EERSTE STATIE
JEZUS WORDT TER DOOD VEROORDEELD
Gij hebt de rechtvaardige gevonnist en vermoord.
(Jakobus, 5,6)
Hij die de zondaar vrijspreekt
en hij die de rechtvaardige veroordeelt:
beiden zijn ze Jahwe een gruwel.
(Spreuken, 17,15)
DE HEER JEZUS
staat voor Pilatus,
voor de redeloze vrees van de rechter
voor de macht van de massa.
Pilatus zegt: Zie de Mens!
Dat betekent: Hier is hij, zo is hij,
zo hebt gij hem gemaakt,
zo lever ik hem aan u over.
Pilatus zegt: Zie, ik was mijn handen
in water wit.
Ongewassen handen voeren Jezus weg.
De Heer van het Leven wordt verwezen tot de Dood.
De daad bij het woord.
HEER JEZUS,
wat blijft over van alle namen
waarmee wij U hebben genoemd:
Rabbi en Leraar,
Meester en Magister,
Gezalfde en Gezegende,
Verlosser en Heiland,
Eerstgeborene en Bruidegom,
Zoon van David, Zoon van God.
Alleen nog maar:
Lam, dat onze zonden wegdraagt.
TWEEDE STATIE
JEZUS NEEMT ZIJN KRUIS OP
Ik blijf u dragen en torsen,
ik zal u redden.
(Jesaja, 46,4)
Als iemand zijn kruis niet draagt en mij volgt,
kan hij mijn leerling niet zijn.
(Lukas, 14,27)
DE HEER JEZUS
neemt het kruis op zijn schouders,
van Gabbata tot Golgota,
van het Rechtsplein tot de Schedelplaats.
Hij torst het teken van schande en verlossing,
van vernietiging en voortbestaan,
van bestraffing en heil.
Hij gaat de kruisweg, de weg van de keuze.
Hij predikt met zijn leven, met zijn dood.
Want Hij kwam niet om te verklaren,
maar om te vervullen.
HEER JEZUS,
aan het teken van het kruis
– het éérste dat wij leerden vragen
en het lààtste dat ons wordt meegegeven –
zal men zien dat wij Uw leerlingen zijn,
dat wij van U zijn.
Leer ons aanvaarden wat ons overkomt
want het komt uit Uw handen.
Anton van Wilderode: ‘De weg die Hij ging’
Foto’s: Kerk Waarschoot
|