| Wat ik bemin: te dwalen door de bloemenonder een hemel, wijd en wolkeloos,
 de aarde één bloei van zomer voor altoos
 waarvoor de bijen hun zoet loflied zoemen,
 
 en met de namen van het licht te noemen
 haar, die mijn hart als in een droom verkoos,
 die aan mijn zijde zingt, zo zorgeloos
 om dit verrukkelijk geluk te roemen, -
 
 zal dit mijn leven zijn? Ik ben geboren
 om van de wind de diepe zang te horen
 die aanruist uit een vreemd en ver gebied,
 
 om van de aarde en een aards beminnen
 een hemel en een eeuwigheid te winnen...
 Maar dit, O God, is toch uw leven niet?
   Ben Sikken (1921-1944)  Nederlands verzetsstrijder, gefusilleerd toen hij 23 was   
 |