Inhoud blog
  • Bezinning bij de derde zondag van de Advent
  • WOENSDAG IN DE TWEEDE WEEK VAN DE ADVENT
  • TWEEDE ZONDAG VAN DE ADVENT
  • EEN GEDACHTE BIJ DE ADVENT
  • BIJ DE EERSTE ZONDAG VAN DE ADVENT
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Doorheen de dagen
    Ervaringen besproken
    17-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    KLEIN DANKLIED

     

    Gij hebt, o God, dit broze
    bestaan gewild,
    hebt boven ’t nameloze
    mij uitgetild, -

    laat mij dan dankbaar leven
    de volle tijd,
    geborgen in de beven-
    de zekerheid,

    dat ik niet uit dit smal en
    onvast bestand
    van mijn bestaan zal vallen
    dan in uw hand.

     

    Ad den Besten

    17-09-2013 om 07:58 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (16 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    14-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 15 SEPTEMBER

     

    24ste ZONDAG C – 15 SEPTEMBER 2013

     ‘ZO ZAL ER MEER VREUGDE ZIJN’

     

    Tot driemaal toe delen we vandaag in de aanstekelijke vreugde van iemand die terugvindt wat verloren was: een herder zoekt zijn schaapje, dat de weg is kwijtgeraakt; een vrouw heeft een geldstuk verloren, en een man staat te wachten op zijn zoon, die verloren liep.

    Tot driemaal toe is er die grote vreugde omdat – na dagen of jaren van wachten en zoeken – opnieuw gevonden werd, wat voorgoed verloren leek.

    Tot driemaal toe zegt Jezus ons: ZO IS GOD. Zijn geduld is eindeloos en zijn hart is altijd groter, altijd groter dan wat menselijk verstand ingeeft.

    ‘Wees dus barmhartig en warmhartig, zoals jullie Vader barmhartig en warmhartig is.’

     

    Telkens kwamen alle tollenaars en zondaars naar Jezus luisteren. De farizeeën en schriftgeleerden spraken daar schande van en zeiden: `Die man ontvangt zondaars en eet met hen.'

    Maar Hij vertelde hun deze gelijkenis: `Als een van u honderd schapen heeft en er één van verliest, laat hij dan niet de negenennegentig andere schapen in de eenzaamheid achter om op zoek te gaan naar het verloren schaap, totdat hij het vindt? En als hij het gevonden heeft, neemt hij het vol blijdschap op zijn schouders; thuisgekomen roept hij zijn vrienden en buren en zegt hun: `Deel in mijn vreugde want ik heb mijn verloren schaap weer teruggevonden.' Ik zeg u, zo zal er in de hemel meer vreugde zijn over één zondaar die zich bekeert, dan over negenennegentig rechtvaardigen die geen bekering nodig hebben.

    Of als een vrouw die tien drachmen heeft, er één verliest, steekt ze dan niet een lamp aan, veegt het huis en zoekt zorgvuldig totdat zij die drachme vindt? En als zij die gevonden heeft, roept ze haar vriendinnen en buren en zegt: `Deel in mijn vreugde, want de drachme die ik verloren had, heb ik teruggevonden.' Zo, zeg Ik u, is er vreugde bij de engelen van God over één zondaar die zich bekeert.'

    Hij ging nog verder: `Iemand had twee zonen. De jongste zei tegen zijn vader: `Vader, geef mij mijn deel van de erfenis.' En de vader verdeelde zijn vermogen onder hen. Niet lang daarna vertrok de jongste zoon met al zijn bezit naar een ver land, waar hij het verkwistte in een losbandig leven. Toen hij alles opgemaakt had, kwam er een zware hongersnood over dat land en ook hij begon gebrek te lijden. Hij zwierf rond tot hij in dienst trad bij een van de inwoners van dat land; die stuurde hem het veld in om varkens te hoeden. Graag had hij zijn honger gestild met het voer dat de varkens aten, maar niemand gaf hem wat.

    Toen kwam hij tot zichzelf en zei: `Zoveel dagloners van mijn vader hebben brood in overvloed, en ik verga hier van de honger! Ik ga terug naar mijn vader. Ik zal hem zeggen: Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u; ik ben het niet meer waard om uw zoon te heten, behandel me als een van uw dagloners.' En hij ging terug naar zijn vader. Toen hij nog ver van huis was, zag zijn vader hem al en werd ontroerd; snel liep hij op hem toe, viel hem om de hals en kuste hem. `Vader,' zei de zoon tegen hem, `ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u; ik ben het niet meer waard om uw zoon te heten.' Maar de vader zei tegen zijn slaven: `Haal vlug de mooiste kleren en trek ze hem aan, doe een ring aan zijn vinger en schoenen aan zijn voeten. Haal het gemeste kalf en slacht het; laten we eten en feestvieren, want mijn zoon hier was dood en is weer levend geworden, hij was verloren en is teruggevonden.' En het feest begon.

    Maar zijn oudste zoon was nog op het land. Toen hij naar huis kwam, hoorde hij muziek en dans. Hij riep een van de knechten en vroeg wat er te doen was. Die antwoordde: `Uw broer is thuisgekomen en uw vader heeft het gemeste kalf geslacht, omdat hij hem gezond en wel terug heeft.' Toen werd die broer kwaad en hij wilde niet binnenkomen. Daarop kwam zijn vader naar buiten en probeerde hem tot andere gedachten te brengen. Maar hij gaf zijn vader ten antwoord: `Ik dien u nu al zoveel jaren en nooit heb ik een gebod van u overtreden, maar mij hebt u nog nooit een bokje gegeven om met mijn vrienden feest te vieren. Maar nu die zoon van u is thuisgekomen, die uw vermogen met hoeren verbrast heeft, hebt u voor hem het gemeste kalf geslacht.'

    Maar de vader zei : `Jongen, jij bent altijd bij me en alles wat ik heb is van jou. We moeten feestvieren en blij zijn, want die broer van je was dood en is weer levend geworden, hij was verloren en is teruggevonden.'

    (Lucas 15,1-32)

     

    ‘DE GOEDE HERDER’

     

    Ik geloof

    in de God van het christendom.

    Ik geloof in God

    zoals Hij zich in Jezus heeft geopenbaard,

    zoals Hij in Jezus zichtbaar is geworden.

    Een God die houdt van armen en zondaars,

    die Zich alleen maar kwaad maakt

    op schijnheiligen en huichelaars.

    Een God die in het zand schrijft

    voor een overspelige vrouw,

    die het verloren schaap

    op zijn schouders neemt

    en de verloren zoon

    feestelijk ontvangt.

    Een God die zijn verrader kust

    en het paradijs geeft

    aan de goede moordenaar.

    Een God,

    die vergeeft aan wie Hem kruisigen.

     

    Phil Bosmans

     

     

















    14-09-2013 om 10:56 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (9 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    11-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    DE  KUNST 

    VAN  DE  RELATIVERENDE  GLIMLACH

     

    Als je ouder bent moet je sterker in je schoenen staan dan ooit want …

     

    Als de jeugd moe is, is ze aan vakantie toe

    Als de ouderen moe zijn zegt men: ‘Ze takelen af’.

    Als de jeugd bezwaren maakt, heeft ze een uitgesproken mening

    Als de oudere mensen bezwaren maken, dan hebben zij het niet begrepen.

    Als de jeugd verliefd is, voelt ze zich jong.

    Als de ouderen verliefd zijn, noemt men ze kinderachtig.

    Als bij de jeugd iets mislukt, zegt men:  

    ‘We gaan er tegenaan, volgende keer beter’ .

    Als oudere mensen iets overkomt zegt men:

    ‘Laat maar, het heeft toch geen zin meer’.

    Als de jeugd iets vergeet hoor je: ‘Ik heb het waanzinnig druk’.

    Als ouderen iets vergeten zegt men: ‘Hij of zij wordt dement’.

    Als de jeugd depressief is heeft ze problemen;  

    als de ouderen depressief zijn moeten ze niet zeuren.

     

    Maar wij, senioren, zijn de overlevers.

    Kijk maar naar al de veranderingen die we hebben meegemaakt:

    Wij werden geboren vóór:

    TV, penicilline, polioprikken, diepvriesvoedsel,

    kopieerapparaten, plastic, contactlenzen, de pil,

    GSM, computers, e-mail, radar, creditcards,

    atoomsplitsing, laserstralen, panty’s, vaatwassers,

    droogkasten, elektrische dekens, airconditioning, …

    en vóór de mens op de maan liep.

     

    Wij trouwden eerst en woonden dan samen: hoe ouderwets!

    Wij werden geboren voor er huismannen, deeltijdbanen,

    kinderdagverblijven, groepstherapie en verpleeghuizen waren.

    In onze tijd waren kevers insecten en geen Volkswagens.

    Een ontsteking had niets te maken met elektronica.

     

    Wij hadden nooit gehoord van:

    TL, TV, CD, PM, video, magnetrons, elektrische schrijfmachines,

    faxen, kunstharten, kunstnieren, tekstverwerkers, printers,

    draadloze telefoons, biogarde, emulgatoren, booreilanden …

    En ook nooit van jongens met oorringen, hippies, yuppies,

    BOM-vrouwen, holebi’s en LAT-relaties.

     

    Wij waren er ook al vóór :

    De  A 27, E 19, E 40, de TGV …

    Toen betekende ‘Made in Japan’: rommel.

    Wij hadden nooit gehoord van pizza’s, Mac Donalds en oploskoffie.

    In onze tijd verstuurden wij een brief voor 1 frank,

    een auto kostte 40.000 Fr, maar niemand kon dat betalen.

    Benzine kostte 2 Fr de liter.

     

    Roken was toen nog chique en interessant,

    een pot was om te koken.

    Aids was een Engels woord voor ‘helpers’.

    Een relatie had met zaken doen te maken en niet met een bed.

    We wisten niet wat ‘geld uit de muur’ was, of ‘brood uit de automaat’.

     

    De kleur roze had met baby’s te maken:

    en homo betekende ‘Mens’.

    Wij moesten het doen met wat we hadden of waren.

    Wij zijn de laatste generatie die nog dacht

    dat je een man nodig had om baby’s te krijgen.

     

    Geen wonder dat we zo in de war zijn.                                

    Gebundeld door een senior.

    11-09-2013 om 16:23 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    10-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    MOEDER VAN VER AL (4)

     

    Je zit naast mij wat angstig in de wagen

    maar gretig kijkend naar het deinend glijden

    van akkerland en laaggelegen weiden

    en hoeven halvelings boven de hagen.

    Dan rijden wij op ongebaande stroken

    van stevig gras en aarde verder, later

    door wolken en bewegingen van water.

     

    Je glimlacht maar er is geen woord gesproken.

    De wereld die wij liefhadden en kenden

    ligt achter onze rug als een legende.

     

    Anton van Wilderode 

    10-09-2013 om 08:04 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    07-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

     

    23ste ZONDAG C – 8 SEPTEMBER 2013

    ‘ALS IEMAND NAAR MIJ TOEKOMT’

     

    Vandaag gaan de lezingen alweer over een diepe kern van ons geloof: de keuze om de weg van Jezus te volgen, en dat heeft alles te maken met onze dagelijkse manier van leven. Deze keer ligt de klemtoon op onthechting en volharding; maar daar vloeien ook andere levenshoudingen uit voort: mildheid, zachtmoedigheid, barmhartigheid, mede-leven.

    Dan worden wij voor andere mensen tekenen van hoop, leven en bevrijding. Dan werken wij ook mee aan de verlossing van onze wereld en de komst van het Rijk van God, de komst van een wereld, zoals God die voor ogen had.

     

    Grote drommen mensen trokken met Jezus mee. Hij richtte zich tot hen en zei: Wie naar Mij toe komt, moet zijn vader en moeder, zijn vrouw en kinderen, zijn broers en zusters,  ja, zelfs zijn eigen leven verfoeien; anders kan hij geen leerling van Mij zijn. Hij moet zijn kruis dragen en Mij volgen; anders kan hij geen leerling van Mij zijn.

    Als een van u een toren wil bouwen, gaat hij er toch eerst eens voor zitten om de kosten te begroten, om te zien of hij het werk kan voltooien. Want anders, als hij wel het fundament legt maar de bouw niet kan afmaken, zal iedereen die het ziet hem uitlachen en zeggen: ‘Hij begon te bouwen, maar afmaken kon hij het niet.’’

    Of als een koning ten oorlog trekt tegen een andere koning, dan gaat hij er toch eerst eens voor zitten om te beraadslagen of hij sterk genoeg is om met tienduizend man op te trekken tegen de ander, die met twintigduizend man op hem afkomt. Als dat niet zo is, stuurt hij, terwijl de ander nog ver weg is, een gezantschap naar hem toe om naar de vredesvoorwaarden te vragen.

    Zo moet ieder van u afstand doen van alles wat hij bezit; anders kan hij geen leerling van Mij zijn.

    (Lucas 14.25-33)

      

     ‘MET JEZUS OP WEG’

     We kunnen het evangelie van vandaag opsplitsen in drie afzonderlijke puntjes, waar het bij elk van ons, in ons eigen leven, op aan komt:

    1.    Ik moet voor Jezus kiezen, ik moet Hem op de eerste plaats stellen in alles wat ik doe en beleef. Ik moet Hem meer beminnen dan mijn familie en vrienden. Maar als ik voor Hem kies, zal ik met zijn liefde naar alle mensen toegaan, zeker naar de familieleden en vrienden, die op mijn levensweg geplaatst zijn.

    2.    Ik moet het kruis opnemen, mijn kruis, dat altijd anders is dan ik verwacht en dat mij toch op het lijf geschreven staat. In het leven van iedere dag moet ik liefde geven, mijn eigen plannetjes en ontgoochelingen vergeten, en altijd weer opnieuw beginnen.

    3.    Slechts als ik mij telkens opnieuw losmaak van mijn bezit, kan ik met heel mijn hart de weg van Jezus gaan. Want het bezit is zulk een tirannieke heerser, dat het mij geen enkele ruimte laat om ‘ook nog’ Jezus te dienen en Hem te volgen op de weg, die het evangelie tekent.

    Als wij deze gedachten voor ogen houden, stellen we misschien vast dat wij soms maar half en half meetrekken in de beweging, die Jezus op gang bracht en dat wij de uitdrukkelijke keuze voor ZIJN WEG omzeilen.

    Laten we daarom bidden:

    Heer Jezus,

    soms ervaar ik mijn christen-zijn

    als een huis dat maar half af is

    en waaraan haast niet meer wordt gebouwd.

    Laat mij U op de eerste plaats stellen.

    Leer mij mijn eigen kruis onderkennen en opnemen,

    En maak mijn hart echt vrij voor U.

     

     

    Met Hem meegaan

     

    Het is niet eenvoudig

    om in Jezus' spoor te blijven.

    Steeds opnieuw komt dan de vraag

    of je niet teveel gebonden bent,

    gebonden aan mensen, aan dingen.

     

    Je bezit kan zijn als een ballast

    die je afremt en tegenhoudt.

    Mensen kunnen een sta-in-de-weg zijn,

    omdat ze je van je ideaal afhouden.

     

    Met Jezus meegaan is mogelijk

    als je zijn ideaal tot het jouwe maakt,

    als je al je mogelijkheden benut

    voor geluk en vrede van anderen.

    Het is afzien van eigenbelang

    om het belang van anderen te dienen.

     

    Kiezen voor zijn weg

    is radicaal op de bres gaan staan

    voor liefde en gerechtigheid,

    te beginnen in je eigen omgeving.

    Het is gaan staan in de droom

    van het paradijs

    en van een nieuwe hemel en aarde.

     

    Meegaan met Hem vraagt

    dat je de pijn van die keuze aandurft,

    maar betekent ook dat je mag delen

    in de vreugde van het Godsrijk.

     

    Wim Holterman osfs

    (met dank aan : ‘Zondagsvieringen Dominicanen’)



















    07-09-2013 om 08:43 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    05-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    ‘ALS JIJ DAT GRAAG HEBT, LIEFSTE …’

     

    Gisteren heb ik een echt echtpaar gezien. Hij was over de tachtig, zij nauwelijks iets jonger. Een beetje buiten adem tornden ze tegen de straathelling op. Hij had spierwit haar. Zij had blauwe ogen, met rimpeltjes om te zoenen. Hij leek last te hebben van astma. Zij van reuma. Ze keken niet naar de stroom, niet naar de prachtige gebouwen. Ze keken naar elkaar en hielden stevig elkaars hand vast.

     

    Ik ben zeker dat ze een hele bende kleinkinderen en achterkleinkinderen moesten hebben. Dat zij een hele reeks miseries, zorgen, ruzies en verzoeningen hadden meegemaakt. Met spaarzame woorden wellicht, maar met de wil om bij elkaar te blijven en ook de wil om met elkaar te sterven. Je kunt daar om glimlachen. Maar er is veel liefde nodig om bij zichzelf te zeggen: 'Ik zou met haar, met hem willen doodgaan,' en zich eindelijk veilig te voelen. Haar blauwe ogen zaten nog vol vragen. Hij hield haar bij de hand, alsof hij ze tegen alles wou beschermen: het oud-worden, de aftakeling, de eenzaamheid, de dood.

     

    Ik heb hun niet durven vragen of ook zij destijds elkaar verscheurd, uitgekafferd, verraden hebben. Ik heb hem niet durven vragen of hij haar op een of andere morgen ineens minder mooi, minder begeerlijk, minder verleidelijk had gevonden, dan die of die andere. Ik heb haar niet durven vragen of zij hem een maniak, een knorpot, een kletsmajoor of een baasspeler had gevonden. Of zij hem op de zenuwen had gegeven met haar breiwerk, haar confituur, haar gepraat en haar eeuwig rommelen in de kasten. Of hij haar tot wanhoop had gebracht met zijn kruiswoordraadsels, zijn opscheppen met heldendaden uit de oorlog, zijn postzegels en zijn branie. Ik heb hun niet durven vragen hoe vaak hij bij het weggaan de deur hard had dichtgeslagen, hoe vaak zij gehuild had, hoe vaak hij haar gezegd had: 'je begint dik te worden…', hoe vaak zij hem toegeroepen had: 'je houdt niet meer van me zoals vroeger'. Ik heb ze niet gevraagd hoe vaak ze op het punt hadden gestaan te scheiden, elkaar te vernietigen, elkaar te gaan haten misschien.

     

    Wat komt het er trouwens op aan? Ze waren daar, nog altijd daar, nog altijd samen. Een kneep, een systeem, een mirakel-recept voor een mirakel-liefde bestaat niet. Alleen de liefde bestaat: met haar revoltes, haar dode ogenblikken, haar schaduwzijden en haar crisismomenten, waarvan men alleen kan hopen dat het groeicrisissen zullen zijn. Een met littekens gemerkte liefde, aangrijpender misschien door al die verwondingen dan een liefde die niet geleden zou hebben. Ik heb hun ook niet durven vragen: 'Hoe hebben jullie het klaargespeeld?'  Wie zou zoiets durven vragen.

     

    Toen ze twintig waren heeft zij hem wellicht gezegd: 'gaan we samen dansen?' En heeft hij geantwoord: 'als jij dat graag hebt, lieveling'. Als ze dertig was: 'gaan we naar de zee?' - 'Als jij dat graag hebt, lieveling'. Later nog: 'gaan we de kinderen eens opzoeken?' - 'Als jij dat graag hebt.'

     

    Daar, in de straat waar ik woon, met haar neusje om stortvlagen op te vangen en haar helderblauwe blik scheen ze te zeggen: 'gaan we samen tot het einde van het leven?' En de wijze waarop hij haar hand vasthield scheen te antwoorden: 'als jij dat graag hebt, liefste'….

     

    Simonne Conduché.  

    (Uit: 'Al de dagen van ons leven. Een boek voor gelovige gezinnen.', Averbode, Altiora, 1986, pp. 188-189) 

    05-09-2013 om 08:09 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    02-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    BOMEN IN SEPTEMBER

     

    Melancholie der bomen in september,

    die weldra niet meer samen groen zult zijn,

    doch draagt uw eigen kleur van diepe wijn,

    van donker bier, van roggebrood, van gember...

     

    Hoe anders was de jeugd, waarin ik droomde

    samen met vrienden, sterk want eensgezind

    't leven te maken tot een vreugdbewind.

    Hoe anders is vandaag het ingetoomde

     

    bestaan van ieder onzer, door zijn plichten

    en zijn verlangens een eenzelvig man,

    die zoekt te maken wat hij maken kan

    van zijn gezin, zijn taak en zijn gedichten!

     

    Het wintert over ons in deze dagen

    en elk staat eenzaam; de gebondenheid

    ontbond zichzelf, en makkers, waar gij zijt,

    ik durf uw vriendschap nauwlijks meer te vragen!

     

    leder zwierf uit op doortocht naar het eigen

    intiem domein en vond den ander niet.

    Hij schiep zijn eigen toon en zong zijn lied,

    of hij verloor zich in zijn eigen zwijgen.

     

    Zullen wij eenmaal nog tezamenkomen,

    hier of hiernamaals, in gemeenzaam spel?

    Wij waren destijds vroom en wisten wel

    dat ons iets beters wachtte dan te dromen.

     

    Maar geen verzadiging bracht een der onzen

    't geluk van 't vroegere verlangen weer, 

    wij willen telkens nog den eersten keer

    herleven van 't gezaamlijk hartebonzen.

     

    Ik zie de bomen in september doven

    hun groen tot goud, hun goud tot blekend geel,

    het blijft mijn droefheid, dat ik nooit geheel

    in enig mens als eenling kan geloven.

     

    Anton van Duinkerken

    02-09-2013 om 17:36 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    31-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 1 SEPTEMBER

     

    22ste ZONDAG C – 1 SEPTEMBER 2013

    OVER KLEIN ZIJN OF GROOT

     

    Aanzien, ambitie, streven naar macht, we kennen die grote bekoringen. De leer van Jezus is zo totaal anders, en wordt daarom wel eens als een leer ‘voor zwakkelingen’ bestempeld, goed voor mensen, die het leven in deze wereld niet aankunnen. Toch weten we dat Jezus juist groot werd door klein te willen zijn en te dienen.

    Vandaag worden we uitgenodigd om ons te bezinnen over de ware grootheid, die gelegen is in de nederigheid, die we bij Jezus zelf zagen.

     

    Toen Jezus op een sabbat het huis van een van de voornaamste Farizeeën binnenging om er de maaltijd te gebruiken, hielden zij Hem voortdurend in het oog. Daar Hij opmerkte hoe de genodigden de voornaamste plaatsen aan tafel uitzochten, hield Hij hun de volgende gelijkenis voor: 

     

    ‘Wanneer gij door iemand op een bruiloft wordt genodigd, ga dan niet aanliggen op de voornaamste plaats. Het zou kunnen zijn dat er door uw gastheer iemand is uitgenodigd die voornamer is dan gij, en dat degene die u en hem genodigd heeft u komt zeggen: Sta uw plaats aan hem af. Dan zoudt ge vol schaamte de minste plaats moeten innemen. Maar wanneer ge ergens genodigd wordt, ga dan op de minste plaats aanliggen. Als degene die u heeft uitgenodigd dan komt zal hij u zeggen: Vriend, ga wat hoger op. Zo zal u eer te beurt vallen in het oog van allen die met u aanliggen. Want al wie zichzelf verheft zal vernederd en wie zichzelf vernedert zal verheven worden.’

     

    En Jezus zei ook nog, maar nu tot zijn gastheer: ‘Wanneer gij een middag- of avondmaal geeft, nodig dan niet uw vrienden, broers en bloedverwanten uit  en ook geen rijke buren. Het zou kunnen zijn dat zij op hun beurt u uitnodigen en dat gij het dus terugkrijgt. Maar als ge een gastmaal geeft, nodig dan armen, gebrekkigen, kreupelen en blinden uit. Gelukkig zult ge zijn omdat zij het u niet kunnen vergelden. Het zal u vergolden worden bij de opstanding van de rechtvaardigen.’ 

    (Lucas 14,1.7-14)

     

    DE HEER VERHEFT WIE ARMOE LIJDT

     

    Een tafelgesprek met een dubbele les: één voor de gasten en één voor de gastheer. Voor de GASTEN sluit Jezus op het eerste gezicht aan bij de menselijke wijsheid. Als je mikt naar de ereplaats, val je wel eens in affronten. Dat is pijnlijk en daarom is het beter een bescheiden plaats te kiezen. Maar deze menselijke wijsheid wordt door Jezus toch op een hoger niveau getild. In het oog van God, of beter in het Rijk van God is alles anders en worden louter wereldse of menselijke inzichten onderste boven gehaald: ‘Wie zichzelf in hoogmoed verheft zal vernederd worden, en wie nederig is, zal geprezen worden.’ ‘De Heer verheft, wie armoe lijdt’, zong Maria al in haar Magnificat. Jezus tekent dus een diepere levenshouding: Hij wil ons leren om in alle nederigheid open te staan en dankbaar te zijn voor alles wat God en medemens ons bieden.

     

    Ook de les voor de GASTHEER heeft een diepere betekenis: een feest is dé kans bij uitstek om vriendschap te beleven en te laten groeien. Maar  échte vriendschap rekent niet, ze bloeit in een hart dat zuiver en edelmoedig is. Ze vertrekt niet van berekening: zoveel geven en evenveel terugkrijgen. Jezus’ Woord is zoveel eerlijker: ook kleinen hebben recht op ons warm hart. Vriendschap berust op liefde, die zichzelf wegschenkt en niemand uitsluit.

     

    Een dubbele les over de dankbare, belangeloze liefde. Die liefde vinden wij meestal niet bij diegenen die zich met de ellebogen vooraan in de rij wringen, maar wel bij hen die bereid zijn een trapje lager te gaan staan, zodat ook de kleinen kans krijgen om aan het feest deel te nemen.

     

    En laten we niet vergeten: wij kunnen daarbij moeilijk overdrijven, want de allerlaatste plaats is al bezet. Helemaal achteraan staat Jezus zelf al: de Christus, de Zoon van God, geminacht, gemarteld, gedood.

     

    Toen en nu.

     

    DE GEEST VERANDERT ALLES

     

    Als de heilige Geest

    in je leven mag binnenkomen,

    wordt het allemaal anders.

    Hij verandert niet

    de omstandigheden waarin je leeft.

    Hij laat je milieu, je land of je stad

    zijn wat ze zijn,

    maar Hij verandert je hart.

     

    Hij is de Geest die leven geeft,

    en als Hij zijn intrede in je doet,

    wordt alles wat dood was levend.

     

    Zolang je de heilige Geest

    niet ontvangen hebt,

    kunnen de woorden van Jezus

    niet levend worden voor jou.

    Maar als de Geest je even nabij mag komen

    als de lucht die Je inademt,

    wordt ieder woord van Jezus een frisse bron

    waarvan je altijd nieuwe vreugde kunt drinken,

    zonder er ooit genoeg van te krijgen.

     

    Pater Wilfried Stinissen



















    31-08-2013 om 08:32 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    28-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Jong zijn

    De jeugd is geen periode in het leven;

    ze is een ingesteldheid van de geest,

    een uitwerking van de wilskracht,

    een kwaliteit van de verbeelding,

    een intensiteit van het gevoel,

    een overwinning van de moed op de schroom,

    van de drang naar avontuur op de zucht naar comfort.


    Men wordt niet oud

    omdat men een zeker aantal jaren geleefd heeft:

    men wordt oud

    omdat men zijn ideaal ontvlucht.

     

    De jaren trekt rimpels in de huid;

    zijn ideaal verzaken echter trekt rimpels op de ziel.

    Bezorgdheden, twijfel, vrees en wanhoop zijn vijanden

    die ons langzamerhand ten gronde richten

    en ons vóór de dood tot stof doen vergaan.


    Jong is

    diegene die zich verbaast,

    die zich verwondert.

    Als een onverzadigbaar kind vraagt hij: ‘En daarna?’

    Hij trotseert de gebeurtenissen

    en schept vreugde in het spel en in het leven.

    Je bent zo jong als je geloof.

    Zo oud als je twijfel.

    Zo jong als je zelfvertrouwen.

    Zo jong als je hoop.

    Zo oud als je moedeloosheid.

    Je zal jong blijven zolang je ontvankelijk blijft.

    Ontvankelijk voor wat schoon, goed en groot is.

    Ontvankelijk voor de boodschappen van de natuur,

    van de mens, van het oneindige.

     

    Indien je hart, ooit, verteerd zou worden door pessimisme

    of aangevreten door cynisme,

    moge God dan medelijden hebben met je ziel,

    die oud geworden is.

     

    Generaal Mac Arthur – 1945

    28-08-2013 om 16:55 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    27-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    Te Middelharnis is een kind verdronken.

    Sober berichtje in het avondblad:

    ‘t stond bij een hooiberg die had vlam gevat

    en bij een zolderschuit, die was gezonken.

     

    Zes dagen heeft het in mij nageklonken.

    Op het kantoor vroeg men: zeg, heb je wat?

    Ik werkte door, maar steeds weer hoorde ik dat:

    te Middelharnis is een kind verdronken.

     

    En kranten waaien weg en zijn verouderd,

    de dagen korten, nachten worden kouder,

    maar over ‘t water komt zijn kleine stem.

     

    -Te Middelharnis, denk ik, ‘k denk aan hem

    en bed zijn hoofdje tussen hart en schouder,

    en zing voor hem dit lichte requiem. 

     

    Ed Hoornik 

    27-08-2013 om 07:35 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    24-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 25 AUGUSTUS

     

    21ste ZONDAG C – 25 AUGUSTUS 2013

    ‘DE LAATSTEN ZULLEN DE EERSTEN …’

     

    ‘De laatsten zullen de eersten …’ Jezus spreekt vandaag over de arrivisten van het geloof, diegenen, die denken dat ze er al zijn, en zich daarvoor beroepen op hun uiterlijk vertoon. Zij menen al ‘gered’ te zijn, maar zouden wel eens buiten het Rijk van God kunnen vallen: niet omdat de Heer hen buitenzet, maar omdat zij zichzelf uitsluiten door hun manier van doen.

    God oordeelt immers anders dan wij. Niet de uiterlijke schijn telt, maar de ingesteldheid van het hart. Moge ons eigen warme hart elke dag meer en meer gelijken op het Heilig Hart van Jezus zelf.

     

    In die tijd trok Jezus rond door steden en dorpen, en gaf er onderricht en Hij zette zijn reis voort naar Jeruzalem. 

    Iemand vroeg Hem: ’Heer, zijn het er weinig die gered worden?’ Maar Hij sprak tot hen: ’Spant u tot het uiterste in om door de nauwe deur binnen te komen, want, Ik zeg u, velen zullen proberen binnen te komen, maar zij zullen daar niet in slagen. Als eenmaal de huisvader is opgestaan en de deur gesloten heeft en als gij dan buiten op de deur begint te kloppen en begint te roepen: Heer, doe open! zal Hij u antwoorden: Ik weet niet waar gij vandaan komt. Dan zult ge opwerpen: In uw tegenwoordigheid hebben we gegeten en gedronken, en in onze straten hebt ge onderricht gegeven. 

     

    Maar weer zal zijn antwoord zijn: Ik weet niet waar gij vandaan komt. Gaat weg van Mij, gij allen, die ongerechtigheid bedrijft. Daar zal geween zijn en tandengeknars, wanneer gij Abraham, Isaäk en Jakob en al de profeten zult zien in het Rijk Gods, terwijl ge zelf buitengeworpen zult zijn. Zij zullen komen uit het oosten en het westen, uit het noorden en het zuiden, en zij zullen aanzitten in het koninkrijk Gods. 

     

    Denkt eraan: er zijn laatsten die eersten en eersten die laatsten zullen zijn.’

     

    (Lucas, 13, 22-30)

     

     

     DE NAUWE DEUR

     

    ‘Waar zijn we eigenlijk mee bezig?’ Het wordt zo dikwijls gezegd en op zijn manier vraagt Jezus dat ook aan de Joden, maar die wisten al voor zichzelf: zij waren ‘gered’, want zij waren het volk van Abraham. En dan is daar die 'dwaze' vraag: ‘Heer, zijn het er weinig die gered worden?’ Velen moeten gedacht hebben: ‘Wat vraagt die nu!’ En Jezus zegt dan nog dat het niet volstaat om tot het 'uitverkoren' volk te behoren. ‘Wat leeft er binnenin, en wat toon je naar buiten?’ ‘Waar ben je mee bezig?’, daar komt het op aan.

    Zitten wij soms niet in hetzelfde schuitje? We gaan naar de mis, we moorden niet en roven niet. En een leugentje af en toe, om bestwil dan nog, dat moet toch kunnen! WIJ zijn goed, maar die andere daar … Jezus wist dat ook al, toen Hij eens vertelde: ‘Twee mensen gingen naar de tempel, de één was farizeeër, de andere tollenaar. En de farizeeër, vooraan in de tempel, bad: Heer, ik dank u dat ik niet ben zoals die andere daar!’ Laat Jezus’ woord ons leren: Christen ‘ZIJN’ wij eigenlijk nog niet. Wij ‘WORDEN’ het naarmate wij dat telkens opnieuw proberen. Wie op zijn lauweren gaat rusten, geeft het kwaad de vrije loop, zoals het onkruid, dat ongevraagd de kop opsteekt.

    Als wij dan vragen, waarvoor al onze inspanningen om christen te worden wel dienen, vertelt Jezus, op een dag, een verhaal over een feest, waar wij in Zijn vriendschap delen. Maar Hij geeft twee bedenkingen. Ten eerste. Niet iedereen raakt op het feest. Sommigen blijven buiten, niet omdat de Heer hen buitenzet, maar omdat zij zichzelf uitsluiten door hun manier van doen.

    En: ‘Er zijn laatsten die eerst zullen zijn!’ Verschiet niet als gij mensen ziet aanzitten die gij niet verwacht had, en die er, volgens u, niet bij horen: die zonderling, die anders was, of die buur waarmee gij ruzie hebt. God oordeelt anders dan wij. Niet het uiterlijke telt, maar het hart en aan ieder van ons zal Hij vragen: ‘Hoe groot was uw liefde? Hoe warm was uw hart?’ Zoals een profeet al lang voor Jezus gezegd had: ‘Barmhartigheid wil ik, en geen offers, want dit volk eert mij met de lippen, maar hun hart is ver van mij’.

    Laat ons eigen warme hart gestalte geven aan het Heilig Hart van Jezus. Laat uw Woord in ons werkelijkheid worden. Amen.

     

    DE KERKDEUR

     

    Hij stelt ons de vraag :

    heb je er wel eens over na gedacht,

    wat er gebeurt

    als je door een kerkdeur naar binnen gaat?

    Heb je wel eens aan de lijve ondervonden,

    dat zo een deur

    een verbinding is van twee werelden?

    Aan de ene kant van de deur

    ligt het rumoerige, dagelijkse leven

    van werken en zakendoen.

    Het leven met zijn zorg en zijn gezelligheid,

    het leven waarvan wij genieten met zoveel goeds

    en ook met zoveel kwaads, narigheid,

    leugen, bedrog en achterdocht.

    Aan de andere kant,

    de ruimte waar wij,

    met al onze onrust en onze zorgen,

    tot rust kunnen komen.

    In die ruimte is het licht anders.

    Het wordt getemperd

    door gebrandschilderde ramen,

    door de sfeer van beschouwing en gebed,

    van dieper en anders zien.

     

    Die ruimte is indrukwekkend

    door haar sterke muren,

    de oprijzende pilaren en de hoge gewelven.

    We zijn in het huis van God,

    waar alles wijst naar zijn goedheid,

    naar zijn barmhartige liefde.

    Dat is de ervaring

    van vele toevallige bezoekers,

    pelgrims en toeristen.

    Het moge de ervaring zijn

    van elke kerkganger,

    die door de kerkdeur naar binnengaat.

     

    vrij naar Peer Verhoeven, geïnspireerd op Romano Guardini

    (met dank aan ‘Zondagsvieringen Dominicanen)



















    24-08-2013 om 09:47 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    22-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    TWEE DOZIJN MISSIONARISSEN

    OP DIOCESAAN ZENDINGSFEEST BRUGGE

     

    24 missionarissen en ontwikkelingswerkers, klaar om te vertrekken naar de verscheidene kontinenten, woonden – vorige zondag 18 augustus – de 42ste editie van het diocesaan zendingsfeest bij in de kapel van het diocesaan centrum Groenhove te Torhout. In deze eucharistieviering ging Mgr. Jozef De Kesel, bisschop van Brugge, voor in concelebratie met de aanwezige priester-missionarissen.

    ‘Samen inzetten op de toekomst’ is de slogan van de Missio-campagne dit najaar. Deze zin was tevens het thema van de viering op het diocesaan zendingsfeest. Missionarissen zetten zich ook vandaag nog altijd in voor de toekomst van de gemeenschappen waar ze tewerkgesteld zijn en waar ze aan verkondiging doen.

    Van de 24 gasten waren er 20 missionarissen, 3 zusters en 1 lekenhelpster. De vertrekkende missionarissen en ontwikkelingswerkers ontvingen als zendingskruisje een door de bisschop gezegende replica van het originele Missio-kruis dat verwijst naar de verscheidene kontinenten. Ze zijn straks weer wereldwijd werkzaam, van Brazilië en Guatemala over Congo, Kameroen, Rwanda, Tanzania en Zuid-Afrika tot de Filipijnen, Taiwan en Indonesië. Ook kapucijn Frans Labeeuw was aanwezig. Na 43 jaar missiewerk in Pakistan keert hij definitief terug. De missieverantwoordelijke van het bisdom Kayanga uit Tanzania, Father Muhesi David Livingstone, woonde eveneens het zendingsfeest van het bisdom Brugge bij.

    In zijn homilie verwees bisschop Jozef De Kesel naar de evangelie-lezing die leert dat het nooit vanzelfsprekend is een leerling van Jezus te zijn, in andere kontinenten niet maar ook hier niet. ‘Het is niet onze roeping de wereld waarin we leven te veroordelen. Dat is het gevaar van ieder fundamentalisme. We zijn niet geroepen om te oordelen maar om te redden. We moeten de cultuur die ons gegeven is, eerbiedigen. Het is daarin dat we het evangelie moeten verkondigen. Maar dat wil niet zeggen dat het altijd in de meest comfortabele omstandigheden kan gebeuren. Onbegrip en tegenkanting zullen er altijd zijn. Toch is en blijft het onze roeping om te laten zien hoe het evangelie, de boodschap van Gods menslievendheid, bron van solidariteit en ware menselijkheid is’, benadrukte de bisschop van Brugge.

    Op dit diocesaan zendingsfeest drukten 240 aanwezigen hen een oprechte dank uit voor hun inzet voor de kleine mens. Allen baden ‘voor de missionarissen die door de eeuwen heen zijn opgestaan om naar het woord van de Heer het goede nieuws te verkondigen en er ook zelf van te getuigen. Om Gods zegen over al hun inzet en gebed.’ Ook was er een voorbede ‘voor allen die zich inzetten voor de missiewerking of zich betrokken weten bij de wereldwijde missionaire dimensie van de kerk. Moge door hun aanwezigheid die kerkgemeenschap verder toenemen in geloof en onderlinge broederschap.’

    Het ensemble ‘Good News’ uit Marke zong tijdens de viering gospels en negro-spirituals, samen met de Missio-medewerkers, de dienst missiepastoraal van het bisdom Brugge. Op de eucharistieviering volgde een gezellig samenzijn in de refter van Groenhove voor de missionarissen, families en genodigden.

     

    Peter Rossel



















    22-08-2013 om 14:54 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    20-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    ASNETHA

     

    Zo hard ook was het zwoegen

    om in dit barre waterland

    van ’s Graven Vier Ambachten

    op moer en broek en schorre

    steeds weder land en turf te winnen

    bedijkt, bemalen en bevloeid.

     

    Zwaar ook was het delven

    om geulen vrij te houden

    van Vliet naar Braakman,

    voor het zeilen

    met visserssloepen

    op de Hont en zo naar zee. 

     

    Zo noest zal alle ambacht zijn

    van lieden die hervormen

    en die scheppen,

    die met hun handen en hun geest

    steeds bressen slaan en dichten,

    die graven en verhogen,

    verbuigen en doen barsten,

    ’t zij land, rivier of kreek,

    ’t zij hout of steen of taal.

     

    Herman J. Claeys

    14-08-1998

















    20-08-2013 om 17:24 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    17-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 18 AUGUSTUS

     

    20ste ZONDAG C –18 AUGUSTUS 2013

    ‘ALS EEN VUUR ZIJT GIJ GEKOMEN’

     

    De eeuwen door zijn er altijd profeten geweest, die hun ingedommelde tijdgenoten wilden wakker schudden voor meer rechtvaardigheid, hartelijkheid, goedheid, kortom voor een betere wereld, die bruist van geestdrift, met mensen, gedreven door Gods goede, Heilige Geest.

    Dikwijls werden deze mannen of vrouwen belasterd, dikwijls ook gedood, zoals met vele profeten, met de apostelen, met vele leerlingen en ook met Jezus zelf gebeurd is.

    Vandaag sporen de lezingen ons aan tot dat enthousiasme en die durf, ook als het moeilijk is.

     

    In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: ’Vuur ben Ik op aarde komen brengen, en hoe verlang Ik dat het reeds oplaait! Ik moet een doopsel ondergaan, en hoe beklemd voel Ik mij totdat het volbracht is. 

     

    Meent gij dat Ik op aarde vrede ben komen brengen? Neen zeg Ik u, juist verdeeldheid. Want van nu af zullen er vijf in één huis verdeeld zijn; drie zullen er staan tegenover twee en twee tegenover drie; de vader tegenover de zoon en de zoon tegenover de vader; de moeder tegenover de dochter en de dochter tegenover de moeder, de schoonmoeder tegenover de schoondochter en de schoondochter tegenover de schoonmoeder.’

    (Lucas 12,49-53)

     

    GEEN VREDE ZONDER VURIGHEID

    Vreemde woorden over verdeeldheid, zo anders dan de eenheid waarvoor wij altijd bidden. Toch wil Jezus geen ruzie stoken. Wel zegt Hij: ‘Denk niet dat echte vrede bestaat zonder het vuur van loutering en bezieling.’ Hij wil geen schijnvrede, in de stijl van hippies en sekten, met hartjes en bloempjes, en goedkope woorden over ‘peace’ en ‘love’, die elk conflict verdoezelen. De diepe, duurzame vrede van Jezus is anders. Zij groeit langzaam en vraagt een bekering, die pijn doet, een zuivering van ons hart door het vuur van Zijn liefde. Dat gebeurt stapje voor stapje in onthechting, met aandacht voor wat er omgaat, diep in het hart van de ander. Die vrede draagt altijd een kruis in zich: je moet jezelf wegcijferen voor wat deugd heet en lof verdient!

    Die vrede bestaat ook niet zonder bezieling. Wie liefdevol wil handelen, moet strijd leveren, tegen anderen, EN tegen de eigen zelfzucht. Liefde is niet zeemzoet, maar eerlijk en oprecht, gedreven door de Geest. Zelfvergeten liefde roept weerstand op, in jezelf en bij anderen. Je moet kiezen voor wat schoon en edel is. En dingen achterlaten, die je graag zou hebben.

    Een levend geloof moet tegenstand oproepen. Wie middelmatig leeft, zo half en half, zal geen last krijgen. Maar de Heer vraagt meer. Johannes schreef het al (Apokalyps 3,15-16): ‘U bent niet koud of warm. Was u maar koud of warm! Maar nu u lauw bent, spuw ik u uit.’ Vurigheid en enthousiasme brengen tegenstand mee. Zelfs in de kleine kring van familie en vrienden.

    Jezus wil geen verdeeldheid zaaien in gezinnen en families. Maar Zijn taal is krachtig: lauwheid en gebrek aan bezieling zijn erger dan onenigheid. Wie het evangelie beleeft, zal altijd tegenstand krijgen. Maar de Heer is meer gediend met een consequente liefde, ook al brengt die pijn mee, dan met een goedkope eensgezindheid die alleen maar schijnvrede is.

    Om die oprechte, eerlijke vrede met elkaar en in ons hart, mogen wij de Heer vandaag bidden.

    (vrij naar een preek van Pater Frans s.j., Oudenaarde)

     

    Hij had het over vuur

    als Hij zijn Kerk bedoelde.

    Een vuur waaromheen

    verkleumde mensen

    kunnen samenkomen

    om zich te warmen,

    om elkaars gezicht te zien,

    om niet alleen te zijn

    in de nacht.

     

    Hij had het over vuur.

    Hij heeft gewild

    dat het zou branden,

    fel en vurig,

    speels en onvoorspelbaar:

    telkens nieuwe gensters in de nacht.

     

    Hij had het over vuur

    dat moet blijven branden,

    gevoed moet worden

    door alles wat mensen

    nieuw ontdekken door hun vragen,

    dat moet aangewakkerd worden

    door het waaien van de Geest,

    onzichtbaar in de nacht.

     

    Hij heeft zijn Kerk

    als een vuur ontstoken.

     

    Misschien hebben wij,

    de eeuwen door,

    teveel aan brandbeveiliging gedaan.

                                     

    Manu Verhulst



















    17-08-2013 om 10:10 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    15-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ONZE-LIEVE-VROUW VAN LA SALETTE

     

    DE VERSCHIJNING VAN ONZE-LIEVE-VROUW VAN LA SALETTE

    Het was zaterdag 19 september 1846 rond 3 uur in de namiddag; de hemel was wolkeloos, er was geen mist... Op dat ogenblik vond op de berg van La Salette, 1800 m hoog, een wonderteken plaats in het bijzijn van twee herdertjes: een ‘mooie Dame’ verscheen plotseling aan Maximin Giraud en Mélanie Calvat. De twee kinderen, van wie de een net elf geworden was en de ander bijna vijftien was, waren geboren in Corps en hadden als gemeenschappelijke kenmerken hun afkomst, hun armoede, hun onwetendheid, hun onschuld en zelfs hun beroep. Toch kenden zij elkaar nauwelijks.

    Die negentiende bevonden zij zich op dezelfde plaats, met hun kudden. Rond halfdrie klommen ze naar het plateau boven het ravijn. Daar zagen ze hun koeien vredig liggen, waarna ze gerustgesteld weer naar beneden liepen. Plotseling stootte Mélanie een luide kreet uit, bij het zien van een stralende lichtbol waarvan de schittering de hele vallei vulde. Maximin kwam naar haar toe gelopen …

    Op dat moment opende de mysterieuze lichtbol zich en een ‘mooie Dame’ werd zichtbaar. Haar houding vertolkte ontroostbaar verdriet, het hoofd in de handen en de ellebogen op de knieën... Even later stond zij recht, deed enkele stappen in de richting van de herdertjes en zei hen : ‘Kom dichterbij, kinderen, wees niet bang. Ik ben hier om jullie groot nieuws te vertellen.’ 

    Daarop daalden de twee kinderen verder af en gingen dichter bij de Verschijning, die zij langdurig bekeken. In hoofdzaak was haar kledij de kledij van de arme vrouwen van de streek. Maar op haar hoofd had zij een diadeem van stralen en een kroon van rozen. Een witte hoofddoek, afgezoomd met een band van rozen, lag over haar schouders. Op haar borst een kruisbeeld, met een trektang en een hamer. Tenslotte droeg ze een voorschoot en schoenen met gespen en roosjes er op. Ze weende en haar gelaat was getekend door diepe droefheid.

    Toen begon de ‘mooie Dame’ te spreken, eerst in het Frans en daarna in het dialect van de streek. ‘Als mijn volk zich niet wil onderwerpen, ben ik gedwongen om de arm van mijn Zoon neer te laten komen. Hij is zo zwaar en drukt zo naar beneden dat ik hem niet meer kan tegenhouden. Al zo lang lijd ik voor jullie ! Als ik wil dat mijn Zoon jullie niet in de steek laat, ben ik verplicht om onophoudelijk voor jullie tot Hem te bidden. En niemand geeft zich daar rekenschap van! Jullie mogen zoveel bidden en werken als je wil, nooit zullen jullie de moeite die ik voor jullie gedaan heb kunnen herstellen!’

    Ik heb jullie zes dagen gegeven om te werken, de zevende heb Ik voor mezelf voorbehouden en die wil men mij niet toestaan. Dat is het wat de arm van mijn Zoon zo zwaar maakt! De bestuurders van karren kunnen niet vloeken zonder de naam van mijn Zoon daarbij te noemen! Dat zijn de twee zaken die de arm van mijn Zoon zo zwaar maken.’

    Als de oogst mislukt, dan is dat jullie schuld. Ik heb het jullie vorig jaar doen zien met de aardappelen, maar jullie hebben er geen aandacht aan geschonken. Integendeel, als jullie bedorven aardappelen vinden dan vloeken jullie en noemen daarbij de naam van mijn Zoon. De aardappelen zullen verder rotten en met Kerstmis zullen er geen meer zijn.’

    Op dat ogenblik keek Mélanie naar Maximin als om hem te vragen wat de woorden van de ‘mooie Dame’ betekenden. Toen zei de H. Maagd tot hen : ‘Ah ! Jullie begrijpen geen Frans, kinderen: ik zal het anders zeggen.’ Daarop hernam ze, in het dialect van Corps, haar laatste woorden : ‘Als de oogst mislukt...’, en het vervolg. Dan ging ze verder in de volkstaal : ‘Als jullie graan hebben, moeten jullie het niet zaaien. Alles wat jullie zaaien zal door de dieren opgegeten worden, en wat toch opschiet, zal tot stof uiteenvallen wanneer het gedorst wordt. Er zal een grote hongersnood komen. En tevoren zullen de kinderen onder de zeven jaar de stuipen krijgen en sterven in de armen van de volwassenen. De anderen zullen boete doen door de hongersnood. De noten zullen slecht worden en de druiven rotten.’

    Na deze dreigende woorden ging de ‘mooie dame’ nog even verder: ‘Als ze zich bekeren, zullen de stenen en de rotsen veranderen in stapels graan en zullen de aardappelen zichzelf planten.’

    Bidden jullie goed, kinderen?’, vroeg de Dame hen voorts. De herdertjes antwoordden : ‘Niet zoveel, Mevrouw.’ – ‘Ach, kinderen, jullie moeten ’s avonds en ’s morgens bidden. Als jullie niet beter kunnen, zeg dan minstens een Onzevader en een Weesgegroet. En als jullie de tijd hebben, moeten jullie er meer opzeggen.’

    Er gaan slechts enkele oudere vrouwen naar de mis ; de anderen werken heel de zomer lang ook op zondag, en als zij in de winter niet weten wat doen, gaan ze enkel naar de mis om met de godsdienst te spotten. En in de Vasten lopen ze naar de slager als honden!

    De ‘mooie Dame’ besloot haar toespraak in het Frans: ‘Wel, kinderen, jullie moeten mijn woorden doorgeven aan heel mijn volk.’ Daarop liet ze de herderskinderen achter, stak de bergrivier de Sézia over en zei een tweede keer, zonder zich om te draaien : ‘Dus, kinderen, jullie moeten mijn woorden doorgeven aan heel mijn volk.’

    Tenslotte begaf ze zich naar het plateau, van waarop ze opsteeg boven de aarde om vervolgens terug te keren naar de serene hoogten van het uitspansel en het Paradijs... En plots begon het water van de ‘ kleine fontein ’ opnieuw te stromen!

    Aan het eind van de namiddag, toen de zon begon onder te gaan, haastten Maximin en Mélanie zich met hun kudden terug naar het gehucht Les Ablandins, waar ze hun meesters alles vertelden wat ze op de berg gezien en gehoord hadden. En het verhaal dat de herdertjes op de dag zelf van 19 september 1846 gedaan hebben, zijn ze sindsdien onveranderlijk blijven herhalen, zowel tegenover een ontelbare menigte bedevaarders als tegenover de burgerlijke en religieuze gezagsdragers.

    (vrij naar E.H. Giray, missionaris van La Salette)















    15-08-2013 om 11:57 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    12-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NOG SINT-JAN-IN-EREMO

     

    DE STATIES OF KAPELLEKES

     

    VAN DE OMMEGANG ROND DE KERK

     

    TER ERE VAN SINT-JAN DE DOPER















    12-08-2013 om 18:17 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    In Eremo aan de waterkant

     

    Jij staat verscholen in het lover,

    Johannes duikt zich in het riet,

    jij kleine kerkje, zomercover,

    een fijn boeket, ‘k vergeet u niet.

     

    Arduinen platen in je muren,

    grafzerken uit een verre tijd,

    stutten beschermend rijke heren,

    rond Johannes, Jan de eremijt.

     

    Hun namen, nauwelijks nog te lezen,

    uw interieur van vol barok,

    de soberheid van witte stilte,

    wat siert het meest mijn polderdorp?

     

    Zijn het uw rijke korenvelden?

    Is het een zilver watervlak?

    Zijn het uw taaie, noeste werkers?

    Is het hun trotse hoevedak?

     

    Vaak denk ik aan de vele mensen

    ter beevaart gaande naar Sint-Jan,

    te voet, per fiets, soms nog ter koetse,

    en ‘k ruik de lekkere kersen dan.

     

    ‘k Voel me vertrouwvol rond uw schrijn

    zo verder schuivend, sta na statie,

    want tegen ziekte en elke pijn,

    sta jij daar schutse, bied je gratie. 

     

    Sint-Jan de Doper, groot patroon

    in een weids, vlak polderland,

    met riethabijt, elk jaar getekend,

    in Eremo, aan de waterkant.

     

    Sint-Jan, 15/05/1982



















    12-08-2013 om 17:59 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    10-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 11 AUGUSTUS

     

    19de ZONDAG C – 11 AUGUSTUS 2013

    DE WAARHEID VAN WAT WE NIET ZIEN

     

    De waarheid van wat we niet zien …’, het zinnetje klinkt wat vreemd wellicht, maar het komt letterlijk uit de eerste lezing vandaag, een stukje uit de brief aan de Joodse christenen. Voorbeelden uit de Joodse geschiedenis – Abraham, Sarah, Mozes … – tonen hoe mensen in beweging gezet werden door de beloften, die God hun gedaan had.

    God houdt een toekomst voor, verder dan zij kunnen zien en vermoeden, en zij gaan op weg, enkel gedreven door hun geloof in Gods Woord. Zo leren zij ons onvoorwaardelijk te vertrouwen op Gods beloften, als wij onze weg gaan doorheen de dagen van ons leven.

     

    Zusters en broeders,

    HET GELOOF legt de grondslag voor alles waarop we hopen, het overtuigt ons van de waarheid van wat we niet zien. OM HUN GELOOF werden de mensen uit vroeger tijden geprezen.

    DOOR ZIJN GELOOF ging Abraham, toen hij geroepen werd, gehoorzaam op weg naar een plaats die hij in bezit zou krijgen, en hij ging op weg zonder te weten waarheen. DOOR ZIJN GELOOF trok hij naar het land dat hem beloofd was maar hem nog niet toebehoorde. Samen met Isaak en Jakob, woonde hij daar in tenten omdat hij uitzag naar een stad met fundamenten, door God zelf ontworpen en gebouwd.

    DOOR HAAR GELOOF ontving ook Sara, hoewel ze onvruchtbaar en niet meer in de bloei van haar leven was, de kracht om een kind te verwekken, en wel omdat ze vertrouwde op degene die de belofte had gedaan. Zo bracht één man, wiens kracht al gestorven was, zoveel nakomelingen voort als er sterren aan de hemel staan, ontelbaar als zandkorrels op het strand langs de zee.

    Zij allen zijn IN GELOOF gestorven; wat hun beloofd was zagen ze geen werkelijkheid worden, ze hebben slechts een glimp ervan begroet, en ze zeiden van zichzelf dat zij op aarde leefden als vreemdelingen en gasten. Zo lieten ze blijken op doorreis te zijn naar een ander vaderland. En daarmee bedoelden ze niet het land waaruit ze weggetrokken waren. Nee, ze keken reikhalzend uit naar een beter, hemels vaderland. Daarom schaamt God zich er niet voor hun God genoemd te worden en heeft hij voor hen een stad gereedgemaakt.

    DOOR ZIJN GELOOF kon Abraham, toen hij op de proef werd gesteld, Isaak als offer opdragen. Hij die de beloften had ontvangen, was bereid zijn enige zoon te offeren. Terwijl er tegen hem gezegd was: ‘Alleen door Isaak zul je nageslacht krijgen,’ zei hij bij zichzelf dat het voor God mogelijk moest zijn iemand uit de dood op te wekken, en daarom kreeg hij hem ook terug, bij wijze van voorafbeelding.

    (Hebreeën 11,1-2.8-19)

     

     

    GOD GAF ZIJN WOORD EN ZIJ GINGEN OP WEG

     

    Ieder mens is op zoek naar geluk, naar ‘zijn beloofde land’. Abraham ging op weg, zonder te weten waar hij zou uitkomen. Mozes trok met zijn volk door de woestijn, naar dat beloofde land ‘dat overvloeit van melk en honing’.

    De eeuwen door waren er mensen, die GELOOFDEN in een toekomst waar ze alles voor over hadden. Ze ontvingen een belofte van Godswege en lieten alles achter. Ze keerden ook niet terug op hun stappen: hun verlangen naar de toekomst, die God voorhield, was sterker dan het heimwee, naar het land dat ze achterlieten. Ze bleven verder gaan omdat ze GELOOFDEN dat ze dat land, dat God had toegezegd, eens zouden bereiken. Die belofte hield hen gaande. God gaf zijn Woord, en zij gingen op weg.

    Wij zijn voor altijd ‘mensen onderweg’. God blijft nog altijd zijn beloften doen, en de verlangens, die Hij wekt, kunnen ook ons op weg zetten, op de paden van ons leven. Letterlijk spreekt Hij niet meer tot ons, zoals verteld wordt van onze voorvaderen, maar Hij blijft ons aanspreken, door zijn Woord, dat opgetekend werd, en door dagelijkse dingen op onze weg: ‘Hij komt tot ons, gans onverwacht, in duizend, duizend dingen’. Hij blijft spreken. Aan ons om OPMERKZAAM EN GE-HOOR-ZAAM te zijn. Altijd luisterbereid, altijd weer bereid om verder te gaan, verder op weg, op grond van zijn beloften.

    Als het ene doel bereikt is, wenkt een andere belofte. God roept altijd verder en langs heel menselijke gebeurtenissen gaan wij nieuwe einders tegemoet. Zo verloopt ons leven. De ene stap na de andere op een weg waarvan we het einde niet weten. Maar de brief aan de Joodse christenen geeft ons einddoel wel een naam:

     

    ‘ZE KEKEN REIKHALZEND UIT

    NAAR EEN BETER, HEMELS VADERLAND’

     

    Een hemels vaderland, dat hier zijn aanloop kent maar slechts voltooid zal worden bij God, in zijn thuishaven. Het is een honger, die nooit gestild wordt, een verlangen, dat nooit tot rust komt, maar ons altijd voortdrijft. Levenslang. Daarom moet dat woord van Augustinus altijd in ons achterhoofd blijven klinken: ‘Onrustig blijft ons hart, tot het – uiteindelijk – zijn rust vindt in God’.

    vrij naar ‘Levensecht’, nr. 19, p. 254

     

     Er is iets in de dingen dat ontroert:

    het is de schoonheid niet der bloemen,

    noch het glanzen van een blad,

    noch ’t roepen van de roerdomp in de nacht.

    Het is daarin, maar ook daarachter

    en daarboven en daaronder,

    dieper in de grond, die warm en geurig is

    als versgebakken brood.

     

    Het zijn de sappen die onzichtbaar blijven,

    diep in de wortels en het hart

    waarin het leven roert.

    Het zijn de klanken en geluiden

    die een kind kan horen

    als het zijn oor te luisteren legt

    dicht aan de grond.

    Het is het trillen van de wingerdrank

    wanneer uw hand haar aanraakt,

    en het beven van de kever op het blad,

    dat groeit en zwelt.

    Het is het dons der distelbloemen

    en de pijn der wonden die uw vlees doorsplijt.

    Het zijn de tekenen van Gods aanwezigheid.

     

    (Pieter G. Buckinx)



















    10-08-2013 om 08:55 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    08-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Mevrouwtje Somber

     

    Meneer Luisterman voet zich al een tijdje niet goed, en moet veel tijd doorbrengen in bed. Toch is hij een tevreden man, en probeert andere mensen te helpen wanneer hij kan.

    Op een stormachtige dag, wordt er ruw aan de deur gebeld van meneer Luisterman. Hij opent de deur, en ziet een klein mensje staan. ‘Kom binnen, het is veel te slecht weer buiten. Wie ben je?’

    ‘Ik ben mevrouw Somber.’

    Mevrouw Somber barst in tranen uit en meneer Luisterman, een geduldig man, laat zijn onbekende bezoeker rustig uithuilen.

    Na een poosje is mevrouw Somber wat rustiger geworden. ‘Wel beste mevrouw, wil je erover vertellen wat je zo verdrietig maakt? Waarom zoveel tranen?’

    ‘Overal waar ik kom, breng ik verdriet. Ik zeg blijkbaar steeds de verkeerde dingen tegen de mensen. Ik zie ook alles wat er fout loopt, en dat zeg ik dan ook tegen de mensen. De mensen zien me liever niet. Ik voel me alleen en verlaten.’

    ‘Ja, dat is niet zo leuk voor jou. Weet je, ik voel me de laatste tijd ook niet zo goed, laten we gewoon wat bij elkaar blijven nu, dan kunnen we nog wat praten.’  

    Meneer Luisterman wou mevrouw Somber een beetje tijd geven om na te denken. Zo zitten ze dan een hele tijd bij elkaar zonder dat er iets gezegd wordt.

    ‘Zeg meneer Luisterman, waar denk jij nu eigenlijk aan?’

    ‘Ik denk gewoon aan jou.’

    ‘Aan mij denken, dat kan niet, niemand denkt aan mij.’

    ‘En toch denk ik aan jou.’

    Op dat moment beginnen de anders zo triestige ogen van mevrouw Somber te stralen, er komen sterretjes van blijheid. Haar hart begint sneller te kloppen, er komt vreugde in haar hart, want er is iemand die aan haar denkt.

    ‘Dat heb ik nu nog noot meegemaakt. Ik denk dat ik me gelukkig voel nu. Het leven is toch zo somber niet als ik dacht. Dank je wel lieve man, dank je wel om jouw mooie geschenk.’

    ‘Ach, ik heb niets gedaan, ik heb alleen een beetje naar je geluisterd, een beetje tijd voor je gemaakt.’

    ‘Toch heb je heel veel gedaan voor me, nu weet ik hoe ik naar de mensen moet gaan, ik ga naar ze luisteren, ik ga tijd voor ze maken, en ik ga niet meer zagen over alles wat er fout loopt.’

    Op dat moment wordt er weer aangebeld. Het is een jongen uit de buurt. Een lieve jongen, die weet dat meneer Luisterman veel moet rusten. Toch komt de jongen veel op bezoek. Wat er zo mooi is, hij doet heel gewoon, hij maakt een tekening, gaat gewoon op meneer Luisterman zijn bed zitten, en als hij zich begint te vervelen, gaat hij gewoon spelen. Hij voelt zich thuis, en meneer Luisterman is blij dat de jongen zo gewoon bij hem komt.

    'Hey, leuk dat je er weer bent, er is nog iemand op bezoek, kom maar mee.

    'Dag jongen.’

    'Dag meneer.’

    'Hier, ik heb nog een tekening bij me voor boven je bed. Ik heb ook wat kastanjes geraapt, misschien vind je dat wel lekker.’

    Mevrouw Somber zit het hele tafereeltje te bekijken. Wat is dit nieuw voor haar. Vroeger zou zij dat jongetje maar een vervelende kwast gevonden hebben. Een tekening, wat moet je daar nou mee, en kastanjes uit de tuin, misschien zitten er wel wormen in.

    Vandaag echter voelt zij voor de tweede keer diepe vreugde in haar hart. Meneer Luisterman heeft tijd gemaakt voor haar, en heeft haar ogen geopend. Het jongetje leert haar dat het zo goed doet dat mensen er gewoon zijn voor elkaar.

    Dat is graag zien, dat doet deugd, dat maakt gelukkig.

    Wat een mooie dag.

     

    (Bron mij onbekend)

    08-08-2013 om 10:29 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    05-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    De doden in het stroomgebied

     

    Buitendijks het verdronken land

    van Saeftinghe en St. Laurens

    doorsneden en verwilderd.

    Familiegrond die ons niet meer kent

    begroeid door wat uit zichzelf komt:

    zeeaster, lamsoor, zwenkgras

     

    Daar in het stroomgebied

    van hun droom moeten ze liggen.

    Dorpelingen op bedden van stro.

    Alle schedels geschuurd

    de voeten wijzend naar het oosten

    waar de jongste dag begint.

     

    Stromend water als enig eerbetoon.

    Hun beenderen niet genummerd

    en gerangschikt in een lade

    of vitrine maar weggedoken

    in rauwe zoute grond.

    Engelen tot op het bot gezuiverd

     

    André van der Veeke



















    05-08-2013 om 17:41 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 22/05-28/05 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 27/12-02/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 27/07-02/08 2020
  • 13/07-19/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 08/06-14/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 24/09-30/09 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 28/11-04/12 -0001

    Blog als favoriet !

    Categorieën
  • Dagboek/bedenkingen (1617)


  • Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!