Dinsdag, prachtig
lenteweer. We genieten van het zonnetje, mijn zoon en ik. Cavan, onze chocolade
Labrador, ligt zachtjes te kreunen. Hij heeft duidelijk zin in iets actiever
dan liggen zonnen en verkiest een stevige wandeling. Ik krijg onze zoon zo ver
dat hij Cavan de halsband aantrekt en vertrekt langs het achterpoortje, recht
de velden in. Ik loop even mee omdat er eerst een stuk omheiningsdraad van de
ganzenwei moet opzij gezet worden. Ik hou dus even Cavan aan de leiband,
terwijl zoonlief de klus klaart. Zodra Cavan de opening in de draad ziet,
schiet hij als een pijl vooruit. Met een schok word ik voortgetrokken door die
onstuimige hond en beland horizontaal in de volgende wei. Daarna weet ik niets
meer.
Onze zoon is ongerust
omdat hij geen kontakt krijgt met mij. Ik draaide enkel wat met de ogen maar reageerde niet op wat hij zei. Tegen
de tijd dat ik terug bij bewustzijn kwam stonden 2 ambulanciers van de 100
naast mij.
Mijn ongeruste
echtgenoot heeft waarschijnlijk een snelheidsrecord gebroken, op weg van het werk naar huis, want een
kwartiertje later was hij ook daar. Normaal doet hij toch een veertigtal
minuten over die afstand.
Kort daarna was ik
weer veel beter, zodat de ambulancier zelf zei dat ik gerust thuis kon blijven.
Hij bleef nog even napraten en vond dat ik helemaal ok leek. In het gezelschap
van onze man en zoonlief voelde ik me veilig en ik had ook helemaal geen zin om
nog eens naar het ziekenhuis te verhuizen.
Woensdag, donderdag
en vrijdag voelde ik me echter zo slap als een vod en zo doodmoe dat ik het
grootste deel van de dag in bed doorbracht. Daarom besloot ik de oncologe toch
eens op te bellen voor advies. Zij maakte zich zorgen over een mogelijk
hersenletsel en zorgde voor een hersenscan op vrijdag. Die wees niet op een
bloeding of zo, maar toch hebben ze me (alweer) in het ziekenhuis gehouden. De
medicatie werd alweer eens opgedreven en ik werd ook op sondevoeding gezet
omdat ik zo verzwakt was.
Paaszondag en
paasmaandag werd ik gelukkig even vrijgelaten. Zo kon ik uiteindelijk toch naar
de paasbrunch bij tante Nic. Maandagavond moest ik opnieuw het ziekenhuis in
voor enkele bijkomende onderzoeken. Oogarts, neuroloog, gynaecoloog, uroloog.
Vermoeiend allemaal. Tot slot kreeg ik ook nog een eenheid bloed toegediend.
Waarom die bloedwaarden nu opeens zo laag stonden weet ik niet. Ik krijg
nochtans geen chemo meer?
© Karlijn
Koninckx
|