WEES JIJ DE WEG
Ik was zolang een blinde,
nog met geen weg vertrouwd,
Ik deed mijn stappen tastend,
had nooit het licht aanschouwd.
Ik zag geen wegen splitsen,
had bochten niet voorzien,
er was voor mij geen ruimte,
was ik geen mens misschien?
Ik sloop langs hoge muren,
en voelde mij belaagd,
ik zocht naar mensenhanden
maar ieder was gejaagd.
Maar Éen is blijven wachten,
ik vroeg: ‘Weet Jij de weg?’
Hij heeft mijn hand genomen
en zei: ‘Doe wat ik zeg.
Geloof weer in het leven,
dan word je ook bemind,
hou je niet vast aan muren
en wees niet langer blind.
Kijk naar de fijne dingen,
spijts chaos om je heen
en leef met open handen,
dan ben je nooit alleen.
Ik ben het licht der wereld,
jouw droom gaat niet teloor,
jij mag nu jouw verhaal gaan,
Ik loop één stapje voor.’
(Miet Meys)
|