarvoor wij altijd bidden. Toch wil Jezus geen ruzie stoken. Wel zegt Hij: ‘Denk niet dat echte vrede bestaat zonder het vuur van loutering en bezieling.’ Hij wil geen schijnvrede, in de stijl van hippies en sekten, met hartjes en bloempjes, en goedkope woorden over ‘peace’ en ‘love’, die elk conflict verdoezelen. De diepe, duurzame vrede van Jezus is anders. Zij groeit langzaam en vraagt een bekering, die pijn doet, een zuivering van ons hart door het vuur van Zijn liefde. Dat gebeurt stapje voor stapje in onthechting, met aandacht voor wat er omgaat, diep in het hart van de ander. Die vrede draagt altijd een kruis in zich: je moet jezelf wegcijferen voor wat deugd heet en lof verdient!

    Die vrede bestaat ook niet zonder bezieling. Wie liefdevol wil handelen, moet strijd leveren, tegen anderen, EN tegen de eigen zelfzucht. Liefde is niet zeemzoet, maar eerlijk en oprecht, gedreven door de Geest. Zelfvergeten liefde roept weerstand op, in jezelf en bij anderen. Je moet kiezen voor wat schoon en edel is. En dingen achterlaten, die je graag zou hebben.

    Een levend geloof moet tegenstand oproepen. Wie middelmatig leeft, zo half en half, zal geen last krijgen. Maar de Heer vraagt meer. Johannes schreef het al (Apokalyps 3,15-16): ‘U bent niet koud of warm. Was u maar koud of warm! Maar nu u lauw bent, spuw ik u uit.’ Vurigheid en enthousiasme brengen tegenstand mee. Zelfs in de kleine kring van familie en vrienden.

    Jezus wil geen verdeeldheid zaaien in gezinnen en families. Maar Zijn taal is krachtig: lauwheid en gebrek aan bezieling zijn erger dan onenigheid. Wie het evangelie beleeft, zal altijd tegenstand krijgen. Maar de Heer is meer gediend met een consequente liefde, ook al brengt die pijn mee, dan met een goedkope eensgezindheid die alleen maar schijnvrede is.

    Om die oprechte, eerlijke vrede met elkaar en in ons hart, mogen wij de Heer vandaag bidden.

    (vrij naar een preek van Pater Frans s.j., Oudenaarde)

     

    Hij had het over vuur

    als Hij zijn Kerk bedoelde.

    Een vuur waaromheen

    verkleumde mensen

    kunnen samenkomen

    om zich te warmen,

    om elkaars gezicht te zien,

    om niet alleen te zijn

    in de nacht.

     

    Hij had het over vuur.

    Hij heeft gewild

    dat het zou branden,

    fel en vurig,

    speels en onvoorspelbaar:

    telkens nieuwe gensters in de nacht.

     

    Hij had het over vuur

    dat moet blijven branden,

    gevoed moet worden

    door alles wat mensen

    nieuw ontdekken door hun vragen,

    dat moet aangewakkerd worden

    door het waaien van de Geest,

    onzichtbaar in de nacht.

     

    Hij heeft zijn Kerk

    als een vuur ontstoken.

     

    Misschien hebben wij,

    de eeuwen door,

    teveel aan brandbeveiliging gedaan.

                                     

    Manu Verhulst



















    17-08-2013 om 10:10 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    15-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ONZE-LIEVE-VROUW VAN LA SALETTE

     

    DE VERSCHIJNING VAN ONZE-LIEVE-VROUW VAN LA SALETTE

    Het was zaterdag 19 september 1846 rond 3 uur in de namiddag; de hemel was wolkeloos, er was geen mist... Op dat ogenblik vond op de berg van La Salette, 1800 m hoog, een wonderteken plaats in het bijzijn van twee herdertjes: een ‘mooie Dame’ verscheen plotseling aan Maximin Giraud en Mélanie Calvat. De twee kinderen, van wie de een net elf geworden was en de ander bijna vijftien was, waren geboren in Corps en hadden als gemeenschappelijke kenmerken hun afkomst, hun armoede, hun onwetendheid, hun onschuld en zelfs hun beroep. Toch kenden zij elkaar nauwelijks.

    Die negentiende bevonden zij zich op dezelfde plaats, met hun kudden. Rond halfdrie klommen ze naar het plateau boven het ravijn. Daar zagen ze hun koeien vredig liggen, waarna ze gerustgesteld weer naar beneden liepen. Plotseling stootte Mélanie een luide kreet uit, bij het zien van een stralende lichtbol waarvan de schittering de hele vallei vulde. Maximin kwam naar haar toe gelopen …

    Op dat moment opende de mysterieuze lichtbol zich en een ‘mooie Dame’ werd zichtbaar. Haar houding vertolkte ontroostbaar verdriet, het hoofd in de handen en de ellebogen op de knieën... Even later stond zij recht, deed enkele stappen in de richting van de herdertjes en zei hen : ‘Kom dichterbij, kinderen, wees niet bang. Ik ben hier om jullie groot nieuws te vertellen.’ 

    Daarop daalden de twee kinderen verder af en gingen dichter bij de Verschijning, die zij langdurig bekeken. In hoofdzaak was haar kledij de kledij van de arme vrouwen van de streek. Maar op haar hoofd had zij een diadeem van stralen en een kroon van rozen. Een witte hoofddoek, afgezoomd met een band van rozen, lag over haar schouders. Op haar borst een kruisbeeld, met een trektang en een hamer. Tenslotte droeg ze een voorschoot en schoenen met gespen en roosjes er op. Ze weende en haar gelaat was getekend door diepe droefheid.

    Toen begon de ‘mooie Dame’ te spreken, eerst in het Frans en daarna in het dialect van de streek. ‘Als mijn volk zich niet wil onderwerpen, ben ik gedwongen om de arm van mijn Zoon neer te laten komen. Hij is zo zwaar en drukt zo naar beneden dat ik hem niet meer kan tegenhouden. Al zo lang lijd ik voor jullie ! Als ik wil dat mijn Zoon jullie niet in de steek laat, ben ik verplicht om onophoudelijk voor jullie tot Hem te bidden. En niemand geeft zich daar rekenschap van! Jullie mogen zoveel bidden en werken als je wil, nooit zullen jullie de moeite die ik voor jullie gedaan heb kunnen herstellen!’

    Ik heb jullie zes dagen gegeven om te werken, de zevende heb Ik voor mezelf voorbehouden en die wil men mij niet toestaan. Dat is het wat de arm van mijn Zoon zo zwaar maakt! De bestuurders van karren kunnen niet vloeken zonder de naam van mijn Zoon daarbij te noemen! Dat zijn de twee zaken die de arm van mijn Zoon zo zwaar maken.’

    Als de oogst mislukt, dan is dat jullie schuld. Ik heb het jullie vorig jaar doen zien met de aardappelen, maar jullie hebben er geen aandacht aan geschonken. Integendeel, als jullie bedorven aardappelen vinden dan vloeken jullie en noemen daarbij de naam van mijn Zoon. De aardappelen zullen verder rotten en met Kerstmis zullen er geen meer zijn.’

    Op dat ogenblik keek Mélanie naar Maximin als om hem te vragen wat de woorden van de ‘mooie Dame’ betekenden. Toen zei de H. Maagd tot hen : ‘Ah ! Jullie begrijpen geen Frans, kinderen: ik zal het anders zeggen.’ Daarop hernam ze, in het dialect van Corps, haar laatste woorden : ‘Als de oogst mislukt...’, en het vervolg. Dan ging ze verder in de volkstaal : ‘Als jullie graan hebben, moeten jullie het niet zaaien. Alles wat jullie zaaien zal door de dieren opgegeten worden, en wat toch opschiet, zal tot stof uiteenvallen wanneer het gedorst wordt. Er zal een grote hongersnood komen. En tevoren zullen de kinderen onder de zeven jaar de stuipen krijgen en sterven in de armen van de volwassenen. De anderen zullen boete doen door de hongersnood. De noten zullen slecht worden en de druiven rotten.’

    Na deze dreigende woorden ging de ‘mooie dame’ nog even verder: ‘Als ze zich bekeren, zullen de stenen en de rotsen veranderen in stapels graan en zullen de aardappelen zichzelf planten.’

    Bidden jullie goed, kinderen?’, vroeg de Dame hen voorts. De herdertjes antwoordden : ‘Niet zoveel, Mevrouw.’ – ‘Ach, kinderen, jullie moeten ’s avonds en ’s morgens bidden. Als jullie niet beter kunnen, zeg dan minstens een Onzevader en een Weesgegroet. En als jullie de tijd hebben, moeten jullie er meer opzeggen.’

    Er gaan slechts enkele oudere vrouwen naar de mis ; de anderen werken heel de zomer lang ook op zondag, en als zij in de winter niet weten wat doen, gaan ze enkel naar de mis om met de godsdienst te spotten. En in de Vasten lopen ze naar de slager als honden!

    De ‘mooie Dame’ besloot haar toespraak in het Frans: ‘Wel, kinderen, jullie moeten mijn woorden doorgeven aan heel mijn volk.’ Daarop liet ze de herderskinderen achter, stak de bergrivier de Sézia over en zei een tweede keer, zonder zich om te draaien : ‘Dus, kinderen, jullie moeten mijn woorden doorgeven aan heel mijn volk.’

    Tenslotte begaf ze zich naar het plateau, van waarop ze opsteeg boven de aarde om vervolgens terug te keren naar de serene hoogten van het uitspansel en het Paradijs... En plots begon het water van de ‘ kleine fontein ’ opnieuw te stromen!

    Aan het eind van de namiddag, toen de zon begon onder te gaan, haastten Maximin en Mélanie zich met hun kudden terug naar het gehucht Les Ablandins, waar ze hun meesters alles vertelden wat ze op de berg gezien en gehoord hadden. En het verhaal dat de herdertjes op de dag zelf van 19 september 1846 gedaan hebben, zijn ze sindsdien onveranderlijk blijven herhalen, zowel tegenover een ontelbare menigte bedevaarders als tegenover de burgerlijke en religieuze gezagsdragers.

    (vrij naar E.H. Giray, missionaris van La Salette)















    15-08-2013 om 11:57 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    12-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NOG SINT-JAN-IN-EREMO

     

    DE STATIES OF KAPELLEKES

     

    VAN DE OMMEGANG ROND DE KERK

     

    TER ERE VAN SINT-JAN DE DOPER















    12-08-2013 om 18:17 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    In Eremo aan de waterkant

     

    Jij staat verscholen in het lover,

    Johannes duikt zich in het riet,

    jij kleine kerkje, zomercover,

    een fijn boeket, ‘k vergeet u niet.

     

    Arduinen platen in je muren,

    grafzerken uit een verre tijd,

    stutten beschermend rijke heren,

    rond Johannes, Jan de eremijt.

     

    Hun namen, nauwelijks nog te lezen,

    uw interieur van vol barok,

    de soberheid van witte stilte,

    wat siert het meest mijn polderdorp?

     

    Zijn het uw rijke korenvelden?

    Is het een zilver watervlak?

    Zijn het uw taaie, noeste werkers?

    Is het hun trotse hoevedak?

     

    Vaak denk ik aan de vele mensen

    ter beevaart gaande naar Sint-Jan,

    te voet, per fiets, soms nog ter koetse,

    en ‘k ruik de lekkere kersen dan.

     

    ‘k Voel me vertrouwvol rond uw schrijn

    zo verder schuivend, sta na statie,

    want tegen ziekte en elke pijn,

    sta jij daar schutse, bied je gratie. 

     

    Sint-Jan de Doper, groot patroon

    in een weids, vlak polderland,

    met riethabijt, elk jaar getekend,

    in Eremo, aan de waterkant.

     

    Sint-Jan, 15/05/1982



















    12-08-2013 om 17:59 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    10-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 11 AUGUSTUS

     

    19de ZONDAG C – 11 AUGUSTUS 2013

    DE WAARHEID VAN WAT WE NIET ZIEN

     

    De waarheid van wat we niet zien …’, het zinnetje klinkt wat vreemd wellicht, maar het komt letterlijk uit de eerste lezing vandaag, een stukje uit de brief aan de Joodse christenen. Voorbeelden uit de Joodse geschiedenis – Abraham, Sarah, Mozes … – tonen hoe mensen in beweging gezet werden door de beloften, die God hun gedaan had.

    God houdt een toekomst voor, verder dan zij kunnen zien en vermoeden, en zij gaan op weg, enkel gedreven door hun geloof in Gods Woord. Zo leren zij ons onvoorwaardelijk te vertrouwen op Gods beloften, als wij onze weg gaan doorheen de dagen van ons leven.

     

    Zusters en broeders,

    HET GELOOF legt de grondslag voor alles waarop we hopen, het overtuigt ons van de waarheid van wat we niet zien. OM HUN GELOOF werden de mensen uit vroeger tijden geprezen.

    DOOR ZIJN GELOOF ging Abraham, toen hij geroepen werd, gehoorzaam op weg naar een plaats die hij in bezit zou krijgen, en hij ging op weg zonder te weten waarheen. DOOR ZIJN GELOOF trok hij naar het land dat hem beloofd was maar hem nog niet toebehoorde. Samen met Isaak en Jakob, woonde hij daar in tenten omdat hij uitzag naar een stad met fundamenten, door God zelf ontworpen en gebouwd.

    DOOR HAAR GELOOF ontving ook Sara, hoewel ze onvruchtbaar en niet meer in de bloei van haar leven was, de kracht om een kind te verwekken, en wel omdat ze vertrouwde op degene die de belofte had gedaan. Zo bracht één man, wiens kracht al gestorven was, zoveel nakomelingen voort als er sterren aan de hemel staan, ontelbaar als zandkorrels op het strand langs de zee.

    Zij allen zijn IN GELOOF gestorven; wat hun beloofd was zagen ze geen werkelijkheid worden, ze hebben slechts een glimp ervan begroet, en ze zeiden van zichzelf dat zij op aarde leefden als vreemdelingen en gasten. Zo lieten ze blijken op doorreis te zijn naar een ander vaderland. En daarmee bedoelden ze niet het land waaruit ze weggetrokken waren. Nee, ze keken reikhalzend uit naar een beter, hemels vaderland. Daarom schaamt God zich er niet voor hun God genoemd te worden en heeft hij voor hen een stad gereedgemaakt.

    DOOR ZIJN GELOOF kon Abraham, toen hij op de proef werd gesteld, Isaak als offer opdragen. Hij die de beloften had ontvangen, was bereid zijn enige zoon te offeren. Terwijl er tegen hem gezegd was: ‘Alleen door Isaak zul je nageslacht krijgen,’ zei hij bij zichzelf dat het voor God mogelijk moest zijn iemand uit de dood op te wekken, en daarom kreeg hij hem ook terug, bij wijze van voorafbeelding.

    (Hebreeën 11,1-2.8-19)

     

     

    GOD GAF ZIJN WOORD EN ZIJ GINGEN OP WEG

     

    Ieder mens is op zoek naar geluk, naar ‘zijn beloofde land’. Abraham ging op weg, zonder te weten waar hij zou uitkomen. Mozes trok met zijn volk door de woestijn, naar dat beloofde land ‘dat overvloeit van melk en honing’.

    De eeuwen door waren er mensen, die GELOOFDEN in een toekomst waar ze alles voor over hadden. Ze ontvingen een belofte van Godswege en lieten alles achter. Ze keerden ook niet terug op hun stappen: hun verlangen naar de toekomst, die God voorhield, was sterker dan het heimwee, naar het land dat ze achterlieten. Ze bleven verder gaan omdat ze GELOOFDEN dat ze dat land, dat God had toegezegd, eens zouden bereiken. Die belofte hield hen gaande. God gaf zijn Woord, en zij gingen op weg.

    Wij zijn voor altijd ‘mensen onderweg’. God blijft nog altijd zijn beloften doen, en de verlangens, die Hij wekt, kunnen ook ons op weg zetten, op de paden van ons leven. Letterlijk spreekt Hij niet meer tot ons, zoals verteld wordt van onze voorvaderen, maar Hij blijft ons aanspreken, door zijn Woord, dat opgetekend werd, en door dagelijkse dingen op onze weg: ‘Hij komt tot ons, gans onverwacht, in duizend, duizend dingen’. Hij blijft spreken. Aan ons om OPMERKZAAM EN GE-HOOR-ZAAM te zijn. Altijd luisterbereid, altijd weer bereid om verder te gaan, verder op weg, op grond van zijn beloften.

    Als het ene doel bereikt is, wenkt een andere belofte. God roept altijd verder en langs heel menselijke gebeurtenissen gaan wij nieuwe einders tegemoet. Zo verloopt ons leven. De ene stap na de andere op een weg waarvan we het einde niet weten. Maar de brief aan de Joodse christenen geeft ons einddoel wel een naam:

     

    ‘ZE KEKEN REIKHALZEND UIT

    NAAR EEN BETER, HEMELS VADERLAND’

     

    Een hemels vaderland, dat hier zijn aanloop kent maar slechts voltooid zal worden bij God, in zijn thuishaven. Het is een honger, die nooit gestild wordt, een verlangen, dat nooit tot rust komt, maar ons altijd voortdrijft. Levenslang. Daarom moet dat woord van Augustinus altijd in ons achterhoofd blijven klinken: ‘Onrustig blijft ons hart, tot het – uiteindelijk – zijn rust vindt in God’.

    vrij naar ‘Levensecht’, nr. 19, p. 254

     

     Er is iets in de dingen dat ontroert:

    het is de schoonheid niet der bloemen,

    noch het glanzen van een blad,

    noch ’t roepen van de roerdomp in de nacht.

    Het is daarin, maar ook daarachter

    en daarboven en daaronder,

    dieper in de grond, die warm en geurig is

    als versgebakken brood.

     

    Het zijn de sappen die onzichtbaar blijven,

    diep in de wortels en het hart

    waarin het leven roert.

    Het zijn de klanken en geluiden

    die een kind kan horen

    als het zijn oor te luisteren legt

    dicht aan de grond.

    Het is het trillen van de wingerdrank

    wanneer uw hand haar aanraakt,

    en het beven van de kever op het blad,

    dat groeit en zwelt.

    Het is het dons der distelbloemen

    en de pijn der wonden die uw vlees doorsplijt.

    Het zijn de tekenen van Gods aanwezigheid.

     

    (Pieter G. Buckinx)



















    10-08-2013 om 08:55 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    08-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Mevrouwtje Somber

     

    Meneer Luisterman voet zich al een tijdje niet goed, en moet veel tijd doorbrengen in bed. Toch is hij een tevreden man, en probeert andere mensen te helpen wanneer hij kan.

    Op een stormachtige dag, wordt er ruw aan de deur gebeld van meneer Luisterman. Hij opent de deur, en ziet een klein mensje staan. ‘Kom binnen, het is veel te slecht weer buiten. Wie ben je?’

    ‘Ik ben mevrouw Somber.’

    Mevrouw Somber barst in tranen uit en meneer Luisterman, een geduldig man, laat zijn onbekende bezoeker rustig uithuilen.

    Na een poosje is mevrouw Somber wat rustiger geworden. ‘Wel beste mevrouw, wil je erover vertellen wat je zo verdrietig maakt? Waarom zoveel tranen?’

    ‘Overal waar ik kom, breng ik verdriet. Ik zeg blijkbaar steeds de verkeerde dingen tegen de mensen. Ik zie ook alles wat er fout loopt, en dat zeg ik dan ook tegen de mensen. De mensen zien me liever niet. Ik voel me alleen en verlaten.’

    ‘Ja, dat is niet zo leuk voor jou. Weet je, ik voel me de laatste tijd ook niet zo goed, laten we gewoon wat bij elkaar blijven nu, dan kunnen we nog wat praten.’  

    Meneer Luisterman wou mevrouw Somber een beetje tijd geven om na te denken. Zo zitten ze dan een hele tijd bij elkaar zonder dat er iets gezegd wordt.

    ‘Zeg meneer Luisterman, waar denk jij nu eigenlijk aan?’

    ‘Ik denk gewoon aan jou.’

    ‘Aan mij denken, dat kan niet, niemand denkt aan mij.’

    ‘En toch denk ik aan jou.’

    Op dat moment beginnen de anders zo triestige ogen van mevrouw Somber te stralen, er komen sterretjes van blijheid. Haar hart begint sneller te kloppen, er komt vreugde in haar hart, want er is iemand die aan haar denkt.

    ‘Dat heb ik nu nog noot meegemaakt. Ik denk dat ik me gelukkig voel nu. Het leven is toch zo somber niet als ik dacht. Dank je wel lieve man, dank je wel om jouw mooie geschenk.’

    ‘Ach, ik heb niets gedaan, ik heb alleen een beetje naar je geluisterd, een beetje tijd voor je gemaakt.’

    ‘Toch heb je heel veel gedaan voor me, nu weet ik hoe ik naar de mensen moet gaan, ik ga naar ze luisteren, ik ga tijd voor ze maken, en ik ga niet meer zagen over alles wat er fout loopt.’

    Op dat moment wordt er weer aangebeld. Het is een jongen uit de buurt. Een lieve jongen, die weet dat meneer Luisterman veel moet rusten. Toch komt de jongen veel op bezoek. Wat er zo mooi is, hij doet heel gewoon, hij maakt een tekening, gaat gewoon op meneer Luisterman zijn bed zitten, en als hij zich begint te vervelen, gaat hij gewoon spelen. Hij voelt zich thuis, en meneer Luisterman is blij dat de jongen zo gewoon bij hem komt.

    'Hey, leuk dat je er weer bent, er is nog iemand op bezoek, kom maar mee.

    'Dag jongen.’

    'Dag meneer.’

    'Hier, ik heb nog een tekening bij me voor boven je bed. Ik heb ook wat kastanjes geraapt, misschien vind je dat wel lekker.’

    Mevrouw Somber zit het hele tafereeltje te bekijken. Wat is dit nieuw voor haar. Vroeger zou zij dat jongetje maar een vervelende kwast gevonden hebben. Een tekening, wat moet je daar nou mee, en kastanjes uit de tuin, misschien zitten er wel wormen in.

    Vandaag echter voelt zij voor de tweede keer diepe vreugde in haar hart. Meneer Luisterman heeft tijd gemaakt voor haar, en heeft haar ogen geopend. Het jongetje leert haar dat het zo goed doet dat mensen er gewoon zijn voor elkaar.

    Dat is graag zien, dat doet deugd, dat maakt gelukkig.

    Wat een mooie dag.

     

    (Bron mij onbekend)

    08-08-2013 om 10:29 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    05-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    De doden in het stroomgebied

     

    Buitendijks het verdronken land

    van Saeftinghe en St. Laurens

    doorsneden en verwilderd.

    Familiegrond die ons niet meer kent

    begroeid door wat uit zichzelf komt:

    zeeaster, lamsoor, zwenkgras

     

    Daar in het stroomgebied

    van hun droom moeten ze liggen.

    Dorpelingen op bedden van stro.

    Alle schedels geschuurd

    de voeten wijzend naar het oosten

    waar de jongste dag begint.

     

    Stromend water als enig eerbetoon.

    Hun beenderen niet genummerd

    en gerangschikt in een lade

    of vitrine maar weggedoken

    in rauwe zoute grond.

    Engelen tot op het bot gezuiverd

     

    André van der Veeke



















    05-08-2013 om 17:41 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    03-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 4 AUGUSTUS

     

    18de ZONDAG C C – 4 AUGUSTUS 2013

    ‘NIET VOOR SCHUREN, DIE NIET DUREN’

     

    Een erfeniskwestie wordt vandaag aangebracht: een gulzigaard wil Jezus voor zijn kar spannen, zijn hebzucht heeft nooit genoeg. Er is bij die man niet het minste geloof: hij wil Jezus alleen maar gebruiken voor zijn eigen platte nut.

    ‘Een mens gebruiken …’: de eeuwen door hebben goede, hoogstaande mensen dit bestempeld als het grootste kwaad en onrecht dat je iemand kan aandoen: een mens gebruik je niet. Punt! Gedaan!

    Wie dat toch doet, toont alleen zijn eigen lompe grofheid, die elke zin voor fijnheid en zielengrootheid mist.

     

    Iemand uit de menigte zei eens tegen Jezus: `Meester, zeg tegen mijn broer dat hij de erfenis met mij moet delen.' Jezus antwoordde hem: `Wie heeft mij als scheidsrechter tussen u beiden aangesteld?' En Hij zei voorts tot alle omstanders: `Pas op voor iedere vorm van hebzucht! Ook al heeft een mens nog zo veel, zijn leven bezit hij niet.'  En daarom vertelde Hij deze gelijkenis: `Er was eens een rijke, wiens land veel had opgebracht. Hij dacht bij zichzelf: `Wat moet ik doen? Ik heb geen ruimte om mijn oogst op te slaan.''

    `Dit ga ik doen,' dacht hij, `ik breek mijn schuren af en ga grotere bouwen; dan kan ik daar al het graan en mijn andere goederen in opslaan, en tegen mezelf zeggen: Je hebt daar nu heel wat liggen, jongen, je kunt jaren vooruit. Rust nu maar eens uit, eet, drink en neem het ervan.'' Maar God zei tegen hem: `Jij dwaas, nog deze nacht wordt je leven opgeëist, en voor wie zijn dan al die voorraden die je hebt aangelegd?''

    Zo vergaat het iemand die rijke schatten verzamelt voor zichzelf en niet voor God.'

    (Lucas 12,13-21)

     

    OVER GRENZEN EN MUREN HEEN

     

    Wij zijn kleine mensen, die groot kunnen gaan op hun eigendom, die op kleine stukjes grond, terreinen afbakenen, met omheiningen en muren allerhande, met akten en titels.

     

    Wij zijn kleine mensen, die overal grenzen trekken en zones bepalen, die altijd willen uitmaken: ‘dit is van mij en zover reikt mijn macht’.

     

    Wij zijn kleine mensen, die reeds door hun kleding willen duidelijk maken tot welke groep zij behoren, die door hun blik of door hun zwijgen of door hun houding andere mensen afstoten en zich slechts ontplooien in de kleine kring van gelijkgezinden.

     

    Wij zijn kleine mensen, die groot hebben gezien en vreemde continenten hebben ingepalmd en verdeeld, die grenzen hebben getrokken dwars door stammen en culturen, als was het een taart die werd aangesneden.

     

    Wij zijn kleine mensen, die groot gaan op hun geschiedenis van oorlogen en verdragen, op grenzen die werden getrokken en overschreden, bevochten en verlegd.

     

    Wij zijn kleine mensen, die muren hebben gebouwd van haat, die versperringen hebben aangelegd van prikkeldraad, en wachttorens tussen ras en soort en godsdienst.

     

    Geest van God, Gij zijt de vogel, aan geen grenzen gebonden.

    Gij zijt de wind, die waait waar Hij wil,

    Gij zijt de storm, die muren aftakelt en barricades kan slopen.

    Gij zijt de stille kracht, die mensen weer naar mekaar laat glimlachen

    en begrip doet opbrengen voor elkaars noden.

     

    Geest van God, waai over deze oude wereld,

    waai over onze oude gezindheid,

    zodat wij de weidsheid opsnuiven van uw ruimte.

    Beuk op onze bekrompen geest

    zodat wij de horizon zien van uw land zonder grenzen of haat.

     

    Bron: Manu Verhulst

     

     

    Op school stonden ze op het bord geschreven,

    het werkwoord hebben en het werkwoord zijn;

    hiermee was tijd, was eeuwigheid gegeven,

    de ene werkelijkheid, de and’re schijn.

     

    Hebben is niets. Is oorlog. Is niet leven.

    Is van de wereld en haar goden zijn.

    Zijn is, boven die dingen uitgeheven,

    vervuld worden van goddelijke pijn.

     

    Hebben is hard. Is lichaam. Is twee borsten.

    Is naar de aarde hongeren en dorsten.

    Is enkel zinnen, enkel botte plicht.

     

    Zijn is de ziel, is luisteren, is wijken,

    is kind worden en naar de sterren kijken,

    en daarheen langzaam worden opgelicht.

     

    Ed Hoornik



















    03-08-2013 om 08:26 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    01-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    God, geef mij een hart

    dat vakantie kan nemen,

    zich even kan losmaken

    uit het gareel

    van de zorg en verantwoordelijkheid,

    dat, los en vrij,

    de aarde kan proeven en ruiken,

    en de lucht en het water

    en de mensen er bij.

     

    Geef mij een hart, God,

    dat, klein als een kind,

    de verrassing beleeft

    van elke nieuwe morgen

    en elke nieuwe horizon,

    dat zich laat drijven op de wolken

    en gaat rusten in een ondergaande zon.

     

    Geef mij een hart,

    dat nog op uitkijk staat

    naar vreemde mensen

    en andere dingen

    en gelukkig is, om hun anders-zijn.

     

    Geef mij een hart

    dat nog kan spelen,

    en alles kan vergeten

    bij een bal in het water

    of een kind in het zand.

     

    Geef mij een hart, God,

    een open hart en open handen

    om naar de mensen toe te gaan,

    te luisteren naar hun verhalen

    en te snoepen van hun vriendschap,

    als de avond valt.

     

    Geef mij een hart dat vakantie kan nemen,

    God, en dan is het feest al begonnen.

     

    naar Manu Verhulst















    01-08-2013 om 09:27 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    30-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    Het Ezeltje

     

    In de korte, blauwe schemering

    deed ik een kleine wandeling.

    De grond was rood, gebarsten-droog.

    De lucht was dun en vreeslijk hoog,

    en blauwe distels stijf en grillig

    ritselden driftig en onwillig.

     

    Stil grazend naast een grijze rots

    zag ik opeens op hoge benen

    een jonge ezel; zijn oren schenen

    doorzichtig, zijn gelaat was trots.

    Zijn lange, ambren ogen blonken

    als water, ernstig en bezonken

    en onpartijdig was zijn blik.

     

    En na een korte, felle schrik

    verstarde ik in verwondering.

    Of kan het eerbied zijn geweest

    voor dit schoon, ongeschonden beest,

    waarmee ik langzaam verder ging?

     

    Een pijnlijke herinnering:

    zo ben ik vroeger ook geweest.

    Die gaafheid en zachtzinnigheid,

    onzware ernst en droomrigheid,

    oh kon ik dat nog ééns herwinnen,

    kon ik nog ééns opnieuw beginnen.

     

    M. Vasalis





    30-07-2013 om 08:24 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    27-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 28 JULI

     

    17de ZONDAG C – 28 JULI 2013

    ‘HEER, LEER ONS BIDDEN’

     

    ‘Heer, leer ons bidden …’ vragen de leerlingen aan Jezus.

    Bidden is niet: onze wil aan God opdringen, maar Hem vragen, dat Hij ons beschikbaar maakt voor zijn hoop en verwachtingen over de wereld.

    Bidden is niet: God willen veranderen, maar Hem vragen dat Hij ons verandert, dat Hij ons omvormt tot waarachtige kinderen van Hem. Zo staat  het in een gebed van de eerste christenen: ‘Uw Geest kome over ons en zuivere ons.’

     

    Op een keer was Jezus ergens aan het bidden. Toen Hij ophield zei een van zijn leerlingen tot Hem: ‘Heer, leer ons bidden, zoals Johannes het ook aan zijn leerlingen geleerd heeft.’ 

    Hij sprak tot hen: ‘Wanneer ge bidt, zegt dan: 

    Vader, uw Naam worde geheiligd, 

    uw Rijk kome. 

    Geef ons iedere dag ons dagelijks brood, 

    en vergeef ons onze zonden, 

    want ook wijzelf vergeven aan ieder

    die ons iets schuldig is. 

    En leid ons niet in bekoring.’ 

    Hij vervolgde: ‘Stel, iemand van u heeft een vriend. Midden in de nacht gaat hij naar hem toe en zegt: Vriend, leen mij drie broden, want een vriend van mij is van een reis bij mij aangekomen en ik heb niets om hem voor te zetten. Zou die ander van binnen uit dan antwoorden: Val me niet lastig; de deur is al op slot en mijn kinderen en ik liggen in bed; ik kan niet opstaan om het u te geven? Ik zeg u, als hij al niet opstaat en het hem geeft omdat hij zijn vriend is, zal hij toch opstaan en hem geven al wat hij nodig heeft, om zijn onbescheiden aandringen. 

    Tot u zeg Ik hetzelfde: Vraag en u zal gegeven worden; zoek en gij zult vinden; klop en er zal worden opengedaan. Want al wie vraagt verkrijgt; wie zoekt vindt; en voor wie klopt doet men open. Is er soms onder u een vader die aan zijn zoon een steen zal geven als deze hem om brood vraagt? Of als hij om vis vraagt zal hij hem toch in plaats van vis geen slang geven? Of als hij een ei vraagt zal hij hem toch geen schorpioen geven? 

    Als gij dus - ofschoon ge slecht zijt - goede gaven aan uw kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan uw Vader in de hemel de heilige Geest geven aan wie Hem erom vragen.’

    (Lucas 11,1-13)

     

    HEER, LEER ONS LEVEN IN UW GEEST

    Het gebed van Jezus wekt bij de leerlingen het verlangen om te leren bidden. Zo is het altijd: we nodigen meer uit door zelf te bidden dan door erover te praten. Als wij zelf vrede vinden in het gebed, zal dit anderen aanspreken, en zal datzelfde verlangen groeien: 'Leer ons bidden!'

    Een drukke dag begint voor Jezus diep in de nacht op een eenzame plaats in de stilte luisterend naar de VADER. ‘ONZE Vader!', het eerste woord van elk gebed. Ons diepste ‘ik’ komt open voor God die ons persoonlijk liefheeft en we komen thuis bij Hem.

    We vragen dat ZIJN Naam geloofd wordt en niet ons eigen kleine naampje. Dat ZIJN Rijk van liefde in ons en in de wereld mag groeien.

    Zo krijgen wij de juiste KIJK en mogen wij vragen wat ons ter harte gaat: brood voor de dagen die komen, en rechtvaardig verdeeld in deze wereld.

    Wij vragen om Gods barmhartigheid met de belofte om zelf barmhartig te zijn. En dat Hij ons door de bekoringen zou leiden zonder te veel kleerscheuren.

    DAT is ons leven in Gods ogen: SAMEN het brood breken en het leven delen, SAMEN elkaar dragen dag aan dag, SAMEN overeind blijven.

    Ons gebed is geen handeltje! Maar we mogen onze Vader zeggen wat ons op het hart ligt. In het vertrouwen dat Hij alles ten goede keert voor wie Hem oprecht liefhebben.

    Als hoogste gave krijgen wij Gods eigen Geest. Wij mogen gunsten vragen, maar hoe wij verhoord zullen worden is niet altijd duidelijk. Wel groeit op die manier in ons Gods Heilige Geest. Wij vragen Gods aandacht maar krijgen zelf meer aandacht voor God. En ons hart bloeit open in liefde en in vreugde.

    Ooit vroeg men God de vijand te verpletteren. Sindsdien is ons inzicht gegroeid: we vragen en krijgen DE VELE VRUCHTEN VAN GODS GOEDE HEILIGE GEEST!  

     

     

    DE TROUWE BEZOEKER

    Parijs. Elke dag op de middag komt een oude zwerver de kerk binnen en stapt een minuut later weer buiten. De koster vindt dit maar vreemd en vraagt de man wat hij komt doen.

    - Ik kom goedendag zeggen tegen Jezus.

    - Welk gebed bid je dan?

    - Bidden kan ik niet. Ik zeg alleen: Jezus, hier is Jim.

     

    Enkele jaren later wordt de zwerver ziek en hij wordt opgenomen in een tehuis voor daklozen. Hij weet de sfeer erin te houden en glimlacht altijd.

    Een verpleegster vraagt hem op een keer:

    - Hoe komt het dat je altijd zo glimlacht?

    - Dat komt door het bezoek dat ik elke dag krijg.

    - Bezoek? Maar om hoe laat dan?

    - Elke dag op de middag.

    - En wie bezoekt je dan? Je hebt me verteld dat je geen familie meer hebt.

    - Dat is waar. Ik krijg bezoek van Jezus.

    - En wat zegt Jezus dan tegen jou?

    - Niet veel. Alleen maar: Jim, hier is Jezus.

    Auteur onbekend



















    27-07-2013 om 11:52 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    25-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    VERLANGEN NAAR GEZAG, NIET NAAR MACHT

    Bevrijding zonder houvast geeft leegte. Dat zei sociologe Christien Brinkgreve (Universiteit van Utrecht) in een interview voor ‘De Telegraaf’ (30 december 2012). Dat is de situatie waarin onze samenleving verkeert. We zijn bevrijd van bevoogding, maar kennen geen boodschap meer om op te leunen. Kortom, we weten waarvan we vrij zijn maar niet waarvoor. Daarom zijn zo veel mensen grof. Ze schelden elke mens met een mening de huid vol. Want wie zelf geen boodschap te verbreiden hebben, houden nog slechts kritiek als waarheid over. En dus zijn veel mensen fel kritisch. Kritisch voor iedereen en alles, behalve voor zichzelf en hun eigen gelijk. Wat dat gelijk dan wel mag zijn, weten ze niet eens. Want ze staan nergens voor. Dat gebrek aan houvast om rechtop te blijven en aan richting om zich op weg te begeven, maakt mensen woest. Woest uit angst. Het is buiten koud, als alles vijandig is. Het is ook binnen koud, als er geen vuur meer brandt. Er zit een smeekbede verborgen achter de actuele hufterigheid: wie heeft een boodschap voor mij waarvoor ik weer eens warm kan lopen? Christien Brinkgreve schreef over de leegte annex honger een boek, ‘Het Verlangen naar Gezag’. Mijn vraag: als er nood is aan gezag, waarom horen de Kerken, die teruggaan op Iemand die sprak met gezag, die smeekbede niet? Uit bescheidenheid? Toch niet omdat ze macht over een kleine rest verkiezen boven gezag voor de brede massa? Ook bescheidenheid kan aangeklede arrogantie zijn.

    Mensen verlangen naar gezag, naar figuren of instanties die hen niet bevoogden maar die hen in vrijheid de weg tonen en die hun de waarden aanreiken om op het pad te blijven dat leidt naar geluk, vrede en vertrouwen. Het goede leven is niet een leven van losbandigheid maar van verantwoordelijkheid, weten we inmiddels.

    De dominee en de pastoor spelen die rol niet meer, zei Christien Brinkgreve in het eindejaarsinterview van ‘De Telegraaf’. Precies. Maar alle anderen die meenden in de plaats te kunnen komen, hebben ook al afgedaan.

    Ofwel waren ze leugenachtig. Marx was ‘a god that failed’, schreef onlangs iemand. Het vooruitgangsgeloof vulde de leegte van het geloofsverlies niet. De bankier die de toekomst op de beurs zette, bleek vooral zijn eigen zakken gevuld te hebben.

    Ofwel waren ze drammerig. De dominee bleek achteraf gezien veel minder moraliserend te zijn geweest dan de domineeszoon. Het scheldend gepreek van deze laatste werkte te langen leste op de zenuwen. Freek de Jonge trekt inderdaad niet meer de volle zalen van weleer.

    Wie blijft nog over? De staat? Zij zou met wetten ons gedrag bepalen. Maar als de seculiere staat optreedt als gewetenspolitie, wordt ze politiestaat. Kon je nog weigeren om in het biechthokje te stappen, dan kun je niet weigeren om te verschijnen voor de rechtbank.

    De wil van de staat is te veel macht, te weinig gezag. Mensen houden sowieso al niet van de staat, nog minder als zij zich bezondigt aan regelgeverij. Die regels variëren bovendien naar gelang de partijen aan de macht. Het geweten werd een speelbal van de wet.

    Er is nood aan gezag zonder macht. Misschien toch iets voor een machteloze Kerk? Maar ze trekt zich bescheiden terug onder haar eigen gewelven. Beschaamd over de eigen macht die ze vroeger wel eens misbruikte. Priesters en dominees waren te zeer de schriftgeleerden met macht uit het evangelie geweest die stonden tegenover Jezus die sprak met gezag.

    Het verlangen van de samenleving naar gezag is groot. De bescheidenheid van de Kerk is misplaatst, ze mag en moet haar verleden verleden laten zijn. Ze kan weer gezag verwerven, als ze woorden van vertrouwen spreekt, waarden van menselijkheid aanreikt en zelf niets dan naastenliefde is (‘Zie hoe ze elkaar liefhebben’). Maar dan moet ze ook intellectueel ernstig zijn en van de symbolische verhalen uit het evangelie geen historische feiten willen maken. ‘Ook de rede kan je tot God brengen’, zegt de rabbijn in de roman ‘Dit Zijn de Namen’ van Tom Wieringa. Er kan geen sterk geloof zijn, als het denken zwak is.

    Laten we hopen dat de Kerk niet in de klerikale verleiding vervalt om de macht over de versmalde rest belangrijker te vinden dan het gezag voor de brede massa. Want de verkerkelijking van het geloof leidt tot een massieve verenging van de verstaanshorizont van het christendom. Slachtoffers daarvan zijn de mensen zonder houvast.

    Mark Van de Voorde, in: RKK Rorate, Nieuwsbrief, 5 januari 2013

    25-07-2013 om 17:13 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    23-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    Onder de appelboom

     

    ik kwam thuis,

    het was een uur of acht

    en zeldzaam zacht

    voor de tijd van het jaar.

    De tuinbank stond klaar

    onder de appelboom

     

    ik ging zitten

    en ik zat te kijken

    hoe de buurman in zijn tuin

    nog aan het spitten was,

    de nacht kwam uit de aarde

    een blauwer wordend licht

    hing in de appelboom

     

    toen werd het langzaam

    weer te mooi om waar te zijn,

    de dingen van de dag verdwenen

    voor de geur van hooi,

    er lag weer speelgoed in het gras

    en ver weg in het huis

    lachten de kinderen in het bad

    tot waar ik zat

    onder de appelboom

     

    en later hoorde ik de vleugels

    van ganzen in de hemel

    hoorde ik hoe stil en leeg

    het aan het worden was

     

    gelukkig kwam er iemand naast mij zitten,

    om precies te zijn

    jij was het die naast mij kwam

    onder de appelboom,

    zeldzaam zacht en dichtbij

    voor onze leeftijd.

     

    Rutger  Kopland

    23-07-2013 om 06:38 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    20-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 21 JULI

     

    16de ZONDAG C –  21 JULI 2013

    ‘GASTVRIJ’

     

    Kleine dingen tonen al of je ergens welkom bent of niet: een deur, die wijd open staat of juist niet, iemand, die toesnelt of lang laat wachten, een brede glimlach of een verplicht knikje. Gastvrij ontvangen worden doet deugd: vroeger, omdat reizen toen zo gevaarlijk was, vandaag, omdat vele mensen zo berekend zijn.

    De manier waarop je iemand ontvangt toont je ware aard: of je belangeloos en goed bent van binnen, of alleen aan jezelf denkt. Niet je woorden maar je manier van doen, laat zien of je hartelijk bent of alleen met eigen voordeel begaan.

     

    Op hun rondreis ging Jezus eens een dorp in. Een vrouw, Martha genaamd, ontving Hem. Zij had een zuster die Maria heette. Die kwam aan de voeten van de Heer zitten en luisterde naar zijn woorden.

     

    Martha had het heel druk met bedienen. Ze ging naar Jezus toe en vroeg: `Heer, laat het U koud dat mijn zuster mij alleen laat bedienen? Zeg haar dat ze mij komt helpen.'

     

    De Heer gaf haar ten antwoord: `Martha, Martha, je maakt je bezorgd en druk over van alles, maar slechts één ding is nodig. Maria heeft het beste deel gekozen en dat zal haar niet worden ontnomen.'

    (Lucas 10,38-42)

     

    TOEGANKELIJK

    Maria die het beste deel heeft verkozen: het wuift de dienstbaarheid niet weg. De barmhartige Samaritaan toonde ons nog die weg naar eeuwig leven en volkomen vreugde. Bovendien wordt deze dienstbaarheid heel concreet in het gezinsleven, in de keuken. De grote Heilige Theresia zei: wie God niet vindt tussen potten en pannen, zal Hem nergens vinden!

    De inhoud is dus subtieler. Het gaat om een nuance: Martha ontving Jezus in haar huis, Maria liet Hem toe in haar hart. Eigenlijk zegt Jezus tegen Martha: ‘Loop niet verloren in je drukte, je zou het belangrijkste kunnen missen!’

    De goede zorgen, de hartelijke ontvangst worden niet afgekeurd. Maar het vele werken mag geen obsessie worden: er moet tijd en ruimte blijven in ons hart om, altijd opnieuw, de boodschap van Jezus te ontvangen. Maar dit ‘beste deel’ maakt het andere deel niet overbodig.

    We moeten niet kiezen tussen Martha of Maria. Tussen de gastvrijheid in het huis en de openheid van het hart. Tussen bidden of werken. Het is niet of-of maar wèl en-en. Jezus zegt niet dat Martha moet ophouden met bedienen, maar wel dat ze zich te 'druk' maakt. Voor haar is het bezoek belangrijker dan de bezoeker. Gastvrijheid laat de ander toe in je eigen leven. Je stelt beide open voor de ander: je huis en je hart. Je deelt en je luistert. Zo groeit ont-moeting: geen 'moeten' meer maar ongedwongen samen zijn. Hand en hart spreken eenzelfde taal. Geven en ontvangen, beide even belangrijk, het is het wezen van de liefde.

    DIENST-BAAR-HEID en GE-HOOR-ZAAMHEID, staan niet tegenover elkaar, ze vullen elkaar aan. Het zijn twee takken van eenzelfde levensboom, twee stromen uit eenzelfde bron, twee open armen van eenzelfde genegen hart: Gods eigen, goede, heilige Geest, die in ons midden woont en in onszelf. Kom, Heilige Geest, kom. Amen.

     

    Gastvrijheid

     

    Het individualisme viert hoogtij in onze dagen.

    Het ‘ieder voor zich’ is als een virus,

    dat zich in ons leven heeft genesteld.

    We wonen met veel mensen om ons heen,

    in dezelfde straat en buurt.

    En toch is er veel eenzaamheid.

    We voelen ons soms alleen gelaten

    met onze vragen en onze problemen.

    In onze dagen van grote welvaart en techniek

    is er meer dan ooit behoefte aan gastvrijheid.

    Er is behoefte aan mensen,

    die tijd en ruimte weten te scheppen,

    waar anderen gewoon mogen binnenkomen.

    Gastvrij zijn is een plaats scheppen,

    waar anderen vrij kunnen binnen komen.

    Een plaats waar een luisterend oor is

    en de bereidheid om zorgen samen te delen.

    Gastvrij zijn veronderstelt aandacht,

    een hartelijk open staan naar een ander.

    Drukdoenerij en eigenbelang

    verdwijnen naar de achtergrond,

    zodat de gast op de eerste plaats komt.

    De gast mag vrij zijn om helemaal

    aan zichzelf te kunnen toekomen.

    Het is heerlijk om zulke mensen te ontmoeten.

    Ze roepen nieuwe krachten in ons op,

    nieuwe vrede en harmonie.

    We worden er nieuwe mensen van.

    ‘Even tijd hebben’ voor een ander

    is hele kostbare tijd.

    Want daarin komt tot uiting

    dat we delend in het leven willen staan.

    En delend leven is zinvol leven.

     

    Wim Holterman osfs















    20-07-2013 om 09:10 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    16-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    Verzet begint niet met grote woorden

    maar met kleine daden

     

    zoals storm met zacht geritsel in de tuin

    of de kat die de kolder in zijn kop krijgt

     

    zoals brede rivieren

    met een kleine bron

    verscholen in het woud

     

    zoals een vuurzee

    met dezelfde lucifer

    die een sigaret aansteekt

     

    zoals liefde met een blik

    een aanraking iets dat je opvalt in een stem

     

    jezelf een vraag stellen

    daarmee begint verzet

     

    en dan die vraag aan een ander stellen

     

    Remco Campert

    16-07-2013 om 07:02 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    13-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 14 JULI

     

    15de  ZONDAG C –  14 JULI 2013

    HET WOORD VAN GOD IS DICHTBIJ

     

    De barmhartige Samaritaan, Het is één van de mooiste parabels. We kunnen ook een andere naam kiezen, de parabel van de tegenstellingen: de mooipraters, die theorietjes bouwen maar hun handen niet vuil maken  … en de stille werkers, die niet verloren lopen in grote woorden, maar gewoon het goede doen, want ‘het woord van God is dichtbij, het staat gegrift in je hart. Je kan het dus uitvoeren.’

    Zo leert ons de eerste lezing uit het boek Deuteronomium: De geboden die ik u vandaag geef, zijn niet te zwaar voor u en zij liggen niet buiten uw bereik. Ze zijn niet in de hemel en ze zijn niet overzee. Nee, het woord is dicht bij u, in uw mond en in uw hart. U kunt het dus volbrengen.’

     

    In die tijd trad een wetgeleerde naar voren om Jezus op de proef te stellen. Hij zei: ‘Meester, wat moet ik doen om het eeuwig leven te verwerven?’ Jezus sprak tot hem: ‘Wat staat er geschreven in de wet? Wat leest ge daar?’ Hij gaf ten antwoord: ‘Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart en met geheel uw ziel; met al uw krachten en geheel uw verstand; en uw naaste gelijk uzelf.’ Jezus zei: ‘Uw antwoord is juist, doe dat en ge zult leven.’ Maar omdat hij zijn vraag wilde verantwoorden, sprak de wetgeleerde tot Jezus: ‘En wie is dan mijn naaste?’ 

    Nu nam Jezus weer het woord en zei: ‘Eens viel iemand, die op weg was van Jeruzalem naar Jericho, in handen van rovers. Ze plunderden en mishandelden hem en toen ze aftrokken lieten ze hem half dood liggen. 

    Bij toeval kwam er juist een priester langs die weg; hij zag hem wel maar liep in een boog om hem heen. Zo deed ook een leviet: hij kwam daar langs, zag hem, maar liep in een boog om hem heen. 

    Toen kwam een Samaritaan die op reis was bij hem, hij zag hem en kreeg medelijden; hij trad op hem toe, goot olie en wijn op zijn wonden en verbond ze; daarna tilde hij hem op zijn eigen rijdier, bracht hem naar een herberg en zorgde voor hem. De volgende morgen haalde hij twee geldstukken te voorschijn, gaf ze aan de waard en zei: ‘zorg voor hem, en wat ge meer mocht besteden, zal ik u bij mijn terugkomst vergoeden.’ 

    Wie van deze drie lijkt u de naaste te zijn van de man die in handen van de rovers gevallen is?’ Hij antwoordde: ‘Die hem barmhartigheid betoond heeft.’ 

    En Jezus sprak: ‘Ga dan en doe gij evenzo.’

    (Lucas 10, 25-37)

     

    OVER PRATERS EN DOENERS

    Jezus tekent hier twee groepen van mensen: de praters en de doeners. Ze bestaan, die mannen van de mooie woorden, met hun ronkende volzinnen en vrijblijvende theorieën. Almaar discussiëren en niets doen. En ook die anderen bestaan: minder woorden maar de handen uit de mouwen.

    Het verhaal begint met een strikvraag: ‘Meester, wat moet ik doen?’ De man weet zelf het simpele antwoord wel: ‘Bemin God bovenal, en uw naaste gelijk uzelf’. Jezus zegt daarbij alleen maar: ‘DOE dit en ge zult leven’. Meer is er ook niet te zeggen.

    ‘Wie is mijn naaste dan?’, zo probeert de wetgeleerde toch nog zijn gezicht te redden, maar Jezus trapt niet in de valstrik van de holle woorden. Hij geeft geen theorie, wel een concreet verhaal. En daarbij zijn er eerst weer twee praters: de priester en de leviet, die de sukkelaar zien liggen, maar er rond lopen. Alleen de derde man is anders: geen praatjes, maar mee-leven, mee-lijden, mee-dragen. En dat is dan nog wel een Samaritaan, iemand, die door die God-geleerden, die heren van stand, geminacht werd.

    Je naaste kom je vanzelf tegen. ONDERWEG. ‘s Morgens, toen hij vertrok, wist die Samaritaan nog niet wie die dag zijn concrete naaste zou zijn. Plots is er die berooide man, en hij kijkt er niet langs en loopt er ook niet in een boog omheen, zoals die priester en de leviet, die ongetwijfeld mooie woorden hadden. GE-HOOR-ZAAM zijn, daar komt het op aan: ogen en oren goed open houden, want zo komt Gods Woord tot ons: ‘Het woord van God is dichtbij. Je kan het dus volbrengen.’

    Een waarachtig geloof staat met twee voeten in het leven en mondt uit in goedheid die moet worden gedáán. Inderdaad, het woord van God is niet ver over zee, of hoog in de hemel, en niemand moet het daar gaan halen: het is dichtbij.

    We kunnen het dus uitvoeren.

     

    WAT HEB JIJ GEDAAN?

     

    Laat ons eerlijk zijn:

    als de vluchteling,

    de vreemde, de ontheemde

    in een land niet welkom is,

    is het meestal niet

    omdat hij vreemd is.

    Wél omdat hij arm is

    en geen toekomst heeft.

     

    De vreemde die naam heeft en aanzien

    en betalen kan, is overal welkom.

    Die krijgt overal de betere woning,

    de betere status,

    de betere behandeling.

     

    De vreemde die niet kan betalen,

    staat in de rij der rechtelozen,

    hangt af van de goodwill van anderen.

     

    Deze vreemde is een levend appèl

    op het geweten:

     

    ‘Wat heb jij gedaan

    voor de minsten?’

     

    Carlos Desoete









    13-07-2013 om 07:12 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    11-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    PAUS WIL HIËRARCHIE BIJ DE LES

    Paus Franciscus bezorgt katholieke journalisten overwerk. Hij is niet bij te houden. Hij strooit met preken en geïmproviseerde toespraakjes, maar ook verrast hij telkens met ongebruikelijke gebaren. Zoals wanneer hij Alberto, een jongen met het syndroom van Down, op zijn stoel in de pausmobiel zet en hem daarin rond laat draaien.

    De verdenking kan opkomen dat deze paus wel erg druk is met innemende optredens. Maar zijn woorden liegen er intussen niet om. Bij alle nadruk op de zachte aspecten van het christendom als barmhartigheid en naastenliefde, wordt daarin toch ook een disciplinaire lijn zichtbaar. Die zou je kunnen samenvatten als: terug naar de kern. Die boodschap lijkt niet alleen – of zelfs niet op de eerste plaats – aan de 'gewone' gelovigen gericht, maar vooral aan de kerkelijke hiërarchie. Deze paus wil iedereen weer bij de les.

    In de Goede Week waste paus Franciscus de voeten van gevangenen, niet die van mede-geestelijken, en verleende aan de liturgische rite daarmee een actuele betekenis. Vorig weekeinde deed zich een voorval voor dat daaraan herinnert. Net als Benedictus XVI is paus Franciscus een muziekliefhebber. Toch liet hij verstek gaan op een concert in de Paulus VI-zaal. Hij had onverwacht iets belangrijkers te doen, liet men weten. Zo verliep het concert ‘sede vacante’: met een leeg blijvende pauselijke stoel. De glans is er dan wel vanaf. Het is haast onbeleefd tegenover wie het concert mogelijk gemaakt hebben.

    Over de reden is natuurlijk druk gespeculeerd. Gezondheidsproblemen zijn uitgesloten. Wel doen in Rome geruchten de ronde dat de paus achter de schermen stevig aan het doorpakken is met zijn hervormingswerk, met name waar het de curie betreft, waaruit hij een aantal kardinalen zou willen verwijderen. Wat daar van waar is, leest u wel in een volgend Katholiek Nieuwsblad. Het gaat ons nu om de spirituele boodschap die deze paus uitzendt, en vooral waarom die zo overtuigend lijkt over te komen, ook bij niet-katholieken.

    Paus Franciscus mag dan een jezuïet zijn, het heeft er alle schijn van dat zijn bewondering voor de heilige Franciscus zijn optreden minstens zo sterk bepaalt. Als we ons herinneren dat een jezuïet eigenlijk alleen in een noodgeval met een hoge kerkelijke benoeming mag instemmen en dat ook de H. Franciscus in bezit, status en macht de beste valstrikken van de duivel ziet, dan komt de gedachte op dat deze paus in zekere zin van niemand zo bang is als van zichzelf.

    We weten dat hij reeds als kardinaal Bergoglio wars was van ieder eerbetoon. Hij stond erop als prelaat zijn eigen potje te koken en met het openbaar vervoer te reizen, net als iedereen. Dat herinnert aan de H. Franciscus die zich resoluut afdraaide van alles wat hem kon belemmeren direct te antwoorden op de liefde van Jezus Christus. Nu kan een paus zich de radicaliteit van een heilige nog minder veroorloven dan een kardinaal, maar de vrees om de pauselijke belofte te verloochenen servus servorum te zijn, 'dienaar der dienaren', lijkt paus Franciscus te bezielen tot in het diepst van zijn wezen.

    Was het dus ascese van paus Franciscus om te weigeren pontificaal plaats te nemen op de erezetel bij het concert, midden tussen andere kerkelijke en wereldlijke kopstukken? In ieder geval herinnert hij eraan Wie ons aller voorbeeld dient te zijn, welke plaats we in de Kerk ook innemen.

    Henk Rijkers: ‘Katholiek Nieuwsblad’, 29 juni 2013

    (Vrije vertaling bij de laatste foto:

    ‘Laten we niet vergeten dat ware grootheid zich toont in de bereidheid om te dienen’)









    11-07-2013 om 07:42 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    08-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    De oude mannen

     

    Ik kwam twee oude mannen tegen

    met dunne halzen en met haperende voet.

    Ik zag de hitte op hun magere schouders wegen,

    zij liepen krom, maar met hun hoofden opgeheven,

    zo ingespannen en verwonderd als een zuigeling doet,

    ik zag hun bleke onderlippen beven,

    zij keken zacht en zinneloos en goed.

     

    Het waren oude kinderen geworden

    op weg naar huis, maar waar geen moeder wacht,

    eens blinkenden, maar nu verdorden

    en strompelend naar hun laatste nacht.

    En plots begon het hele park te beven,

    bomen en blaadren golfden in een warme vloed

    van tranen, die binnen mijn ogen bleven,

    wijl men om het bestaan niet wenen moet.

     

    M. Vasalis

    08-07-2013 om 15:27 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 22/05-28/05 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 27/12-02/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 27/07-02/08 2020
  • 13/07-19/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 08/06-14/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 24/09-30/09 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 28/11-04/12 -0001

    Blog als favoriet !

    Categorieën
  • Dagboek/bedenkingen (1617)


  • Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!