5de VASTENZONDAG A – 2 APRIL 2017 ‘DOORHEEN DE DOOD …’
‘Wie in Mij gelooft zal leven, ook al is Hij gestorven.’ zegt Jezus ons vandaag in het evangelie. Hij had weet van Gods trouw door dood en duisternis heen, en Hij ging ons voor op die weg. In geloof en vertrouwen! Met de opwekking van zijn vriend Lazarus wilde Hij ons tonen: ‘Mijn woorden wekken tot leven.’
Dit zegt God, de HEER: ‘Mijn volk, Ik zal jullie mijn adem geven zodat jullie weer tot leven komen, Wat ik gezegd heb, zal ik doen’ (Uit Ezechiël 37,12-14)
Er was iemand ziek, een zekere Lazarus uit Betanië, het dorp van Maria en haar zuster Martha. De zieke Lazarus was haar broer. De zusters van Lazarus stuurden Jezus de boodschap: ‘Heer, hij die Gij liefhebt, is ziek.’ Toen Jezus dit hoorde, zei Hij: ‘Deze ziekte voert niet tot de dood …’ (Uit Johannes 11,1-45)
‘… OP HET SPOOR VAN HET LEVEN’
De Lazarussen van vandaag ? Ik denk hier aan die dame die rechtover een verzorgingsinstelling woonde. Als de tijd gekomen was dat zij zichzelf moeilijk kon behelpen deed zij haar aanvraag en kwam zij op de wachtlijst terecht onder nummer 24. Telkens zij vanuit haar voorkamer de lijkwagen zag voorrijden, schoof zij een plaats op. Naarmate dat getal steeds maar kleiner werd groeide haar tegenzin, zodat het op den duur voor haar geen leven meer was. Leven was voor haar de wachtkamer van de dood geworden. Leven was alleen maar stilletjes doodgaan.
De Lazarussen van vandaag ? Er zijn nog mensen die stilletjes doodgaan, ook al staan ze niet op een wachtlijst voor een verzorgingsinstelling. Mensen die grondig teleurgesteld, niets meer verlangen van het leven, die in ruzie en conflicten zo getreiterd worden dat zij geen leven meer hebben, die ontgoocheld zijn in mensen, soms in hun eigen kinderen, soms in zichzelf, zodanig dat het leven voor hen niets anders is dan stilletjes doodgaan.
De Lazarussen van vandaag komen in één punt overeen : voor hen is de dood het absolute einde. Het korte leven hier en nu moet voldoening schenken, doet het dat niet, dan rest alleen de wanhoop. Hun leven verloopt uiteindelijk in de wachtkamer van de dood.
Zou dat de bedoeling zijn van Diegene die de mens de levensadem gaf, die uit dode materie, langs welke weg van evolutie ook, een menselijk wezen vormde, en nog bezig is het te vormen ? De Christus nam gelijk een scheppingswoord van God in zijn mond toen Hij riep : ‘Lazarus, kom naar buiten’. Knipper met je ogen in het felle zonlicht en leef. Gij moogt niet doodgaan op die manier. Leven is geen wachtkamer van de dood. Gij moet echt leven. ‘Doe die zwachtels eraf. Help die mens dat hij herleeft’. Zo gaf Hij ons een wenk dat we elkaar tot leven moeten wekken. ‘Ik ben de opstanding en het leven. Wie in Mij gelooft, zal leven ook al is Hij gestorven.’ Als wij Hem durven volgen, ook al is Hij op weg naar Jeruzalem, op weg naar zijn kruisdood, zullen we de diepste dimensie van het leven ervaren. Meer dan oppervlakkig genieten is leven zich ten diepste verbonden weten met God in geloof, hoop en liefde. Daarin ligt onze echte bevrijding uit de wachtkamer van de dood. (Manu Verhulst)
ZO IS STERVEN …
Zoals het graan dat overrijp zich neerbuigt naar de aarde waaruit het is ontsproten. Zo is het sterven van een mens een terugkeer naar de Andere die zijn oorsprong was.
Zoals een schip de haven van bestemming binnenvaart: de lange omvaart en de stormen zijn voorbij. Zo is het sterven van een mens geruisloos binnenvaren in God die haven van bestemming is.
Zoals een regendruppel in de zee verdwijnt: onzichtbaar oceaan geworden is. Zo zal een mens in God ontslapen in God verdwenen oneindigheid geworden zijn.
Manu Verhulst





|