De Heer is mijn Verder, Hij laat mij missen:
roes; aarde; nu. Laat mij te weinig zijn
en wensen. Drijft mij op naar duisternissen
van bos en braakland, in een perk van pijn.
Is mijn Elders. Laat hemelen verhalen,
de macht, de glorie; maar houdt mij doodsbang
over mijn dorst gebogen. Zendt zijn stralen
bij mondjesmaat. En wacht. Mijn leven lang.
Mijn vijand drinkt en doezelt voor mijn ogen.
Kinderen zingen van een vergezicht.
De Heer is mijn Eenmaal. Ik moet nog hoger.
Zijn heil en zegen zullen op mij jagen,
mijn leven lang. Ik zal het dwingelands licht
zien, haten en verlangen, al mijn dagen.
Michel van der Plas
(Een gedicht bij de advent –
geïnspireerd door psalm 23)




|