5de ZONDAG A – 9 FEBRUARI 2014
‘LICHT VOOR DE WERELD’
‘Jullie zijn het zout der aarde. Maar als het zout zijn kracht verliest, waarmee zal men dan zouten? Jullie zijn het licht voor de wereld, laat dat licht niet wegsteken.’
Die uitspraken van Jezus horen we straks in het evangelie. Zo worden wij opgeroepen om in onze wereld vandaag een gemeenschap te worden waar het goed is om te leven, een gemeenschap die haar grondvesten heeft in Jezus van Nazareth, de verrezen Christus.
Eerste Lezing: 1ste Brief aan de christenen in Korinthe 2,1-5
Wat mijzelf betreft, broeders en zusters, toen ik u het geheim van God kwam verkondigen, deed ik dat niet met vertoon van welsprekendheid of geleerdheid: uw geloof moest niet steunen op menselijke wijsheid, maar op de kracht van God.
Evangelie: Matteüs 5,13-16
Jullie zijn het zout van de aarde. Maar als het zout krachteloos wordt, waar moet je het dan mee zouten? Het deugt alleen nog maar om weggegooid en door de mensen vertrapt te worden.
Jullie zijn het licht van de wereld. Je steekt een lamp niet aan om haar onder de korenmaat te zetten, maar je zet haar op de kandelaar, en dan schijnt ze voor allen in huis.
Laat zo jullie licht schijnen voor de mensen.
LICHT EN KLEUR
'Jullie zijn het zout der aarde, jullie zijn het licht der wereld'. Toen ik deze woorden las, dacht ik aan een mailtje, dat ik kreeg ik van een vriend, die bisschop is in Brazilië. Een oude winkelier was om enkele centjes vermoord door 2 jongens van 16, 17 jaar. Meteen was er in het dorpje een grote woede ontstaan, en een aantal mensen hebben deze jongeren meteen gelyncht. Een spiraal van geweld leek losgebroken, met de ene moord na de andere. Gelukkig slaagden enkele mensen erin om de rust te doen weerkeren. Enkele dagen later is er in datzelfde dorpje een vredesmars gehouden: mensen, die opkwamen tegen de toename van het geweld. Mensen van het licht!
Eigenlijk toont dit alleen maar iets, wat wij allemaal heel goed weten: onze wereld vertoont veel duistere kanten, en is niet zo goed als hij zou kunnen zijn, niet zo goed als God hem gedroomd heeft, en dat is hetzelfde als: niet zo goed als wij hem dromen. Denk maar aan de affiche van Broederlijk Delen enkele jaren geleden: ‘Stop! Andere wereld!’ Dat is niet alleen in Brazilië, maar eigenlijk in heel de wereld, ook bij ons. Voorbeelden te over: kindsoldaten, oorlogen, misdaden, kinderen, die mishandeld worden of ouders die gepest worden door rot-verwende kinderen, honger in de wereld … Overal vind je duistere kanten, overal ook vind je kinderen van het licht.
We moeten daarbij zelf een keuze maken: aan welke kant willen wij staan:
aan de duistere kant of aan de kant van het licht
aan de kant van hen, die geslagen worden door het leven
of aan de kant van hen die slagen toebrengen?
aan de kant van hen die willen helpen bij miserie
of aan de kant van hen, die verdriet veroorzaken?
aan de kant van hen, die de wereld willen veranderen en beter maken…
of aan de kant van hen die alle geweld willen laten voortduren?
Onze levenswijze is een antwoord: ‘ik wil behoren tot die groep van mensen, die aan de goede kant staan: de kant van de mensen, die licht voor de wereld willen zijn, of bij hen die duisternis brengen.’
De oproep van Jezus vandaag is een oproep om licht te brengen, in een wereld, die veel duistere kanten vertoont. Maar deze oproep is ook een waarschuwing. Wij zijn gemakkelijk geneigd om het licht van ons geloof te verbergen. Lang geleden kreeg ik eens drie brieven van leerlingen, uit dezelfde klas, die er over kloegen, dat zij de enigen waren in hun klas, die geloofden. Zij wisten het niet eens van elkaar, zo goed hadden zij hun geloof verborgen gehouden. Laten wij anders zijn, en ons geloof laten stralen. We hoeven ons niet te schamen daarover … er zijn veel grote monden, die beter wat minder zouden bazelen, omdat zij zo weinig te vertellen hebben.
Als de wereld er niet beter van wordt, hebben wij geen reden van bestaan, als mens niet, als gezin niet, als groep van mensen niet, als Kerk niet.
Wij zijn het zout der aarde, en dus bedoeld om smaak te geven aan het leven. Wij zijn het licht van de wereld, en dus bestemd om alle duisternis uit het leven te weren.
Wij staan ten dienste van het geluk van allen. De één met de pen, de ander met een schop, de één met de computer, de ander aan de kassa, de één op school, de ander in de fabriek, de één in de politiek, de ander in een sociale organisatie, de één op de preekstoel, de ander aan het ziekbed, de één in de kleine kring van het gezin, de ander op het internationale forum, de één in de schijnwerper, de ander in de stilte en de eenzaamheid.
Maar allen staan wij ten dienste van het geluk van anderen. Want als de wereld er niet beter van wordt, hebben wij geen reden van bestaan.
Carlos Desoete
|