1STE BLIJDE MYSTERIE
DE BOODSCHAP VAN DE ENGEL GABRIËL AAN MARIA
De betekenis van dit eerste blijde mysterie is toch wel heel bijzonder: de hemel raakt de aarde, Gods tedere ontferming raakt onze vrijheid en we kunnen ja of neen zeggen. Hij vraagt alles aan een meisje uit Nazareth. Aan haar, die zo klein is, vraagt God om moeder van zijn Zoon te worden. De hele schepping rilt en huivert. God is zo groot dat Hij de vrijheid van een klein meisje eerbiedigt om Zijn plan uit te voeren. Hij vraagt haar instemming en zij kan in volle vrijheid ‘ja’ zeggen. En zij doet dat ook! Niet uit eigen kracht, want al van bij haar geboorte woont de Geest in haar hart. Zij staat zo open, zij is zo ontvankelijk dat zij van ganser harte ‘ja’ zegt zodra God haar aanspreekt. Maar die Geest dwingt niet. Zacht en teder bewoont Hij haar, zodat zij, helemaal vrij, en toch met heel haar wezen ‘ja’ zegt op dit onbegrijpelijk gebeuren: ‘Gij zult een kind ontvangen, een zoon ter wereld brengen en Hem Jezus noemen’. Dit ‘Fiat’ is het grootste wat mensen ooit konden doen. Want hier is onze vrijheid overgegaan in de vreugdevolle overgave van de totale ge-HOOR-zaamheid.
Er komt in het leven van elke mens zo’n dag of uur waar aarde en hemel de adem inhouden. Het is in ons leven het uur van de engel, die van Godswege, een oprecht ja-woord vraagt. En dan staat alles even stil. God is zo groot en ook zo teder dat Hij ook ons hart niet wil overweldigen. Hij vraagt het: ‘asjeblief, ben je bereid?’ En dan zullen wij wellicht schrikken of bang zijn, want wat God vraagt is bijna altijd zo groot. Maar ook aan ons zal Hij zeggen: ‘de Heilige Geest zal over U komen en de kracht van de Allerhoogste zal u overschaduwen’. En wat dan uit u groeit is heilig en komt van God. Wat Hij ook vraagt, wees niet bang. Zeg gewoon: ‘Zie de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar uw Woord’.
Dan gaat de engel heen en komt de Geest over ons en Jezus kan opnieuw dieper in de wereld treden.
NAZARETH, MARIA, MOEDER VAN DE HEER
(Gabriël zegt)
De dag was zo stil te Nazareth
als een avond der meimaand hier,
wanneer het in Vlaanderen geurt alom
van lindebloesem en vlier.
Maria bleef in de zon alleen,
Maria zat in een hoek
van haar kleine kamer, wit en ontdaan
en verwonderd na mijn bezoek.
Ik vloog naar de nok van de hemel weer
en door niemand nagestaard;
ik knielde in het midden des hemels en zei:
Vader, zij heeft aanvaard.
En heel de ruimte werd wit en stil
van roerloosheid en van licht,
want beneden begon Maria aan
de strofen van haar gedicht.
Anton van Wilderode
|